Het kan iedere medewerker van een hogeschool of universiteit overkomen; een student stuurt je een e-mail waarin hij zijn zelfmoord aankondigt. Of een student die plots een woedeuitbarsting krijgt en dreigt met geweld of een aanslag...
Gelukkig zijn het uitzonderingen. Maar de impact op de student en op jou als medewerker kan gigantisch zijn. Om je te helpen dergelijk zorgwekkend gedrag te leren herkennen, te weten hoe je ermee om kunt gaan en te weten tot waar jouw verantwoordelijkheid reikt is deze cursus ontwikkeld.
De focus ligt daarbij op drie typen zorgwekkend gedrag:
- gedrag dat kan leiden tot suïcide
- aggressief of geweldadig gedrag
- gedrag gebaseerd op extremistische ideeën
Doorloop
Deze cursus bestaat uit drie praktijkgerichte modules, waarin je per module aan één van bovenstaande doelen werkt. Je kunt er voor kiezen om de gehele cursus lineair te volgen, maar bent uiteraard ook vrij om via het linkermenu iedere gewenste module of pagina direct te bezoeken.
Duur
Iedere module duurt ca. 20 minuten. Het doorlopen van de drie praktijkgerichte modules en de basismodule kost daarmee in totaal 2 a 2,5 uur.
Cursus voor jouw onderwijsinstelling
Via de knop 'Downloaden/aanpassen' links onder de inhoudsopgave kun je kiezen voor 'Kopieer arrangement'. Zo maak je een kopie van deze cursus in Wikiwijs, en kun je in jouw (gratis) Wikiwijs-account de cursus naar eigen wens aanpassen. Ook kun je er voor kiezen om toekomstige aanpassingen in deze cursus automatisch over te laten nemen in jouw gekopieerde cursus.
Stukjes van een puzzel...
De centrale boodschap van deze cursus is:
Jij als medewerker ziet mogelijk 'slechts' een stukje van een grotere puzzel. Alles wat je waarneemt hoeft op zich geen reden tot zorg te zijn, maar alle signalen bij elkaar die bij meerdere mensen over een student bekend zijn, kunnen dat wel zijn. Deel dus informatie en hou het niet bij jezelf!
Om te zien hoe dit in de praktijk werkt nemen we je in deze cursus mee langs drie verhalen. In korte video's zie je docenten die geconfronteerd worden met zorgwekkend gedrag bij een van hun studenten. Ieder pakt dit op zijn eigen manier op; met deze verhalen hopen we je te laten zien dat er geen eenduidige oplossing is, maar dat het delen van informatie cruciaal is. De drie docenten stellen zich hier eerst even aan je voor:
LET OP: je kunt iedere video op volledige schermweergave zetten via dit icoontje rechtsonderin iedere video:
Zorgwekkend gedrag
Is dit zorgwekkend gedrag? Twee tieners die grof scheldend, maar ook lachend, in 1999 een eigen homevideo opnemen? Op zichzelf misschien niet, maar misschien wel als je het combineert met andere uitingen...
hun ouders ontdekten in 1996 een blog waarin de jongens hun haat tegen de school en de maatschappij ventileren;
de lokale politie bereidde naar aanleiding van de website een huiszoeking voor, maar voerde deze nooit uit;
in 1998 werden beide jongens opgepakt voor diefstal en moesten als straf verplichte therapie volgen;
na de arrestatie beschreven de jongens op hun website het groeiende arsenaal aan wapens dat zij bezaten;
ook beschreven ze in teksten en in videotapes hun wens om een nog grotere aanslag te plegen dan de Oklahoma City Bombing in 1993.
Waarschijnlijk weet je nu al waar dit tragische verhaal zal eindigen... Op 20 april 1999 schoten Eric Harris en Dylan Klebold 12 medestudenten, één docent en uiteindelijk ook zichzelf dood op Columbine High in Littelton, Colorado.
De acties van Eric en Dylan zijn gelukkig een uitzondering. Toch kunnen ook dit soort drama's mogelijk voorkomen worden als alle puzzelstukjes eerder bij elkaar waren gelegd... En daarover gaat deze cursus; hoe herken je dergelijk zorgwekkend gedrag, hoe bespreek je het met de student en vooral, hoe deel je de informatie intern en extern, zodat er een volledig beeld van de situatie ontstaat.
Rol van het Hoger Onderwijs
Waarom is het belangrijk voor hogescholen en universiteiten om aandacht te besteden aan zorgwekkend gedrag? Paul Goossens, Manager Integrale Veiligheid aan de Hogeschool Rotterdam en lid van het programma Integrale Veiligheid Hoger Onderwijs, licht toe wat het belang hiervan is:
Deze e-learning is gemaakt door het programma Integrale Veiligheid Hoger Onderwijs. Dit programma bestaat uit een netwerk van hogescholen en universiteiten en ontwikkelt materiaal en organiseert bijeenkomsten over veiligheidsvraagstukken om instellingen te helpen een zo veilig mogelijke leer- en werkomgeving te creëren. Voor meer informatie, zie www.integraalveilig-ho.nl/over-ons.
2. Waarom maak ik mij zorgen?
Als medewerker van een hogeschool of universiteit sta je dagelijks in contact met studenten. Het merendeel doorloopt prima hun opleiding en heeft een prachtige studietijd. Maar toch herken je ook direct dat andere, zeldzame type student. Die student waarbij je onderbuikgevoel zegt dat er iets niet klopt. Daarover gaat deze 2e module.
Doel
Het doel van deze module is om te leren welke zaken dat onderbuikgevoel veroorzaken. Je leert welke signalen er zijn die op zorgwekkend gedrag kunnen wijzen ('indicatoren'), en welke belangrijke gebeurtenissen of ervaringen ('trigger events') ervoor kunnen zorgen dat iemand steeds verder afdaalt richting risicovol gedrag.
Doorloop
De opbouw van deze module is als volgt:
1. We tonen je drie scènes waarin je een situatie tussen een student en een medewerker ziet. Aan jou de vraag hoe jij als medewerker binnen jouw organisatie zou handelen...
2. Deze module draait om het kunnen herkennen van indicatoren en trigger events die mogelijk kunnen leiden tot zorgwekkend gedrag. In het middendeel van de module gaan we dieper in op deze twee fenomenen en wordt duidelijk dat bij de ene persoon een indicator wel, en bij een ander niet wijst op mogelijk zorgwekkend gedrag.
3. Om de theorie naar de praktijk te vertalen analyseren we in het derde deel van de module een waargebeurde casus; in dit geval de moord op Theo van Gogh door Mohammed Bouyeri.
Duur
Het volledig doorlopen van deze module duurt ca. 15 á 20 minuten.
Wat zou jij doen?
Hoe herken je zorgwekkend gedrag? Er zijn 'helaas' geen checklists, stroomdiagrammen of afvinklijstjes op basis waarvan je kunt zeggen dat iemand zorgwekkend of zelfs risicovol gedrag gaat vertonen.
Wat je wel kunt inzetten is je eigen, professionele oordeel over de persoon die voor je staat. Of over de persoon die jouw collega ter sprake brengt omdat hij er een vervelend onderbuikgevoel bij heeft. Als medewerker op een hogeschool of universiteit heb je veelal een baan met intensieve sociale contacten. Vertrouw in eerste instantie op de mensenkennis die je daaruit haalt en handel daarnaar.
Drie verhalen
Als rode draad door deze cursus lopen drie verhalen. Herkenbare situaties, die jou wellicht ook hadden kunnen overkomen. Bekijk eerst eens onderstaande korte video's:
De expert
In bovenstaande video's zie je twee studenten die zowel verbaal als fysiek agressief gedrag vertonen. Hoe kun je daar als docent het beste mee omgaan? En waar ligt de grens?
Indicatoren
Wanneer er veranderingen optreden in het gedrag van een student, is dit óók op hun opleiding zichtbaar. Deze veranderingen noemen we 'indicatoren'. Een eerste indicator is eigenlijk heel voor de hand liggend: heeft de student een nominale studievoortgang? Een meer dan normale afwijking kan een indicator zijn. In 99,9% van de gevallen zal dat geen zorgwekkend gedrag zijn, maar is het wel aanleiding om door te vragen bij de student.
Een indicator is dus eigenlijk gewoon een stukje van een puzzel. En dat puzzelstukje kan op allerlei manieren tot uiting komen; de student is teruggetrokken, leest radicale lectuur, heeft een interesse in wapens of uit zich plots extremer dan gebruikelijk.
Jij als medewerker van een hogeschool of universiteit ziet in het contact met de student misschien maar één van deze indicatoren. En los van elkaar lijken deze indicatoren misschien onschuldig, maar zou je het complete beeld van de student hebben, dan snap je plots waar jouw onderbuikgevoel vandaan komt...
Overzicht
Indicatoren kunnen op allerlei gebieden tot uiting komen. Er zijn dan ook geen checklists waarmee je kunt zeggen dat iemand radicaliseert, suïcidaal is of bijvoorbeeld geweld tegen de opleiding wil gaan gebruiken. Maar door je bewust te zijn welke mogelijke indicatoren er zijn kun je beter inschatten of jouw onderbuikgevoel inderdaad reden is om met de student of met collega's in gesprek te gaan. Klik op de afbeelding rechts om een overzicht te krijgen van de meest voorkomende indicatoren die op zorgwekkend gedrag kunnen wijzen.
Cases
Als oefening bieden we je hier twee waargebeurde verhalen met twee totaal verschillende studenten. Door op de pijltjes te klikken zie je stap voor stap de indicatoren die men afzonderlijk van elkaar bij deze twee studenten waarnam. Bedenk voor jezelf eens vanaf welke combinatie van indicatoren jij het gesprek met een van de studenten zou aangaan?
Volgende stap
Hoe maak je het verschil tussen een student die gewoon even een 'off-day' heeft, en een student die echt zorgwekkend gedrag vertoont? Wanneer moet je je zorgen gaan maken, maar vooral; wat kun je dan het beste doen?
Trigger events
Stel je voor: je hebt een sterke mening over internationale conflicten en volgt er alle nieuwsuitzendingen over. Plots verlies je een dierbaar familielid en raakt rond hetzelfde moment ook je baan kwijt. Zijn dit ervaringen die ervoor zorgen dat je zorgwekkend gedrag gaat vertonen? Waarschijnlijk niet. Maar met de ‘juiste’ voedingsbodem kunnen deze ervaringen wel degelijk risicovolle ideeën of zelfs handelingen ‘triggeren’.
Keerpunten en Katalysatoren
Dit type ervaringen heet ‘trigger events’. Ervaringen of gebeurtenissen in iemands leven die zowel verdere escalatie als de-escalatie op de 'Pathway to Violence' kunnen veroorzaken (‘keerpunten’) of versnellen (‘katalysatoren’). De achterliggende oorzaak van deze escalatie heeft altijd te maken met diverse psychosociale factoren, maar een concrete gebeurtenis – een trigger event – geeft vaak de doorslag.
In het schema rechts zie je het proces dat onze drie studenten in deze cursus door gaan maken. Iedere student heeft zo zijn eigen ‘escalatie-loopbaan’ en specifieke ‘trigger events’; momenten waarop iemand een volgende stap in het verdere proces van (de)escalatie zet. Klik op het schema voor een vergrote weergave.
Drie niveaus
Trigger events zijn in drie niveaus in te delen; micro- (persoonlijk), meso- (sociale groep) en macro (nationaal/internationaal) niveau. In onderstaand schema zie je een overzicht van veelvoorkomende trigger events die een verdere escalatie naar mogelijk gebruik van geweld kunnen aankondigen:
Microniveau
Mesoniveau
Macroniveau
- Verlies van werk
- Ontmoeting radicaal persoon
- Aanval op 'eigen' groep
- Verlies van relatie
- Verbreken van vriendschappen
- 'Negatief' overheidsbeleid
- Confrontatie met de dood
- Confrontatie met propaganda
- Internationale ontwikkelingen
- Ervaren racisme/uitsluiting
- Toetreden tot radicale groep
- Complottheorieën
Voedingsbodem
Wat veroorzaakt eigenlijk zorgwekkend gedrag? Speelt bij iedere student die zorgwekkend gedrag vertoont dezelfde voedingsbodem?
Wat veroorzaakt zorgwekkend gedrag?
Mohammed Bouyeri
Vanaf nu zie je geen geval van zorgwekkend gedrag meer over het hoofd, toch? Je kent alle indicatoren en trigger events en weet dat ook kleine veranderingen mogelijk op zorgwekkend of zelfs risicovol gedrag kunnen duiden.
Om de theorie over indicatoren en trigger events nog concreter te maken nemen we je mee terug naar november 2004, Amsterdam. De dag dat Mohammed Bouyeri filmmaker Theo van Gogh vermoordde. Door op ieder puzzelstukje te klikken hoor je verschillende mensen die Mohammed kenden. Luister eens goed naar hun verhalen en probeer te ontdekken welke indicatoren en trigger events je herkent:
Is alles wel wat het lijkt?
Plotseling andere kleding gaan dragen, in detentie moeten en een diepe frustratie hebben tegen de overheid; deze indicatoren en trigger events kunnen zeker aanwijzingen voor zorgwekkend gedrag zijn.
Maar is alles wel zo duidelijk...? Achteraf lijkt het makkelijk praten en hadden alle alarmbellen al veel eerder af moeten gaan, toch? Of kan het ook zijn dat iemand zich los van enkele incidenten eigenlijk helemaal niet zo vreemd gedraagt?
3. Hoe bespreek ik zorgwekkend gedrag met de student?
In de vorige module hadden we aandacht voor het herkennen van zorgwekkend gedrag. Welke handvatten heb je nu om dit gesignaleerde gedrag bespreekbaar te maken, zowel met de klas als de student? Wat kun je doen om het gedrag te duiden en om ervoor te zorgen dat de juiste mensen op de hoogte zijn, zodat er eventueel passende acties kunnen worden ondernomen?
Het bespreekbaar maken van zorgwekkend gedrag is het onderwerp van module 3.
Doel
Het doel van deze module is om te leren hoe je gesignaleerd zorgwekkend gedrag bespreekbaar maakt. Om dat op alle vlakken goed te kunnen doen is het belangrijk om ook op de hoogte te zijn van reacties en gedragingen binnen de straatcultuur. Daarnaast leer je in deze module hoe je het vertrouwen wint van de student die het gedrag vertoont. Je krijgt handvatten aangereikt om het gesprek aan te gaan, zowel klassikaal als individueel.
Doorloop
De opbouw van deze module is als volgt:
1. We tonen je drie scènes waarin je een conversatie tussen een student en een medewerker ziet. Elke scène heeft een specifiek thema. Aan jou de vraag hoe jij zou reageren in een gelijksoortige situatie.
2. Deze module draait om het bespreekbaar maken van zorgwekkend gedrag. In het middendeel van de module gaan we in op straatcultuur, omdat kennis van deze cultuur helpt bij het aangaan van gesprekken en bij het begrijpen van bepaalde, in jouw ogen wellicht vreemde gedragingen. Daarnaast bieden we handvatten om het gesprek aan te gaan.
3. Om de theorie naar de praktijk te vertalen analyseren we in het derde deel van de module een waargebeurde casus; in dit geval het verhaal van student Thijs Kuiper.
Duur
Het volledig doorlopen van deze module duurt ca. 15 á 20 minuten.
Wat zou jij doen?
Zorgwekkend gedrag herkennen is één ding, het bespreekbaar maken is een tweede. Er zijn diverse partijen die op de hoogte moeten zijn van jouw zorgen, om zo het gedrag adequaat te kunnen addresseren.
Drie niveaus
Het bespreken van zorgwekkend gedrag kan op drie niveaus plaatsvinden:
We vervolgen de ontmoetingen uit de vorige module met drie verhalen van studenten en docenten, in gesprek over diverse thema's. Bekijk de gesprekken en probeer jezelf in de positie van de docent te verplaatsen.
De experts
In bovenstaande video's zie je een van de studenten die suïcidale gedachten heeft. Hoe kun je daar als docent het beste mee omgaan?
Straatcultuur
Straatcultuur komen we steeds vaker ook binnen het onderwijs tegen. Om een goede afweging te kunnen maken of bepaalde gedragingen zorgwekkend te noemen zijn of dat deze passen bij de straatcultuur waar de betreffende student wellicht ook veel mee te maken heeft, is het belangrijk dat er kennis is over wat straatcultuur inhoudt.
Straatcultuur versus schoolcultuur
Straatcultuur is een cultuur/beweging onder jongeren. Zij identificeren zich met normen en waarden, handelingen en gebruiken, die meestal niet overeenkomstig zijn met de normen, waarden en verwachtingen van de schoolcultuur. Ook deze jongeren begeven zich steeds vaker binnen het hoger onderwijs. Straatcultuur is niet per definitie onrespectvol. Bepaalde uitingen en het opbouwen van relaties gebeurt op een andere manier dan wat men op school gewend is.
Jongeren uit de straatcultuur accepteren een correctie pas als er een 'band' is. Geen correctie zonder binding dus... Wat de docent aan zou kunnen merken als asociaal of vreemd gedrag, kan binnen de straatcultuur heel gangbaar zijn. De student moet dan nog leren dat de wijze waarop men onderling met elkaar omgaat anders is dan de wijze waarop de instelling verwacht dat er met elkaar omgegaan wordt.
Wederzijds onbegrip
Lees het onderstaande voorbeeld eens door:
Een studente op het mbo in Almere ging door het lint toen ze dacht dat de secretaresse van de afdeling haar te lang en te doordringend had aangekeken. ‘Waarom kijkt u zo?’ schreeuwde ze over de gang. De situatie liep zo uit de hand dat de secretaresse, die zich van geen kwaad bewust was, naar de opleidingsmanager liep omdat ze zich bedreigd voelde. De moeder van de studente ging zich ermee bemoeien en bestookte de opleidingsmanager met dreigende telefoontjes. Haar dochter, zo riep de moeder, was onheus bejegend. De opmerking dat de studente zich straks op haar werkplek ook niet zo zou kunnen gedragen, sloeg niet aan. Er was haar onrecht aangedaan, punt uit. Uiteindelijk hebben de secretaresse en de leerling het incident kunnen uitpraten en drong tot het meisje door dat de verhoudingen op school anders zijn dan die op straat.
De waarheid bestaat nu eenmaal, zeggen sommigen, en als een student in complottheorieën gelooft, dan is dat zijn goed recht, toch? Je moet in die gevallen wel heel goed weten wat je doet, want het is een hellend vlak als alle waarheid 'relatief' is. In de praktijk blijkt het vaak niet de beste manier om het vertrouwen van je studenten te winnen. Terwijl vertrouwen winnen juist zo belangrijk is. Maar hoe kun je dat dan wel doen?
Betrouwbare en betrokken professional
Tot slot, als je voor jouw studenten een betrouwbare en betrokken professional wilt blijven,
communiceer dan helder over je normen en over je grenzen;
wees dan open over je zorgen, en bespreek signalen tijdig;
wees dan zo mogelijk open over contacten met andere professionals;
en als het ook maar even kan, spreek dan niet over maar met de betrokkene.
Over dat laatste, het gesprek aangaan met de betrokkene, gaat de volgende pagina.
Het gesprek aangaan met de student
Het is misschien niet gemakkelijk om individueel het gesprek aan te gaan met een student, maar het kan wel een belangrijk verschil maken. Blijf in gesprek met de student waarover je je zorgen maakt. Wees niet bang om rechtstreeks te vragen wat er aan de hand is, bijvoorbeeld als de student steeds minder naar de opleiding komt. Maar zorg er in alle gevallen voor dat je goed voorbereid bent.
Voorbereiden
In de voorbereiding op een gesprek met een individuele student geven we je graag onderstaande tips mee:
- Ga authentiek en zonder oordeel het gesprek in;
- Maak gebruik van kennis over de leefwereld van studenten die je al hebt, dat is vaak meer dan je denkt;
- Heb je toch het gevoel dat je kennis over de leefwereld mist, raadpleeg dan de bronnen in module 6;
- ga sowieso altijd het gesprek aan, en vraag desnoods de student iets te vertellen over zijn of haar leefwereld.
Het gesprek
Een 'moeilijk gesprek' dat goed gevoerd wordt, verloopt bijvoorbeeld als volgt:
Start met begrijpen in plaats van begrepen worden;
Maak contact;
niet met een ‘zorggeval’, maar met een mens met hobbies, interesses, problemen, hoop, verwachtingen…
wie is hij/zij, wat is zijn/haar verhaal?
Wees nieuwsgierig, geduldig, belangstellend;
Waak voor overtuigen, moraliseren, veroordelen of afwijzen;
Benoem grenzen en risico’s.
Tot slot nog twee interessante tips bij het aangaan van het gesprek met een student:
"Laat OMA thuis!" Waarbij OMA staat voor Opvattingen, Meningen en Aannames. Die kunnen een eerste contact en informatieverwerving teveel kleuren.
Besef dat je niet alles kunt oplossen. Als docent heb je niet overal invloed op. Deel je ervaringen met collega's en weet waar jouw grens ligt.
Het gesprek aangaan met de klas
Veel docenten ervaren de nodige schroom wanneer het gaat om het bespreken van lastige thema’s in de klas. Leerlingen doen soms schokkende uitspraken over actuele gebeurtenissen en spreken te gemakkelijk over allerlei complottheorieën. Hoe moeilijk ook, het is belangrijk om hierover met elkaar in gesprek te gaan. Dat kan in de klas, maar ook met individuele leerlingen.
Met de klas
Als je met je klas in gesprek gaat, dan is het belangrijk om aandacht te besteden aan de manier waarop er met jongeren gecommuniceerd wordt. Het komen tot een echte dialoog, in plaats van een gesprek te voeren waarbij de docent de boventoon voert; dat is het doel. De verleiding is misschien groot om te gaan discussieren of debatteren, maar dan bestaat het risico dat 'gelijk krijgen' belangrijker wordt dan 'gelijk hebben'.
Verschil tussen dialoog en debat
Hieronder zie je in een handig overzicht de belangrijkste verschillen tussen een dialoog en een debat:
Tips
Heb je soms moeite om 'moeilijke' gesprekken met studenten in een klassikale situatie te bespreken? Wellicht dat onderstaande tips en handvatten van docente Halima Maakoul en ROC TOP je dan kunnen helpen:
Suïcide komt niet alleen voor bij jongeren waarvan de problematiek heel duidelijk (zichtbaar) is. Lees eens het verhaal van Thijs Kuiper op de website www.thijskuiper.com. Dit verhaal gaat over de student Thijs Kuiper, een veelbelovende, op het eerste gezicht vrolijke en populaire jongeman van 21. Hij beroofde zichzelf van het leven. De schrijver/journalist Martijn de Rooi maakte een boek over zijn leven.
Net als het verhaal van Anne dat je in deze cursus gevolgd hebt, was er ook bij Thijs niet één persoon die alle stukjes van de puzzel in handen had. In het televisieprogramma Hollandse Zaken vertelt de moeder van Thijs, Aafje Kok, over zijn leven en zijn dood. Ook geeft zij aan dat pas achteraf alle puzzelstukjes op hun 'plek' vielen, en hoe lastig het daarmee is om al in een vroeg stadium de ernst van de situatie in te schatten. De gehele, indrukwekkende uitzending is via deze link te bekijken.
113.nl
De website 113.nl is bedoeld om mensen die rondlopen met suïcidale gedachten direct te kunnen helpen, maar daarnaast is het ook bedoeld om mensen die zich zorgen maken over een ander bij te staan. Zo kun je de zelfmoordpreventie-app downloaden waarmee je handvatten krijgt om het thema bespreekbaar te maken en verwijzingen naar bronnen met verdere informatie over het onderwerp.
4. Hoe maak ik het intern bespreekbaar?
Wat kun je doen als het gesprek met de student nog niet jouw vervelende gevoel oplost? Wie moet je intern benaderen, welke informatie mag je delen en waar houdt jouw verantwoordelijkheid eigenlijk op? Daarover gaat deze 4e module.
Doel
Het doel van deze module is te leren hoe je zorgwekkend gedrag door een student intern bespreekbaar maakt. Dit proces is niet in iedere onderwijsinstelling geformaliseerd, en waar dat wel het geval is zijn de manieren in aanpak zeer divers. De handvatten die we je in deze module bieden zijn dan ook algemeen van aard.
Doorloop
De opbouw van deze module is als volgt:
1. We tonen je drie scènes waarin je een conversatie tussen twee medewerkers ziet. Zij bespreken hoe ze het zorgwekkende gedrag aan kunnen pakken; aan jou de vraag hoe jij als medewerker binnen jouw organisatie dit zou doen...
2. Deze module draait om bewustwording van de mogelijkheden en grenzen die jij als medewerker hebt om intern informatie over een student te delen. Wat moet je vooral doen, wat niet en waar ligt jouw grens? Daarover gaat het middendeel van deze module.
3. Om de theorie naar de praktijk te vertalen analyseren we in het derde deel van de module een waargebeurde casus; hier is dat de inval in een NOS-studio door toenmalig student Tarik Zahzah.
Duur
Het volledig doorlopen van deze module duurt ca. 25 á 30 minuten.
Wat zou jij doen?
Ook na je gesprek met de student blijft het knagen. Wat doe je dan? Natuurlijk, bij acuut gevaar bel je 112, maar zover komt het gelukkig zelden. Een logische volgende stap is het delen van je ervaringen en gevoelens met een collega.
Delen, delen, delen
Bijvoorbeeld de collega waarvan je weet dat hij een goede band met de betreffende student heeft. Die kan jouw gevoelens mogelijk direct plaatsen, zodat je samen kunt bepalen of er verdere actie nodig is. Naast deze collegiale consultatie werken sommige organisaties met een 'escalatieladder', waarin precies staat wie je hiervoor intern kunt benaderen.
De belangrijkste boodschap: zorg dat je vermoedens van zorgwekkend gedrag niet bij jezelf houdt, maar deel ze met anderen! Kijk eens hoe verschillend dat proces kan verlopen:
Attitudeverandering
Cruciaal hierbij is in eerste instantie een attitudeverandering. Veel docenten of begeleiders zien het (nog) niet als hun taak om dergelijke zaken te signaleren, laat staan met die signalen iets te doen. Vaak met als redenen: “Dit is geen taak van een opleiding” of “Daar ben ik niet voor opgeleid”. Maar kijk eens naar het lijstje van medewerkers waarvan we weten dat ze signalen op kunnen vangen...
studieloopbaancoaches
docenten
mentoren
mentoren
decanen
baliemedewerkers
conciërges
vertrouwenspersonen
toezichthouders bij tentamens
De experts
Hoe pak je zorgwekkend gedrag goed aan? Is de eerste stap bij iedere student hetzelfde, of zijn er specifieke acties die handig zijn om te ondernemen? Onze experts lichten het toe:
Puzzelstukjes...
Een geweldsdelict, suïcide of aanslag lijkt soms een donderslag bij heldere hemel te zijn. Toch blijkt achter al deze daden een bepaalde vorm van planning en overdenking te zitten. Dit grotere geheel zie je eigenlijk alleen als je alle puzzelstukjes bij elkaar legt. Ineens is duidelijk hoe de student tot zijn of haar daad heeft kunnen komen.
Ander beeld
In jouw contact met studenten zie je mogelijk maar één van deze puzzelstukjes. Op zichzelf lijken ze misschien onschuldig, maar zou je ook de andere puzzelstukjes weten, dan ontstaat er ineens een heel ander beeld. Wees je daarom bewust dat:
je ieder puzzelstukje dat van belang lijkt deelt met anderen. Blijf er niet mee zitten!
het niet jouw taak is om alle puzzelstukjes te verzamelen
Hoe het delen van informatie precies georganiseerd is verschilt per organisatie.
Drie puzzelstukjes
In de drie verhalen die je in deze cursus gevolgd hebt zag je al dat verschillende personen verschillende zaken over een student weten. De stagebegeleider, collega-docent, baliemedewerker of decaan zijn allemaal personen die over andere stukjes informatie kunnen beschikken. Luister eens hoe zij 'hun' situatie hebben ervaren:
Tutor
Studentpsycholoog
Stagebegeleider
Politie
Ook bij de politie kunnen meerdere puzzelstukjes liggen... Politieonderzoeker Frank van Riet geeft kort aan hoe de politie omgaat met meldingen van zorgwekkend gedrag, en hoe zij 'hun' puzzelstukjes weer met de scholen proberen te delen.
Escalatieladder
Wat doe je als het eerste geprek met de student geen oplossing biedt? Of als er acuut gevaar dreigt en er directe actie nodig is? Dan is het belangrijk om duidelijk te weten welke stappen er in jouw organisatie zijn afgesproken, welk proces van 'escaleren' er in werking treedt. De te zetten stappen en jouw rol daarin noemen we hier de 'escalatie-ladder'.
Escalatie-ladder
Geen zorgen, het is zeker niet de bedoeling dat je het hele proces uit je hoofd kent. Wel is het cruciaal dat je bij zorgwekkend gedrag of een acute dreiging het antwoord weet op deze drie vragen:
Welke stappen kan en mag jij in jouw rol zetten bij waargenomen zorgwekkend gedrag?
Wie kun en mag je contacten om eventuele zorgen mee te bespreken?
Waar houdt jouw verantwoordelijkheid op bij een acute dreiging; wanneer en aan wie draag je een student over?
Hoe dit proces van escalatie georganiseerd is zal in iedere organisatie anders zijn. Dat maakt op zich niet uit, het gaat er vooral om dathet georganiseerd is, zodat jij weet welke stappen je kunt en mag zetten.
Rechts zie je een voorbeeld van een goed uitgewerkte escalatie-ladder. Bekijk het proces eens goed door erop te klikken en probeer dan onderstaande vraag te beantwoorden:
De expert
Bekijk nogmaals de drie vragen bovenaan deze pagina goed. Weet je hier niet precies het antwoord op voor jouw eigen positie? Dan raden we je sterk aan dit onderwerp binnen jouw organisatie bespreekbaar te maken. Zodat je bij het signaleren van zorgwekkend gedrag of acuut gevaar precies weet hoe je moet handelen.
Hoe schaal je intern verder op?
Privacy
Privacy. Een onderwerp dat door de digitalisering in het onderwijs steeds belangrijker wordt. Wat kun je wel delen in welke situaties, wat mag je niet zomaar delen en wat moet je delen?
In onderstaande slides nemen we je mee langs de belangrijkste aspecten van privacy bij het omgaan met studenten die zorgwekkend gedrag vertonen. Het is een hoop informatie, dat realiseren we ons. Maar daarom niet minder belangrijk... We raden je dan ook aan de slides enkele malen door te nemen; om te oefenen met de opgedane kennis kun je de toets onderaan deze pagina doen.
Tarik Zahzah
Op 29 januari 2015 loopt een jongeman met een pistool het NOS-gebouw op het Media Park binnen. Hij overhandigt de portier een brief, waarin hij zendtijd eist om de natie voor een 'gevaarlijk complot' te waarschuwen. Vijf minuten later is de jongen, Tarik Zahzah genaamd, overmeesterd door de politie.
Wie is deze Tarik eigenlijk? Welke signalen had men kunnen opvangen dat de actie in het NOS-gebouw stond te gebeuren? In deze laatste opdracht in de drie praktijkmodules dagen we je uit om zonder verdere informatie vooraf te proberen al zijn mogelijke indicatoren van zorgwekkend gedrag te identificeren...
Alle bovenstaande opties komen direct uit het leven van Tarik. En ze lijken stuk voor stuk relatief onschuldig, al springen er wel twee indicatoren uit die aanleiding tot een gesprek hadden kunnen zijn. Kijk zelf maar eens, als je via onderstaande link een korte levensloop van Tarik leest, hoe 'gewoon' deze jongen eigenlijk lijkt...
Deze cursus hebben we gemaakt vanuit het perspectief van een medewerker op een hogeschool of universiteit. Een logische focus, alleen missen we daarmee deels het perspectief van de andere hoofdrolspeler: de student.
Daarom laten we op de laatste pagina van deze module onze drie studenten aan het woord. Hoe hebben zij de hele situatie ervaren en hoe is het met hen afgelopen? Want achter iedere uiting van agressie, achter iedere hint op mogelijke suïcide en achter iedere extremistische kreet zit een verhaal. Door die verhalen te kennen ontstaat wederzijds begrip, en met begrip ontstaan kansen voor oplossingen.
Afloop
De studenten die we in deze cursus gevolgd hebben zijn nog in verschillende stadia van herstel. Ze hebben nog begeleiding nodig, zoals vaak het geval is bij studenten met zorgwekkend gedrag. In onderstaande video's hoor je hun verhaal enkele maanden nadat ze op hun hogeschool of universiteit de confrontatie hadden; ze hebben inmiddels allen een traject van behandeling of begeleiding achter de rug of zitten daar nog middenin...
Lucas
Anne
Joël
5. Theorie zorgwekkend gedrag
In deze module bieden we je alle informatie over wat zorgwekkend gedrag eigenlijk is en waar het (in extreme gevallen) toe kan leiden.
Doel
Het doel van deze module is om te leren wat zorgwekkend gedrag is en waar het toe kan leiden. Het biedt je een theoretische basis.
Doorloop
In deze module volg je twee waargebeurde cases; het verhaal van Tristan van der Vlis en dat van Mohamed Said. Twee verhalen met een heel verschillende achtergrond die beiden in geweld eindigden.
We volgen hen langs alle fasen die uiteindelijk hebben geleid tot hun daden. Daarbij laten we je steeds zien hoe deze ontwikkeling bij Tristan van der Vlis verliep en dagen we je uit zelf het verhaal van Mohamed Said compleet te maken. Om zo inzicht te krijgen hoe zorgwekkend gedrag kan leiden tot (in deze cases) geweldadige acties.
Duur
Het volledig doorlopen van deze module duurt ca. 15 á 20 minuten.
Pathway to Violence
Twee op het oog normale jongeren, Tristan van der Vlis en Mohamed Said. Hun daden waren echter alles behalve normaal... In deze module nemen we je mee in hun levensverhaal, om zo te ontdekken wat zorgwekkend gedrag is, hoe het onstaat en wat de gevolgen ervan kunnen zijn.
Tristan en Mohamed
In deze module volgen we de 'Pathway to Violence' van Tristan en Mohamed. Het model 'Pathway to Violence' toont op hoofdlijnen de stappen die men zet om tot een geweldadige daad te komen. Dat kan geweld tegen een ander zijn, zoals een aanslag, of geweld tegen zichzelf, zoals suïcide. Het model ziet er zo uit (klik op de afbeelding om hem groot te bekijken):
Twee levensverhalen
Je ziet dat iedere uiteindelijke uiting van geweld begint met een bepaalde grief of frustratie. Zo ook bij de twee levensverhalen die in deze module centraal staan. We volgen hen vanaf het ontstaan van hun grieven tot aan het geweld dat zij uiteindelijk zullen plegen.
Daarbij laten we per stap zien welke ontwikkeling Tristan van der Vlis heeft doorgemaakt. Om je actief bij de stof te betrekken dagen we je aan het einde van deze module uit om op basis van de bronnen die we tonen zelf de stappen voor de ontwikkeling van Mohamed in te vullen...
Grieven
Welke grieven of frustraties liggen ten grondslag aan de daden van Tristan? En hoe waren die grieven en frustraties zichtbaar; welke indicatoren van mogelijk zorgwekkend gedrag vertoonde hij? Om dat te onderzoeken beginnen we bij het einde van zijn levensverhaal.
Tristan
Op 9 april 2011 schoot Tristan van der Vlis in winkelcentrum de Ridderhof in Alphen aan de Rijn 6 mensen dood, verwondde er 17 en pleegde vervolgens zelfmoord. Via deze link kun je het NOS Journaal van die middag nog eens bekijken.
Achteraf bleek dat er al veel signalen waren geweest die door verschillende organisaties opgemerkt hadden kunnen worden. In onderstaande reportage hoor je al enkele van deze signalen:
Grieven / Frustraties
In gesprekken met familie en vrienden gaf Tristan herhaaldelijk aan dat hij een grote afkeer had van religie en vond dat hij alle 'schepselen van God' moest straffen. Hij stelde God aansprakelijk voor alle leed in de wereld, en ook zijn eigen leed verweet hij God. Zijn haat ging zo ver dat hij zelfs een eigen bijbel schreef, die hij 'Het Tegenwoord' noemde.
Indicatoren
Is een sterke afkeer van religie een reden tot zorg? Waarschijnlijk niet. Maar in combinatie met andere 'indicatoren' uit Tristan's leven wellicht wel:
Tristan leed aan schizofrenie;
Hij had weinig contact met leeftijdgenoten;
In 2004 en 2005 vonden zijn ouders afscheidsbrieven die duiden op plannen om zelfmoord te plegen;
Hij deed in 2008 meerdere zelfmoordpogingen;
Zijn ouders spraken bij de GGZ hun zorg over het gedrag van hun zoon uit;
Hij was lid van een schietvereniging en had een wapenvergunning voor meerdere wapens.
De combinatie van schizofrenie met zijn frustratie over religie en zijn idee dat hij de 'schepselen van God' moest straffen wordt veelal gezien als de oorzaak van zijn daad.
Ideevorming
"Ik moet wat doen!" Dat blijkt een gemeenschappelijk gevoel te zijn om naar de volgende stap op de 'Pathway to Violence' over te gaan, de ideevorming. En waar de meeste mensen de grieven of frustraties uit de eerste stap zonder al te veel moeite van zich af kunnen schudden, blijken enkelen daar niet toe in staat te zijn. Ze krijgen een idee in hun hoofd en kunnen dat steeds moelijker loslaten...
Tristan
Hoe komt het dat de ene persoon van idee tot actie overgaat en de andere persoon niet? De oorzaak blijkt vrijwel altijd in psychosociale factoren te zitten, zoals:
- Psychopathologie (ziektes en gebreken) en het mijden van zorg;
- Trigger gebeurtenissen (scheiding, dood ouder, werkeloosheid).
Zoals gezegd leed Tristan aan schizofrenie, een duidelijke psychosociale indicator van mogelijk zorgwekkend gedrag. Helaas kreeg hij daarvoor niet de zorg die hij nodig had:
Door gebrek aan adequate behandeling werd Tristan in 2006 gedurende 10 dagen gedwongen opgenomen. Ook werd in 2006 door meerdere personen aangegeven dat hij uitingen deed over het 'straffen van de mensheid' en dat hij ooit 'iemand zou neerschieten'. De ideeën voor zijn daadwerkelijke acties 5 jaar later waren in 2006 dus al duidelijk aanwezig...
Onderzoeken / plannen
De volgende fase op de 'Pathway to violence' is het plannen en voorbereiden van de uiteindelijke actie. Hier begint zorgwekkend gedrag om te slaan in zeer risicovol gedrag, dat vanaf deze fase ook steeds moeilijker te stoppen is. De ideeën worden uitgewerkt, men gaat naar voorbeelden zoeken hoe anderen soortgelijke acties hebben uitgevoerd en er ontstaat een tijdschema.
Beschermende en bedreigende factoren
Of iemand daadwerkelijk van zorgwekkend gedrag overgaat tot risicovol gedrag en daarbij concrete acties plant hangt af van zogenaamde 'beschermende' en 'bedreigende' factoren. Dit zijn de kenmerken van iemands leven, die een indicatie kunnen geven van de mate waarin iemand daadwerkelijk risicovol gedrag gaat vertonen.
Heeft iemand persoonlijk en in het sociale netwerk weinig beschermende factoren en veel bedreigende factoren, dan is het risico groter. Ook hier is geen 'harde' grens te trekken wanneer zorgwekkend gedrag daadwerkelijk omslaat in risicovol gedrag. Klik op de afbeelding rechts om een overzicht te zien van veelvoorkomende beschermende en bedreigende factoren.
Beschermende en bedreigende factoren
Wapens
Van Tristan weten we dat hij lid was van een schietvereniging, waarbij hij ondanks zijn diagnose schizofrenie toch vergunningen kreeg voor meerdere typen wapens. Ook is bekend dat hij een fascinatie had voor de aanslag door twee scholieren op de school in Columbine, VS, in 1999.
Volgens vrienden en familie had hij daarbij vooral interesse in de manier waarop zij scholieren met een Christelijke achtergrond aanvielen; dat sloot goed aan bij zijn afkeer van religie. Mogelijk heeft Tristan zijn uiteindelijke acties dus vooral laten inspireren door onderzoek dat hij deed naar verschillende wapens en soortgelijke daden door anderen.
Voorbereiding
De volgende fase is het daadwerkelijk voorbereiden van de actie. Daarbij maakt het niet uit of het extreem links, rechts, religieus of anderszins geweldadige uitingen zijn; een bepaalde mate van voorbereiding is nodig. Zelfs voor suïcide kan een bepaalde voorbereiding (zoals het kopen van een overdosis medicijnen) gedaan worden.
Tristan
De acties van Tristan in de laatste periode voor de aanslag lijken op een gedegen voorbereiding te duiden:
- 2010: hij koopt een pistool en een revolver;
- 2011: hij koopt een geweer, extra magazijnen, red dot kijker en een kogelwerend vest;
- 2011: hij gaat steeds vaker naar de schietvereniging.
Deze wapens kon hij kopen door de wapenvergunning die hij in 2008 al kreeg, ondanks protesten van zijn ouders, een zelfmoordpoging en meerdere controles door de politie. Ook was bekend dat hij de gekochte wapens in de periode 2008 - 2011 verhandelde voor steeds zwaarder geschut.
Kwetsbare personen
Tristan is dus inmiddels op het punt aangekomen waarop hij zich echt voorbereidt om geweld te gaan gebruiken, een actie die op zichzelf al strafbaar is. Laten we eens kijken welke elementen allemaal mee kunnen spelen bij zijn ontwikkeling tot deze fase. Klik op de afbeelding rechts voor een overzicht:
Je ziet hier dat er sprake is van een combinatie van psychosociale problematiek en bepaalde grieven. Zodra iemand als Tristan weinig beschermende en veel bedreigende factoren in zijn omgeving heeft, dan kunnen bepaalde trigger events ervoor zorgen dat hij steeds verder afglijdt op de 'Pathway to violence', zoals in zijn geval ook gebeurd is...
Uitvoering
9 april 2011, iets na 12 uur 's middags. Tristan van der Vlis arriveert in zijn Mercedes bij winkelcentrum de Ridderhof in Alphen aan de Rijn. Hier begint de dodelijke afloop van een lang proces dat ooit begon met zorgwekkend gedrag, en eindigde met de dood van 7 personen.
Conclusies
Wat kunnen we leren van het verhaal van Tristan van der Vlis? Het politierapport uit deze zaak beschrijft het als volgt:
Er is waarschijnlijk sprake van een langdurige opbouw, met aanwijzingen voor actieve voorbereiding vanaf 2010;
Het feit dat iemand schizofreen is, wil niet zeggen dat (mis)daden impulsief gepleegd worden;
Er waren veel signalen, maar zijn naaste omgeving had onvoldoende (in)zicht. De politie had een preventieve rol kunnen spelen. De rol van de GGZ blijft een discussiepunt.
Ook geeft het rapport aan dat het 'Pathway to Violence' model echt een momentopname blijft. Concrete acties ermee voorspellen is vrijwel onmogelijk, het is uiteindelijk 'slechts' een hulpmiddel bij het analyseren van een mogelijke dreiging.
Mohamed Said
In 2015 komt de dan 19-jarige Mohamed Said in Syrië om het leven. Zijn precieze doodsoorzaak is nooit vastgesteld, evenmin als de redenen waarom hij op 11 december 2014 zonder zijn familie in te lichten plots vertrok.
In deze module hebben we de stappen op de 'Pathway to violence' van Tristan van der Vlis geanalyseerd. Aan jou de taak om deze stappen nu ook voor Mohamed Said in te vullen. Lees daarvoor eerst dit krantenartikel over zijn leven eens door.
Radicalisering
Mohamed Said was religieus geradicaliseerd. Maar er zijn nog meer soorten radicalisering. Hoe ga je daar goed mee om als docent?
Welke soorten 'radicalisering' zijn er?
Kennischeck
In deze module heb je ervaren hoe zorgwekkend gedrag bij twee personen vanuit verschillende achtergronden kan escaleren tot een aanslag of het aansluiten bij geweldadige groeperingen. Dit zijn slechts twee voorbeelden; in de drie praktijkmodules behandelden we cases van studenten met zorgwekkend gedrag dat zich uitte in politiek georiënteerd geweld, dreigende suïcide en agressie door een psychische stoornis.
Samen voorkomen
Gelukkig zijn dit natuurlijk uitzonderingen. Door je als medewerker van een hogeschool of universiteit bewust te zijn van de signalen en te weten hoe je daarbij moet handelen, kunnen we dit soort daden samen steeds beter voorkomen. Om te toetsen hoeveel je nu al weet over zorgwekkend gedrag dagen we je uit om onderstaande Kennischeck te doen. Succes!
6. Meer info en zelf doen
‘Studenten zijn de grootstedelijke professionals van de toekomst die monodisciplinaire diepe specialistische kennis en vaardigheden moeten kunnen combineren met 21ste eeuwse multidisciplinaire meta-cognitieve en brede vaardigheden. Het is het bildung van nu’.
Jet Bussemaker
Bildung
Onder Bildung verstaan wij vorming van de studenten die persoonlijk, breed, bewust en betrokken is. Bij het ontwikkelen van een nieuwe lesreeks, minor of keuzevak, waarbij bildung het fundament is, is het raadplegen van betrouwbare theoretische literatuur belangrijk.
Na het volgen van deze cursus wil je mogelijk zelf lesmateriaal (over zorgwekkend gedrag) ontwikkelen. Ervaring hiermee elders leert dat het onderwerp van zorgwekkend gedrag zich goed laat combineren met aandacht voor grondrechten, inclusie en diversiteit, maar dit kun je naar eigen inzicht en behoefte invullen uiteraard.
Ook bij trainingen zien we aan docenten dat zij bij deze onderwerpen dezelfde vragen hebben over handelingsperspectief als bij zorgwekkend gedrag. Het is daarom goed ook aan toekomstige professionals alvast een basis mee te geven waarmee ze voorbereid zijn op de praktijk waarin ze later aan de slag gaan en daarbij met deze thema’s geconfronteerd kunnen worden.
In deze module bieden wij je daarvoor een grote hoeveelheid bronnen, waarmee je direct aan de slag kunt. De Isdep video’s, ook bereikbaar via deze bronnenbank, zijn speciaal voor dat doel ondertiteld. Een deel van deze video’s zijn interviews met ervaringsdeskundigen met verschillende ideologieën. Daarnaast zijn er ook scripted reality video’s (o.a. Anna’;s World en Michael’s story) en komen deskundigen aan het woord. Bovendien voegen we een voorbeeld van een handleiding voor een keuzevak toe.
Je zult merken dat er veel theorie is over zorgwekkend gedrag, waaronder radicalisering. Dit is in de afgelopen jaren een belangrijk sociaal vraagstuk geworden. Ook bieden we je theorie over migratie, polarisatie, suïcide en agressie aan, waarbij de praktische omzetting naar lesmateriaal het uitgangspunt is. Mochten er bronnen missen waarvan je denkt dat andere docenten er veel profijt van kunnen hebben dan horen we dat natuurlijk graag, zodat we de huidige bronnenbank continu kunnen blijven uitbreiden.
Zelf een les ontwerpen
Wil je zelf een les of een curriculum rondom 'zorgwekkend gedrag' ontwerpen, dan biedt onderstaande handleiding je daarvoor een handig startpunt. In deze handleiding vind je onder andere een lesstructuur, suggesties voor de opbouw van de lessen en een verdeling van onderwerpen over verschillende lessen:
Op deze pagina vind je diverse bronnen, cases en anekdotes die te gebruiken zijn bij het ontwikkelen van lesmateriaal over radicalisering onder studenten.
Om je te laten ervaren op welke verschillende plekken er zich stukjes van de puzzel kunnen bevinden willen we je de casus van Michael voorleggen, die zijn naam veranderde in Abdullah. In onderstaande oefening zie je dat deze puzzelstukjes niet alleen binnen de onderwijsinstelling, maar ook juist daarbuiten gevonden kunnen worden...
Anekdotes
Via onderstaande linkjes zijn drie waargebeurde situaties te lezen zoals Halima Maakoul ze heeft meegemaakt. Deze anekdotes bieden je praktijkervaringen hoe om te gaan met studenten die een extreme mening verkondigen of om na gesprekken over aanslagen en terrorisme in goede banen te leiden:
Het arrangement Zorgwekkend gedrag is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Deze cursus is een productie van het programma Integraal Veilig Hoger Onderwijs (opdrachtgever), met medewerking van het Rijksopleidingsinstituut tegengaan radicalisering, Flooow (e-learning productie) en Zelf-spot (audiovisuele producties). Voor het samenstellen van deze cursus is gebruik gemaakt van train-de-trainer materiaal van Nctv en Isdep (Improving Security Through Democratic Participation), aanpassingen hierop gericht op het HO en eigen ontwikkeld materiaal.
Alle informatie over bestaande personen is gebaseerd op openbare bronnen.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze cursus is een productie van het programma Integraal Veilig Hoger Onderwijs (opdrachtgever), met medewerking van het Rijksopleidingsinstituut tegengaan radicalisering, Flooow (e-learning productie) en Zelf-spot (audiovisuele producties). Voor vragen over deze e-learning kun je contact opnemen met het programma Integraal Veilig Hoger Onderwijs via info@integraalveilig-ho.nl.
Alle informatie over bestaande personen is gebaseerd op openbare bronnen.
Leerniveau
WO - Bachelor;
WO - Master;
HBO - Master;
HBO - Bachelor;
Deze cursus is een productie van het programma Integraal Veilig Hoger Onderwijs (opdrachtgever), met medewerking van het Rijksopleidingsinstituut tegengaan radicalisering, Flooow (e-learning productie) en Zelf-spot (audiovisuele producties). Voor vragen over deze e-learning kun je contact opnemen met het programma Integraal Veilig Hoger Onderwijs via info@integraalveilig-ho.nl.
Alle informatie over bestaande personen is gebaseerd op openbare bronnen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.