Persoonlijk Profileren (2)

Persoonlijk Profileren (2)

Keuzedeel Persoonlijk Profileren K0877

Get out of the box
Get out of the box

Inleiding

Inleiding

Tijdens deze opleiding ( MZ/SW) is het van groot belang dat je jezelf als instrument gaat zien. Het werken met mensen ( clienten) doe je voornamenlijk door jezelf in te zetten. Dit keuzedee persoonlijke profileren zorgt ervoor dat jij weet waar je nu staat en waar je aan het eind van de opleiding moet zijn.  In de bibliotheek vind je 3 onderdelen die je allemaal moet beheersen wil je als beginnend beroepsbeoefenaar aan de slag kunnen. Deze onderdelen blijf je tijdens het werken verfijnen. Het leren stopt niet na het behalen van je opleiding!

Aan het eind van jaar 2 tekenen we deze onderdelen voor je af. In elk studiejaar ben je met deze werkprocessen bezig. Je gaat van beginners niveau naar uiteindelijk een professioneel niveau.

Middels LOB en Burgerschap, en ook de persoonlijke leervragentijdens de Pits en de beroepsondersteunende vakken helpen wij je op weg om deze werkprocessen te oefenen en te herhalen totdat je op het vereiste niveau zit.

Je bent en blijft 100% jezelf, maar dan wel de beste versie van jezelf!!!

algemene informatie

Keuzedeel Persoonlijk Profileren

Studielast 240 SBU

Relevantie van het keuzedeel
De beginnend beroepsbeoefenaar heeft goede ideeën, die benut moeten worden. Ze moeten gehoord worden, niet alleen in het werkveld, maar ook binnen de maatschappelijke context. De beginnend beroepsbeoefenaar moet leren actief te participeren in deze maatschappij en een bijdrage leveren aan de ontwikkelingen in de maatschappij.


Beschrijving van het keuzedeel
In dit keuzedeel wordt de beginnend beroepsbeoefenaar bewust gemaakt van zijn talenten en drijfveren. Hij leert zijn kwaliteiten beter en bewuster in te zetten, te overtuigen en beter samen te werken. Hij leert hoe hij zijn ideeën moet vertellen en met zijn kennis en kunde kan bijdragen aan de maatschappij.

Aard van keuzedeel
Verbredend
Verdiepend

Waarom persoonlijk profileren?

Meer geluk, liefde en succes? Begin bij jezelf!
Persoonlijke groei gaat over het ontwikkelen van eigenschappen in jezelf, die het mogelijk maken je doelen te bereiken. Dit kunnen zowel materiële doelen zijn, zoals een nieuwe auto of een andere functie, als immateriële doelen, zoals liefde en succes. Maar persoonlijke ontwikkeling is veel meer dan dat. Het gaat verder dan alleen maar een algemeen leerproces, kennis vergaren, ontwikkelen op je werk, groeien als persoon in vaardigheden en capaciteiten of bijvoorbeeld karakterontwikkeling. Persoonlijke ontwikkeling heeft een diepere laag en dat is die van spirituele groei, van bewust leven.

Bewustwording
Persoonlijke ontwikkeling is vooral de bewustwording van jezelf, van je eigen kracht en je kwaliteiten. Daarvoor zijn zelfbewustzijn en zelfinzicht nodig. Hiermee kun je loslaten wat je tegenhoudt jouw leven te leiden zoals jij dat wilt. Dan kun je – vanuit een stevig fundament – je dromen realiseren en je doelen bereiken.
Als je weet wie je bent en wat je kracht is, kun je loslaten wat jou (innerlijk en uiterlijk) belemmert je dromen en doelen te bereiken. Je kunt de juiste stappen op jouw pad van persoonlijke ontwikkeling zetten. Je durft jezelf te zijn, authentiek, en je weet dat je levensweg een leerproces is. En dat jouw persoonlijke ontwikkeling je hele leven voortduurt, waarbij je elke keer weer een nieuwe balans kunt vinden.

Handelen
Persoonlijke groei is dus niet alleen je aandacht naar binnen keren om jezelf te leren kennen en er achter te komen wat je kracht is en wat je belemmert. Maar het gaat ook over het ondernemen van stappen en daarna het handelen in overeenstemming met je ware zelf. Het gaat om inzicht krijgen in wat je (anders) moet doen om jouw dromen en doelen te realiseren. Hierbij geldt dat de gebeurtenissen en ervaringen in je leven je helpen groeien. En hoe bewuster je in het leven staat, hoe makkelijker je deze gebeurtenissen en ervaringen zult gebruiken voor persoonlijke ontwikkeling. Vandaar ook dat persoonlijke ontwikkeling in fasen gaat. Uitgroeien tot je volledige potentie kost tijd. Naarmate jij je hier bewuster van wordt, zal deze groei wel sneller en gemakkelijker toenemen.

Proces van bewustwording
Je persoonlijke ontwikkeling is een continu, holistisch proces van bewustwording. Het is gericht op het bereiken van een hoog niveau van persoonlijk welzijn. Door bewust te zijn van jezelf en je eigen unieke waarde, door stevig geaard te zijn, kun je vanuit veerkracht en souplesse meebewegen met de flow van het leven. Hierdoor voel je je:

  • gezond;
  • gelukkig;
  • fysiek sterk;
  • mentaal krachtig;
  • emotioneel veerkrachtig.


Door te leven vanuit je hart – in balans met je mannelijke en vrouwelijke kwaliteiten en geleid door je eigen lichaam en leven – kun je leven in liefde en kracht. Je kunt dan alles uit jezelf en jouw leven halen. Hierbij is van belang dat je je persoonlijke ontwikkeling volledig individueel bepaalt.
Iedereen ontwikkelt zich op zijn eigen, unieke manier en in zijn eigen tempo.

Jouw groei is afhankelijk van de omstandigheden in je leven, van de keuzes die je maakt en vooral van hoe je op gebeurtenissen en ervaringen in je leven reageert. De manier waarop je in het leven staat, je zelfkennis en zelfinzicht bepalen hoe jouw persoonlijke ontwikkeling verloopt.


Haal meer uit je leven
Dus wil je jouw welzijn naar een hoger niveau tillen en meer uit jezelf én je leven halen? Wil je bepaalde doelen of dromen bereiken, of eindelijk leven in balans met jezelf en jouw leven? Wees dan zelf de verandering, door bewust te gaan leven en persoonlijk te groeien! Neem verantwoordelijkheid en leiding in en over je leven. Leg de schuld niet bij anderen of bij externe factoren. En vooral: verval nooit in slachtofferschap. Wat je ook meemaakt of voor welke uitdaging je ook staat, je kunt dit aan en je kunt er van leren.

Verbonden met jezelf, verbind je je met de wereld

Persoonlijke groei heeft te maken met het doorbreken van zaken die iemand in de weg kunnen staan, die jouw ontwikkeling als mens onnodig remmen of zelfs helemaal stoppen. Via het verwerven van praktische vaardigheden, vernieuwde gedachten, een (wat) andere houding, gedrag en/of communicatie stimuleer je jouw ontwikkeling als mens.

Openheid, respect, authenticiteit, congruentie en humor spelen een doorslaggevende rol in je werk. Deze eigenschappen zijn essentieel om als mens én als coach/begeleider te kunnen groeien.

Bibliotheek van de werkprocessen

De bibliotheek van een beginnend professional

Wat moet je aan het eind van de stage/opleiding kunnen? Je hebt dan alle werkprocessen middels verslagen, foto en filmmateriaal etc bewezen. Je hebt een Wiki gemaakt waarin je de bewijsstukken per werkproces hebt gerangschikt. Al deze bewijstukken zijn getekend en beoordeeld  op authenticiteit door een docent en/of stagebegeleider.

 

D1-K1-W1 Onderzoekt zichzelf

Omschrijving:

De beginnend beroepsbeoefenaar reflecteert op zichzelf. Hij onderzoekt in welke omgeving en bij welke omstandigheden hij wel en niet tot zijn recht komt, wat de motieven en drijfveren zijn voor eigen handelen, wanneer hij floreert, waar hij goed in is, waar zijn voorkeuren liggen en hoe hij reageert bij stress of bij veranderingen.

Resultaat:

De beginnend beroepsbeoefenaar heeft een beeld van eigen kwaliteiten, talenten, drijfveren en voorkeuren.

Gedrag:

-  toont zich bewust van zijn gedrag (positief, kracht en valkuilen);
-  toont zich in staat om vragen, standpunten en gedragingen vanuit een verschillend perspectief waar te nemen;
-  staat open voor en luistert actief naar nieuwe ideeën en kritiek;
-  vormt zich een realistisch beeld van zijn kwaliteiten, talenten, drijfveren en voorkeuren.


De onderliggende competenties zijn: Leren, Onderzoeken, Aandacht en begrip tonen

 

D1-K1-W2 Verkent de ontwikkelingen in de wereld waar hij deel van hij maakt en zoekt daarin zijn mogelijkheden

Omschrijving:

De beginnend beroepsbeoefenaar ontwikkelt maatschappelijk bewustzijn, weet wat er speelt in de wereld en in zijn directe leef-en werkomgeving en beseft dat hij deel uitmaakt van een groter geheel (een groter krachtenveld). Hij volgt hiertoe actief trends en ontwikkelingen in zijn vakgebied en de maatschappij. Hij schat in hoe deze zijn eigen werk zullen beïnvloeden en wat de toepasbaarheid is van zijn eigen expertise in een breed (maatschappelijk) perspectief. Hij deelt zijn visie met anderen en betrekt anderen in het gesprek daarover.

Resultaat:

De beginnend beroepsbeoefenaar kent de mogelijkheden van zijn omgeving en welke bijdrage hij kan leveren aan de ontwikkeling van die omgeving.

Gedrag:

- onderneemt proactief actie om trends en ontwikkelingen in zijn vakgebied en de maatschappij te volgen;
-  heeft een onderzoekende houding bij het inschatten van de toepasbaarheid van zijn expertise in breed (maatschappelijk) perspectief, ziet zijn leefomgeving als een leeromgeving;
-  laat anderen zien een duidelijke visie te hebben op de toekomst vanuit een breed (multidisciplinair) perspectief en stimuleert anderen (door eigen gedrag) om ook mee te denken.


De onderliggende competenties zijn: Analyseren, Leren, Omgaan met verandering en aanpassen

D1-K1-W3 Levert een bijdrage aan de wereld en zijn directe leefomgeving

Omschrijving:

De beginnend beroepsbeoefenaar toont eigen kwaliteiten in de samenleving waar hij deel van uitmaakt, door samen te werken met projectleden, collega's en/of andere betrokkenen. Hij neemt initiatief om de match te realiseren tussen persoonlijke identiteit en omgeving (verbinding tussen mogelijkheden en eigen talent) door betrokkenheid te tonen bij wat er moet gebeuren en zijn ideeën te presenteren. Hij creëert en/of draagt actief bij aan persoonlijke netwerken. Hij initieert samenwerking c.q. overleg met anderen als hij dat nodig vindt. Hij overtuigt anderen, zijn collega’s of mensen met wie het samenwerkt als het gaat om zijn nieuwe ideeën of activiteiten. Indien nodig, organiseert hij zelf zijn hulp- en/of adviesbronnen en mobiliseert hij zijn netwerk.

Resultaat:

Ideeën, standpunten en/of voorstellen zijn onderbouwd met steekhoudende argumenten en pakkende voorbeelden. Eigen belangen en/of belangen van anderen zijn goed behartigd.

Gedrag:

-  gaat makkelijk om met mensen (van verschillende echelons) in zijn directe omgeving;
-  is vriendelijk en gastvrij (hospitality) in zijn omgang met anderen
-  kan goed samenwerken met projectleden, collega’s en/of andere betrokkenen;
-  maakt in het contact een krachtige, positieve, bevlogen indruk en weet zichzelf en zijn ideeën zo te presenteren dat het indruk maakt (gedraagt zich als ambassadeur, geeft het goede voorbeeld);
-  toont lef en durf (nek uitsteken) en een sterke mate van betrokkenheid bij wat er moet gebeuren;presenteert zichzelf als ter zake kundig en maakt een geloofwaardige indruk (anderen weten wie ik ben en wat ik kan);
-  streeft overeenstemming na door bezwaren van anderen serieus te nemen en creëert draagvlak en betrokkenheid;
-  houdt rekening met de verwachtingen, taal en benaderingswijze van een ander;
-  is proactief, betrokkenen en helpt anderen hun idee vorm te geven;
-  laat zien achter de eigen beslissingen te staan en voelt zich verantwoordelijk voor zijn ideeën (ideeën zijn geloofwaardig, realistisch, uitvoerbaar en haalbaar)


De onderliggende competenties zijn: Relaties bouwen en netwerken, Overtuigen en beïnvloeden, Presenteren, Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, Met druk en tegenslag omgaan, Gedrevenheid en ambitie tonen

 

De opdracht

Groei

 

 

 

 

Hoe ga je te werk? Het is de bedoeling dat je een persoonlijke wiki maakt via wikiwijs.nl waarbij je alle werkprocessen gaat bewijzen. De nadruk ligt op jou als persoon. Maak het persoonlijk!! Laat zien dat je groeit, durf echt te kijken naar jezelf en stel je open voor feedback.

 

Zorg dat je alle werkprocessen van dit keuzedeel in de loop van je studie onder de knie krijgt.

 

 

 

Het wordt een inspirerende 3 jaar waarbij je tijdens diverse projecten extra voeding krijgt om te groeien.

Exameneisen

Dit keuzedeel moet je examineren. Het examen zal bestaan uit 2 onderdelen. Zo geef je een presentaie van minimaal 10 minuten, waarin je je wiki laat zien die je hebt gemaakt. Tevens verantwoord je de 3 werkprocessen van dit keuzedeel.

 Na je presentatie zal de examinator je een criterium gericht interview afmenen. In totaal zal het examen ongeveer een haf uur duren.

Presentatie

Onderstaande punten gaan over gedrag. Laat in je wiki terugkomen hoe je hier een gewerkt hebt en hoe je bent gegroeid.

Door deze punten terug te laten komen in je wiki toon je aan dat je hier aan gewerkt hebt tijdens je keuzedeel. Het is dus belangrijk dat je je eigen beginsituatie beschrijft en het punt waar je nu staat. Het beginpunt zal voor iedreen anders zijn en het meetpunt tijdens de examinering ook. Het gaat erom dat je groei aantoont !


D1-K1-W1: Onderzoekt zichzelf

De beginnend beroepsbeoefenaar
-  toont zich  bewust van  zijn  gedrag  (positief,  kracht  en valkuilen);
- toont zich in staat om vragen, standpunten en gedragingen vanuit een verschillend perspectief waar te nemen;
-  staat open voor en  luistert actief naar nieuwe ideeën en    kritiek;
-  vormt zich  een  realistisch beeld van  zijn  kwaliteiten, talenten, drijfveren en voorkeuren.


De onderliggende competenties zijn: Leren, Onderzoeken, Aandacht en begrip tonen

D1-K1-W2: Verkent de ontwikkelingen in de wereld waar hij deel van uitmaakt en zoekt daarin zijn mogelijkheden

De beginnend beroepsbeoefenaar
-  onderneemt proactief actie om  trends en  ontwikkelingen in  zijn vakgebied en  de  maatschappij te volgen;
- heeft een onderzoekende houding bij het inschatten van de toepasbaarheid van zijn expertise in breed (maatschappelijk) perspectief,  ziet  zijn  leefomgeving  als  een leeromgeving;
- laat anderen zien een duidelijke visie te hebben op de toekomst vanuit een breed (multidisciplinair) perspectief en stimuleert anderen (door eigen gedrag) om ook mee te   denken.


De onderliggende competenties zijn: Analyseren, Leren, Omgaan met verandering en aanpassen

D1-K1-W3: Levert een bijdrage aan de wereld en zijn directe leefomgeving

De beginnend beroepsbeoefenaar
-  gaat makkelijk om  met mensen (van verschillende echelons) in  zijn  directe omgeving;
-  is  vriendelijk en  gastvrij (hospitality) in  zijn  omgang met   anderen
-  kan  goed samenwerken met  projectleden, collega’s  en/of andere betrokkenen;
- maakt in het contact een krachtige, positieve, bevlogen indruk en weet zichzelf en zijn ideeën zo te  presenteren dat het indruk  maakt (gedraagt zich  als  ambassadeur,  geeft het  goede  voorbeeld);
- toont lef en durf (nek uitsteken) en een sterke mate van betrokkenheid bij wat er moet gebeuren;

Criterium gericht interview

Lesideeen

Laat je verrijken tijdens deze lessen en leer buiten je eigen kaders te denken. Met al deze ( nieuwe) inzichten kun jij je portfolio uitbreiden en ben je weer een stapje dichterbij jezelf gekomen. Wie ben jij als beginnend beroepsbeoefenaar en wat heb jij te bieden aan je cliënten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

lessuggesties

opdrachten burgerschap/persoonlijk profileren

opdrachten van Burgerschap cohort 2017 ook te gebruiken voor persoonlijke vorming

http://www.human.nl/durf-te-denken.html

filosofieopdracht

Opdracht:

 

Kijk op de website van filosofen.net en kies een uitspraak van een filosoof die jou aanspreekt, leg in een half A4 uit waarom juist die uitspraak bij je past.

 

Opdracht: doe de test, hoe normaal ben jij van de site van Human  durf te denken en bespreek deze plenair

reflecteren A4 model

 

 

Reflecteren met een A4 model

Stap 1: Aangeven

Stap 2. Analyse

Stap 3. Alternatieven (adviezen)

Stap 4. Afspraken (acties)

Stap 5. Evaluatie

 

 

1. AANGEVEN

· inbrenger brengt situatie in, licht deze kort toe (informatie) en sluit af met een

vraag/probleemstelling:

“hoe kan ik……”.

 

2. ANALYSE

· deelnemers stellen vragen (verhelderend/informatie) om de vraag achter de vraag scherp te

krijgen;

· deelnemer groep of de inbrenger schrijft vragen op;

· inbrenger reageert op vragen: wat spreekt aan, wat niet.

 

3. ALTERNATIEVEN (adviezen)

· vraag aan inbrenger welke alternatieven zij zelf nu ziet op basis van de voorafgaande ronde;

· als inbrenger klaar is, vullen deelnemers aan met hun adviezen, inbrenger stelt vragen ter

verheldering.

 

4. AFSPRAKEN (acties)

· inbrenger kiest een top drie van alternatieven;

· alternatieven toetsen aan de kernwaarden / gedragscode van organisatie

· discussie; wat betekent dit voor het dagelijkse werk, welke acties moeten we ondernemen,

door wie?

 

5. Evaluatie

· Inbrenger en groep kijken terug op het verloop van dit gesprek:

– wat heeft het de inbrenger opgeleverd?

– hoe zijn de groepsleden met de vraag omgegaan?

 

kriitsch lezen en denken

 

 

Oefening kritisch lezen en kritisch denken

krant-lezen

krant-lezen

Oefening: de leerlingen leren vragen stellen bij alle soorten berichten, informatie.

1. Een bericht (dat is een hoeveelheid informatie) heeft altijd een afzender. Wie heeft dit bericht samengesteld?

2. Berichten, informatie, heeft altijd een vorm. (woordgebruik, typografie, afbeeldingen) Welke techniek en welke vorm wordt gebruikt om mijn aandacht te trekken?

3. Berichten, informatie, worden door verschillende mensen anders opgevat. Hoe zouden anderen dit bericht kunnen opvatten? Hoe vat ik het op?

4. In een bericht, informatie, zitten altijd gezichtpunten en waarden en opvattingen. Welke waarden opvattingen en gezichtspunten kunnen we in deze informatie ontdekken, en welke niet?

5. De meeste berichten hebben als doel winst maken of macht uitoefenen. Waarom is dit bericht gepubliceerd?

 

samenwerken

 

 

Samenwerken opdrachten

 

 

Individueel zijn we een druppel en samen zijn we de oceaan.

 

 

Groepstekening 1

Doel: Van individu naar samenwerking. Samen één tekening maken. Vorm: De hele groep tegelijkertijd. Tijd: 30 minuten.

Groepsgrootte: 8 personen. Voorbereiding: Kies een thema dat de groep bezighoudt. Opdracht 1: Een vel papier op A1 formaat ligt op tafel met alle gekleurde stiften. De groepsleden staan rond de tafel. Iedereen begint tegelijkertijd ergens op het vel met een tekening over het thema. Na 1 minuut vraagt de trainer aan de deelnemers om één plaats op te schuiven en verder te tekenen aan de tekening van degene die naast hem stond. Na 1 minuut schuift iedereen weer een plaatsje op. Daarna na een halve minuut en zo door. De trainer houdt de spanning er in. Niemand weet wanneer hij weer moet doorschuiven. Bepaal het doorschuifmoment door te kijken naar hoe en wat er getekend wordt. Het doel is samen, dus als mensen erg hun best doen om hun eigen inbreng helemaal af te maken, laat ze dan doorschuiven. Ga door tot iedereen weer op zijn oorspronkelijke plek staat. Opdracht 2: Vraag nu om verbinding te tekenen tussen de verschillende tekeningen van de eerste ronde. Er weer schuift iedereen steeds een plaatsje op na een korte of langere minuut. Als het hele vel vol getekend is en de tekening lijkt af, dan stop je. Opdracht 3: Bekijk samen de tekening en laat de deelnemers vertellen wat ze zien en wat de tekening bij ze oproept.

Nabespreking: Over loslaten van je eigen tekening, over aanvullen bij een ander, over teleurstellingen en ontdekkingen van deze samenwerking. Maak daarna samen een vertaling van de ontdekkingen naar het werk.

Materialen: Een vel papier op A1 formaat. Voldoende gekleurde stiften.

Volg je hart diverse opdrachten

organiseren opdracht

 

 

Organisatorisch competent opdracht

 

3. Begeleiden bij verschillende organisatievormen

Om ervaring op te doen bij het begeleiden bij verschillende organisatievormen kun je kiezen uit de volgende activiteiten:

1. Bereid (in overleg met de mentor) een kringgesprek voor over een onderwerp naar keuze. Motiveer waarom je voor dit onderwerp hebt gekozen. Zet op papier hoe je het gaat doen. Breng dit in praktijk met een klein groepje studenten of de hele groep en maak een verslag van je ervaringen. Noem de belangrijkste aandachtspunten waaraan je de komende tijd wilt werken.

 

reflecteren

 

reflecteren

Reflecteren: stilstaan bij je werk om van te leren.

Wie reflecteert houdt zichzelf een spiegel voor. Je staat stil bij hoe je je werk uitvoert en hoe je

met anderen communiceert en werkt. Je richt de blik naar binnen en stelt jezelf vragen: ‘Waarom

reageer ik zoals ik reageer? Waarom handelde ik zoals ik deed? Wat wilde ik ermee bereiken?’

Reflectie is een soort van feedback, maar dan voor jezelf.

Bij reflectie herleef je een situatie die je hebt doorgemaakt. Je doet dit ‘hardop’, bewuster, op

een rustig moment en met je collega’s erbij. Je begint bij wat er gebeurde en welke signalen er

waren waar je op reageerde. Dan sta je stil bij je gevoelens en gedachten en hoe je de regie nam

over je reactie. Je kijkt ook naar de resultaten van je handelen.

 

Reflecteren: samen leren.

Reflecteren kun je doen in tweetallen, in kleine groepjes en in teamverband. Samen stilstaan bij

hoe de zorg bij een cliënt verloopt en de vragen die iemand hierbij heeft, maar ook bijvoorbeeld

over de samenwerking en communicatie in het team. Reflectie kost tijd. Het ‘werkt’ als je er bewust

met je collega’s mee bezig kunt zijn. Die tijd moet je maken. Je kunt ook in je eentje reflecteren:

dan doe je aan zelfreflectie.

Er zijn meer manieren, werkvormen om stil te staan bij het werk in de zorg/welzijn en in het team.

 

Opdracht 1

Stap 1: Opdracht geven.

Leg uit waar je op wilt terugblikken, bijvoorbeeld het functioneren, een activiteit

of een ervaring. Vraag de medewerker hiervoor een cijfer te geven (van 1

t/m 10).

Stap 2. Cijfer laten geven.

Nodig uit om het cijfer toe te lichten en vraag hierop door. Zeg bijvoorbeeld:

‘Je hebt een 8 gegeven, waar zit dat in?’ en ‘Het is geen 10, wat had er moeten

gebeuren om er een hoger cijfer van te maken?’. Gebruik je de werkvorm in de

groep, geef dan nog twee of drie andere personen het woord oom hun cijfer toe

te lichten een vraag ten slotte of iemand nog iets wil zeggen dat nog niet is gezegd.

Gaat het om een cijfer voor bijvoorbeeld ieders bijdrage in de situatie,

dan kun je beslissen om iedereen het woord te geven.

Stap 3 Geef zelf een cijfer (indien aan de orde)

Stap 4. Verdere gesprek voeren.

Vat de gedachtewisseling op basis van de cijfers samen en diep enkele argumenten

uit.

 

Opdracht 2

Stap 1: Introduceer tips en tops. Introduceer in het kort wat de bedoeling is. In

een enkel steekwoord horen Schrijf je tip op een geeltje. Schrijf ook een top op

een geeltje. Tips en tops: tip = kan beter, top = prima zo!

Stap 2. Tips en tops opschrijven. Medewerkers schrijven hun bevinding op een

geeltje.

Stap 3. Tips en tops inventariseren. Vraag ieder hun tips en tops te vertellen.

Plak ze op een flap. Mensen mogen een verhelderende vraag stellen.. Zorg dat

iedereen aan bod komt.

Stap 4. Samenvatten opbrengst. Vat zelf de belangrijkste inzichten samen of

vraag iemand uit de groep dit te laten doen. Benoem eventueel het vervolg op

de bevindingen, wat pak je op. Vraag de medewerkers ook wat ze met hun bevinding

gaan doen.

 

 

Opdracht 3

Stap 1: Kernvragen op de flap zetten. Het is voor jezelf en de deelnemers

overzichtelijk om de vragen bij de hand te hebben op flap of uitdeelkaarten

Stap 2. Methode introduceren. Licht kort de essentie van de methode toe en

geef ook aan dat men zich zo veel mogelijk moet doorvragen. Geef eventueel

een voorbeeld van hoe je door moet vragen (LSD)

Stap 3. Situatie vragen. Vraag wie er een situatie (uit de afgelopen periode) wil

inbrengen.

Stap 4. Toelichting vragen. De inbrenger vertelt kort om welke situatie het

gaat. Zorg dat de inbrenger alleen vertelt wat relevant is voor de anderen om te

weten. Bewaak de tijd goed en vraag na maximaal twee minuten om af te ronden.

Stap 5. Kernvragen stellen. Stel een voor een de kernvragen (of laat steeds een

andere deelnemer een kernvraag stellen). Geef zelf een goed voorbeeld als het

gaat om doorvragen en stimuleer de groep dit ook te doen.

Stap 6. Samenvatten opbrengst. Vat zelf de belangrijkste inzichten samen of

vraag de inbrenger dit te doen. Eventueel kun je een rondje in de groep maken,

waarbij alle deelnemers naar eigen inzicht naar aanleiding van de bespreking

reageren.

Kernvragen

1. Wat wilde je bereiken?

2. Had je succes? Hoe weet je dat?

3. Heb je een verklaring voor je succes / falen?

4. Wat ging goed? Wat ho je vast?

5. Wat doe je de volgende keer anders?

6. Wat heb je geleerd over je eigen denken/leren?

leren redeneren

projecten

normen en waarden

socialisatieopdracht

ethiek

  • Het arrangement Persoonlijk Profileren (2) is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    MZ Noorderpoort Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2018-06-12 10:11:38
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Persoonlijk Profileren
    Leerniveau
    MBO, Niveau 4: Middenkaderopleiding;
    Leerinhoud en doelen
    Sociaal-maatschappelijk burgerschap; Burgerschap;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    opdrachten van Burgerschap cohort 2017 ook te gebruiken voor persoonlijke vorming
    https://maken.wikiwijs.nl/93621/Burgerschap_MZ_SW
    Link
    http://www.human.nl/durf-te-denken.html
    http://www.human.nl/durf-te-denken.html
    Link

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Noorderpoort, MZ. (z.d.).

    Persoonlijke Vorming

    https://maken.wikiwijs.nl/79156/Persoonlijke_Vorming

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.