IIO-Onderwijsteams

IIO-Onderwijsteams

InnovatieImpuls Onderwijs

Tekening: Suus van den Akker

 

Het onderwijs staat voor een grote uitdaging: hoe handhaven we de kwaliteit en zorgen we dat de werkdruk niet toeneemt wanneer een groot aantal leraren als gevolg van de vergrijzing het onderwijs verlaat? Is het mogelijk om op basis van nieuwe ideeën uit het onderwijsveld antwoorden te vinden op dit prangende vraagstuk? Hoe maak je het onderwijs efficiënter?

Om een antwoord te krijgen op deze vraagstukken is in 2010 een project gestart genaamd InnovatieImpuls Onderwijs. 42 Scholen hebben innovatieve concepten bedacht, waaruit er vijf zijn gekozen om te worden uitgewerkt. Deze vijf experimenten zijn van eind 2010 tot en met eind 2014 op ongeveer 150 scholen uitgevoerd. Flankerend zijn onderzoeken uitgevoerd naar de resultaten, zowel kwantitatief als kwalitatief. Zo mocht het experiment geen verhoging van de werkdruk opleveren bij minimaal dezelfde leerresultaten.

Eén van de experimenten is genoemd Onderwijsteams. Dit experiment beoogd les te kunnen geven aan grotere groepen leerlingen en rust op drie pijlers:

  1. de docenten werken samen in Onderwijsteams
  2. onderwijsondersteuners maken deel uit van die Onderwijsteams
  3. men zet hierbij een digitale leeromgeving in

Deze website geeft een overzicht van de kenmerken van het concept. Tevens wordt de opgedane kennis en ervaringen door de deelnemende scholen aangeboden in de vorm van kennisproducten: beschrijvingen, best practises, filmpjes, websites,...

Om de kennisproducten vindbaar te maken hebben we ze in een overzichtsmatrix gekoppeld aan de uitgangspunten van het concept Onderwijsteams. Via deze matrix kunnen we je de kennisproducten op een gestructureerde manier aanbieden, maar ook een groeipad voor jouw school helpen invullen. Om je daarbij te helpen is er een App ontwikkeld, waarmee de huidige en de gewenste situatie op jouw school in kaart kunt brengen.

Naast het gericht zoeken naar kennis en ervaringen van de scholen via de overzichtmatrix, is die kennis ook per school te bekijken in het menu aan de linkerkant onder 'Bijdragen scholen'.

 

Alles bij elkaar verwachten we hiermee scholen die nadenken over efficiënter onderwijs te helpen bij het invullen van het pad hier naartoe. De Regiegroep IIO-Onderwijsteams wenst je veel inspiratie toe.

Regiegroepleden Projectleiding
Iedje Heere Penvoerder: Roel Fleurke
Dick Helders Landelijk: Henny Steenbergen
Leo de Kraker Bovenschools: Lex van den Nieuwenhuizen
Marcel van Loo Onderzoekster: Marjolein Muskens

 

InnovatieImpuls Onderwijs project

 

 

Binnen de InnovatieImpuls Onderwijs (IIO) worden vijf, door scholen zelf ontwikkelde, innovatieprojecten op 150 experimentscholen uitgevoerd. De projectperiode loopt van 2011 tot 2015. Inschrijving voor de projecten was mogelijk in 2010. De vijf IIO Experimenten zijn (met linkjes naar de officiële website van IIO):

Bij alle experimenten ligt de nadruk op innovatieve maatregelen, die zorgen dat het onderwijs op een andere manier, en met minder leraren, georganiseerd kan worden. En zonder dat de werkdruk toeneemt of de onderwijskwaliteit daaronder lijdt.

Deze vijf concepten richten zich op een andere manier van werken. Soms zoeken scholen het in nieuwe taken en rollen, in een andere taakverdeling, of in een andere samenstelling van teams. Ook kan het inzetten van ICT de druk op het docententeam verminderen. Zulke innovatieprocessen moeten volledig gedragen worden door de gehele organisatie. Het vraagt om visie en betrokkenheid van bestuur, management én het onderwijspersoneel. 

Meer informatie is te vinden op de site van IIO:
http://www.innovatieimpulsonderwijs.nl/innovatieimpuls-onderwijs/home.html

 

IIO Onderwijsteams experiment

Onderwijsteams is een innovatief onderwijsexperiment in het voortgezet onderwijs waarbij docenten ruimte krijgen om professioneler te werken. Deze ruimte ontstaat door gedifferentieerde begeleiding aan leerlingen waarbij de leraar, aan de hand van de behoefte van leerlingen, keuzes kan maken door of zelf het leerproces te begeleiden of het over te dragen aan een onderwijsondersteuner (team teaching). Leraren kunnen daardoor kleine groepjes leerlingen extra instructie geven. De overige leerlingen zijn zo zelfstandig mogelijk aan het werk, waarbij ze creatief gebruikmaken van digitale middelen. Zo neemt de leraar verantwoordelijkheid voor het leren van de leerlingen, daarnaast stuurt hij zelf de onderwijsondersteuners aan. De docent kan zich meer richten op de kern van het vak, het leerproces van de leerlingen. 

Digitalisering van het onderwijs is een belangrijke pijler van Onderwijsteams. Het werken met ‘team teaching’ - samen met onderwijsondersteuners - vraagt om een open, collegiale houding en doet een sterk beroep op de vaardigheden samenwerken, delegeren, verantwoording nemen en geven. Bij Onderwijsteams wordt er geanticipeerd op het toekomstige lerarentekort terwijl de kwaliteit van het onderwijs erop vooruit gaat!

 

Kijk voor actuele info op de site:
http://www.innovatieimpulsonderwijs.nl/iio-experimenten/de-5-iio-experimenten/onderwijsteams.html

 

Resultaten onderzoek

Succes- en faalfactoren Onderwijsteams:
voorlopige resultaten kwantitatief onderzoek

Uit de voorlopige resultaten van het onderzoek naar Onderwijsteams blijkt dat een goede samenwerking binnen het team erg belangrijk is om het project Onderwijsteams tot een succes te maken. Het project zet traditionele onderwijsvormen overboord. Een dergelijke verandering komt pas echt tot bloei door enthousiasme bij zowel leerlingen als het personeel. Het werken in teamverband vraagt om een hecht team. Als er binnen een team onenigheid is, kan het niet optimaal functioneren. Een ander punt van aandacht is de verdeling van taken. Het belangrijkste vraagstuk daarbij is: welke taken horen nu echt bij de leraar en welke kunnen overgenomen worden door een onderwijsondersteuner of door ICT? En hoe ziet het ideale profiel van de onderwijsondersteuner eruit? Aan welke eisen moet de elektronische leeromgeving en het overige digitale lesmateriaal voldoen? Als een onderwijsteam eenmaal goed draait, zijn de reacties enthousiast: leraren hebben meer tijd om zich op echt onderwijsinhoudelijke taken te richten en laten zich in zaken als correctiewerk en extra uitleg tijdens de les graag ondersteunen door ICT-ers en onderwijsondersteuners. Leerlingen die in grote groepen les krijgen, lijken dat goed te accepteren.

In het schooljaar 2011-2012 en 2012-2013 zijn vragenlijsten afgenomen onder docenten die werken met onderwijsteams. In 2012 hebben 213 docenten van 21 vo-scholen de vragenlijst ingevuld, in 2013 hebben 159 docenten van 19 scholen de vragenlijst ingevuld. In de vragenlijst is gevraagd of er sprake is van succes- en faalfactoren die het succes van het project positief (succesfactoren) of negatief (faalfactoren) beïnvloeden. Het draagvlak en het enthousiasme lijkt te groeien, terwijl de kwaliteit van het onderwijs en de zorgen om het verlies van werkgelegenheid een punt van aandacht blijft. De resultaten van deze vragenlijst worden getoond in de volgende bijlage:

Open bestand Succes- en faalfactoren Onderwijsteams

Resultaten kwalitatief onderzoek

Tijdens de landelijke IIO-dag zijn de eerste resultaten uit het kwalitatieve onderzoek bekend gemaakt. Leerlingen, leraren en de school merken duidelijk het effect van de experimenten. Scholen werken slimmer door hun onderwijs anders te organiseren. Leraren nemen waar dat leerlingen gemotiveerder zijn en zijzelf raken meer in gesprek met hun collega’s en de schoolleiding.

“We zien in het onderzoek dat er meer tijd ontstaat om aandacht te besteden aan de individuele leerlingen. Dit biedt zo een antwoord op passend onderwijs. Scholen worden meer veranderende en lerende organisaties, omdat er tijd ontstaat om echt met elkaar het gesprek over het onderwijs aan te gaan", aldus Marco Snoek, Lector Leren en Innoveren aan de Hogeschool van Amsterdam.

Bekijk meer resultaten en aanbevelingen uit het onderzoek ’Impulsen voor vernieuw(en)d onderwijs’ in de samenvatting en de factsheet.

Kennisproducten

In de vier jaren van het experiment Onderwijsteams is op de 20 deelnemende scholen een hoop kennis en ervaring opgedaan. Elke school heeft het experiment op een eigen manier ingevuld. Waar bij andere experimenten alle scholen toewerken naar een bepaald eindproduct (lesmateriaal, filmpjes, ...) ligt dat bij Onderwijsteams anders.

Er is namelijk geen sprake van een concreet eindproduct. Wel heeft elke school een manier gevonden hoe zij het concept hebben ingevuld in hun eigen situatie. Er zijn scholen bij die het concept breed en door de hele school hebben ingevoerd. Andere scholen hebben dat in een deel van de school gedaan: een bepaalde opleiding, bepaalde leerjaren, bepaalde vakken. Bij de experimentscholen zitten scholen voor VMBO, HAVO en VWO maar ook een school voor Praktijkonderwijs.

Al die opgedane kennis en ervaringen hebben de scholen vastgelegd op verschillende manieren:

  • een website
  • een presentatie
  • beschrijvingen zoals best practises
  • filmpjes
  • ...

De bonte verzameling kennisproducten zijn op deze website gezet. Om een gestructureerde toegang tot deze berg aan informatie te geven hebben wij een matrix gemaakt, die een overzicht geeft van de uitgangspunten van het experiment Onderwijsteams. Elk kennisproduct is aan een of meer van de vakjes uit de matrix gelinkt. Hiermee kan men gericht zoeken op kennis en ervaringen van scholen op bepaalde gebieden.

Ook is het mogelijk om de bijdragen van de scholen per school te bekijken. Hier krijgt men ook een korte beschrijving van de school, zodat hun bijdrage geplaatst kan worden tegen de achtergrond van de school.

Overzichtsmatrix

Elke school kent zijn eigen onderwijskundig concept dat leidt tot verschillen tussen scholen. Ondanks die verschillen zijn er in de dagelijkse organisatie van het leerproces veel overeenkomsten. Op basis van die overeenkomsten is deze overzichtsmatrix opgesteld. De overzichtsmatrix is opgebouwd uit twee elementen:

  • verticaal staan zes uitgangspunten, kenmerken van Onderwijsteams
  • horizontaal staan vijf niveaus waarop het uitgangspunt op school kan zijn gerealiseerd

Hieronder worden deze uitgangspunten en de vijf niveaus uitgewerkt.

Het experiment Onderwijsteams wordt gekenmerkt door zes uitgangspunten:

  1. Gepersonaliseerd leren: Het aanbieden van leerstof zodanig dat het volledig is afgestemd op de leerling qua tempo, niveau, interesse, leerstijl. Leerstof gedifferentieerd aanbieden in tempo of niveau alleen is een eenvoudige vorm daarvan.
  2. eDidactiek: Het kunnen toepassen van ICT in de les vraagt om meerdere vaardigheden waaronder het kunnen omgaan met de hard- en software en weten hoe je die hard- en software kunt inzetten om je didactiek te verrijken.
  3. Leermiddelenbeleid: is het maken van weloverwogen keuzes voor de middelen die worden ingezet in het onderwijs, waarbij vastgesteld en vastgelegd wordt welke vakken met welk leermiddel werken en of die methode in boekvorm en/of digitaal wordt aangeboden. Ook wordt hierbij gekeken naar het kostenaspect.
  4. Teamvorming: een samenwerkingsvorm waarin docenten samen met onderwijsondersteuners lessen verzorgen. Binnen het team zijn duidelijke afspraken over de verschillende rollen, wie waar verantwoordelijk voor is.
  5. Functiedifferentiatie: De verschillen in functieniveaus (docenten 1e en 2e graads, OO’ers MBO en HBO) zijn beschreven in een functiewaarderingssysteem, maar worden ook gekoppeld aan de rollen, taken en verantwoordelijkheden binnen de teams.
  6. Inzet OO: Onderwijsondersteuners kunnen op verschillende manieren worden ingezet: incidenteel of structureel, bij sommige vakken of breed in de school.

Een school kan zich voor elk van deze zes kenmerken positioneren op een schaal van 0 t/m 4:

0 = Men past dit uitgangspunt niet toe.
1 = Het uitgangspunt wordt deels toegepast. Bijvoorbeeld in een enkel geval, bij sommige lessen, …
2 = Het uitgangspunt wordt in zijn geheel toegepast, precies zoals het is beschreven.
3 = Het uitgangspunt wordt toegepast en men onderzoekt ook de sterke en zwakke kanten, wat wel en wat niet werkt.
4 = De school heeft naar aanleiding van ervaringen de toepassing van het uitgangspunt geanalyseerd en waar nodig aangepast en opnieuw ingericht.

In onderstaande afbeelding is dit in een matrix samengevoegd. Elk vakje geeft een korte beschrijving van het uitgangspunt van dat niveau. Door op een vakje te klikken kom je bij informatie i.c. kennisproducten die met dat vakje een relatie hebben.

(Tip: is de tabel niet helemaal zichtbaar, druk op <ctrl>-<-> om uit te zoomen, met <ctrl>-<0> krijgt u de normale zoom-instelling weer terug)

  0 (niet toepassend) 1 (deels toepassend) 2 (toepassend) 3 (analyserend) 4 (innoverend)

Gepersonaliseerd leren

Geen differentiatie toegepast.

Er is differentiatie in leerstof: verdiepings- en/of verrijkingsstof

Differentiatie in niveaugroepen binnen de organisatie van de lesgroep.

Differentiatie in niveaugroepen over lesgroepen heen.

Gepersonaliseerd leren met individuele leertrajecten en monitoring van de voortgang van de leerling.

Toepassing e-Didactiek

Geen digitalisering van het onderwijs.

Leer- en werkboek worden digitaal toegepast in gelijke vorm als voorheen het leer- en werkboek.

Oefenmateriaal op diverse niveaus wordt gedigitaliseerd toegepast tijdens de voorbereiding op de les en tijdens de lessen zelf.

Interactieve lessen voor niveaugroepen zowel op school als thuisomgeving dankzij mogelijkheden van e-didactiek.

Interactieve lessen op niveau van de leerling dankzij toepassing learning analytics en digitale leerstof op niveau en leerstijl van elke leerling.

Leermiddelenbeleid

Er is geen leermiddelenbeleid vastgelegd dat ook wordt toegepast.

Het gebruik van leermiddelen is vastgelegd in beleid, dat is gebaseerd op een onderwijsvisie. Het beleid wordt toegepast en gemonitord.

Het gebruik van leermiddelen is vastgelegd en wordt toegepast om differentiatie te ondersteunen.

Leermiddelen zijn geschikt voor actieve benadering van verschillende leerniveaus binnen de lesgroepen.

Het leermiddelenbeleid is volledig afgestemd op de visie op gepersonaliseerd leren.

Teamvorming

De school kent wellicht teams, maar daarin wordt niet samengewerkt.

OP en OOP verbonden aan teams en secties op grond van hiërarchische overwegingen.

Rollen en verantwoordelijkheden van OP en OOP zijn beschreven en bekend en worden dienovereenkomstig algemeen toegepast. Teams geven structureel vakoverstijgend les.

Competenties OP/OOP bekend en toegepast bij inzet tijdens de lessen aan niveaugroepen. Lessen zijn structureel vakoverstijgend en mogelijk leerjaaroverstijgend.

Er is een optimale match tussen leerstijl van leerling en de beschikbaarheid van OP/OOP. Lessen zijn waar mogelijk vak- en leerjaaroverstijgend.

Functiedifferentiatie

Functiemix is ingevoerd op grond van cao-VO verplichting. Er zijn binnen de school geen teams waarin medewerkers uit verschillende schalen samenwerken.

Functiemix is ingevoerd op grond van cao-VO verplichting. Er zijn teams waarin met medewerkers uit verschillende schalen wordt samen gewerkt.

Verschillen tussen functieniveaus OP en OOP zijn bekend en worden binnen de teams toegepast.

Functies OP en OOP zijn aangevuld met competentieprofielen.

Functies en competentieprofielen OP en OOP zijn aangevuld met persoonlijke kwalificaties van medewerkers gericht op inzetbaarheid bij begeleidingsverschillen tussen leerlingen.

Inzet OnderwijsOndersteuner

Er zijn geen onderwijsondersteuners aanwezig.

OO beschikbaar op grond van pragmatische overwegingen gericht op klassenmanagement en kosten.

OO wordt structureel ingezet  binnen het (onderwijs)team en heeft een duidelijke taak. Neemt deel aan teamoverleg en teamverantwoording.

OO wordt structureel binnen de lesgroepen ingezet om lessen aan niveaugroepen binnen deze lesgroepen te realiseren.

OO wordt structureel binnen de lesgroepen ingezet om gepersonaliseerd leren te realiseren.

 

Groeipad

Scholen die geïnteresseerd zijn in het concept Onderwijsteams en dat zouden willen invoeren, zijn uiteraard benieuwd naar ervaringen van andere scholen hoe zij dat gedaan hebben. Via de overzichtsmatrix van uitgangspunten en niveaus kan elke school voor zichzelf bepalen:

  • op welke niveau zit ik nu voor elk van de zes uitgangspunten (ist)
  • op welk niveau zou ik voor elk van die uitgangspunten willen zitten (soll)

Het Spinnenweb is bedoeld als een tooltje waarmee scholen hun huidige en gewenste positie kunnen bepalen mbt het concept Onderwijsteams. Daarvoor maken ze gebruik van de uitgangspuntenmatrix, waarin de kenmerken van IIO Onderwijsteams staan uitgewerkt op meerdere niveaus. Door bij elk uitgangspunt aan te geven op welk niveau je nu zit en waarop je wilt belanden, kun je bepalen wat je in de komende schooljaren wilt gaan doen om dat te bereiken. Daarbij word je ondersteund door een grafische weergave van die ingevoerde niveaus in het Spinnenweb. Bovendien zit 'achter' elk vakje uit de matrix uitleg, voorbeelden (scenario's) en best practises die bij elk uitgangspuntniveau wordt gegeven. Deze uitleg vind je terug in de menustructuur aan de linkerkant.
Hieronder een voorbeeld van zo'n spinnenweb.

Dit spinnenweb is voor elke school zelf samen te stellen met behulp van de volgende Excel-spreadsheet:

 

Open bestand Spinnenweb IIO-Onderwijsteams

De IIO-Onderwijsteams App

Onderstaande matrix en 'spinnenweb' is gemaakt om te werken op elk device. Na het invullen van de matrix zie je het resultaat in het Spinnenweb. Onderaan de pagina heb je de mogelijkheid om het geheel als PDF op te slaan, zodat je het bijvoorbeeld in een beleidsplan kunt gebruiken.

Deze WebApp is gemaakt door Dorian de Koning, leerling van het Picasso Lyceum in Zoetermeer (studeert Technische Informatica aan de TU-Delft sinds augustus 2014).

Gepersonaliseerd leren

Een van de uitgangspunten van het experiment Onderwijsteams is dat leerlingen in gedifferentieerde en veelal grotere groepen les krijgen van een combinatie van docenten en onderwijsondersteuners. Dat is alleen goed toe te passen als er een ondersteunende onderwijsvorm wordt gekozen. Leerlingen uit die groep moeten in staat zijn om op eigen niveau met de leerstof om te gaan. Differentiatie en in de 'ultieme' vorm Gepersonaliseerd Leren zijn dan noodzakelijk.

We onderscheiden in de personalisering van het leren vijf niveaus. Elk van deze niveaus is verder uitgewerkt op een aparte pagina, met verwijzingen naar de kennisbank:

0 = Geen differentiatie toegepast.
De school kent geen differentiatievormen. Leerlingen krijgen allemaal dezelfde leerstof in hetzelfde tempo te verwerken.

1 = Er is differentiatie in leerstof: verdiepings- en/of verrijkingsstof
Binnen de vakles wordt gedifferentieerd door de leerlingen die daar aan toe zijn verrijkings- of verdiepingsstof aan te bieden.

2 = Differentiatie in niveaugroepen binnen de organisatie van de lesgroep.
Leerlingen krijgen groepsinstructie, waarna sommige groepen leerlingen verlengde instructie krijgen.

3 = Differentiatie in niveaugroepen over lesgroepen heen.
Leerlingen uit meerdere groepen worden op basis van hun niveau op bepaalde momenten van de les (-dag) bij elkaar gezet.

4 = Gepersonaliseerd leren
met individuele leertrajecten en monitoring van de voortgang van de leerling.

Gepersonaliseerd leren: niveau 0

De school kent geen differentiatievormen. Leerlingen krijgen allemaal dezelfde leerstof in hetzelfde tempo te verwerken.

Gepersonaliseerd leren: niveau 1

Binnen de vakles wordt gedifferentieerd door de leerlingen die daar aan toe zijn verrijkings- of verdiepingsstof aan te bieden. In de methodes wordt daarin vaak voorzien door extra paragrafen: B en C of door oefeningen te voorzien van een markering waardoor deze te herkennen zijn als verdiepingsstof.

Kenmerk van deze werkwijze is dat de leerlingen in de klas blijven. Deze manier van werken sluit goed aan bij klassikaal onderwijs, waarbij eerst instructie wordt gegeven en daarna verwerking.

Gepersonaliseerd leren: niveau 2

Differentiatie in niveaugroepen binnen de organisatie van de lesgroep.

Bij deze vorm van differentiatie wordt er een minimumdoel voor de groep als geheel gesteld. Alle kinderen doen mee aan de groepsinstructie en profiteren zodoende van de uitleg van de leerkracht en van elkaar. Na de groepsinstructie gaat de groep de leerstof zelfstandig verwerken, waardoor de leerkracht tijd heeft om de risicoleerlingen extra instructie te geven. Dit wordt ook wel begeleide inoefening genoemd. Risicokinderen krijgen dus groepsinstructie én verlengde instructie. De instructietijd wordt zodoende enorm vergroot voor deze leerlingen. Voor de kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong is er verdiepingsstof die aansluit op het leerdoel van de les.
Deze vorm verdeelt de klas in twee of drie niveaus: een minimumniveau en een hoger niveau. Het doel is kinderen zo lang mogelijk mee te laten doen met de groep om hen te laten profiteren van de instructie en interactie in de groep. De groep blijft bij elkaar. Hierdoor profiteren alle leerlingen optimaal van de tijd die de leerkracht kan besteden aan instructie. Het vergroten van de leertijd en het geven van instructie verhogen de leerprestaties van de leerlingen.

Bron: Wikipedia

Bijdragen scholen

Candea College  Innovatief evidence based onderwijs Document

 

Gepersonaliseerd leren: niveau 3

Differentiatie in niveaugroepen over lesgroepen heen.

Belangrijkste verschil met het niveau 2 van Gepersonaliseerd leren is dat hier de groep niet bijeen blijft.
Bij deze vorm van differentiatie wordt er zo veel mogelijk aangesloten op de individuele leerbehoeftes en -niveaus van de leerlingen in de groep. De leerkracht fungeert hierbij als begeleider van het leerproces van de leerlingen.

Een effect waarop geanticipeerd moet worden is dat de verschillen tussen de leerlingen steeds groter worden, waardoor er nog meer gedifferentieerd moet worden. Ook kan het Matteüseffect optreden: leerlingen die goed kunnen leren, worden nog beter omdat zij in niveaugroepen met andere goede leerlingen zitten waaraan ze zich kunnen optrekken.

Een valkuil van deze vorm van differentiatie kan zijn dat men de zwakkere leerlingen in de groep hiermee een stimulans ontneemt om beter te presteren.

Bron: Wikipedia

Gepersonaliseerd leren: niveau 4

Gepersonaliseerd leren stelt elke leerling in staat om te leren op zijn of haar eigen manier, eigen tempo en met instructies die voldoen aan de unieke behoeften, interesses en leervoorkeuren van de leerling. Het gebruik van ICT speelt daarin een voorname rol om dit mogelijk te maken, door monitoring, analyse van wat de leerling doet en suggesties te geven voor het vervolg.

 

Toepassing e-didactiek

E-didactiek is het terrein waarin scholen keuzes maken om de leerstof met behulp van digitale leermiddelen aan de leerling aan te bieden ter ondersteuning van het leerproces van de leerling. Het geeft antwoord op de vraag welke digitale middelen er zijn om je (activerende) didactische gereedschapskist uit te breiden en deze middelen optimaal toe te passen in je lessen.

Praktische informatie vind je hieronder van het Arentheem College:

 

Open bestand Arentheem College - Brief ouders laptops

Open bestand Arentheem College - Bruikleenovereenkomst laptop

Open bestand Arentheem College - Do's and don't gebruik laptop

e-Didactiek: niveau 0

De school gebruikt geen digitale content en digitale apparatuur die als doel hebben om de didactische werkvormen uit te breiden.
Als de school wel devices (PC's, laptops, tablets) inzet in de lessen, maar dat is puur omdat dat niet anders kan (informaticalessen, digitale examens, ...), dan verrijkt dit de didiactiek niet en zou de school op dit niveau ingeschaald moeten worden.

e-Didactiek: niveau 1

De school gebruikt digitale content van uitgevers of VO-content, maar zet dit op tradionele wijze in. Dit wordt ook wel 'boek achter glas' genoemd. Ook gebruiken de docenten het inzetten van devices om hun didactiek te verrijken (Flipping the Classroom, on-line enquêtes, webquests, ...).

Docenten dienen bekwaam te zijn in het toepassen van ICT in hun lessen.

Bijdragen scholen

Picasso Lyceum

Een voorbeeld van de vakken economie en management en organisatie en een voorbeeld van de vakken geschiedenis, aardrijkskunde en maatschappijleer.

Document
Were Di

Elke docent ICT-competent

Website WereDi
't Ravelijn Breedschalige invoer van ICT in het onderwijs (pag 26 van het Masterplan) Document
Van Kinsbergen Het inzetten van de iPad, iBooks, iTunesU en materiaal van VO-content Filmpje

 

e-Didactiek: niveau 2

Binnen de les kunnen leerlingen op meerdere niveaus aan de slag. Dat wordt bereikt door de inzet van digitale leermiddelen in didactische werkvormen. Voorbeelden zijn Flipping the classroom, leerstof klaargezet in de ELO, digitaal materiaal met mogelijkheden tot extra uitleg, toetsen met directe feedback, ...

De docent gebruikt de digitale middelen om zijn of haar didactiek te verrijken, de leerlingen meer te activeren en de resultaten te verhogen. De docent is in staat om ICT op een optimale wijze in de lessen in te zetten, weet wat wel kan en wat niet de gewenste resultaten oplevert. Voor elke les weet de docent te formuleren welke capaciteiten er nodig zijn voor het geven van die les (TPACK), welke vaardigheden de leerlingen gaan opdoen (21st century skills) en welke mediawijsheidsvaardigheden in de les worden geadresseerd.

Bijdragen scholen

Picasso Lyceum

Een voorbeeld van de vakken economie en management en organisatie en een voorbeeld van de vakken geschiedenis, aardrijkskunde en maatschappijleer.

Document
WereDi Elke docent ICT-competent; hoe WereDi een Docent Ontwikkel Team (DOT) heeft opgezet. Website WereDi
't Ravelijn Breedschalige invoer van ICT in het onderwijs (pag 26 van het Masterplan) Document
Candea College  Innovatief evidence based onderwijs Document

 

e-Didactiek: niveau 3

Digitale content wordt niet alleen gebruikt ter versterking van de didactiek en het differentiëren binnen de groep, maar ook om het leren plaats- en tijdonafhankelijk te maken. Hierdoor krijgt de leerling meer de regie over het leerproces en kan de differentiatie ook buiten de lesgroep doorgang vinden: thuis, in keuzewerktijd, en uiteraard in de les zelf.

De docent dient hiervoor een behoorlijke kennis van ICT te hebben en hoe dat kan worden ingezet in het onderwijs, de ELO weten te gebruiken voor zowel het aanbieden van content als het volgen van de leerlingen.

De school c.q. vaksectie dient te beschikken over een digitale methode die de genoemde differentiatiemogelijkheden faciliteert.

e-Didactiek: niveau 4

E-didactiek, digitale content en devices worden ingezet om de leerling een persoonlijke leeromgeving aan te bieden, waarin de leerling wordt gevolgd, geanalyseerd en waarin suggesties worden gedaan voor de te volgen leerroute.

Leermiddelenbeleid

Leermiddelenbeleid is het beleidsterrein waarin afgewogen keuzes zichtbaar worden over de duurzame aanschaf en inzet van leermiddelen in nauwe relatie tot de e-didactiek, gepersonaliseerd leren en teamvorming.

Leermiddelenbeleid: niveau 0

De school heeft het leermiddelenbeleid niet vastgelegd of het wordt niet toegepast.

Leermiddelenbeleid: niveau 1

De school heeft het gebruik van leermiddelen in een beleidsplan vastgelegd. De secties passen dit beleid ook toe, waarop wordt toegzien. Het beleid wordt aangepast als er nieuwe inzichten ontstaan.

Bijdragen scholen

Picasso Lyceum Relevant deel IIO uit leermiddelenbeleid Document
     
     

 

Leermiddelenbeleid: niveau 2

De school heeft een actief toegepast leermiddelenbeleidsplan. Het plan is afgestemd op de visie van de school om leerlingen gedifferentieerd de leerstof te laten doorlopen.

Bijdragen scholen

Picasso Lyceum Relevant deel IIO uit leermiddelenbeleid Document
     
     

 

Leermiddelenbeleid: niveau 3

De leermidelen zijn bepaald en worden ingezet om leerlingen op het niveau van hun groep de leerstof te laten doorlopen.

Leermiddelenbeleid: niveau 4

De school heeft een visie waarin gepersonaliseerd leren centraal staat. Het leermiddelenbeleid is hier volledig op afgstemd, zodat leerlingen op basis van hun tempo, interesse en leerstijl de leerstof kunnen doorlopen.

Teamvorming

Een Onderwijsteam is een team waarin medewerkers OP en OOP samenwerken om zodoende grotere groepen leerlingen te kunnen begeleiden in het leerproces. De werkwijze wordt ook wel Team Teaching genoemd.

Met een Onderwijsteam bedoelen we dus niet de gebruikelijke vaksecties of 'bouw'-teams (onderbouw, bovenbouw, HV, ...).

Elke school voor VO kent wel teams: het VMBO-onderbouw team, de wiskundesectie, e.d.. Maar deze teams zijn meer samengesteld op pragmatische overwegingen dan op samenwerkingsverbanden. Ze vergaderen gezamenlijk, stemmen het curriculum en toetsen af, maar docenten opereren individueel in hun les.

Een onderwijsteam in de context van het experiment Onderwijsteams bestaat idealiter uit meerdere disciplines (OP en OOP), is ongeveer 12 personen groot, omvat meerdere vaksecties. In het team streeft men ernaar om gezamelijk aan groepen leerlingen les te geven, zodanig dat alle leerlingen tot hun recht komen. Daarvoor wordt gestreefd naar een efficiëntere invulling van het onderwijsleerproces, zodat met hetzelfde aantal contacturen een beter resultaat wordt bereikt (meer leerlingen op hun niveau geadresseerd, betere leerresultaten, ...) of met minder contacturen minimaal hetzelfde resultaat.

 

Teamvorming: niveau 0

Als uw school geen teams kent waarin medewerkers uit verschillende schalen met een duidelijke taakverdeling samenwerkend aan een groep leerlingen lesgeven, dan zou u de school moeten inschalen op dit niveau.

Teamvorming: niveau 1

De school kent teams, waarin docenten en onderwijsondersteuners samen lessen verzorgen; denk aan de TOA. Soms wordt er vakoverstijgend lesgegeven, zoals in een projectweek.

Were Di een korte beschrijving van het ontstaan van het DOT, een Digitaal Ontwikkel Team Website WereDi
Goese Lyceum Onderwijsteams theorie en praktijk plus tips aan leidinggevende Document
't Ravelijn Domeinteams (pag 23 van het Masterplan) Document
't Ravelijn Handboek Leren op 't domein Document
Montaigne Lyceum Lesgeven in een domein is teamwerk Filmpje
Montaigne Lyceum Lesgeven in een domein is teamwerk Document

 

Teamvorming: niveau 2

Teams worden geformeerd op basis van de beschikbare docenten en OO's. Hun rol is beschreven in functiebeschrijvingen en zij worden als zodanig ingezet. Binnen de teams wordt samengewerkt, waarbij de lessen regelmatig en onderling afgesproken en vastgelegd vakoverstijgend worden gegeven.

Were Di Een korte beschrijving van het ontstaan van het DOT, een Digitaal Ontwikkel Team Website WereDi
Goese Lyceum Onderwijsteams theorie en praktijk plus tips aan leidinggevende Document
't Ravelijn Domeinteams (pag 23 van het Masterplan) Document
't Ravelijn Handboek Leren op 't domein Document
Montaigne Lyceum Lesgeven in een domein is teamwerk Filmpje
Montaigne Lyceum Lesgeven in een domein is teamwerk Document

 

Teamvorming: niveau 3

Teams worden geformeerd op basis van de beschikbare docenten en OO's. Van de docenten en OO's zijn kennis en vaardigheden bepaald en vastgesteld. Op basis hiervan worden zij in de teams ingedeeld. Binnen de teams wordt samengewerkt, waarbij de lessen regelmatig en onderling afgesproken en vastgelegd vakoverstijgend worden gegeven.

Leerlingen worden hierdoor optimaal begeleid en kunnen op hun eigen niveau de leerstof eigen maken.

Teamvorming: niveau 4

De teams zijn samengesteld uit docenten en OO's. Binnen de teams worden leerlingen begeleid in het doorlopen van het leerproces, waarbij die docent en/of OO wordt ingezet die het beste past bij wat de leerling op dat moment nodig heeft.

Leerlingen doorlopen het leerproces op basis van hun kunnen, interesse en leerstijl. Zij kunnen op elk moment terecht bij die docent of OO die hen het beste kan begeleiden met de vraag die zij hebben.

 

Functiedifferentiatie

Functiedifferentiatie is het terrein van het logisch bundelen van werkzaamheden binnen één functie op basis van zwaarte, verantwoordelijkheid en noodzakelijke kennis en opleiding. Door de hoeveelheid werk te differentiëren in meerdere functies wordt per functie meer werk van hetzelfde niveau aan geboden, ontstaan er loopbaanpaden voor functiebezetters en kan bij schommelingen op de arbeidsmarkt gerichter ingespeeld worden op beschikbare arbeidscapaciteit. 

Functiedifferentiatie: niveau 0

De school voldoet aan de regels van de functiemix. Er zijn naast de gebruikelijk secties geen samenwerkingsverbanden, maar docenten opereren individueel.

Functiedifferentiatie: niveau 1

Er zijn enkele teams, waarin docenten en onderwijsondersteunend personeel samen lessen verzorgen.

Denk daarbij aan de TOA, OO bij Zorg en Welzijn. De inzet van OO blijft echter beperkt tot een klein aantal vakken of vakgroepen, waarbij die inzet van de OO uit praktische overwegingen is geschied.

 

Functiedifferentiatie: niveau 2

Voor zowel docenten als onderwijsondersteuners zijn functies beschreven en waarop zij zijn ingeschaald. Inzet binnen de teams geschiedt op basis hun profiel.

Bijdragen scholen

't Ravelijn Handboek Leren op 't domein Document
     
     

 

Functiedifferentiatie: niveau 3

Van docenten en OO's zijn de functies aangevuld met competentieprofielen. Aan de hand hiervan worden gedragsvaardigheden gekoppeld aan rollen, taken en verantwoordelijkheden. Dat leidt tot feedback en reflectie op de werkvloer tussen de verschillende functiebezetters.

Bijdragen scholen

't Ravelijn Handboek Leren op 't domein Document
     
     

 

Functiedifferentiatie: niveau 4

Naast het functie- en competentieprofiel van de docenten en OO's worden de persoonlijke kwalificaties van de medewerkers verregaand gebruikt om hen zo optimaal mogelijk in te zetten in het begeleidingsproces van de leerling.

De mate van feedback, reflectie en evaluatie binnen het team leidt tot een toegepast aanbod aan leerprocesbegeleiding door een onderwijsgevende en het niveau en leerstijl van de leerling.

Onderwijsondersteuners

ToDo:

Hier een algemeen stukje over onderwijsondersteuners, de verschillende niveaus, de verschillende opleidingen, de verschillende invulvormen (TOA, native speaker, domeinbeheerder, ...)

 

Voorbeeld functiebeschrijvingen van een onderwijsondersteuner:

Open bestand Arentheem College - Functie onderwijsondersteuner 2 schaal 5

Open bestand Capellenborg - profiel Onderwijsassistent

Onderwijsondersteuners: niveau 0

Op school zijn geen onderwijsondersteuners aangesteld.

Onderwijsondersteuners: niveau 1

Op de school zijn één of enkele Onderwijsondersteuners ingezet, om de lessen te ondersteunen. De OO is dan vaak gerelateerd aan één vak of sectie. Denk hierbij aan de TOA of een OO bij Zorg en Welzijn.

Kenmerkend is dat er hooguit afspraken zijn gemaakt tussen de OO en de docent(en) van het vak over de inzet van de OO. Dat kan per OO en per vak verschillen. De OO wordt soms ad hoc ingezet, waar een docent dat aanvraagt.

Bijdragen scholen    
Goese Lyceum Onderwijs Ondersteuners in onderwijsteams, waar rekening mee te houden Document
Picasso Lyceum Valkuil inzet onderwijsassistent Document
     

 

Onderwijsondersteuners: niveau 2

De school heeft één of meerdere onderwijsondersteuners die bij meerdere vakken worden ingezet. Een docent kan een beroep doen op de inzet van een OO, ad hoc en/of via een vastgelegd rooster. De OO helpt bij het klaarzetten, uitvoeren van de les en het opruimen. De OO kent de leerlingen hierdoor goed en wordt betrokken bij teamvergaderingen en rapportbesprekingen. Er is een FuWaSys gewaardeerde functiebeschrijving.

Bijdragen scholen

Goese Lyceum Onderwijs Ondersteuners in onderwijsteams, waar rekening mee te houden Document
Picasso Lyceum Taakomschrijving domeinassistent Document
Picasso Lyceum Functieomschrijving domeinassistent Document
Picasso Lyceum Valkuil inzet onderwijsassistent Document
Picasso Lyceum Interview docent en onderwijsondersteuner Filmpje
Arentheem College Functie onderwijsondersteuner 2 schaal 5 Document
't Ravelijn Onderwijsassistenten op het domein Document

 

Onderwijsondersteuners: niveau 3

In deze situatie zijn de OnderwijsOndersteuners een integraal onderdeel van de school. Er zijn meerdere onderwijsondersteuners die bij een groot deel van de vakken worden ingezet. Zij hebben een duidelijke functie, een heldere rol, er zijn afspraken over wat er van hen verwacht mag en kan worden, zij doen mee aan vergaderingen en hebben een FuWaSys gewaardeerde functiebeschrijving. Door de inzet van de OO is de docent in staat leerlingen meer op maat te begeleiden.

Bijdragen scholen

't Ravelijn Onderwijsondersteuners op het domein Document
2College Ondersteuning van een onderwijsassistent Filmpje
Zuyderzee College Inzet onderwijsondersteuners Filmpje

 

Onderwijsondersteuners: niveau 4

De OO wordt ingezet om het samen met de docent mogelijk te maken dat de leerling zijn of haar individueel leertraject zo optimaal mogelijk doorloopt. Binnen het team waarin de OO fungeert is een heldere verdeling van taken, rollen, verantwoordelijkheden, kennis en persoonlijke interesses gemaakt, die op die individuele begeleiding is gebaseerd.

Bijdragen scholen

In dit deel van de website worden de bedragen van de scholen per school aangegeven. Van elke school wordt in het kort de achtergond beschreven en een verwijzing gegeven naar hun website. Hierdoor is het mogelijk de bijdrage van de school af te zetten tegen de achtergronden van de school. Door dit te vergelijken met de eigen situatie kan bekeken worden of de aanpak ook voor jouw school geschikt is.

2College Ruiven

Achtergrondinformatie

Leerlingen krijgen op ‘t Ruiven veel kansen. In de onderbouw hebben we twee soorten brugklassen;
kgt (kader/gemengd/theoretisch) en mavo/havo. Een eventuele doorstroom naar 3 havo is mogelijk. Er is
een breed vakkenaanbod en er zijn veel activiteiten.
Goede begeleiding vinden we erg belangrijk. De mentoren staan altijd open voor vragen van de leerling
en zijn of haar ouders. Dat deze begeleiding zijn vruchten afwerpt, blijkt uit de goede resultaten en de
grote tevredenheid van leerlingen.

Website 2College Ruiven

Bijdragen school

Op het 2College in Ruiven wordt les gegeven in een ruimte die multifunctioneel is ingericht. Voor meerdere vakkken kan er les worden gegeven aan grotere groepen. In bijgaand filmpje wordt dat getoond:

 

2College Ruiven

Arentheem College/Titus Brandsma

Achtergrondinformatie

De school is kleinschalig, veilig en gestructureerd. De kwaliteit van het onderwijs is hoog. Leerlingen kunnen bij de school terecht voor mavo, onderbouw havo en atheneum en de Wereldklas.

Docenten en leerlingen kennen elkaar. Men zorgt voor een soepele overgang van de basisschool naar onze school. In de brugklas heeft de leerling een eigen lokaal. Ze beginnen met een tweejarige brugperiode. Pas na die twee jaar wordt gekeken of de leerling mavo, havo of atheneum gaat doen. In die tijd kan er gewisseld worden van niveau, zonder dat men naar een andere klas hoeft. Zo heeft de leerling echt de tijd om het beste uit zichzelf te halen.

Website Arentheem College Titus Brandsma

 

Bijdragen school

De school zet laptops in. Op bepaalde momenten gaat de leerling naar de studiezaal, waar een onderwijsondersteuner de leerlingen begeleidt. Hieronder een aantal documenten, die aangeven hoe men dit heeft geregeld. Eerst een tweetal documenten betreffende de rol van de onderwijsondersteuner:

Open bestand Arentheem College - Functie onderwijsondersteuner 2 schaal 5

Open bestand Arentheem College - Richtlijnen onderwijsondersteuners studiezaal

Informatie hoe het Arentheem College/Titus Brandsma omgaat met de laptops:

Open bestand Arentheem College - Brief ouders laptops

Open bestand Arentheem College - Bruikleenovereenkomst laptop

Open bestand Arentheem College - Do's and don't gebruik laptop

Candea College

Achtergrondinformatie

Het Candea College is een brede scholengemeenschap (vwo, havo en vmbo) met ongeveer 2400 leerlingen. In de beroepsgerichte leerwegen in het vmbo in zowel onder- als bovenbouw wordt hard gewerkt aan de invulling van een praktische invulling van het onderwijs naast de algemeen vormende vakken zoals Nederlands, Engels en wiskunde, waarbij de vaardigheden en attitudes onderdeel van het curriculum zijn.

Website Candea College

Bijdragen school

Bijdragen school:

Binnen het IIO-project heeft het Candea College gewerkt aan het vormgeven van instructiefilms voor leerlingen die zij ten alle tijden kunnen bekijken wanneer zij de beschikking hebben over een device en internet. Door deze instructiefilms kan het onderwijs op de leerpleinen effectiever en efficiënter verzorgd worden. Leerlingen zoeken eerst in de instructiefilms of daar het antwoord staat op de vraag die zij hebben. Op deze manier komt het antwoord op de vraag just in time.

De projectleider van het Candea College heeft in een document uiteengezet wat zij gedaan hebben en geeft daarin naast voorbeelden ook kritische succesfactoren:

 

Open bestand IIO Candea College

Capellenborg/Van der Capellen

Achtergrondinformatie

De Van der Capellen scholengemeenschap is een openbare school, met vier locaties in en rond Zwolle. Wij bieden vernieuwend onderwijs voor alle schoolsoorten, van vmbo tot atheneum. Capellenborg is de locatie in Wijhe. Kenmerkend voor onze school is de aandacht voor creativiteit en kunstzinnigheid. Daarnaast bieden wij onze leerlingen op elke locatie vele extra keuzemogelijkheden.

Website Capellenborg

 

Bijdragen school

De projectleider van Capellenborg, Sander Schipper, heeft een logboek bijgehouden met activiteiten tijdens het project:

Open bestand iio-activiteitenoverzicht schooljaar13-14

Op Capellenborg heeft men een functiebeschrijving gemaakt voor een onderwijsondersteuner:

Open bestand Capellenborg - profiel Onderwijsassistent

Voor de Praktijk Sector Oriëntatie (PSO) heeft men een serie lessen samengesteld, waarin de docent samen met de onderwijsassitent leerlingen begeleidt:

Open bestand PSOlessenreeks ZorgWelzijn

Open bestand Oriëntatieopdracht in een technisch bedrijf

Open bestand PSO Capellenborg digitale borging

Bij de PSO-lessen zijn een aantal screencasts gemaakt, waarvan hier een paar voorbeelden:

Geschiedenis

 

Kastelen

http://screencast-o-matic.com/watch/c2h1FqnxRP

Egypte mummificatie

http://screencast-o-matic.com/watch/c2fIqdntOp

Oertijd

http://screencast-o-matic.com/watch/c2fIqOntOb

Het ontstaan van het oude Rome

http://screencast-o-matic.com/watch/c2h1FynxSX

Rekenen

 

24 Game uitleg

http://screencast-o-matic.com/watch/cIXlX2V8MI

Da Vinci College Bovendonk

Achtergrondinformatie

Het Da Vinci College is één van de 3 Roosendaalse scholen die samen OMO scholengroep Tongerlo vormen. Binnen deze scholengroep verzorgt het Da Vinci College vmbo- en praktijkonderwijs.

Op onze school gaan we ervan uit dat leren ontstaat als mensen werkelijk belangstelling hebben voor wie ze zijn en wat hen beweegt. De leerling leert zijn weg te vinden in zijn of haar persoonlijke, maatschappelijke en beroepsmatige leef- en werkomgeving. Belangrijk daarbij zijn de ontmoetingen met andere mensen buiten de school. Zij zijn het rolmodel. Dat geldt net zo voor de leermeester in een bedrijf als de trainer bij een sportclub.

Elke jongere die opgroeit moet 3 vragen beantwoorden: Wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik? Het Da Vinci College wil de voorwaarden en de omgeving scheppen om samen met anderen de antwoorden op die vragen te vinden. De leerling moet leren vertrouwen op de eigen talenten en persoonlijke kracht.

Website Da Vinci College Bovendonk

Bijdragen school

Het Da Vinci College heeft met een beschrijving aangegeven hoe zij het concept Onderwijsteams hebben vormgegeven:

Open bestand Kennisbijdrage IIO project mens en natuur Da Vinci College

Goese Lyceum

Achtergrondinformatie

Het Goese Lyceum locatie Bergweg biedt een groot aantal opleidingen voor VMBO in de sectoren Economie, Techniek en Zorg & Welzijn. Sinds 2004 is er ook een VMBO Theaterschool aan Het Goese Lyceum verbonden. Daarnaast is in 2010 de afdeling Sport, Toerisme en Recreatie (STER) gestart.
Het Goese Lyceum locatie Bergweg is onderdeel van de Pontes Scholengroep.
 

Onze kijk op het onderwijs:
Een krachtige en veilige leeromgeving voor de leerlingen met aandacht voor hoofd, hart en handen. Goede examenresultaten en doorstromingsmogelijkheden. Het gebruik van moderne leermiddelen. Aandacht voor sociale, culturele en creatieve vaardigheden.

Website Het Goese Lyceum

Bijdragen school

Teamontwikkeling op het Goese Lyceum

Bij de beschrijving van de teamontwikkeling worden concrete gebeurtenissen gekoppeld aan de theorie die daarbij gebruikt is. Deze theorie wordt beknopt beschreven, maar er worden verwijzingen gegeven naar uitgebreidere informatie hierover. Naast de beschrijving worden ook de handelingsvoorstellen voor de leidinggevende per fase gegeven, inclusief een concreet voorbeeld uit de eigen praktijk bij @(s)cool.

De beschrijving is hieronder te vinden.

Open bestand Goese Lyceum - Onderwijsteams theorie en praktijk plus tips aan leidinggevende

Open bestand Goese Lyceum - Onderwijs Ondersteuners in onderwijsteams, waar rekening mee te houden

Linde College

Achtergrondinformatie

Het Linde College is een regionale scholengemeenschap met een breed aanbod aan onderwijssoorten (VMBO t/m VWO). Uniek aan de school is dat wij er bewust voor gekozen hebben om alle leerlingen onderwijs aan te bieden in één lesgebouw.

Leerlingen kiezen een opleiding die bij hun interesses, mogelijkheden en talenten past en kunnen toch op een ongedwongen wijze leerlingen die een andere keuze maken blijven ontmoeten: in het voorbijgaan, bij een sportevenement of een kunstproject.

Website Linde College

Bijdragen school

In onderstaand document heeft het Linde College even kort de hoofdlijnen van hun project weergegeven en de belangrijkste winstpunten die ze behaald hebben. Dat zou natuurlijk veel uitgebreider kunnen zijn. De school denkt  echter dat het leuker en interessanter is voor mensen om te komen kijken of contact op te nemen met het Linde College als ze meer willen weten.

Open bestand Ervaringen Linde College met het IIO-project

Merletcollege

Achtergrondinformatie

Merletcollege Grave kenmerkt zich door een brede instroommogelijkheid voor leerlingen van vmbo basisberoepsgerichte leerweg tot en met vwo: het is daarmee een afspiegeling van de maatschappij. Onze school heeft leerlingenbegeleiding hoog in het vaandel staan. Door de goede zorgstructuur in combinatie met de aandacht van de mentoren en de coördinatoren leerlingzaken, is er sprake van kleinschaligheid en zijn de lijnen kort binnen de school.

Op onze school bieden we onderwijs op maat en zorgen we dat de leerling op het juiste niveau onderwijs volgt. De docenten ondersteunen en stimuleren leerlingen waar mogelijk. Het gaat op onze school niet alleen om het behalen van goede cijfers, maar ook bereiden we de leerlingen voor op hun rol als actieve burgers in de samenleving.

Website Merletcollege

 

Bijdragen school

Het Merletcollege heeft in deze bijlage beschreven hoe zij het IIO-Onderwijsteams concept hebben ingevoerd:

Open bestand Bijdrage IIO Merletcollege

Montaigne Lyceum

Achtergrondinformatie

Van Gymnasium tot en met kader: Onder hetzelfde dak herbergen wij verschillende opleidingen: gymnasium, vwo, havo, mavo en vmbo-kader. Dat leerlingen met verschillende talenten samen naar dezelfde school gaan vinden wij een belangrijk sociaal streven. Daarnaast vergemakkelijkt het ook de doorstroom, voor leerlingen die bijvoorbeeld na de havo willen doorstromen naar het vwo. Of voor leerlingen die op enig moment in hun schoolloopbaan andere keuzes willen maken.

Het onderwijs op het Montaigne Lyceum past helemaal in de huidige tijd. Het onderwijs is afwisselend en dynamisch, doordat onze leerlingen zowel vaklessen volgen als zelfstandig werken aan opdrachten, samen of individueel. Naast de ‘gewone’ leslokalen kent de school leerdomeinen, die bij uitstek geschikt zijn voor differentiatie, zelfstandig werken en samenwerken.

Website Montaigne Lyceum

 

Bijdragen school

Open bestand Montaigne Lyceum - IJzersterk, lesgeven in een domein is TEAMWERK

Teamwork mavo ML 2014

Picasso Lyceum

Achtergrondinformatie

Het Picasso Lyceum is een school voor gymnasium, atheneum, havo en TOPmavo, onderdeel van de Scholen Combinatie Zoetermeer. Het Picasso Lyceum is van mening dat iedere leerling zijn of haar eigen talenten heeft en stelt de leerling in staat om deze talenten verder te ontwikkelen.
Het motto van de school is dan ook: ‘Talenten Ontwikkelen tot Prestaties’. Daarom willen we ervoor zorgen dat de leerling het onderwijs krijgt dat zo goed mogelijk bij hem of haar past. We noemen dat onderwijs op maat voor jou!

Dit gebeurt onder andere door activerende en prikkelende werkvormen in een uitdagende leeromgeving. In deze uitdagende leeromgeving wordt er zo veel mogelijk ingespeeld op de vraag van de leerling. Excursies, TOPklassen en de mogelijkheid tot het versnellen van vakken maken deel uit van de manier van werken aan het Picasso Lyceum.

Website Picasso Lyceum

Bijdragen school

Een gefilmd interview met de onderwijsondersteuner en een docent over de inzet van de onderwijsondersteuner en de gevolgen voor het onderwijs / gepersonaliseerd leren.

Interview met Tarim Suurland (onderwijsondersteuner) en Maron Berkman (docent Maatschappijleer / Maatschappij Wetenschappen) over de inzet van de onderwijsondersteuner en de gevolgen voor het onderwijs / gepersonaliseerd leren.

Interview docent en onderwijsondersteuner

Hieronder een paar documenten die door het Picasso Lyceum beschikbaar zijn gesteld:

Open bestand Picasso Lyceum - Taakomschrijving domeinassistent

Open bestand Picasso Lyceum - Functieomschrijving docentassistent

Open bestand Picasso Lyceum - Relevant deel IIO uit leermiddelenbeleid

Open bestand Picasso Lyceum - Voorbeeld e-didactiek

Open bestand Picasso Lyceum - Valkuil inzet onderwijsassistent

Stad & Esch & Beroepencollege

Achtergrondinformatie

Stad & Esch & Beroepencollege is een van de locaties van Stad & Esch in Meppel. In de zomer van 2014 is de school verhuisd naar een centrale locatie in Meppel: Onderwijspark Ezinge.

Website Stad & Esch

Bijdragen school

Stad & Esch heeft een leidraad geschreven voor de medewerkers, waarin wordt uitgewerkt hoe Stad & Esch het onderwijs vorm wil geven. Alhoewel het hele document interessant is, is hoofdstuk 4 in dit kader de aandacht waard.

 

Open bestand Stad & Esch leidraad

Stad & Esch & Praktijkschool

Achtergrondinformatie

Stad & Esch & Beroepencollege is een van de locaties van Stad & Esch in Meppel. In de zomer van 2014 is de school verhuisd naar een centrale locatie in Meppel: Onderwijspark Ezinge.

Website Stad & Esch

Bijdragen school

Stad & Esch & Praktijkschool hebben leerlingen die een korte spanningsboog hebben en gebaat zijn bij instructie waar en wanneer zij daar behoefte aan hebben. Vandaar dat de Praktijkschool gekozen heeft voor het maken van instructiefilmpjes waarin bijvoorbeeld de werking van een apparaat wordt uitgelegd. Door middel van een QR-code op dat apparaat kan een leerling met de tablets het filmpje zonder te moeten zoeken direct opvragen. Dit kan ook in de keuken gebruikt worden om snijtechnieken uit te leggen, maar ook op de toegangsdeur van het lokaal staat een QR-code waarmee wordt uitgelegd wat de voorgeschreven kleding/veiligheidsmaatregelen/... zijn.

Open bestand Powerpoint met uitleg over de implementatie

Hieronder een voorbeeld van een QR-code, die je zelf kunt scannen en waarmee je een instructiefilmpje te zien krijgt (voor smartphones en tablets met een camera zijn hiervoor meerdere Apps voorhanden).

Even geen mogelijkheid om de QR-code te scannen? Hier de link naar het filmpje: S&E-instructievoorbeeld.

En hier een pagina met QR-codes naar meerdere instructiefilmpjes:

Open bestand QR-codes instructiefilmpjes

't Ravelijn

Achtergrondinformatie

't Ravelijn is de middelbare school in Steenbergen voor MAVO en voorbereidend MBO: MAVO - TECHmavo - Kaderberoeps - Basisberoeps

Sectoren: Economie - Techniek - Zorg & Welzijn

Website 't Ravelijn

Bijdragen school

't Ravelijn heeft in de afgelopen jaren een transformatie meegemaakt die in onderstaand masterplan is beschreven:

Open bestand 't Ravelijn Masterplan III

Op 't Ravelijn wordt geleerd op domeinen: basis, kader en MAVO. Elk domein heeft een eigen ruimte bestaande uit een leerplein met daar omheen instructielokalen. In onderstaand handboek wordt het leren op zo'n domein beschreven:

Open bestand 't Ravelijn handboek Leren op 't domein

Van Kinsbergen College/Van der Capellen

Achtergrondinformatie

Het Van Kinsbergen college biedt onderbouw havo (klas 1 en 2), mavo en onderbouw vmbo-kl en -bl (klas 1 en 2). De locatie heeft een eigen onderwijskundig concept genaamd ‘totaalonderwijs’, met veel keuzemogelijkheden voor leerlingen en een intensieve begeleiding. Daarnaast is er voor leerlingen in alle leerjaren de mogelijkheid mee te doen met de Theaterklas, Sportklas, Arts & Crafts en MC&C (media, cultuur en communicatie).

Website Van Kinsbergen College

Bijdragen school

In het bijgaande filmpje wort duidelijk gemaakt hoe het Van Kinsbergen College de iPad gebruikt in het onderwijs en hoe leerlingen daar zelfstandig mee aan de slag kunnen.

Filmpje Van Kinsbergen College

WereDi

Achtergrondinformatie

SG Were Di is een school voor voortgezet onderwijs in Valkenswaard. De school herbergt alle schoolsoorten van VMBO tot en met Gymnasium.

SG Were Di heeft meer dan 2300 leerlingen, verdeeld over een groot aantal klassen en lesgroepen, waaronder 21 brugklassen. Er zijn ca. 260 personeelsleden werkzaam op SG Were Di.

Website WereDi

Bijdragen school

Het experiment Onderwijsteams is uitgevoerd in de onderbouw VWO/HAVO. Het DOT (digitaal ontwikkel team) is een schoolbreed team, in elk team zit een vertegenwoordiger. Dit is de succesfactor van de digitale ontwikkeling bij ons op school. Er is een eigen webpagina gemaakt om onze docenten ondersteuning te bieden. Deze website bevat ook een bundeling van de kennis en ervaringen opgedaan binnen het experiment:

Were Di - DOT website

Zuyderzee College

Achtergrondinformatie

Profiel van de school
Het Zuyderzee College is een openbare school met een ontmoetingskarakter. Er is ruimte voor de beleving van de eigen geloofs- en levensovertuiging. Vanuit die identiteit bevordert het Zuyderzee College een cultuur die zich kenmerkt door respect van leerlingen, personeel en ouders voor elkaar. We streven ernaar modern onderwijs te geven, dat wil zeggen onderwijs dat zich richt op de eisen van een veranderende maatschappij. We vernieuwen het onderwijs echter met behoud van het goede uit het heden en het verleden.

Onze school heeft 2000 leerlingen. Om te voorkomen dat je je verloren voelt, heeft het Zuyderzee College voor elke onderwijssoort zoveel mogelijk een eigen gebouw. Zo is de school toch nog vertrouwd en kleinschalig, met de voordelen van de grote schaal.

Website Zuyderzee College

Bijdragen school

Het Zuyderzee College in Lemmer heeft in een presentatie beschreven wat zij met IIO en de inzet van onderwijsondersteuners voor elkaar hebben gekregen:

  • Het arrangement IIO-Onderwijsteams is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteurs
    Lex van den Nieuwenhuizen Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2015-06-29 10:02:53
    Licentie
    CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Website voor de resultaten van het experiment IIO-Onderwijsteams.
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VWO 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 1; HAVO 4; HAVO 1; VMBO theoretische leerweg, 4; VWO 6; VMBO gemengde leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2; VWO 1; HAVO 3; VWO 3; HAVO 5; Praktijkonderwijs; VWO 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; HAVO 2; VMBO gemengde leerweg, 4; VWO 5; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Eindgebruiker
    leraar
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    digitale content, functiedifferentiatie, gepersonaliseerd leren, leermiddelenbeleid, onderwijsondersteuner, onderwijsondersteuners, onderwijsteam, onderwijsteams, teamvorming

    Bronnen

    Bron Type
    2College Ruiven
    https://youtu.be/H0gaQM-L9dA
    Video
    Teamwork mavo ML 2014
    https://youtu.be/KHI4B8rsR34
    Video
    Interview docent en onderwijsondersteuner
    https://youtu.be/x7Y1l4OZFZs
    Video
    Filmpje Van Kinsbergen College
    https://www.youtube.com/watch?v=uW7yEXsH1ZM&list=UUCMLMD_feSbJvkd5jxhmKmQ
    Link
    Were Di - DOT website
    http://onderwijsteam-dot.weebly.com/
    Link
    https://youtu.be/XwLeEzu0x8I
    https://youtu.be/XwLeEzu0x8I
    Video