Sociale Veilgheid

Sociale Veilgheid

Inleiding

Leerlingen die lekker in hun vel zitten leren beter. Daarom zet het Het Hooghuis Stadion vol in op sociaal welbevinden. Verschillende themadagen dragen daaraan bij zoals Paarse Vrijdag, Dag van Respect, Nationale Complimentendag en Dag tegen Pesten. Ze vallen alle vier binnen het mentorprogramma. Tijdens zo’n programma doen de leerlingen allerlei activiteiten met hun mentorgroep, onder leiding van de mentor. Het gaat om activiteiten die gewoon leuk zijn om te doen én bijdragen aan het welzijn van de leerlingen.

Paarse vrijdag

Op Paarse Vrijdag tonen scholieren en studenten hun solidariteit met lhbt+'ers, onder andere door het dragen van paarse kleding. Afgelopen jaar hebben we die dag de school paars aangekleed, leerlingen deelden roze koeken uit en veel leerlingen en docenten droegen paarse kleren.

Dag van Respect

Deze dag wordt gevierd in de Week van Respect, waarin kinderen leren om actief bij te dragen aan een respectvolle samenleving. Het doel is om de veerkracht van jongeren te vergroten.

Nationale Complimentendag

De Nationale Complimentendag draait om het geven van oprechte aandacht en het tonen van persoonlijke waardering. Het Hooghuis Stadion gaat deze themadag vieren waarop we elkaar op allerlei manieren complimenten gaan geven.

Dag tegen Pesten

Op de landelijke Dag tegen Pesten wordt in Nederland extra aandacht besteed aan het stoppen van pestgedrag. De leerlingen gaan actief aan de slag, bijvoorbeeld met het maken van een poster of een filmpje.

 

Sociale veiligheid op school

Kalender

Week tegen Pesten: 23 t/m 27 september

Week van Respect: 11 t/m 17 november

Paarse Vrijdag: 13 december

Nationale Complimentendag: 1 Maart

 

 

 

 

Gouden, Zilveren en Bronzen weken in het onderwijs

Groepsvorming in de schoolklas Gouden en Zilveren weken

De beginweken van het schooljaar zijn goud waard om een basis te leggen voor een fijne sfeer in de klas.

Groepsvorming bestaat uit diverse fasen die een groep in ongeveer zes weken doorloopt. Hierna zijn de rollen, normen en waarden grotendeels bepaald voor de rest van het jaar. In deze zes weken is de invloed van de leraar van groot belang. Na elke zomervakantie vindt er weer een nieuwe groepsvorming plaats. Ook gaandeweg het schooljaar kan er een nieuw groepsvormingsproces ontstaan, als er bijvoorbeeld nieuwe leerling komen.

Gouden weken

De eerste weken na de zomervakantie

 

De eerste weken aan het begin van het schooljaar worden de Gouden Weken genoemd. Deze weken zijn bij uitstek geschikt om een fundament neer te zetten voor een goede groepsvorming en fijne sfeer. Leerlingen verkennen elkaar, de leraar en de regels.

Juist in de eerste zes weken van het schooljaar is de invloed van de leraar op de groep van groot belang. Besteed daarom veel aandacht aan een positieve relatie met leerlingen.

Wees het hele jaar goed voor elkaar! 5 tips om pesten te voorkomen;

  1. Neem de tijd voor groepsvorming en leer elkaar goed kennen
  2. Creëer een goede band met je leerlingen
  3. Stel een positieve groepsnorm, lees deze voor en zorg dat je deze bewaakt
  4. Houd de dynamiek van de groep continu in de gaten
  5. Houd goed contact met ouders/verzorgers.

Download hier de folder "het hele jaar goed voor elkaar!"

Zilveren weken

De zilveren weken is een periode na de kerstvakantie die gericht is op het verbeteren en versterken van een positieve en warme groepsdynamiek omdat dit het onderwijs ten goede komt. Een veilig groepsgevoel en goede relatie tussen leeraar en leerlingen en de leerlingen onderling zijn belangrijke voorwaarden om goed te kunnen leren.

De zilveren weken is het moment om de groepsregels en -normen nog eens opnieuw te bevestigen. Het kan zijn dat er een nieuwe leerling in de groep is gekomen, of dat er een leerling is verhuisd. Dit zorgt direct voor een nieuwe dynamiek in de groep, waardoor de groep opnieuw door alle fasen van groepsvorming moet gaan.

De zilveren weken zijn een belangrijke aanloopperiode naar het tweede deel van het schooljaar. Leerlingen hebben tijdens de kerstvakantie weer van alles meegemaakt. Als leerkracht is het belangrijk om alert te zijn op de verhalen die de leerlingen meebrengen over hun vakantie-ervaringen. Daarom is het goed om bij binnenkomst elke leerling persoonlijk te begroeten. De eerste schooldag kun je dit bijvoorbeeld doen met een handdruk en het uitspreken van mijn beste wensen voor het nieuwe jaar. Er zijn verschillende manieren om de leerlingen te verwelkomen, variërend van een high five of knuffel tot boksen of dansen. Kies een begroeting die bij jou en je leerling past, belangrijker is er te staan om aan te geven dat je er nog steeds voor ze bent en ze bij jou terecht kunnen met hun verhalen. Let ook op leerlingen die misschien iets negatiefs hebben meegekregen uit de vakantie of hun digitale wereld, en laat ze weten dat ze je steun krijgen.

Zilveren weken - tegen pesten

Bronzen weken

De eerste weken na de meivakantie.

Na de meivakantie is het ook belangrijk om weer in te zetten op het groepsproces.

Hiervoor kun je kijken naar de zilveren weken. De kracht van de herhaling.

Een proces moet je onderhouden!

In de laatste weken van het schooljaar is het samen afsluiten ook een belangrijk ritueel. In het laatste blok van het schooljaar is het ook een mooie gelegenheid om terug te kijken en vooruit te kijken.

 

Fases en werkvormen

Fasen van goede groepsvorming

Groepsvorming bestaat uit diverse fasen die een groep in ongeveer zes weken doorloopt. Hierna zijn de rollen, normen en waarden grotendeels bepaald voor de rest van het jaar. In deze zes weken is de invloed van de leraar van groot belang. Na elke zomervakantie, vindt er weer een nieuwe groepsvorming plaats. Ook gaandeweg het schooljaar kan er een nieuw groepsvormingsproces ontstaan, als er bijvoorbeeld nieuwe leerling komen. De fasen zijn:

  1. Forming – kennismaking en oriëntatie
    In deze fase (1 tot 2 weken) kennen de leerlingen elkaar vaak nog niet. Als leerlingen elkaar al wel kennen, kan het zijn dat de verhoudingen in de groep anders liggen na een vakantie. Het is in deze fase belangrijk om elkaar te leren kennen en samen ervaringen op te doen. Een stevige basis van vertrouwen en emotionele veiligheid zijn hierbij belangrijk.

  2. Storming – strijd om invloed
    Tijdens de fase van storming zijn de leerlingen vertrouwd met elkaar en weten ze wat ze van elkaar kunnen verwachten. Leerlingen komen wat meer uit hun schulp en zoeken naar hun eigen positie in de groep. In deze fase worden vaak de leiders bepaald en worden er subgroepjes gevormd. Dit kan zorgen voor spanningen en conflicten. Dat is niet erg, want het hoort erbij. Laat dit zien aan de leerlingen door de conflicten er te laten zijn en ze op een goede manier op te lossen.

  3. Norming – gemeenschappelijke normen
    In deze fase vormt de groep de gemeenschappelijke normen, de ongeschreven regels. Vaak bepalen de leiders van de groep, bewust en onbewust, wat wel en niet gewenst is in de groep.

  4. Performing – langere periode van rust en plezierige samenwerking

  5. Reforming - evaluatie fase

Leerlingen kennen elkaar inmiddels goed en weten ze wat ze aan elkaar hebben. Ze waarderen elkaar, wat zorgt voor een goede samenwerking in de klas. Sommige groepen bereiken dit stadium niet. Het gevolg? Een onrustige klas en een verhoogde kans op probleemgedrag.

Hieronder staan per leerlaag diverse werkvormen beschreven per periode waar, naar gelang de groep zich in kan bevinden, gebruik van gemaakt kan worden tijdens mentorlessen.

Werkvormen Leerjaar 1

Voor leerjaar 1 zijn er werkvormen beschreven die gebruikt kunnen worden tijdens mentorlessen. Afhankelijk in welke fase van groepsvorming de klas is kan er gebruik gemaakt worden van deze actieve werkvormen.

Periode tot kerstvakantie

Les 1: Op één lijn staan (forming)
- Doel: kennismaking
- Uitleg:

Geef de groep de opdracht om binnen 3-5 minuten (afhankelijk van het aantal leerlingen) op één lijn

in volgorde te gaan staan:

--- Op alfabet van hun voornaam

--- Op geboortedag

--- Op huisnummer

--- Op leeftijd

--- Op schoenmaat, Etc.

 

Observeer het gedrag van de leerlingen. Wie neemt de leiding? Wie gaat ergens staan en wacht af

wat er gebeurt, wie vertelt anderen waar te gaan staan, et cetera. Vergelijk dit met de rollen die

leerlingen in de klas innemen. Praat hierover. Herkennen ze dit?


- Benodigdheden: geen

-Tijd: 15 – 30 minuten

Les 2: Ik ben anders en toch lijken we op elkaar! (forming)
- Doel:  Kennismaking
- Uitleg

Elke leerling krijgt een kopieerblad 1. Geef de

volgende opdracht: Ga naar iemand in de groep die je nog niet (goed)

kent. Zoek zo snel mogelijk drie overeenkomsten en drie verschillen.

Probeer zo origineel mogelijke dingen te vinden.

Na drie minuten wisselen de leerlingen van partner en voeren dezelfde

opdracht uit. Na drie rondes gaan de leerlingen in een kring zitten en

vertelt iedereen het merkwaardigste verschil en de merkwaardigste overeenkomst.


- Benodigdheden: kopieerblad 1 aanwezig zie wikiwijs
-Tijd: 15 – 25 minuten

Les 3: sleutelbos (forming)
- Doel:
•          De leerlingen leren elkaar beter kennen

•          Leerlingen bedenken wat ze over zichzelf willen delen

•          Leerlingen luisteren naar elkaar
- Uitleg:

Verdeel de groep in sub groepjes van maximaal 5 personen of vorm met de klas 1 grote groep​

Iedereen pakt zijn of haar eigen sleutelbos. Leg de bossen op een tafel in het midden.​

 

Om de beurt wordt er een sleutel gepakt.​

Aan de hand van je eigen sleutelbos, vertel je je (levens) verhaal. ​

Een typisch begin gaat als volgt: dit is de sleutel van mijn…motorfiets. Mijn motor is mijn lust-en-mijn-leven....et cetera.​

Als iemand over zijn hele zijn sleutelbos heeft, kunnen vragen gesteld worden.

- Benodigdheden: PowerPoint aanwezig zie Wikiwijs
Toegang tot internet en device is nodig.
-Tijd: 30 minuten

Les 4: Namen noemen (forming)
- Doel: kennismaking
- Uitleg:

Leerlingen zitten in een kring. Leerkracht gaat in het midden van de

kring staan en begint met het noemen van een naam van een leerling.

Degene die links van de genoemde leerling zit, staat snel op en gaat

meteen weer zitten. De genoemde speler zegt dan de naam van een

andere leerling. De leerling links van de genoemde leerling staat snel

op en zo gaat het spel verder. Wanneer een verkeerde speler opstaat

mag deze de plaats in het midden innemen.

- Benodigdheden: geen
-Tijd: 15 minuten

Les 5: Ballon hooghouden (forming)
- Doel: Kennismaking
- Uitleg:

De kinderen zitten in kleermakerszit in een kring. Eén kind staat in het

midden van de kring en roept terwijl ze de ballon omhoog gooit een

naam van een ander kind. Het kind dat zijn of haar naam hoort rent

snel naar het midden van de kring voordat de ballon de grond heeft

geraakt en pakt de ballon vast.

Variant:

Niet de ballon vast pakken, maar meteen weer omhoog duwen en een

andere naam roepen.

- Benodigdheden: ballon
-Tijd: 5-10 min

Les 6: In de knoop – uit de knoop ( Storming/norming)
- Doel: samenwerken
- Uitleg:

Laat de leerlingen een kring maken, schouder aan schouder staan in de kleinst mogelijke kring. Laat

de leerlingen hun ogen dicht doen en hun handen licht gespreid, op schouderhoogte voor zich uit

steken. Ze pakken nu handen van anderen beet en doen hun ogen weer open. De groep zit nu in de

knoop. De opdracht is nu de ontstane knoop te ontwarren zonder dat men elkaars handen loslaat.

Nabespreking

Was het makkelijk of moeilijk om tot een oplossing te komen? Wat hielp? Wat hielp niet? Wanneer

en waardoor kreeg je de neiging om vals te spelen en vlug even iemands hand los te laten? Welke

verbanden kan je leggen met samenwerken op school? En in de klas?


- Benodigdheden: geen
-Tijd: 15 minuten

Les 7: Tekenraadsel (pictionary) (forming/storming/norming)
- Doel: leren samenwerken, plezier hebben
- Uitleg:

Maak vooraf 3 groepen van 7-10 leerlingen per groep en laat die zich opstellen in drie rijen waarbij de voorste bij het bord staat.

De voorste van de groep krijgt een kaartje (alle groepen starten tegelijk) en gaat dit op het bord tekenen. De groep raadt zo snel mogelijk. Is het goed, dan is de volgende van de groep aan de beurt. Als de hele groep geweest is gaan zij zsm zitten en zo is te zien wie ‘gewonnen’ heeft.

- Benodigdheden: bord, 3 stiften en wissers, blaadjes met alledaagse voorwerpen (hond, auto, telefoon, bierglas, kraan, klok enz). Evt van een pictionary/party en co spel
-Tijd: afhankelijk van aantal keer dat je speelt

Les 8: Gezelschapspelletjes (storming/norming)
- Doel: Wanneer je leerlingen vraagt zelf spellen mee te nemen, krijg je een inkijkje of- en waarmee thuis

wordt gespeeld. Tijdens het spelen heb je als mentor goed de kans om de leerlingen te observeren.
- Uitleg: Zelf spelen mee laten nemen en groepen vormen.
- Benodigdheden: diverse spellen
-Tijd: 1 lesuur

Periode tot aan meivakantie

Les 1: Complimenten leren geven
- Doel
Het uitdelen en ontvangen van complimenten.
- Uitleg

wie vinden jullie dat er in deze klas later directeur van een school moet worden? Waarom? Gebruik dit gesprek als inleiding dat ze elkaar nu complimenten aan het geven zijn. Voer een groepsgesprek over: wat is een compliment? Hoe voelt het om een compliment te krijgen? Waarover kun je een compliment geven? Benadruk dat je elk kind een compliment kunt geven. Ook over kinderen die je minder goed kent. Vier soorten complimenten:
1. Uiterlijk (jij hebt mooi lang haar)
2. wat je kan (jij kan goed voetballen, rekenen etc…)
3. wat je hebt (jij hebt een mooie fiets)
4. hoe je bent (jij bent behulpzaam, grappig etc…)
Met name de laatste soort is mooi om kinderen aan te leren. Je kunt het dan ook uitbreiden naar de zin: ik vind het fijn dat je behulpzaam bent omdat als ik iets aan je vraag ik weet dat je me helpt en dat vind ik fijn.
- Benodigdheden
n.v.t.
-Tijd
20 / 25 minuten

Les 2: Complimenten geven
- Doel
Reflectie op eigen gedrag. Welke complimenten kun jij jezelf geven na een week.
- Uitleg

De kinderen benoemen over zichzelf waar ze tevreden over zijn. Aan het eind van een dag of een week schrijven kinderen op een papier wat hij of zij die dag of week goed gedaan heeft. Bijvoorbeeld ik het een ander geholpen met het oefenen van topografie, of ik heb hard gewerkt voor mijn spreekbeurt etc.
- Benodigdheden
Eigen gemaakt papier waarop leerlingen hun compliment kunnen schrijven.
-Tijd
10 minuten

Les 3: Ik waardeer
- Doel
Complimenten geven en ontvangen. Deze verwerken en uitleggen op welk compliment je het meest trots bent.
- Uitleg

Eigenwaarde is het respect wat iemand voor zichzelf heeft. Vaak zijn we daar niet zo bewust mee bezig, terwijl het ontzettend belangrijk is om daar bij stil te staan. Kinderen worden zich hierdoor meer bewust van wie ze zijn, wat ze doen en hoe dit overkomt bij anderen. Het effect hiervan is dat kinderen meer zelfvertrouwen ontwikkelen. Instructie: Laat leerlingen hun naam op het blad schrijven. Zet ze in groepen van vier. Je geeft nu je blad aan degene die links van je zit en iedereen schrijft iets op dit vel. Daarna schuift het blad door naar de volgende etc totdat alle leerlingen uit het groepje er iets opgeschreven hebben. Als het blad bij de leerling terugkomt, leest hij of zij wat er op staat. In de reflectie kun je vragen wat je het mooiste compliment is wat je hebt gekregen.
- Benodigdheden
Werkblad eigenwaarde.
-Tijd

45 minuten

Les 4: Dit of dat
- Doel
Leren kiezen tussen twee dingen
- Uitleg
Start de les met de Mashmallowtest

Je legt steeds twee keuzes voor waar een kind in moet kiezen en vertelt waarom hij deze keuze maakt. Je vindt geld: breng je het terug of houdt je het? Er ligt snoep op tafel: eet je het op of laat je het liggen? Patat of pizza? Bloemkool of worteltjes? Karate of Judo?
- Benodigdheden
           - zak met snoepjes
           -Keuzes bedenken die je voor wil leggen aan je klas.
The Marshmallow test

Wie blijft van de spekkies af? | Mensenkennis - YouTube
-Tijd
45 minuten

Les 5: Blinddoeken
- Doel
Vertrouwen ontwikkelen
- Uitleg
Dit spel speel je in de klas, in de gymzaal of buiten. Vorm een vierkant van vier bij vier of vijf bij vijf meter (kleiner kan ook, maar dan moet je het in groepjes spelen). Leg in het vierkant voorwerpen neer (boeken, een bal of tassen) en stel dat dit mijnen zijn. Het is de bedoeling dat het ene kind het andere kind (dat zijn ogen dichthoudt) door het mijnenveld loodst. Als je zonder iets te raken aan de overkant komt, heb je als tweetal gewonnen. Dit spel kan dus met tweetallen door elkaar gespeeld worden!
Een persoon krijgt een blinddoek om. De andere 2 leerlingen moeten zonder de geblinddoekte persoon aan te raken de geblinddoekte persoon een parcours laten lopen ( in de klas / op de gang ). Allen door goed en duidelijk te communiceren zal de geblinddoekte persoon nergens tegen stoten. Dit spel kan gespeeld worden met meerdere groepjes tegelijk.
Wat gebeurt er als je met de klas dit spel tegelijk speelt ? Wie neemt de leiding in de groep en wie volgt ?
- Benodigdheden
Blinddoeken / theedoeken
-Tijd
20 minuten

Les 6: Bouw Challenge
- Doel
Samenwerken en omgaan met tijdsdruk
- Uitleg
Bouw in 18 minuten een zo hoog mogelijk vrijstaand spaghetti bouwwerk van ongekookte spaghetti, tape, touw en een marshmallow

- Maak teams van 4 personen
  (maximaal 5: liever 2 kleinere teams, dan 1 grotere)
- Gebruik zoveel of zo weinig spaghetti, tape en touw als je wilt.
- Het is toegestaan om de spaghetti, de tape en het touw in stukken te maken.
- De marshmallow moet aan de top van het bouwwerk bevestigd worden.
- Na 18 minuten meet ik de hoogte van ieders bouwwerk.
- Het team met het hoogste bouwwerk wint.

- Benodigdheden
PPT met uitleg en introductievideo

Ongekookte spaghetti (20 spaghetti’s)
Een stuk touw (1 meter)
Een rol tape (1 meter)
Een schaar
1 marshmallow

-Tijd
45 minuten
evaluatie kan in de volgende les.

Les 7: Volgorde bepalen
- Doel
Samenwerken en overleg
- Uitleg
De leerlingen krijgen de opdracht om op volgorde te gaan staan.
De volgorde moet worden bepaald en hiervoor mag er overlegd worden. Er kunnen verschillende handicaps aan toegevoegd worden, zoals:

    • Geen geluid maken, maar alleen met gebaren werken
    • Maar 1 woord mogen zeggen
    • Elkaar niet aan mogen kijken
    • Elkaar niet aanraken

De docent neemt met een timer de tijd op hoelang leerlingen nodig hebben gehad om op de goede volgorde te komen staan

- Benodigdheden
PPT

-Tijd
45 minuten

Periode tot aan grote vakantie

Opdracht 1: zeg het met een tekening

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Kist of schoenendoos, papier, teken en knutselspullen

Tijd: va. 15 minuten

Instructie:

Zorg voor een houten kist of een schoenendoos. Alle leerlingen krijgen een vel papier. Op de tafel liggen viltstiften, tijdschriften, plakplaatjes, etc. De leerlingen maken een tekening van de mooie momenten van het afgelopen jaar. Dit kan met symbolen, plaatjes, etc. Aan het eind van de les stoppen de leerlingen hun tekeningen in de kist of de doos. Af en toe pak je de doos en laat je kinderen een tekening eruit halen. Een leerling vertelt dan iets over de tekening van een klasgenoot. Wat zijn de herinneringen die hij/zij ziet op de tekening? Iedere leerling omschrijft een tekening van een ander.

Opdracht 2: afscheidsboek

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Geen

Tijd: va. 30 minuten

Instructie:

Maak samen met de klas een afscheidsboek. Kies een mooie foto en titel voor de omslag en schrijf een persoonlijk voorwoord. Kies samen foto’s uit om toe te voegen. Alle leerlingen kunnen een persoonlijke pagina maken. Voorbeelden van vragen die ze op deze pagina kunnen beantwoorden: Omschrijf je klas Leuk op school vind ik ... Mijn favoriete juf of meester is ... De leukste vakken vind ik ... Vakken die ik niet leuk vind zijn ... Het leukste dit jaar was ... Mijn beste vrienden waren/zijn ... Wat we tijdens het buitenspelen heel graag deden ... De leukste herinneringen die ik heb aan school zijn ...

Opdracht 3:  Kaart en of brief schrijven

Groepsfase: Adjourning

Doel: Nadenken over toekomst

Materiaal: pen / papier / kaarten

Tijd: 30 minuten

Instructie

Laat de leerlingen een brief of kaart schrijven. Het thema kan wisselend zijn. Enkele ideeën:

  • Een vakantiekaart aan de mentor of klas schrijven
  • Een reflectie op het afgelopen jaar op leergebied en sociaal gebied.

Opdracht 4: wensen

Groepsfase; Adjourning

Doel; positief afsluiten van het schooljaar

Materiaal; pot, briefjes, pen

Tijd: 20 minuten

Instructie

Laat de leerlingen op een briefje schrijven wat ze nog graag zouden doen in en met de klas, iets wat je samen kunt doen. Haal de laatste weken iedere (mentor-)les een briefje uit de pot en voer dit uit met de groep.

Ook kun je de leerlingen laten nadenken over een afsluitende activiteit met de groep. Dit kan, afhankelijk van de mogelijkheden die er zijn binnen de school, een wat grotere activiteit zijn.

Opdracht 5: terugblikken

Groepsfase; Adjourning

Doel: terugblikken op het afgelopen jaar

Materiaal; kaartjes, pen

Tijd: 30 minuten

Instructie:

Laat de leerlingen kaartjes maken met daarop antwoorden op de vragen;

  • Wat was het allerleukste dit jaar?
  • Wat was het allerstomste dit jaar?
  • Schrijf in 5 steekwoorden op waar je trots op bent.
  • Op welke docent heb je het meeste gemopperd?
  • Bij welke docent heb je het meest gelachen?
  •  Etc.

Opdracht 6: Opstekers

Groepsfase; Adjourning

Doel: positieve afsluiting

Materiaal; post its / stiften

Tijd: 20 minuten

Instructie

In het lokaal gaan de tafels en stoelen aan de kant. Iedere leerling krijgt een setje post its en een stift en gaat voor alle leerlingen een compliment op de post it schrijven en plakt deze achterop de rug van de betreffende leerlingen.

Als dit gedaan is dan mogen de leerlingen elkaars complimenten voorlezen. Dit kan klassikaal of in groepjes.

Opdracht 7: Een brief of kaart aan jezelf

Groepsfase; Adjourning

Doel: vooruitkijken

Materiaal; pen en papier evt. kaarten

Tijd: 20-30 minuten

Instructie

De docent zorgt voor papier/ evt. kaarten en deelt dit uit.

Je geeft de klas de opdracht om een brief aan zichzelf te schijven. Over wat ze zichzelf voor de toekomst wensen.

Een variant kan zijn: Hoe zie jij jezelf over 15-20 jaar? Wat heb je bereikt? Welke opleiding(en) heb je gedaan. Waar woon/werk je etc?

Je kunt aan het eind vragen of er enkele leerlingen willen voorlezen wat ze geschreven hebben en of met elkaar in gesprek gaan over deze opdracht. ( hoe heb je het ervaren etc.)

Opdracht 8: groepscadeau voor de school.

Groepsfase; Adjourning

Doel: afscheidnemen

Materiaal;  divers

Tijd: max. 1 a 2 lessen

Instructie

  • Het is belangrijk om aan te voelen wat bij je klas past. Daarom hieronder enkele voorbeelden. Ook kan de klas zelf natuurlijk met ideeën komen.

    Schilderij maken: Laat in het schilderij van iedere leerling een element terugkomen. Wat is je het meeste bijgebleven van de jaren dat je hier op school hebt gezeten?

 

Individueler zou kunnen zijn dat leerlingen een presentje maken voor de leerkracht die hen het meeste bij zal blijven/ waar ze het meeste van geleerd hebben. (kaartje o.i.d.)

 

Of laat je klas een leuke afscheid voor de docenten/ leerlingen voorbereiden.

 

Je kunt als docent natuurlijk ook een leuke afsluitende les bedenken voor de leerlingen, het is toch de afsluiting van een periode. Misschien ga je graag met je klas even buiten op pad voor een ijsje of maak je ze blij met een persoonlijk woordje of praatje.

Werkvormen Leerjaar 2

Voor leerjaar 2 zijn er werkvormen beschreven die gebruikt kunnen worden tijdens mentorlessen. Afhankelijk in welke fase van groepsvorming de klas is kan er gebruik gemaakt worden van deze actieve werkvormen.

Periode tot kerstvakantie

Les 1: Wie is het? (forming)
- Doel: kennismaking
- Uitleg:

Je neemt één persoon uit de klas in gedachten. Iedereen uit de klas gaat staan. Om de beurt stelt

iemand uit de klas een vraag aan de spelleider om er achter te komen wie de spelleider in gedachten

heeft. Bijvoorbeeld: Heeft hij/zij een bril? Antwoord: Nee. Dan mag iedereen met een bril gaan

zitten. Antwoord: Ja. Dan mag iedereen zonder bril gaan zitten. Vervolgens komt de volgende vraag.

Hoeveel vragen heeft de klas nodig om achter de persoon te komen die de spelleider in gedachten

heeft.

Laat vervolgens leerlingen zelf voor in de klas staan en iemand in gedachten houden.

- Benodigdheden: geen
-Tijd: 10-20 minuten

Les 2: Iedereen kijkt anders (forming)
- Doel:
•          De leerlingen leren en ervaren dat iedereen anders kijkt en beleeft

•          Leerlingen luisteren naar elkaar

•          Begrip voor ieders visie en mening
- Uitleg:

We gaan afbeeldingen bekijken.​

Bij iedere afbeelding, bedenk je in je hoofd wat je ziet.​

We gaan meningen visies en belevingen uitwisselen over de afbeeldingen.

- Benodigdheden: PowerPoint aanwezig zie wikiwijs

Toegang tot internet en device is nodig.
-Tijd: 30 minuten

Les 3: Ik ga op reis en ik neem mee (forming)
- Doel: kennismaking
- Uitleg:

Leerlingen zitten in een kring. Iedereen zegt zijn naam met ervoor

een beschrijving van 1 woord over zichzelf die met de beginletter van

zijn naam begint bv. Grappige Gijs, Angstige Anneke, Slaperige Sofe,

Mysterieuze Merlijn ,...

Daarna begint een leerlinge met ‘Ik ga op reis en neem mee (woord

+ naam van de persoon links van hem)’ De speler die rechts van hem

zit herhaalt dit en voegt de naam van de speler links van hem erbij. Zo

gaan we door tot het einde bereikt is.

- Benodigdheden: geen
-Tijd: 5-10 minuten

Les 4: Het vallende blad (forming)
- Doel: kennismaking
- Uitleg:

Er staat 1 leerling midden in de kring met een A4-tje in zijn hand die

hij boven zijn hoofd vast houdt.Deze leerling noemt een naam uit de

klas en laat op dat moment het A4-tje vallen.

De persoon wiens naam wordt genoemd staat zo snel mogelijk op en

vangt het papiertje voordat het op de grond valt. Lukt dit, dan wordt

het A4-tje doormidden gescheurd en gaat het spel verder. De persoon

die het A4-tje ving mag op dat moment een nieuwe naam roepen. Lukt

het niet, dan gaat het spel meteen verder. Doel is om met de groep

het A4-tje zo klein mogelijk te krijgen (en zo snel mogelijk, zo klein

mogelijk te krijgen).

- Benodigdheden: 1 A-4tje
-Tijd: 5-10 min

Les 5: Maak een Spel (storming/norming)
- Doel: snappen/ervaren waarom regels belangrijk zijn
- Uitleg:

Bedenk in viertallen een spel, zonder spelregels, wat we ook met elkaar kunnen spelen.

Nabespreking:

Was het makkelijk of moeilijk om tot een oplossing te komen? Wat hielp? Wat hielp niet? Welke

conclusie kun je trekken? Wat is er nodig om tot een gezamenlijk spel te komen?

- Benodigdheden: divers
-Tijd: 30 minuten

Les 6: Samen tekenen (storming/norming)
- Doel: samenwerken
- Uitleg:

Maak vier touwtjes vast aan een stift. Deze stift leg je in het midden

van het tekenblad. Teken nu met elkaar een huis zonder dat je de stift

aanraakt. Elk kind mag maar één touwtje vasthouden.

- Benodigdheden: Stiften, touwtjes en tekenblad
-Tijd: 15 minuten

Les 7: Tekenraadsel (pictionary) (forming/storming/norming)
- Doel:
leren samenwerken, plezier hebben
- Uitleg:

Maak vooraf 3 groepen van 7-10 leerlingen per groep en laat die zich opstellen in drie rijen waarbij de voorste bij het bord staat.
De voorste van de groep krijgt een kaartje (alle groepen starten tegelijk) en gaat dit op het bord tekenen. De groep raadt zo snel mogelijk. Is het goed, dan is de volgende van de groep aan de beurt. Als de hele groep geweest is gaan zij zsm zitten en zo is te zien wie ‘gewonnen’ heeft.

- Benodigdheden: bord, 3 stiften en wissers, blaadjes met alledaagse voorwerpen (hond, auto, telefoon, bierglas, kraan, klok enz). Evt van een pictionary/party en co spel
-Tijd: afhankelijk van aantal keer dat je speelt

Les 8: Gezelschapspelletjes (storming/norming)
- Doel: Wanneer je leerlingen vraagt zelf spellen mee te nemen, krijg je een inkijkje of- en waarmee thuis wordt gespeeld. Tijdens het spelen heb je als mentor goed de kans om de leerlingen te observeren.
- Uitleg: Zelf spelen mee laten nemen en groepen vormen.
- Benodigdheden: diverse spellen
-Tijd: 1 lesuur

Periode tot aan meivakantie

Les 1: Complimenten geven
- Doel
Reflectie op eigen gedrag. Welke complimenten kun jij jezelf geven na een week.
- Uitleg

De kinderen benoemen over zichzelf waar ze tevreden over zijn. Aan het eind van een dag of een week schrijven kinderen op een papier wat hij of zij die dag of week goed gedaan heeft. Bijvoorbeeld ik het een ander geholpen met het oefenen van topografie, of ik heb hard gewerkt voor mijn spreekbeurt etc.
- Benodigdheden
Eigen gemaakt papier waarop leerlingen hun compliment kunnen schrijven.
-Tijd
10 minuten

Les 2: Ik waardeer
- Doel
Complimenten geven en ontvangen. Deze verwerken en uitleggen op welk compliment je het meest trots bent.
- Uitleg

Eigenwaarde is het respect wat iemand voor zichzelf heeft. Vaak zijn we daar niet zo bewust mee bezig, terwijl het ontzettend belangrijk is om daar bij stil te staan. Kinderen worden zich hierdoor meer bewust van wie ze zijn, wat ze doen en hoe dit overkomt bij anderen. Het effect hiervan is dat kinderen meer zelfvertrouwen ontwikkelen. Instructie: Laat leerlingen hun naam op het blad schrijven. Zet ze in groepen van vier. Je geeft nu je blad aan degene die links van je zit en iedereen schrijft iets op dit vel. Daarna schuift het blad door naar de volgende etc totdat alle leerlingen uit het groepje er iets opgeschreven hebben. Als het blad bij de leerling terugkomt, leest hij of zij wat er op staat. In de reflectie kun je vragen wat je het mooiste compliment is wat je hebt gekregen.
- Benodigdheden
Werkblad eigenwaarde.
-Tijd
45 minuten

Les 3: Eigenwaarde
- Doel
Leerlingen leren zichzelf te waarderen. Trots zijn op jezelf.
- Uitleg

Eigenwaarde is het respect wat iemand voor zichzelf heeft. Vaak zijn we daar niet zo bewust mee bezig, terwijl het ontzettend belangrijk is om daar bij stil te staan. Waardering hebben voor jezelf leidt er toe dat je tevreden bent met wie je bent en wat je doet, voor jezelf maar ook voor de ander. Deze oefening is bedoeld om leerlingen te laten stilstaan bij zichzelf en de dingen die ze leuk vinden van zichzelf, of vinden dat ze die goed kunnen. Instructie: deel het werkblad uit en laat deze invullen. Als leerkracht kun je ook specifieker terugkoppelen wat je van deze gedragingen terug ziet in de klas.
- Benodigdheden
Werkblad eigenwaarde

-Tijd
25 minuten

Les 4: Dit of dat
- Doel
Leren kiezen tussen twee dingen
- Uitleg
Start de les met de Mashmallowtest

Je legt steeds twee keuzes voor waar een kind in moet kiezen en vertelt waarom hij deze keuze maakt. Je vindt geld: breng je het terug of houdt je het? Er ligt snoep op tafel: eet je het op of laat je het liggen? Patat of pizza? Bloemkool of worteltjes? Karate of Judo?
- Benodigdheden
           - zak met snoepjes
           -Keuzes bedenken die je voor wil leggen aan je klas.
The Marshmallow test

Wie blijft van de spekkies af? | Mensenkennis - YouTube
-Tijd
45 minuten

Les 5: Vervoer
- Doel
Leerlingen morele keuzes laten maken / argumenteren met voors en tegens

- Uitleg

Voorbeeld 1:
Stel velen gaan op hetzelfde moment naar hun werk en men kan de bus nemen of de auto. Reizen met de bus duurt tien minuten langer doordat je naar de bushalte moet lopen en doordat de bus een omweg via haltes maakt. Als echter meer mensen de auto nemen ontstaat er een file, en daar heeft de bus ook last van. Wat zou je doen?

Voorbeeld 2:
Er is een ernstig misdrijf gepleegd. Twee gewapende mannen worden gepakt en het lijkt dat het de daders zijn, maar het bewijs ontbreekt. Ze worden apart in de cel gezet en kunnen niet met elkaar communiceren. De offcier van justitie doet elke verdachte het volgende voorstel: 1. Als jullie allebei blijven zwijgen, kan ik jullie niet veel maken. Je krijgt dan alleen een lichte straf wegens wapenbezit zonder vergunning. 2. Als er één bekent, is de zaak rond. Degene die bekent zal ik vrijspreken omdat hij zo goed heeft meegewerkt. Degene die niet bekent kan minstens tien jaar gevangenisstraf verwachten. 3. Als jullie allebei bekennen, krijgen jullie allebei vijf jaar. De vraag is: wat kan een gevangene het beste doen?

- Benodigdheden
n.v.t.

-Tijd
30 minuten

Les 6: Bouw Challenge
- Doel
Samenwerken en omgaan met tijdsdruk
- Uitleg
Bouw in 18 minuten een zo hoog mogelijk vrijstaand spaghetti bouwwerk van ongekookte spaghetti, tape, touw en een marshmallow

- Maak teams van 4 personen
  (maximaal 5: liever 2 kleinere teams, dan 1 grotere)
- Gebruik zoveel of zo weinig spaghetti, tape en touw als je wilt.
- Het is toegestaan om de spaghetti, de tape en het touw in stukken te maken.
- De marshmallow moet aan de top van het bouwwerk bevestigd worden.
- Na 18 minuten meet ik de hoogte van ieders bouwwerk.
- Het team met het hoogste bouwwerk wint.

- Benodigdheden
PPT met uitleg en introductievideo

Ongekookte spaghetti (20 spaghetti’s)
Een stuk touw (1 meter)
Een rol tape (1 meter)
Een schaar
1 marshmallow

-Tijd
45 minuten
evaluatie kan in de volgende les.

Les 7: ‘’marktplaats’’
- Doel
Elkaar beter leren kennen en positieve punten benoemen.

- Uitleg
Ga naar Marktplaats en bekijk samen hoe advertenties eruit zien

-     Kijk naar de lay-out
-     Welke kenmerken worden benoemd
-     Verschil tussen vraagprijs of bieden

Bedenk samen hoe het eruit zou zien als je de docent op marktplaats zou willen verkopen als bijlesdocent

-    Wat zijn de kwaliteiten van de docent
-    Wat zijn de mindere kanten
-    Mag er geboden worden?

Maak nu groepjes van 2 en maak van elkaar een marktplaats advertentie
Bedenk waarmee je je klasgenoot op marktplaats zet.

-  Goede voetballer om in te huren
-  Goede verkoopkwaliteiten
-  Snelle krantenbezorger

- Benodigdheden
Laptop met internet

-Tijd
45 minuten

Periode tot aan grote vakantie

Opdracht 1: zeg het met een tekening

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Kist of schoenendoos, papier, teken en knutselspullen

Tijd: va. 15 minuten

Instructie:

Zorg voor een houten kist of een schoenendoos. Alle leerlingen krijgen een vel papier. Op de tafel liggen viltstiften, tijdschriften, plakplaatjes, etc. De leerlingen maken een tekening van de mooie momenten van het afgelopen jaar. Dit kan met symbolen, plaatjes, etc. Aan het eind van de les stoppen de leerlingen hun tekeningen in de kist of de doos. Af en toe pak je de doos en laat je kinderen een tekening eruit halen. Een leerling vertelt dan iets over de tekening van een klasgenoot. Wat zijn de herinneringen die hij/zij ziet op de tekening? Iedere leerling omschrijft een tekening van een ander.

Opdracht 2: afscheidsboek

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Geen

Tijd: va. 30 minuten

Instructie:

Maak samen met de klas een afscheidsboek. Kies een mooie foto en titel voor de omslag en schrijf een persoonlijk voorwoord. Kies samen foto’s uit om toe te voegen. Alle leerlingen kunnen een persoonlijke pagina maken. Voorbeelden van vragen die ze op deze pagina kunnen beantwoorden: Omschrijf je klas Leuk op school vind ik ... Mijn favoriete juf of meester is ... De leukste vakken vind ik ... Vakken die ik niet leuk vind zijn ... Het leukste dit jaar was ... Mijn beste vrienden waren/zijn ... Wat we tijdens het buitenspelen heel graag deden ... De leukste herinneringen die ik heb aan school zijn ...

Opdracht 3:  Kaart en of brief schrijven

Groepsfase: Adjourning

Doel: Nadenken over toekomst

Materiaal: pen / papier / kaarten

Tijd: 30 minuten

Instructie

Laat de leerlingen een brief of kaart schrijven. Het thema kan wisselend zijn. Enkele ideeën:

  • Een vakantiekaart aan de mentor of klas schrijven

Een reflectie op het afgelopen jaar op leergebied en sociaal gebied.

Opdracht 4: wensen

Groepsfase; Adjourning

Doel; positief afsluiten van het schooljaar

Materiaal; pot, briefjes, pen

Tijd: 20 minuten

Instructie

Laat de leerlingen op een briefje schrijven wat ze nog graag zouden doen in en met de klas, iets wat je samen kunt doen. Haal de laatste weken iedere (mentor-)les een briefje uit de pot en voer dit uit met de groep.

Ook kun je de leerlingen laten nadenken over een afsluitende activiteit met de groep. Dit kan, afhankelijk van de mogelijkheden die er zijn binnen de school, een wat grotere activiteit zijn.

Opdracht 5: terugblikken

Groepsfase; Adjourning

Doel: terugblikken op het afgelopen jaar

Materiaal; kaartjes, pen

Tijd: 30 minuten

Instructie:

Laat de leerlingen kaartjes maken met daarop antwoorden op de vragen;

  • Wat was het allerleukste dit jaar?
  • Wat was het allerstomste dit jaar?
  • Schrijf in 5 steekwoorden op waar je trots op bent.
  • Op welke docent heb je het meeste gemopperd?
  • Bij welke docent heb je het meest gelachen?
  •  Etc.

Opdracht 6: Opstekers

Groepsfase; Adjourning

Doel: positieve afsluiting

Materiaal; post its / stiften

Tijd: 20 minuten

 

 

Instructie

In het lokaal gaan de tafels en stoelen aan de kant. Iedere leerling krijgt een setje post its en een stift en gaat voor alle leerlingen een compliment op de post it schrijven en plakt deze achterop de rug van de betreffende leerlingen.

Als dit gedaan is dan mogen de leerlingen elkaars complimenten voorlezen. Dit kan klassikaal of in groepjes.

Opdracht 7: Een brief of kaart aan jezelf

Groepsfase; Adjourning

Doel: vooruitkijken

Materiaal; pen en papier evt. kaarten

Tijd: 20-30 minuten

 

Instructie

De docent zorgt voor papier/ evt. kaarten en deelt dit uit.

Je geeft de klas de opdracht om een brief aan zichzelf te schijven. Over wat ze zichzelf voor de toekomst wensen.

Een variant kan zijn: Hoe zie jij jezelf over 15-20 jaar? Wat heb je bereikt? Welke opleiding(en) heb je gedaan. Waar woon/werk je etc?

Je kunt aan het eind vragen of er enkele leerlingen willen voorlezen wat ze geschreven hebben en of met elkaar in gesprek gaan over deze opdracht. ( hoe heb je het ervaren etc.)

Opdracht 8: groepscadeau voor de school.

Groepsfase; Adjourning

Doel: afscheidnemen

Materiaal;  divers

Tijd: max. 1 a 2 lessen

Instructie

  • Het is belangrijk om aan te voelen wat bij je klas past. Daarom hieronder enkele voorbeelden. Ook kan de klas zelf natuurlijk met ideeën komen.

    Schilderij maken: Laat in het schilderij van iedere leerling een element terugkomen. Wat is je het meeste bijgebleven van de jaren dat je hier op school hebt gezeten?

 

Individueler zou kunnen zijn dat leerlingen een presentje maken voor de leerkracht die hen het meeste bij zal blijven/ waar ze het meeste van geleerd hebben. (kaartje o.i.d.)

 

 

Of laat je klas een leuke afscheid voor de docenten/ leerlingen voorbereiden.

 

Je kunt als docent natuurlijk ook een leuke afsluitende les bedenken voor de leerlingen, het is toch de afsluiting van een periode. Misschien ga je graag met je klas even buiten op pad voor een ijsje of maak je ze blij met een persoonlijk woordje of praatje.

Werkvormen Leerjaar 3

Voor leerjaar 3 zijn er werkvormen beschreven die gebruikt kunnen worden tijdens mentorlessen. Afhankelijk in welke fase van groepsvorming de klas is kan er gebruik gemaakt worden van deze actieve werkvormen.

Periode tot kerstvakantie

Les 1: Wat is Waar? (Forming)
- Doel:
kennismaking

- Uitleg:

Deel de klas in groepjes van drie (optimaal), eventueel vier. De leerlingen noteren drie beweringen over zichzelf die hun klasgenoten niet van het weten (maar wel mogen weten). Een van die drie beweringen is niet waar. De bedoeling is dat leerling A zijn drie beweringen in het groepje vertelt, waarna de andere leerlingen raden welke van die drie beweringen niet waar is. Zet een aantal onderwerpen op het bord zodat leerlingen daaruit kunnen kiezen. Bijvoorbeeld hobby’s, sport, familie, vakantie, huisdieren, aantal broers of zussen. Belangrijk om het als leerkracht even voor te doen. Als je het persoonlijker maakt, doen de leerlingen dit ook sneller en leren ze elkaar beter kennen. Je kunt deze oefening herhalen door de groepjes steeds weer te mixen.


- Benodigdheden:
Schoolbord en elke leerling een blaadje, papier en een pen

-Tijd:
15-20 minuten

Les 2: Profielfoto (forming)
- Doel:
           - De leerlingen leren elkaar beter kennen
           - Leerlingen bedenken wat ze over zichzelf willen delen
           - Leerlingen luisteren naar elkaar  

- Uitleg:
Na de instructie gaat iedere leerling op zijn eigen social media kijken welke profielfoto(‘s) hij/zij in gebruik heeft.

•          Iedere leerling kiest 1 profielfoto

•          Iedereen bedenkt voor zichzelf waarom hij/zij deze foto als profielfoto heeft.

•          Korte presentatie voor de klas over je eigen profielfoto

- Benodigdheden:
PowerPoint aanwezig zie wikiwijs.
Toegang tot internet en device is nodig.

-Tijd:
1 lesuur

Les 3: Namen noemen (forming)
- Doel:
kennismaking

- Uitleg:
Leerlingen zitten in een kring. Leerkracht gaat in het midden van de

kring staan en begint met het noemen van een naam van een leerling.

Degene die links van de genoemde leerling zit, staat snel op en gaat

meteen weer zitten. De genoemde speler zegt dan de naam van een

andere leerling. De leerling links van de genoemde leerling staat snel

op en zo gaat het spel verder. Wanneer een verkeerde speler opstaat

mag deze de plaats in het midden innemen.


- Benodigdheden:
n.v.t

-Tijd:
15 minuten

Les 4: : Het vallende blad (forming)
- Doel:
kennismaking
- Uitleg:
Er staat 1 leerling midden in de kring met een A4-tje in zijn hand die hij boven zijn hoofd vast houdt. Deze leerling noemt een naam uit de klas en laat op dat moment het A4-tje vallen. De persoon wiens naam wordt genoemd staat zo snel mogelijk op en  vangt het papiertje voordat het op de grond valt. Lukt dit, dan wordt het A4-tje doormidden gescheurd en gaat het spel verder. De persoon die het A4-tje ving mag op dat moment een nieuwe naam roepen. Lukt het niet, dan gaat het spel meteen verder. Doel is om met de groep het A4-tje zo klein mogelijk te krijgen (en zo snel mogelijk, zo klein mogelijk te krijgen).

- Benodigdheden:
1 A-4tje

-Tijd:
5-10 min

Les 5: Interviews (storming / norming)
- Doel:
vragen stellen, luisteren en samenvatten wat de ander heeft verteld.

- Uitleg:

Je vertelt de leerlingen over welk onderwerp ze elkaar gaan interviewen en maakt tweetallen. De leerlingen bedenken welke vragen zij willen stellen en schrijven ze op. Daarna interviewen de leerlingen elkaar, waarbij ze ook goed doorvragen. Tenslotte volgt de klassikale nabespreking. Deze werkvorm is geschikt om informatie, meningen en oplossingsstrategieën uit te wisselen. Interviewen stimuleert het creatief denken en het tekstbegrip. De leerkracht kan deze werkvorm inzetten als oriëntatie of om de voorkennis te activeren, maar ook als zelfstandige verwerking of reflectieopdracht.

- Benodigdheden:
pen en papier

-Tijd:
15 minuten

Les 6: Tekenraadsel (pictionary) (forming/storming/norming)
- Doel:
leren samenwerken, plezier hebben

- Uitleg:

Maak vooraf 3 groepen van 7-10 leerlingen per groep en laat die zich opstellen in drie rijen waarbij de voorste bij het bord staat. De voorste van de groep krijgt een kaartje (alle groepen starten tegelijk) en gaat dit op het bord tekenen. De groep raadt zo snel mogelijk. Is het goed, dan is de volgende van de groep aan de beurt. Als de hele groep geweest is gaan zij zsm zitten en zo is te zien wie ‘gewonnen’ heeft.

- Benodigdheden:
bord, 3 stiften en wissers, blaadjes met alledaagse voorwerpen (hond, auto, telefoon, bierglas, kraan, klok enz). Evt van een pictionary/party en co spel

-Tijd:
afhankelijk van aantal keer dat je speelt

Les 7: Gezelschapspelletjes (storming/norming)
- Doel:
Wanneer je leerlingen vraagt zelf spellen mee te nemen, krijg je een inkijkje of- en waarmee thuis wordt gespeeld. Tijdens het spelen heb je als mentor goed de kans om de leerlingen te observeren.

- Uitleg:
Zelf spelen mee laten nemen en groepen vormen.

- Benodigdheden:
diverse spellen

-Tijd: 1 lesuur

Periode tot aan meivakantie

Les 1: Eigenwaarde
- Doel
Leerlingen leren zichzelf te waarderen. Trots zijn op jezelf.

- Uitleg

Eigenwaarde is het respect wat iemand voor zichzelf heeft. Vaak zijn we daar niet zo bewust mee bezig, terwijl het ontzettend belangrijk is om daar bij stil te staan. Waardering hebben voor jezelf leidt er toe dat je tevreden bent met wie je bent en wat je doet, voor jezelf maar ook voor de ander. Deze oefening is bedoeld om leerlingen te laten stilstaan bij zichzelf en de dingen die ze leuk vinden van zichzelf, of vinden dat ze die goed kunnen. Instructie: deel het werkblad uit en laat deze invullen. Als leerkracht kun je ook specifieker terugkoppelen wat je van deze gedragingen terug ziet in de klas.

- Benodigdheden
Werkblad eigenwaarde

-Tijd
25 minuten

Les 2: Dit of dat
- Doel
Leren kiezen tussen twee dingen

- Uitleg
Start de les met de Mashmallowtest

Je legt steeds twee keuzes voor waar een kind in moet kiezen en vertelt waarom hij deze keuze maakt. Je vindt geld: breng je het terug of houdt je het? Er ligt snoep op tafel: eet je het op of laat je het liggen? Patat of pizza? Bloemkool of worteltjes? Karate of Judo?

- Benodigdheden
           - zak met snoepjes
           -Keuzes bedenken die je voor wil leggen aan je klas.
The Marshmallow test

Wie blijft van de spekkies af? | Mensenkennis - YouTube

-Tijd
45 minuten


 

Les 3: Vervoer
- Doel
Leerlingen morele keuzes laten maken / argumenteren met voors en tegens

- Uitleg

Voorbeeld 1:
Stel velen gaan op hetzelfde moment naar hun werk en men kan de bus nemen of de auto. Reizen met de bus duurt tien minuten langer doordat je naar de bushalte moet lopen en doordat de bus een omweg via haltes maakt. Als echter meer mensen de auto nemen ontstaat er een file, en daar heeft de bus ook last van. Wat zou je doen?

Voorbeeld 2:
Er is een ernstig misdrijf gepleegd. Twee gewapende mannen worden gepakt en het lijkt dat het de daders zijn, maar het bewijs ontbreekt. Ze worden apart in de cel gezet en kunnen niet met elkaar communiceren. De offcier van justitie doet elke verdachte het volgende voorstel: 1. Als jullie allebei blijven zwijgen, kan ik jullie niet veel maken. Je krijgt dan alleen een lichte straf wegens wapenbezit zonder vergunning. 2. Als er één bekent, is de zaak rond. Degene die bekent zal ik vrijspreken omdat hij zo goed heeft meegewerkt. Degene die niet bekent kan minstens tien jaar gevangenisstraf verwachten. 3. Als jullie allebei bekennen, krijgen jullie allebei vijf jaar. De vraag is: wat kan een gevangene het beste doen?


- Benodigdheden
n.v.t.

-Tijd
30 minuten

Les 4: Duivels Dilemma
- Doel
Omgaan met morele dilemma’s

- Uitleg

Er is een ernstig misdrijf gepleegd. Twee gewapende mannen worden gepakt en het lijkt dat het de daders zijn, maar het bewijs ontbreekt. Ze worden apart in de cel gezet en kunnen niet met elkaar communiceren. De offcier van justitie doet elke verdachte het volgende voorstel:
1. Als jullie allebei blijven zwijgen, kan ik jullie niet veel maken. Je krijgt dan alleen een lichte straf wegens wapenbezit zonder vergunning.
2. Als er één bekent, is de zaak rond. Degene die bekent zal ik vrijspreken omdat hij zo goed heeft meegewerkt. Degene die niet bekent kan minstens tien jaar gevangenisstraf verwachten.
3. Als jullie allebei bekennen, krijgen jullie allebei vijf jaar. De vraag is: wat kan een gevangene het beste doen?


- Benodigdheden
n.v.t.

-Tijd
30 minuten

Les 5: Bouw Challenge
- Doel
Samenwerken en omgaan met tijdsdruk
- Uitleg
Bouw in 18 minuten een zo hoog mogelijk vrijstaand spaghetti bouwwerk van ongekookte spaghetti, tape, touw en een marshmallow

- Maak teams van 4 personen
  (maximaal 5: liever 2 kleinere teams, dan 1 grotere)
- Gebruik zoveel of zo weinig spaghetti, tape en touw als je wilt.
- Het is toegestaan om de spaghetti, de tape en het touw in stukken te maken.
- De marshmallow moet aan de top van het bouwwerk bevestigd worden.
- Na 18 minuten meet ik de hoogte van ieders bouwwerk.
- Het team met het hoogste bouwwerk wint.

- Benodigdheden
PPT met uitleg en introductievideo

Ongekookte spaghetti (20 spaghetti’s)
Een stuk touw (1 meter)
Een rol tape (1 meter)
Een schaar
1 marshmallow

-Tijd
45 minutenevaluatie kan in de volgende les

Les 6: ‘’marktplaats’’
- Doel
Elkaar beter leren kennen en positieve punten benoemen.

- Uitleg
Ga naar Marktplaats en bekijk samen hoe advertenties eruit zien

-     Kijk naar de lay-out
-     Welke kenmerken worden benoemd
-     Verschil tussen vraagprijs of bieden

Bedenk samen hoe het eruit zou zien als je de docent op marktplaats zou willen verkopen als bijlesdocent

-    Wat zijn de kwaliteiten van de docent
-    Wat zijn de mindere kanten
-    Mag er geboden worden?

Maak nu groepjes van 2 en maak van elkaar een marktplaats advertentie.
Bedenk waarmee je je klasgenoot op marktplaats zet.

-  Goede voetballer om in te huren
-  Goede verkoopkwaliteiten
-  Snelle krantenbezorger

- Benodigdheden
Laptop met internet

-Tijd 45 minuten

Periode tot aan grote vakantie

Opdracht 1: zeg het met een tekening

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Kist of schoenendoos, papier, teken en knutselspullen

Tijd: va. 15 minuten

Instructie:

Zorg voor een houten kist of een schoenendoos. Alle leerlingen krijgen een vel papier. Op de tafel liggen viltstiften, tijdschriften, plakplaatjes, etc. De leerlingen maken een tekening van de mooie momenten van het afgelopen jaar. Dit kan met symbolen, plaatjes, etc. Aan het eind van de les stoppen de leerlingen hun tekeningen in de kist of de doos. Af en toe pak je de doos en laat je kinderen een tekening eruit halen. Een leerling vertelt dan iets over de tekening van een klasgenoot. Wat zijn de herinneringen die hij/zij ziet op de tekening? Iedere leerling omschrijft een tekening van een ander.

Opdracht 2: afscheidsboek

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Geen

Tijd: va. 30 minuten

Instructie:

Maak samen met de klas een afscheidsboek. Kies een mooie foto en titel voor de omslag en schrijf een persoonlijk voorwoord. Kies samen foto’s uit om toe te voegen. Alle leerlingen kunnen een persoonlijke pagina maken. Voorbeelden van vragen die ze op deze pagina kunnen beantwoorden: Omschrijf je klas Leuk op school vind ik ... Mijn favoriete juf of meester is ... De leukste vakken vind ik ... Vakken die ik niet leuk vind zijn ... Het leukste dit jaar was ... Mijn beste vrienden waren/zijn ... Wat we tijdens het buitenspelen heel graag deden ... De leukste herinneringen die ik heb aan school zijn ...

Opdracht 3:  Kaart en of brief schrijven

Groepsfase: Adjourning

Doel: Nadenken over toekomst

Materiaal: pen / papier / kaarten

Tijd: 30 minuten

Instructie

Laat de leerlingen een brief of kaart schrijven. Het thema kan wisselend zijn. Enkele ideeën:

  • Een vakantiekaart aan de mentor of klas schrijven

Een reflectie op het afgelopen jaar op leergebied en sociaal gebied.

Opdracht 4: wensen

Groepsfase; Adjourning

Doel; positief afsluiten van het schooljaar

Materiaal; pot, briefjes, pen

Tijd: 20 minuten

Instructie

Laat de leerlingen op een briefje schrijven wat ze nog graag zouden doen in en met de klas, iets wat je samen kunt doen. Haal de laatste weken iedere (mentor-)les een briefje uit de pot en voer dit uit met de groep.

Ook kun je de leerlingen laten nadenken over een afsluitende activiteit met de groep. Dit kan, afhankelijk van de mogelijkheden die er zijn binnen de school, een wat grotere activiteit zijn.

Opdracht 5: terugblikken

Groepsfase; Adjourning

Doel: terugblikken op het afgelopen jaar

Materiaal; kaartjes, pen

Tijd: 30 minuten

Instructie:

Laat de leerlingen kaartjes maken met daarop antwoorden op de vragen;

  • Wat was het allerleukste dit jaar?
  • Wat was het allerstomste dit jaar?
  • Schrijf in 5 steekwoorden op waar je trots op bent.
  • Op welke docent heb je het meeste gemopperd?
  • Bij welke docent heb je het meest gelachen?

Etc.

Opdracht 6: Opstekers

Groepsfase; Adjourning

Doel: positieve afsluiting

Materiaal; post its / stiften

Tijd: 20 minuten

Instructie

In het lokaal gaan de tafels en stoelen aan de kant. Iedere leerling krijgt een setje post its en een stift en gaat voor alle leerlingen een compliment op de post it schrijven en plakt deze achterop de rug van de betreffende leerlingen.

Als dit gedaan is dan mogen de leerlingen elkaars complimenten voorlezen. Dit kan klassikaal of in groepjes.

Opdracht 7: Een brief of kaart aan jezelf

Groepsfase; Adjourning

Doel: vooruitkijken

Materiaal; pen en papier evt. kaarten

Tijd: 20-30 minuten

Instructie

De docent zorgt voor papier/ evt. kaarten en deelt dit uit.

Je geeft de klas de opdracht om een brief aan zichzelf te schijven. Over wat ze zichzelf voor de toekomst wensen.

Een variant kan zijn: Hoe zie jij jezelf over 15-20 jaar? Wat heb je bereikt? Welke opleiding(en) heb je gedaan. Waar woon/werk je etc?

Je kunt aan het eind vragen of er enkele leerlingen willen voorlezen wat ze geschreven hebben en of met elkaar in gesprek gaan over deze opdracht. ( hoe heb je het ervaren etc.)

Opdracht 8: groepscadeau voor de school.

Groepsfase; Adjourning

Doel: afscheidnemen

Materiaal;  divers

Tijd: max. 1 a 2 lessen

Instructie

  • Het is belangrijk om aan te voelen wat bij je klas past. Daarom hieronder enkele voorbeelden. Ook kan de klas zelf natuurlijk met ideeën komen.

    Schilderij maken: Laat in het schilderij van iedere leerling een element terugkomen. Wat is je het meeste bijgebleven van de jaren dat je hier op school hebt gezeten?

 

Individueler zou kunnen zijn dat leerlingen een presentje maken voor de leerkracht die hen het meeste bij zal blijven/ waar ze het meeste van geleerd hebben. (kaartje o.i.d.)

 

Of laat je klas een leuke afscheid voor de docenten/ leerlingen voorbereiden.

 

Je kunt als docent natuurlijk ook een leuke afsluitende les bedenken voor de leerlingen, het is toch de afsluiting van een periode. Misschien ga je graag met je klas even buiten op pad voor een ijsje of maak je ze blij met een persoonlijk woordje of praatje.

Werkvormen Leerjaar 4

Voor leerjaar 4 zijn er werkvormen beschreven die gebruikt kunnen worden tijdens mentorlessen. Afhankelijk in welke fase van groepsvorming de klas is kan er gebruik gemaakt worden van deze actieve werkvormen.

Periode tot kerstvakantie

Les 1: Interview (forming)
- Doel:
kennismaking
- Uitleg:

Iedereen krijgt een formulier. Het is de bedoeling dat je minstens één persoon interviewt aan de hand van de vragen en invulvelden op het persformulier. Het is ook de bedoeling dat je minstens één keer wordt geïnterviewd. Na vijftien minuten gaan de leerlingen in de kring zitten. Om de beurt stelt iemand een persoon voor aan de hand van het persformulier. De andere leerlingen raden over welke

persoon het gaat.


- Benodigdheden:
persformulier in wikiwijs

-Tijd:

20 – 30 minuten

Les 2: Quotes (forming)
- Doel:

•          De leerlingen leren elkaar beter te begrijpen

•          Leerlingen bedenken wat ze over zichzelf willen delen

•          Leerlingen luisteren naar elkaar

•          Op een andere manier naar je eigen kwaliteiten kijken

•          Oefenen met presenteren

- Uitleg:

•          Maak op een A4 een presentatie van jezelf aan de hand van levensspreuken,
           quotes, layout, kleuren.

•          Kijk naar spreuken die jij bij jezelf vindt passen.

•          Dit kan je doen op een PC of gewoon een blaadje, schrijven, powerpoint.

•          Je mag bij deze opdracht internet gebruiken.

•          Als het af is, presenteren jullie je quotes A4 aan je klasgenoten. Hierbij vertel
           je dus waarom jij de spreuken gekozen hebt die op jouw blad staan.

•          Humor is natuurlijk een mooi en leuk middel om te benutten, doe dit vooral!

•          Houd rekening met grenzen (grofheid, seksualiteit, discriminatie)

- Benodigdheden:
PowerPoint aanwezig  ( zie wikiwijs)
Toegang tot internet en device is nodig

-Tijd:
2 lesuren (maken en presenteren)

Les 3: Volgorde bepalen ( verdieping) (forming)
- Doel:

•          Leerlingen gaan met elkaar in overleg

•          Leerlingen komen samen tot een oplossing

•          Plezier beleven samen
- Uitleg:

De leerlingen krijgen de opdracht om op volgorde te gaan staan. ​

De volgorde moet worden bepaald en hiervoor mag er overlegd worden.​

Er kunnen verschillende handicaps aan toegevoegd worden, zoals:​

Geen geluid maken, maar alleen met gebaren werken​

Maar 1 woord mogen zeggen​

Elkaar niet aan mogen kijken​

Elkaar niet aanraken​

De docent neemt met een timer de tijd op hoelang leerlingen nodig hebben gehad om op de goede volgorde te komen staan.


- Benodigdheden:
PowerPoint aanwezig  ( zie wikiwijs)
Toegang tot internet en device is nodig
-Tijd:
1 lesuur

Les 4: Dit ben ik (forming)
- Doel:
kennismaking

- Uitleg:

Leg allemaal voorwerpen op een tafel. Laat Leerlingen één voor één

een voorwerp kiezen. Eén voor één laat je ze vertellen waarom ze

dit voorwerp nu juist bij hun past. Je kunt dit ook in kleine groepjes

doen en klassikaal vragen wat het meest opvallende, bijzondere etc

antwoord was wat er in het groepje genoemd is.

Variant:

Foto kaarten, ansichtkaarten etc. neerleggen


- Benodigdheden:
voor alle kinderen een voorwerp

-Tijd:
15 minuten

Les 5: Ik hou van... (forming,norming)
- Doel:
elkaar beter leren kennen

- Uitleg:
Je doet een uitspraak. Als leerlingen het eens zijn met je uitspraak dan mogen ze gaan ze staan. Twijfelen ze over de uitspraak of zijn ze het niet helemaal eens met je uitspraak dan gaan ze half staan, dus met de knieën gebogen. En als ze het helemaal niet eens zijn met je uitspraak dan blijven ze zitten.
De spelleider zegt: “ik hou van ………..”
Voorbeelden zijn: Chocolade, Vakantie, Muziek, Snoepen, Kamperen,Chatten, Vroeg opstaan etc.

- Benodigdheden:
geen

-Tijd:  
5- 10 minuten

Les 6: Binnencirkel – buitencirkel (Storming/Norming)
- Doel:
samenwerkingsvaardigheden: luisteren en evenredig deelnemen

- Uitleg:

De leerlingen vormen twee cirkels. Je stelt een open vraag, bijvoorbeeld: welke historische persoon vind jij een held, en waarom? De leerlingen in de buitencirkel geven antwoord, de leerlingen in de binnencirkel luisteren. Daarna geven de kinderen van de binnencirkel hun antwoord. Vervolgens draait de buitencirkel vijf plaatsen door. Dan stel je een nieuwe vraag en geven weer de leerlingen in de buitencirkel eerst antwoord. Daarna geven de leerlingen van de binnencirkel hun antwoord. Deze werkvorm kan ingezet worden bij begeleide in-oefening of als zelfstandige verwerking.


- Benodigdheden:
ruimte

-Tijd:
10 – 15 minuten

Les 7: Tekenraadsel (pictionary) (forming/storming/norming)
- Doel:
leren samenwerken, plezier hebben

- Uitleg:

Maak vooraf 3 groepen van 7-10 leerlingen per groep en laat die zich opstellen in drie rijen waarbij de voorste bij het bord staat.De voorste van de groep krijgt een kaartje (alle groepen starten tegelijk) en gaat dit op het bord tekenen. De groep raadt zo snel mogelijk. Is het goed, dan is de volgende van de groep aan de beurt. Als de hele groep geweest is gaan zij zsm zitten en zo is te zien wie ‘gewonnen’ heeft.

- Benodigdheden:
bord, 3 stiften en wissers, blaadjes met alledaagse voorwerpen (hond, auto, telefoon, bierglas, kraan, klok enz). Evt van een pictionary/party en co spel

-Tijd:
afhankelijk van aantal keer dat je speelt

Les 8: Gezelschapspelletjes (storming/norming)
- Doel:
Wanneer je leerlingen vraagt zelf spellen mee te nemen, krijg je een inkijkje of- en waarmee thuis word gespeeld. Tijdens het spelen heb je als mentor goed de kans om de leerlingen te observeren.

- Uitleg:
Zelf spelen mee laten nemen en groepen vormen.

- Benodigdheden:
diverse spellen

-Tijd: 1 lesuur

Periode tot aan meivakantie

Les 1: Problemen oplossen
- Doel
Meerdere oplossingen bedenken voor problemen

- Uitleg

Laat de kinderen allerlei problemen bedenken waar ze in de klas mee te maken kunt krijgen en bedenk daar vervolgens allerlei oplossingen bij.
1. Je moet stil aan het werk, maar je weet niet wat je moet doen
2. Je wil graag achter de computer maar er zit al iemand achter
3. Je mag niet meedoen met een spel
4. Je kan je tas niet vinden
5. Degene die naast je ziet maakt steeds geluidjes waardoor je je niet kunt concentreren op je werk Stop de briefjes met problemen in een doosje.
Behandel zo dagelijks 2 of 3 problemen met elkaar. Laat kinderen met zoveel mogelijk verschillende oplossingen komen.

- Benodigdheden
n.v.t.

-Tijd:
30 minuten

Les 2: Groepsboek
- Doel
Herinneringen vastleggen en groepsgevoel

- Uitleg

Maak een boek waarin de sociale belevenissen van het schooljaar worden bijgehouden zoals feesten, projecten, grappige momenten maar ook ziekte of verhuizing etc... In de mentoruren laat je leerlingen dit bestand vullen zodat er aan het eind van het schooljaar een groepsboek ontstaat van het eindexamen jaar.

- Benodigdheden
Sharepoint waarop leerlingen herinneringen kunnen delen

-Tijd:
Ieder mentoruur 5 a 10 minuten

Les 3: Dit of dat
- Doel
Leren kiezen tussen twee dingen

- Uitleg
Start de les met de Mashmallowtest

Je legt steeds twee keuzes voor waar een kind in moet kiezen en vertelt waarom hij deze keuze maakt. Je vindt geld: breng je het terug of houdt je het? Er ligt snoep op tafel: eet je het op of laat je het liggen? Patat of pizza? Bloemkool of worteltjes? Karate of Judo?

- Benodigdheden
           - zak met snoepjes
           -Keuzes bedenken die je voor wil leggen aan je klas.
The Marshmallow test

Wie blijft van de spekkies af? | Mensenkennis - YouTube

-Tijd
45 minuten

Les 4: Bouw Challenge
- Doel
Samenwerken en omgaan met tijdsdruk

- Uitleg
Bouw in 18 minuten een zo hoog mogelijk vrijstaand spaghetti bouwwerk van ongekookte spaghetti, tape, touw en een marshmallow

- Maak teams van 4 personen
  (maximaal 5: liever 2 kleinere teams, dan 1 grotere)
- Gebruik zoveel of zo weinig spaghetti, tape en touw als je wilt.
- Het is toegestaan om de spaghetti, de tape en het touw in stukken te maken.
- De marshmallow moet aan de top van het bouwwerk bevestigd worden.
- Na 18 minuten meet ik de hoogte van ieders bouwwerk.
- Het team met het hoogste bouwwerk wint.

- Benodigdheden
PPT met uitleg en introductievideo

Ongekookte spaghetti (20 spaghetti’s)
Een stuk touw (1 meter)
Een rol tape (1 meter)
Een schaar
1 marshmallow

-Tijd
45 minutenevaluatie kan in de volgende les.

Les 5: De rij
- Doel
Samenwerken en accepteren van leiderschap

- Uitleg
De klas wordt opgesplitst in groep A en B. (niet de hele groep tegelijk mee laten doen; max 14, de rest moedigt aan) Elke leerling staat op een blad papier en staan achter elkaar. Tussen groep A en B ligt een leeg blad.

 



Het doel van deze oefening is dat ze van plaats wisselen op die manier dat groep A de plaatsen inneemt van groep B en omgekeerd. Het eerste groepslid van A moet dus op de laatste plaats van B komen te staan en zo verder.

Regels:

           -Je moet bij elke verplaatsing op een leeg blad gaan staan.

           -Eén voor één verplaatsen.

           -Je mag niet achteruit.

           -Je mag geen 2 personen voorbij gaan.

           -Je mag niemand van de eigen groep voorbij gaan.

           -Wanneer de rij zich niet meer kan verplaatsen, moet je volledig opnieuw beginnen.

           -De 2 groepen werken met elkaar, niet tegen elkaar.

- Benodigdheden
PPT met begeleidend schrijven.

-Tijd
30 minuten + evaluatie

Periode tot aan examen

Opdracht 1: zeg het met een tekening

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Kist of schoenendoos, papier, teken en knutselspullen

Tijd: va. 15 minuten

 

Instructie:

Zorg voor een houten kist of een schoenendoos. Alle leerlingen krijgen een vel papier. Op de tafel liggen viltstiften, tijdschriften, plakplaatjes, etc. De leerlingen maken een tekening van de mooie momenten van het afgelopen jaar. Dit kan met symbolen, plaatjes, etc. Aan het eind van de les stoppen de leerlingen hun tekeningen in de kist of de doos. Af en toe pak je de doos en laat je kinderen een tekening eruit halen. Een leerling vertelt dan iets over de tekening van een klasgenoot. Wat zijn de herinneringen die hij/zij ziet op de tekening? Iedere leerling omschrijft een tekening van een ander.

Opdracht 2: afscheidsboek

Groepsfase: Adjourning

Doel: Positieve herinneringen aan de groep ophalen

Materiaal: Geen

Tijd: va. 30 minuten

Instructie:

Maak samen met de klas een afscheidsboek. Kies een mooie foto en titel voor de omslag en schrijf een persoonlijk voorwoord. Kies samen foto’s uit om toe te voegen. Alle leerlingen kunnen een persoonlijke pagina maken. Voorbeelden van vragen die ze op deze pagina kunnen beantwoorden: Omschrijf je klas Leuk op school vind ik ... Mijn favoriete juf of meester is ... De leukste vakken vind ik ... Vakken die ik niet leuk vind zijn ... Het leukste dit jaar was ... Mijn beste vrienden waren/zijn ... Wat we tijdens het buitenspelen heel graag deden ... De leukste herinneringen die ik heb aan school zijn ...

Opdracht 3:  Kaart en of brief schrijven

Groepsfase: Adjourning

Doel: Nadenken over toekomst

Materiaal: pen / papier / kaarten

Tijd: 30 minuten

Instructie

Laat de leerlingen een brief of kaart schrijven. Het thema kan wisselend zijn. Enkele ideeën:

  • Een vakantiekaart aan de mentor of klas schrijven
  • Een reflectie op het afgelopen jaar op leergebied en sociaal gebied.

Opdracht 4: wensen

Groepsfase; Adjourning

Doel; positief afsluiten van het schooljaar

Materiaal; pot, briefjes, pen

Tijd: 20 minuten

Instructie

Laat de leerlingen op een briefje schrijven wat ze nog graag zouden doen in en met de klas, iets wat je samen kunt doen. Haal de laatste weken iedere (mentor-)les een briefje uit de pot en voer dit uit met de groep.

Ook kun je de leerlingen laten nadenken over een afsluitende activiteit met de groep. Dit kan, afhankelijk van de mogelijkheden die er zijn binnen de school, een wat grotere activiteit zijn.

Opdracht 5: terugblikken

Groepsfase; Adjourning

Doel: terugblikken op het afgelopen jaar

Materiaal; kaartjes, pen

Tijd: 30 minuten

Instructie:

Laat de leerlingen kaartjes maken met daarop antwoorden op de vragen;

  • Wat was het allerleukste dit jaar?
  • Wat was het allerstomste dit jaar?
  • Schrijf in 5 steekwoorden op waar je trots op bent.
  • Op welke docent heb je het meeste gemopperd?
  • Bij welke docent heb je het meest gelachen?
  •  Etc.

Opdracht 6: pitchen

Groepsfase; Adjourning (bovenbouw opdracht)

Doel: vooruitkijken

Materiaal: presentatie

Tijd: 30 minuten

Instructie

Na het tweede en derde leerjaar verandert er het een en ander. Leerlingen maken keuzes in profiel en in vervolgschool. Laat de leerlingen elkaar kort vertellen wat ze gaan doen, welke vakken ze gekozen hebben en waarom of naar welke opleiding ze gaan na het behalen van het diploma.

Dit kan via een pitch voor de klas, een korte (ppt) presentatie, een voorwerp mee laten nemen wat verband houdt met de keuzes etc.

Opdracht 7: Opstekers

Groepsfase; Adjourning

Doel: positieve afsluiting

Materiaal; post its / stiften

Tijd: 20 minuten

Instructie

In het lokaal gaan de tafels en stoelen aan de kant. Iedere leerling krijgt een setje post its en een stift en gaat voor alle leerlingen een compliment op de post it schrijven en plakt deze achterop de rug van de betreffende leerlingen.

Als dit gedaan is dan mogen de leerlingen elkaars complimenten voorlezen. Dit kan klassikaal of in groepjes.

Opdracht 8: Een brief of kaart aan jezelf

Groepsfase; Adjourning

Doel: vooruitkijken

Materiaal; pen en papier evt. kaarten

Tijd: 20-30 minuten

Instructie

De docent zorgt voor papier/ evt. kaarten en deelt dit uit.

Je geeft de klas de opdracht om een brief aan zichzelf te schijven. Over wat ze zichzelf voor de toekomst wensen.

Een variant kan zijn: Hoe zie jij jezelf over 15-20 jaar? Wat heb je bereikt? Welke opleiding(en) heb je gedaan. Waar woon/werk je etc?

Je kunt aan het eind vragen of er enkele leerlingen willen voorlezen wat ze geschreven hebben en of met elkaar in gesprek gaan over deze opdracht. ( hoe heb je het ervaren etc.)

Opdracht 9: groepscadeau voor de school.

Groepsfase; Adjourning

Doel: afscheidnemen

Materiaal;  divers

Tijd: max. 1 a 2 lessen

 

Instructie

  • Het is belangrijk om aan te voelen wat bij je klas past. Daarom hieronder enkele voorbeelden. Ook kan de klas zelf natuurlijk met ideeën komen.

    Schilderij maken: Laat in het schilderij van iedere leerling een element terugkomen. Wat is je het meeste bijgebleven van de jaren dat je hier op school hebt gezeten?

 

Individueler zou kunnen zijn dat leerlingen een presentje maken voor de leerkracht die hen het meeste bij zal blijven/ waar ze het meeste van geleerd hebben. (kaartje o.i.d.)

 

Of laat je klas een leuke afscheid voor de docenten/ leerlingen voorbereiden.

 

Je kunt als docent natuurlijk ook een leuke afsluitende les bedenken voor de leerlingen, het is toch de afsluiting van een periode. Misschien ga je graag met je klas even buiten op pad voor een ijsje of maak je ze blij met een persoonlijk woordje of praatje

Extra; Spijt!

Aankondiging en introductie door Carry Slee over haar boek Spijt!

Klik hier op de intro van Carry.

 

Het stripboek kun je hier downloaden

 

De lesbrief staat hier

Pesten

Leerlingen hebben een veilige schoolomgeving nodig om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Pesten is een belangrijk onderwerp als het gaat over sociale veiligheid op scholen. Pesten in het voortgezet onderwijs creëert namelijk een onveilige sfeer, die het leer- en ontwikkelklimaat aantast.

Naast dat pesten een negatieve invloed heeft op de sfeer in de school, kunnen leerlingen die gepest zijn jaren later nog hinder ondervinden van het pestgedrag.

Lees hier meer over via deze link

Grapjes kunnen bijdragen aan een fijne sfeer in de groep. Samen lachen en plezier hebben zorgt voor verbinding en betrokkenheid. Maar grapjes zijn niet altijd leuk en kunnen anderen ook pijn doen. Met de kletskaartjes ‘Grapje! Moet toch kunnen?!’ ga je hierover in gesprek met je leerlingen. Deze kaartjes zijn speciaal door Stichting School & Veiligheid ontwikkeld voor de Week tegen Pesten 2022, maar kunnen het hele jaar door worden gebruikt.

Met deze kletskaartjes kun je het onderwerp ‘pesten’ met de leerlingen bespreken. Je hoort van hen hoe zij denken over pesten en laat hen met elkaar bespreken wat nodig is voor een fijne sfeer in de klas, een sfeer waarin pesten niet nodig is. De kaartjes stimuleren de leerlingen woorden te geven aan gevoelens en behoeftes. Waar liggen hun wensen en grenzen en waar liggen die voor anderen? En wat is nodig om samen te zorgen voor een fijne sfeer in de klas?

 

Download hier de kletskaarten

Dag tegen pesten

Dag tegen pesten 19 april 2024 Lespakket anti pesten 2024

Het thema van de dag tegen pesten 2024 is "Nog steeds goed voor elkaar".

Dit lespakket is hier te downloaden.

Week tegen pesten

Lespakket week tegen pesten 2024

Openingsfilm dag tegen Pesten 2024

Lespakket week tegen pesten 2024

Het thema van de week tegen pesten 2024 is "denk ff na".

Het lespakket voor leerjaar 1 is Lespakket Week tegen pesten 2024 leerjaar 1

Het lespakket  voor leerjaar 2, 3 en 4 is hier te downloaden.

Kletskaarten over roddelen en pesten.

Docentenversie kun je hier downloaden.

Powerpoint met kletskaarten voor in de klas kun je hier downloaden.

Verdieping

Speciaal voor de Week Tegen Pesten (23 t/m 27 september 2024) willen we ‘Discriminatie verkennen’ aanbieden. Leerlingen bespreken hoe verschillende factoren hun oordeel over ongelijke behandeling beïnvloeden. De les gaat in op roddelen, het verspreiden van negatieve informatie over andere, wat pestgedrag en discriminerende ideeën kan versterken. Door vijf alledaagse situaties te bespreken, wisselen ze meningen uit en onderzoeken ze waarom we het niet altijd eens zijn over de betekenis van een gebeurtenis of opmerking.

Nieuwsgierig? Bekijk de docentenhandleiding

Ontmoet Robin en Wael

In deze werkvorm gaan leerlingen via interactieve vragen en opdrachten na wat de overeenkomsten en verschillen zijn in de verhalen van Robin en Wael. Robin is een joodse Nederlander; Wael is een Syrisch-Palestijnse vluchteling die in Berlijn woont. Beide ervaren ze dat anderen hen de schuld willen geven voor een conflict waar zij geen verantwoordelijkheid voor hebben.

Handleiding voor het werkblad kun je hier downloaden

download het werkblad hier.

Wie ben ik?

In deze werkvorm gaan leerlingen via interactieve vragen en opdrachten aan de slag met het thema identiteit en bespreken ze wat mensen verschillend maakt. Het is onderdeel van leerpad 1 Zien & zijn.

Wil je gebruik maken van LessonUp, klik hier.

 

bron: https://www.storiesthatmove.org/nl/lesmaterialen/werkvormen/

Lespakket week tegen pesten 2023

Het thema van de week tegen pesten 2023 is "plezier voor iedereen".

Dit lespakket is hier te downloaden.

Kletskaarten Welles nietes

De kletskaarten kun je hier downloaden om zo eenvoudig en drempelloos een gesprek te starten.

Het landelijke thema van de Stichting School en Veiligheid voor de Week tegen Pesten in september was dit schooljaar "Goed voor elkaar" 

Het lespakket is hier te downloaden.

Kletskaarten Grapje moet kunnen

De kletskaarten "grapje moet kunnen" zijn hier te downloaden.

Anti pest filmpjes

Anti-pest protocol

Vertrouwenspersoon en Anti-pest coördinator

Vertrouwenspersoon

mailadres: o.vos@hethooghuis.nl
mailadres: o.vos@hethooghuis.nl

Anti-Pest Coördinator

mailadres: r.weerden@hethooghuis.nl
mailadres: r.weerden@hethooghuis.nl

Respect

Lessen die verstoord worden, leerlingen die door elkaar praten, de sfeer die verziekt wordt door ruzietjes: het komt regelmatig voor. Is dat een teken van gebrek aan respect? Tijd om hierover het gesprek aan te gaan in de groep.

Mensen respecteren betekent: Je aanvaardt en waardeert de ander volledig, ongeacht zijn culturele identiteit, gedachtegoed en overtuigingen, afkomst of religie. Je accepteert iemands normen en waarden, behoeften en gevoelens en overschrijdt niet de redelijke grenzen die hij of zij stelt.

Erg belangrijk is het besef dat je respect krijgt door het te geven, niet door het te eisen. Te vaak vloeit (schijn)respect voort uit plichtsgevoel, het proberen te voorkomen van straf, opzien tegen de plek in de hiërarchie, de status en macht die iemand heeft. In al deze gevallen komt het niet van binnenuit.

Respect betekent aanzien, eerbied of waardering, die men heeft voor (of ontvangt van) iemand of iets vanwege zijn kwaliteiten, prestaties of vaardigheden. Het woord betekent oorspronkelijk omzien naar, en vandaar rekening houden met.

“Gebrek aan respect kan, hoewel niet zo agressief, net zo kwetsend zijn als een belediging. ” zegt de Amerikaanse arbeidssocioloog Richard Sennett in zijn boek ‘Respect in een tijd van sociale ongelijkheid’: De ander wordt weliswaar niet beledigd maar krijgt ook geen erkenning. Hij of zij wordt niet gezien als een volwaardig mens die ertoe doet.

“Respect!” roepen jongeren naar elkaar bij wijze van begroeting of als compliment. Respect is juist in de jongerencultuur erg belangrijk. Maar of ze dat ook vertalen naar gedrag in de klas is maar de vraag. Een werkvorm om het gesprek aan te gaan.

Doel

  • Bespreekbaar maken van het thema respect
  • Informatie overbrengen
  • Bewustwording van eigen aannames
  • Bewustwording (groeps)gedrag
  • Effecten zien van groepsgedrag
  • Leren van elkaars inzichten
  • Verschillen (h)erkennen in elkaars visie

Werkwijze 1:

  • Print voor elk groepje de stellingen uit. KLIK HIER
  • Print voor iedere leerling/student een werkblad uit KLIK HIER
  • Verdeel de klas in kleine groepjes van drie of vier leerlingen/studenten, ieder groepje krijgt de blaadjes met stellingen en iedere leerling/student een werkblad
  • Leerlingen/studenten knippen de kaartjes uit.
  • Dan lezen ze de stellingen door en vullen het werkblad in
  • Leerlingen/studenten bespreken de antwoorden die ze gegeven hebben in hun groepje.
  • Bespreek klassikaal na
    • Wat valt op?
    • Zijn er grote verschillen tussen de groepen?
    • Waar zijn de groepsleden het over eens?
    • Selecteer de vijf stellingen waar de meeste leerlingen/studenten blijkbaar achter staan.
    • Kies vervolgens de vijf stellingen waarvoor het minst draagvlak is.
    • Wie is er, na anderen gehoord te hebben, van gedachten veranderd?
    • Zijn er afspraken te maken met de opbrengsten van deze les?
  • Laat leerlingen/studenten het werkblad inleveren: het kan een thema vormen tijdens een individueel (mentor)gesprek. Ook kun je na bv een half jaar de leerlingen het werkblad terug geven en laten kijken of ze van gedachten zijn veranderd.

Werkwijze 2:

  • Download de PowerPointpresentatie met de stellingen KLIK HIER
  • Geef alle leerlingen/studenten een rood en een groen kaartje.
  • De begeleider leest de stellingen een voor een voor en de leerlingen/studenten geven aan of ze het ermee eens zijn (door het opsteken van een groen kaartje) of dat ze het er niet mee eens zijn (rood kaartje).
  • Na iedere stelling kunnen een aantal argumenten voor of tegen de stelling worden uitgewisseld.
  • De begeleider leidt de discussie.

Week van Respect

Week van Respect 2024 "Allemaal Burgers"

Lespakket week van Respect 2024

LessonUp Onderbouw

LessonUp Bovenbouw

Week van respect 2022

Paarse vrijdag

De docentenhandleiding

Bij de Paarse Vrijdag Krant wordt een uitgebreide docentenhandleiding gemaakt. Hierin staan volledig uitgewerkte lesbrieven, didactische suggesties per vak en nog veel meer. Zo kan elke docent die dat wil de PVK makkelijk en effectief gebruiken in de klas.

Download hier de docentenhandleiding 2023.

Download hier de docentenhandleiding 2024.

Wil je meer informatie raadpleeg de GSA site.

Op een roze wolk (verliefd zijn)

Vooroordelen en discriminatie

Complimentendag

Complimentendag wordt in Nederland en België ook wel 'Nationale Complimentendag' genoemd. Elk jaar is het op 1 maart zover: de dag om je waardering te uiten voor je vrienden, familie, collega's of andere mensen die je liefhebt.

Mediawijsheid

Wil je meer weten over mediawijsheid dan kun je doorklikken naar de wikiwijs Mediawijs naar media empowerment

 

Tijdens de week van respect kun je gebruik maken van praatkaartjes.

Deze praatkaartjes zijn hier te downloaden.

 

Met deze link vind je verschillende lessenseries en losse lessen, te gebruiken bij Mentorlessen, en Burgerschap (Wereldburgerschap) en sociaal-emotionele ontwikkeling in het algemeen. Klik op deze link.

 

Wil je gebruik maken van de aktiviteitenkaart "we need a hero" klik hier.

Wil je ook de poster downloaden van "we need a hero, klik hier voor de poster.