Excel 2016

Excel 2016

Inleiding

Waarom Excel

Waar kun je het programma Excel voor gebruiken?

 

Met excel kun je pijlsnel grote berekeningen maken met heel veel getallen. Daarmee boek je vele uren tijdwinst ten opzichte van het maken van berekeningen op een zakjapanner. Met Excel kun je bijvoorbeeld de ontwikkeling van kengetallen als omzet, winst, kosten heel goed zichtbaar maken. Verder kun je met Excel ook hele goede grafieken maken om bepaalde ontwikkelingen of verdelingen grafisch aantrekkelijk te kunnen laten zien in een presentatie. En tenslotte kun je Excel ook nog eens goed gebruiken als een eenvoudige database, zoals een adressenbestand.

Kortom: snel rekenen met slimme formules, goed inzicht in ontwikkelingen die niet zo snel uit een cijferbrij naar voren komen, grafisch aantrekkelijke presentaties om je publiek goed te kunnen voorlichten en overtuigen en ook nog eens een database voor je gegevens.

 

Uitleg van de opdracht

In dit leerarrangement vind je 12 lessen. Deze lessen moet je maken in deze volgorde. Het begin is eenvoudig en gaandeweg wordt het ingewikkelder. Bij een aantal lessen zijn lesfilmpjes geplaatst om de stof niet alleen via een handleiding op papier uit te leggen, maar ook nog eens met een video-uitleg.

Dit leerarrangement wordt afgesloten met een eindopdracht.

Les 1 Kennismaking met het programma

Eerste kennismaking

"Aangenaam, de naam is excel".

 

 

 

Opstarten: start (windowsknop) – alle apps – excel 2016 (of via Office - Excel)

Opdracht 1. Begrippen. Lees de informatie hieronder. Als je denkt dat je het weet, ga dan naar opdracht 2

 

  • Kolommen worden aangeduid met een letter, bijvoorbeeld kolom A
  • Rijen worden aangeduid met een cijfer, bijvoorbeeld rij 3
  • Cellen worden aangeduid met de combinatie van een letter en een cijfer, bijvoorbeeld cel A1
  • De formulebalk is het witte vak achter fx
  • Tabbladen worden aangeduid met blad 1, blad 2 enzovoort. Namen van tabbladen kun je wijzigen door er met de rechtermuisknop op te klikken en te kiezen voor "Naam wijzigen".

 

Opdracht 2

  1. Klik in je excel document in cel A2 en typ daarin: Cel A2
  2. Verander de naam van tabblad 1 in les 1 (ga met muis op tabblad 1 staan, dan via rechtermuisknop, naam wijzigen)
  3. Voeg een tabblad toe door op het plusteken te klikken. Geef dit de naam "pagina 4".

 

 

Opdracht 3 DE SOMFORMULE

Tekst en getallen invoeren in cellen en een eenvoudige berekening

Type de volgende teksten in de juiste cellen:

Cel A1                        Boodschappen voor mijn feest

Cel A3                        Taart

Cel B3            7,25

Cel A4                        Bier

Cel B4            38,70

Cel A5                        Chips

Cel B5            5,90

Cel A6                        Frisdrank

Cel B6            12,80

Cel A7                        Wijn

Cel B7            12,00

Cel A8                        Totaal

 

Het valt op dat de getallen niet netjes onder elkaar komen te staan!!!

 

Voor de oplossing, doe het volgende   Zie ook het filmpje: SOMFORMULE
  1. Selecteer de getallen door in cel B3 te klikken en vervolgens naar beneden te slepen tot en met cel B8. Er ontstaat een zwarte rechthoek. Laat los in B8.
  2. In de werkbalken boven aan het excel werkblad zie je allerlei knopjes.
  3. Klik op het knopje meer decimalen en daarna op het knopje minder decimalen. Alles heeft nu mooi twee cijfers achter de komma. Als je deze knoppen niet kunt vinden, ga dan eerst even naar de uitleg van het LINT  

 

 

 

 

Opdracht 4 Optellen in excel: de somformule

We gaan nu uitrekenen hoeveel de uitgaven voor het feestje in totaal zijn.

Dit kan natuurlijk met een rekenmachine, maar dat is niet handig als dit een hele lange lijst zou zijn.

Hoe doe je dit snel met excel?

Alle prijzen (kosten) staan in de cellen B3 tot en met B7 onder elkaar. Controleer dit bij jezelf!

Bedenk nu in welke cel je het totaal wilt hebben staan. Cel B8 is een logische plek.

  1. Klik in cel B8  (de cel wordt actief, want de rand wordt dikker)
  2. Ga naar de formulebalk en typ daar de volgende formule:
  3. =som(b3:b7) Dit heet de somformule. Bekijk eventueel het filmpje SOMFORMULE
  4. Klik op de groene v links naast de formulebalk.

 

Uitleg:

  1. Om excel te laten weten dat je een formule in een cel wilt zetten is het altijd nodig om te beginnen met een = (het is-teken). Het begin van een berekening of formule in excel is altijd het = teken.
  2. Som betekent: tel voor mij op. Je geeft een opdracht aan excel om voor jou te doen.
  3. (b3:b7) betekent: tel voor mij op de inhoud van cel b3 tot en met de inhoud van de cel b7
  4. De dubbele punt betekent in excel dus wat anders dan in het dagelijks taalgebruik of bij rekenen.  De :  betekent “Tot en met”.
  5. Het klikken op de V wil zeggen dat je klaar bent met het maken van de formule.

 

 

Hoeveel komt er te staan naast Totaal?         Controleer je antwoord          (76,65)

 

 

Opdracht 5

Zet in de cellen D1 tot en met D9 de volgende getallen onder elkaar:

1245, 5643, 3214, 4532, 4567, 1237, 7098, 1209, 4785

Bereken het totaal op de de manier zoals van hierboven. Controleer je antwoord. (er moet 33530 uitkomen)

 

Opdracht 6

Zet in de cellen H1 tot en met H6 de volgende getallen onder elkaar:

3,69     5,12     2,30     9,80     8,34     3,40

  1. Zorg dat er overal twee cijfers achter de komma staan. Ga terug naar opdracht 3 als je niet meer weet hoe dit moet.
  2. Tel deze serie getallen op, het antwoord moet komen te staan in cel H7.

 

Opdracht 7 De SOMFORMULE voor het optellen van meerdere kolommen.

Je hebt ook situaties waarin je getallen uit meerdere kolommen wilt optellen. Zie bijvoorbeeld de situatie hieronder.

Je hebt hier met de somformule al wel de totalen voor maart en april apart, maar je wilt ook een totaal voor beide maanden, en die moet komen te staan in de cel E3.
Je kunt deze formule heel eenvoudig maken met =som(B3:B7;C3:C7)
Wat je dus doet is binnen de haakjes eerst de formule te geven voor de optelling in kolom B, dan plaats je een puntkomma (;) en daarna geef je de formule voor de optelling in kolom C. Excel leest dit als : "tel eerst de aangegeven cellen in kolom B op, daarna de aangegeven cellen in kolom C en maak hier een totaal van".

Je ziet het resultaat hieronder.



Opdracht: maak zelf een overzicht van kosten voor twee maanden zoals hierboven (je mag eventueel andere soorten kosten gebruiken). Maak daarna de formule voor het totaal van deze twee maanden.

 

Opdracht  8 Tabbladen bewerken

Onder aan het excel werkblad zie je tabbladen, met de namen blad 1, blad 2 en blad 3.

  1. Verander de naam van blad 1 in: Les 1
  2. Verander de naam van blad 2 in Les 2  (Bij de volgende les gebruik je dit werkblad om de opdrachten van  les 2 te maken.
  3. Maak nu zoveel  tabbladen nieuw aan dat je  er 10 lessen in kwijt kunt. Geef ze allemaal de naam les 1, les 2 enzovoort.

 

Opdracht 9    Een werkblad opslaan

Je kunt een exceldocument opslaan zoals je ook een word-document opslaat. Via Opslaan en naam geven.

Sla je document op onder de naam Excellessen eigenvoornaam

 

Opdracht 10 Verplaatsen van cellen.

- Selecteer alle cellen van opdracht 3.

- Klik met je rechtermuisknop en kies knippen )(of gebruik Ctrl X)

- Ga naar het tweede tabblad van je exceldocument en plak de cellen daar in.

- Kies voor rechtermuisknop plakken (of gebruik Ctrl V).

- Je hebt nu alle cellen verplaatst naar een andere plek, inclusief de bijbehorende formules.

 

Opdracht 11 Kopiëren van cellen.

Soms is het handig om een bepaalde opzet die je vaak gaat gebruiken (bijvoorbeeld elke maand hetzelfde overzicht maken) vooraf te maken, om te voorkomen dat je de opzet steeds opnieuw moet maken.

Bijvoorbeeld een overzicht van hoeveel iedere medewerker elke maand heeft verkocht.

- Je maakt eerst het overzicht met de gegevens zoals je kunt vinden het in bestand Omzet per Medewerker (te vinden onder aan de opdracht, direct onder het flmpje met de uitleg van de somformule)

- Het overzicht is nu nog leeg.

- Het is natuurlijk het meest handig en tijdbesparend als je op het eerste tabblad niet alleen de gegevens hebt staan, maar ook alle formules die nodig zijn voor een snel overzicht van de resultaten.

1. Vul in de kolom achter december het woord totaal in.

2. Vul in de cel daaronder voor de eerste medewerker de somformule in, waarmee je berekent wat die medewerker in totaal dat jaar heeft omgezet.

3. Kopieer die formule met de automatische vulgreep naar beneden, zodat bij iedere medewerker het totaal komt te staan.

4. Je wilt ook een overzicht van de omzet per maand. Dus vul je onder de laatste medewerker het woord Totaal in. In de cel daarnaast, onder januari, vul je de somformule in voor de omzet in januari. Sleep die formule naar rechts met de automatische vulgreep, zodat de formule voor alle maanden wordt gemaakt.

5. Selecteer nu het hele overzicht, inclusief de titel Omzet per medewerker van Reisbureau De ZON

6, Kopieer het overzicht via rechtermuisknop Kopiëren (of gebruik Ctrl C)

7. Ga nu naar tabblad 2 en klik in cel A1 van tabblad 2
   
Kies via rechtermuisknop voor Plakken (of gebruik Vtrl V)
8. Verander het jaartal in 2016

9. Doe nu hetzelfde op tabblad 3 het jaartal wordt nu 2017

10. Verander de naam van tabblad 1 in 2015, tabblad 2 in 2016 en tabblad 3 in 2017.


Je hebt nu voor de komende 3 jaar een leeg overzicht dat je alleen nog maar hoeft in te vullen.

 

Bewaar het document goed, maak ergens een backup. (geef dit dezelfde naam maar zet er kopie achter)

 

 

 

SOMFORMULE

Het lint

Het lint in excel
Het lint in excel

 

 

 

 

 

Het lint van excel is een serie knoppen om snel handelingen in excel uit te voeren.

Bestudeer onderstaand filmpje.

Het lint in Excel Bron: VDABwebleren via Youtube

Sjablonen, een snel begin

Excel heeft een groot aantal standaard sjablonen tot zijn beschikking zodat je snel aan het werk kunt gaan. Sjablonen zijn standaardformulieren die je alleen nog maar hoeft in te vullen.

Je hoeft dat dus niet allemaal zelf in elkaar te knutsen. Gemak dient de mens nietwaar?

Volg onderstaande stappen om de sjablonen te ontdekken:

  1. Open  het programma excel
  2. Kies Bestand - Nieuw
  3. Je ziet nu al een aantal sjablonen. Bovenaan zie je bijvoorbeeld: Lege werkmap (dit is een nieuw en leeg excelbestand), daarnaast zie je onder andere Voorbeeldsjablonen en Recente sjablonen (Excel onthoudt je voorkeur)
  4. Daar onder zie je Office.com sjablonen. Het zijn er heel veel, zoals agenda, roosters, facturen enzovoort. Kijk hier rustig rond. Er is ook een zoekfunctie, zodat je kunt zoeken naar sjablonen.

 

Opdracht Sjablonen

Een accountmanager heeft een rondreis gemaakt langs een heleboel klanten en mag zijn kosten declareren.

De volgende kosten zijn gemaakt:

12 december  Hotel € 240, benzine € 100, Lunch en diner € 75, Amusement € 45, Overig (koffie onderweg) € 10
14 december  Hotel  € 350, benzine € 76,  Lunch en diner € 86, Overig € 34
18 december Hotel € 475, benzine € 120, Lunch en diner € 120, Amusement € 240, Overige € 76
21 december Hotel € 80, benzine € 100 Lunch en diner € 50 Amusement € 40, Overige € 65

Vul voor deze accountmanager een declaratieformulier in. Het sjabloon heeft de naam Onkostenformulier zakenreizen.

Lever het ingevulde bestand in in de hiervoor bestemde inlevermap. Vul bij de naam van de accountmanager je eigen naam in.

Les 2 De automatische vulgreep

Les 2  De automatische vulgreep

 

Met excel kun je heel gemakkelijk herhalend teksten en reeksen van getallen invoeren, zonder dat je dit cel voor cel moet intypen. Bijvoorbeeld dagen van de week, of jaartallen, of een reeks van getallen.

 

Opdracht 1

Type in cel A10 Maandag

Type in cel A11 Dinsdag

Selecteer beide cellen. Rechtsonder ontstaat een zwart vierkantje.Ga daar met de cursor zo opstaan dat de cursor verandert in een zwart plusteken. Trek nu de rechterbenedenhoek naar beneden tot cel A16. De dagen van de week staan nu onder elkaar

 

 

Opdracht 2 Cellen leeg maken:

Selecteer de cellen A10 tot en met A16. Doe de toetscombinatie CTRL X en klik op de deleteknop. De cellen zijn nu leeg en de ‘formule’is ook weg.

 

Opdracht 3: een kalender (te gebruiken als weekrooster, maandrooster, jaarrooster)

Type in cel A10 maandag en in cel B10 18 mei

Type in cel A11 dinsdag en in cel B11 19 mei

Selecteer deze vier cellen A10 t/m B11

Sleep het zwarte vierkantje rechtsonder naar beneden tot rij 22.

Je krijgt nu een soort kalender.

 

Opdracht 4

Het invoeren van jaartallen.

Excel herkent niet automatisch een jaartal. Excel ziet getallen altijd als getallen. Daar kun je lekker mee rekenen. Type je in een cel het getal 2018, dan beschouwt excel dit niet als een jaartal, maar als een gewoon getal. Dus moet je een trucje uithalen.

Een jaartal voer je in door eerst een accent te typen en daarna pas het getal. Als je dit doet dan verschijnt een groen driehoekje rechtsboven in de cel.

Alternatief:

  • Vul eerst alle jaartallen in (met de vulgreep natuurlijk)
  • Selecteer alle cellen waarin de jaartallen staan
  • Ga naar het vakje Standaard midden in het lint
  • Klik op de pijl er naast en selecteer Meer getalnotaties
  • Kies Tekst
  • Voor alle jaartallen komt nu links boven een groen driehoekje.
  • Excel ziet deze getallen nu als tekst.
   

 

 

 

Zie eventueel het filmpje AUTOMATISCHE VULGREEP

 

Zet in cel E2 het jaartal ‘2000

Zet in cel E3 het jaartal ‘2001

Maak een reeks tot en met het jaar ‘2020 met behulp van de vulgreep

LET OP: EEN JAARTAL VOER JE ALS VOLGT IN:

Type in de cel eerst het accentteken. Dit zit onder het aanhalingsteken. Type dan het jaartal er aan vast.

 

 

Opdracht 5

Zet in cel F1 de tekst rentepercentage

Zet in cel F2 het getal 4

Selecteer cel F2 en gebruik de vulgreep en vul aan tot en met het jaar 2020 (kolom E)

 

 

Opdracht 6

Zet in cel H1 het getal 1

Zet in cel H2 het getal 2

Vul aan tot en met het getal 35 met de vulgreep

 

Automatische vulgreep

Les 3 Berekeningen

In excel kun je getallen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Verder kun je worteltrekken en machtsverheffen. Deze laatste twee worden niet behandeld/

 

Om te kunnen rekenen in excel heb je formules nodig. Deze formules vertellen met welke cellen (de inhoud ervan) je wilt rekenen.

 

Optellen:          = a1+b1          Excel telt de inhoud van cel a1 op bij de inhoud van B1

Aftrekken:        = A1-B1          Excel trekt de inhoud van cel A1 af met de inhoud van cel A2

Vermenigvuldigen = A1*B1     Excel vermenigvuldigt de inhoud van de cellen a1 en A2

Delen               = A1/B1          Excel deelt de inhoud van A1 door de inhoud van A2

LET OP: het teken : betekent in het excels tot en met. Voor delen gebruiken we in Excel het / teken

 

FILMTIP bij deze les: BEREKENINGEN

 

Opdracht 1 optellen

Zet in cel A1 het getal 25

Zet in cel B1 het getal 14

Zet in cel C1de formule = a1+b1 (en activeer de formule natuurlijk met de groene V)

 

Opdracht 2 aftrekken

Zet in cel A3 het getal 25

Zet in cel B3 het getal 14

Zet in cel C3 de formule = a3-b3

 

Opdracht 3 vermenigvuldigen

Zet in cel A5 het getal 25

Zet in cel B5 het getal 14

Zet in cel C5 de formule = a5*b5  (de * is het  keerteken in excel, dus niet de x)

 

Opdracht 4 delen

Zet in cel A7 het getal 25

Zet in cel B7 het getal 14

Zet in cel C7 de formule = a7/b7  (De slash / is in excel het deelteken)

 

 

Samengestelde formules

Je kunt ook ingewikkelde formules maken in excel. Die zijn bijvoorbeeld nodig als je de rente wilt berekenen, of een indexcijfer, of een percentage van een totaal. Dit wordt in een van de volgende lessen behandeld.

 

Een voorbeeld van een samengestelde formule is:

= 2*(350-20)

Excel leest deze formule als volgt:

  • Excel doet altijd eerst wat tussen haakjes staat, dus rekent eerst uit hoeveel 350 min 20 is (330)

  • Daarna vermenigvuldigt excel de uitkomst van de berekening tussen haakjes met 2, want 2 staat voor het haakje. (uitkomst is 660)

     

    Vraag:

    Wat is de  uitkomst als je geen haakjes zet?     (controleer of je ook als uitkomst 680 hebt)

     

Opdracht 5

Zet in een lege cel de formule = 2*(750-200)

(er moet 1100 uitkomen, is dit bij jou ook zo?)

Zet in de cel eronder de formule =2*750-20               de uitkomst is (1480)

 

Dit komt omdat excel nu eerst 2 keer 750 doet en daarna pas - 20

 

De volgorde waarin excel opdrachten belangrijk vindt is:

Machtsverheffen

Vermenigvuldigen

Delen

Worteltrekken

Optellen

Aftrekken

Het beroemde ezelsbruggetje hiervoor is Meneer Van Dale Wacht Op Antwoord

Daarom is het handig om met haakjes te werken in de berekeningen, zodat excel goed weet wat hij eerst moet doen en wat pas later. Dus: alles binnen haakjes krijgt voorrang

 

Opdracht 6

Wat zijn de uitkomsten van de volgende formules:

= 3*500-200                                                  controle; antwoord is 1300

= 3*(500-200)                                                           controle; antwoord is   900

 

 

 

 

 

Opdracht 7

Wat zijn de uitkomsten van de volgende formules:

= 200-120/30*3                     (188)

= (200-120)/30*3                   (8)

= 200-120/(30*3)                   (198,6667)

 

 

BEREKENINGEN

Les 4 Formules in Excel

Formules kopiëren naar onderliggende cellen

Grote bestanden in excel en het kopiëren van een formule

Je hebt pas echt plezier van excel bij grote bestanden met veel getallen, waarbij je de formule van een berekening kunt kopieren zodat je voor alle getallen in een keer de berekening kunt maken. Hier kun je heel veel tijd winnen.

 

Opdracht 1

Je hebt voor een bepaald aantal weken gegevens opgezocht over de omzet van een ijscokraam. Het aantal verkochte ijsjes is het resultaat van de volgende formule:

4 keer de gemiddelde temperatuur plus het aantal uren zon gedeeld door 2 min 2 keer het aantal millimeters regen

De excelformule hiervoor is =4*(temperatuur+100) + (zonneuren/2) – (2*millimeters regen). Deze formule is een gegeven (hoef je niet te verklaren).

 

Je ziet hieronder deze gegevens. Download het oefenbestand IJSjes Excel aan het eind van deze les naar je laptop en open het bestand

Op het tabblad ijsjes vind je deze gegevens. Vul de weeknummers aan met de vulgreep.

 

Cel A1
Weeknummer

Cel B 1
Gemiddelde temperatuur

Cel C1
Aantal uren zon

Cel D 1
Millimeters regen

Cel E1
Aantal verkochte ijsjes

26

20

10

30

 

27

24

12

10

 

28

19

6

40

 

29

17

4

50

 

30

25

12

0

 

31

22

10

10

 

 

In de cellen A1 tot en met E1 staan de kopjes (de namen) van de kolommen. De eerste gegevens komen dus in de rij 2 te staan. Weeknummer 26 staat dus in cel A2, de temperatuur 20 graden staat in B2, enzovoort.

We gaan de formule zetten in cel E2

In excel taal is deze formule: =4*(B2+100)+(C2/2)-2*(D2)

 

a. Hoeveel ijsjes zijn er verkocht in week 26? (425)

 

Dit is dus een vrij moeilijke formule die je niet voor elke week opnieuw wilt maken. Dat hoeft ook niet, want je kunt de formule simpel naar beneden kopiëren.

Klik in het zwarte rechthoekje in de cel E2 en sleep de cursor naar beneden, tot en met cel E7.

b. Hoeveel ijsjes zijn er verkocht in week 29?  (370)

c. Welke formule staat nu in cel E6?                =4*(B6+100)+(C6/2)-2*(D6)

 

 

Opdracht 2

Je hebt de volgende gegevens: (zie oefenbestand nettowinst)

jaar

omzet

inkoopkosten

     vaste kosten

nettowinst

1999

12000

 

3000

 

2000

14000

 

3000

 

2001

23000

 

3000

 

2002

16000

 

3000

 

2003

17000

 

3000

 

2004

19000

 

3000

 

2005

14000

 

3000

 

2006

18000

 

3000

 

2007

20000

 

3000

 

2008

15000

 

3000

 

 

Toelichting: Een bedrijf weet uit de afgelopen jaren (1999 tot en met 2008) welke omzet ze heeft gehad. Deze omzet staat in de tabel in excel.

De inkoopkosten zijn telkens 80% van de omzet. 80% van de omzet kun je ook schrijven als 0,8 * iets. Dus voor 1999 zou de formule zijn 0,8*cel waar de omzet van 1999 in staat.

De vaste kosten zijn elk jaar 3000.

De nettowinst is omzet – (inkoopkosten + vaste kosten)

 

 

 

  1. Vul de jaren aan tot en met 2008 met behulp van de vulgreep.
  2. Vul de vaste kosten aan voor alle jaren met behulp van de vulgreep.
  3. Bedenk welke formule je moet plaatsen in cel C3 om excel te omzet te laten uitrekenen. Laat je oplossing controleren door de docent.
  4. Kopieer deze formule naar beneden. Wat zijn de inkoopkosten voor 2006?
  5. Bedenk welke formule je moet zetten in cel E3 om de nettowinst te berekenen.
    Laat je oplossing controleren door de docent

FILMTIP: Berekeningen met formules

 

Les 5 Grafieken

Excel is een geweldig hulpmiddel om ontwikkelingen door de tijd heen te laten zien in een grafiek. Hiervoor moet je wel eerst altijd een excelwerkblad met gegevens hebben gemaakt.

 

Herhaling: invoeren jaartallen als je grafieken wilt maken
Dit staat niet voor niks dik gedrukt, dus wel even lezen wat hieronder staat

Extra informatie: voor een grafiek is het handig als je jaren in excel invoert als “tekst”

Dit kan eenvoudig door in een cel een jaartal op de volgende manier in te voeren:

‘2000

‘2001 enzovoort. Je hebt dit al geleerd in les 2.

Het teken ‘zit op je toetsenbord links naast de enterknop van het lettertoetsenbord (onder het aanhalingsteken)

Dit teken heet het accentteken.

 

Opdracht 1

We hebben de volgende gegevens. Zet deze op tabblad 5 van je excel document

Gebruik voor de jaartallen natuurlijk de vulgreep om de reeks van de eerste twee jaartallen snel te kunnen aanvullen. De overige gegevens moet je simpelweg zelf invullen. En vergeet niet om het accent voor het getal te zetten om er een jaartal van te maken.

jaar

omzet in euros (x 1000)

2002

2300

2003

2200

2004

2450

2005

2800

2006

2680

2007

2780

2008

3400

2009

3320

2010

2400

 

Nu gaan we een grafiek maken.

  1. Selecteer de gegevens uit kolom A (de jaren) en B door te selecteren

  2. Klik op invoegen en kies een grafiektype (kies de eenvoudige maar mooie lijngrafiek 2D). Opmerking: een kolomgrafiek mag ook.
    De grafiek is klaar, maar niet mooi.

     

     

    De grafiek een titel geven

  3. Zorg dat de grafiek actief is door er rechtsboven in te klikken

  4. Klik ONTWERPEN en dan op GRAFIEKONDERDEEL TOEVOEGEN en dan gecentreerde overlay titel. (zie voorbeeld)

     

     

    Opdracht 2

    De assen van de grafiek een naam geven.

    De horizontale as (de liggende lijn) noemen we de x-as, de verticale (staande) lijn de y-as

  5. Klik op Ontwerpen en op Grafiekonderdeel toevoegen en dan op astitels

  6. Kies Titel primaire horizontale as

  7. Type in het vak van de formulebalk (dus achter fx) nu de gewenste naam van de liggende as: Jaar

  8. Klik weer Ontwerpen en op Grafiekonderdeel toevoegen en dan op astitels

  9. Kies titel primaire verticale as

  10. Klik in het formulevak de gewenste naam van deze as: Aantal

     

    Opdracht 3 Het invoegen van een trendlijn

    Een trendlijn is een lijn die in een grafiek de gemiddelde ontwikkeling weergeeft. Gaat de lijn omhoog dan is de trend positief, gaat de lijn naar beneden dan gaan de zaken beroerd.

    Lees hieronder hoe je een trendlijn in de grafiek kan maken.

  11. Klik op de lijn met de gegevens zodat deze actief wordt

  12. Rechtermuisknop en daarna trendlijn toevoegen (er ontstaat een stippellijn) en rechts op je scherm ontstaat een vak met mogelijkheden (Opties voor trendlijn)

  13. Geef de trendlijn een naam door bij Trendlijnnaam het vakje voor AANGEPAST aan te vinken. Noem je trendlijn TRENDLIJN A

  14. Klik nu op de scheve verfpot en selecteer ONONDERBROKEN LIJN

  15. Selecteer bij kleur Rood

  16. Selecteer bij Breedte 2,25 pnt met het pijltje

  17. Selecteer bij type streepje de ononderbroken lijn

 

 

Opdracht 4

Het mooi maken van de grafiek (opmaak)

  1. Klik met de rechtermuisknop in het witte deel van de grafiek

  2. Kies Grafiekgebied opmaken

  3. Kies opvulling met kleurovergang (kies zelf een leuke opmaak)
    Zoals je ziet zijn er meer mogelijkheden, zoals effen opmaak, bitpatroon enzovoort.

  4. Ga nu in het middelste deel van de grafiek staan en doe rechtermuisknop

  5. Kies tekengebied opmaken en geef het middendeel van de grafiek een leuke opmaak naar keuze.

  6. Klik nu op een van de balken, rechtermuisknop en kies gegevensreeks opmaken.

  7. Geef de balken een groene kleur.

     

    Experimenteer nu met het opmaken van de grafiek en maak er wat moois van. Er zijn heel veel mogelijkheden.

     

    Het toevoegen van gegevenslabels

    Soms is het handig dat de gegevens uit de tabel (de cijfertjes) ook in de grafiek te zien zijn.

  8. Klik op ONTWERPEN en op Grafiekonderdeel toevoegen

  9. Kies Gegevenslabels en kies een mogelijkheid, bijvoorbeeld EINDE BUITENKANT

 

Een andere grafiekvorm

  • Klik in de grafiek met de rechtermuisknop en kies Ander grafiektype

  • Maak er een lijngrafiek van

  • Maak er daarna een driedimensionale kolomgrafiek van

  • En nu een staafgrafiek

  • En nu een gestapelde kolomdiagram.

  • Maak er nu nog eens wat moois van naar keuze. Kijk uitgebreid rond bij alle soorten grafieken die er beschikbaar zijn.

     

Houd bij het maken van de grafiek er rekening mee dat de gegevens in een oogopslag voor iedereen duidelijk moeten zijn.

 

 

Filmtips

Beschrijving: can-stock-photo_csp8169629Beschrijving: can-stock-photo_csp8169629

Grafiek maken en trendlijn

Opmaak van een grafiek

 

 

 

 

 

 

Opdracht 2

Maak voor je zelf een overzicht van waar jij je geld elke maand aan uitgeeft.

Je hebt de volgende mogelijkheden.

 

Uitgaan

Reiskosten

Kleding

Uit eten

Cadeau’s

Overige

Drank

 

 

Zet dit in een werkblad van excel en maak er een cirkelgrafiek bij. Geef de grafiek je eigen naam.

 

 

 

 

 

Opdracht 3

Je ziet hieronder wat gegevens over toeristisch bezoek aan Nederland in 2013. Je gaat hiervan een staafdiagram maken.

Zet eerst de gegevens in excel in een tabel en maak er daarna een staafdiagram van. Geef elk land een eigen kleur. Dit doe je door in de grafiek 2 keer te klikken op een staaf, zodat je die apart een kleur kunt geven via GEGEVENSPUNT OPMAKEN

Duitsland          12000

Frankrijk            8000

Japan                 1000

Spanje               2000

Engeland         10000

 

Zie eventueel het filmpje OPMAAK van een Grafiek

 

 

 

 

Speciale grafieken

Er zijn ook speciale grafieken te maken in excel, bijvoorbeeld voor het visualiseren van beoordelingen vanuit verschillende gezichtspunten. Bijvoorbeeld van een student die een beoordeling van de stage krijgt.
Bekijk onderstaande afbeelding.

Opdracht:

1. Type deze inhoud over in een nieuw excel document.

2. Selecteer de gehele tabel, dus met alle koppen.

3. Kies voor invoegen - Aanbevolen grafieken - tabblad Alle grafieken.

4. Kies voor Radar en klik OK.

5. Als het goed is heb je een grafiek zoals op de afbeelding hierboven.

 

Les 6 Relatieve celverwijzing

Opdracht 1

Iemand ontvangt in het jaar 2000 op zijn 18e verjaardag, toevallig 1 januari, een bedrag van

€ 1000. Hij besluit dit op een spaarrekening te zetten voor als hij 67 jaar wordt en met pensioen gaat. De rente is 4 % en wordt aan het eind van het jaar uitgekeerd.

Maak in Excel een tabel waarbij met behulp van de vulgreep en de juiste formule in een paar seconden duidelijk wordt tot welk bedrag deze € 1000 is aangegroeid op het moment dat hij 67 jaar wordt.

 

Oplossing:

Zet in cel A1 de tekst leeftijd, in cel B1 de tekst jaar, in cel C1 de tekst bedrag.

In cel A2 komt te staan 18, in cel B2 2000, in cel C2 het bedrag 1000.

 

  1. Vul de kolommen aan tot 67 jaar met behulp van de vulgreep. In welk jaar gaat hij met pensioen? (2049)
  2. Zet de juiste formule in cel C3 en vul deze kolom aan met behulp van de vulgreep.
    Welk bedrag ontstaat er bij 67 jaar? (6833,35)
  3. Zorg ervoor dat in heel kolom C de bedragen steeds met twee cijfers achter de komma staan genoteerd.

 

Opdracht 2

Iemand koopt 1 januari 2000 een huis van € 240.000. De hypotheek duurt 30 jaar en het laatste jaar van de looptijd is 2029, omdat de hypotheekperiode begint  1 januari 2000.

De rente is per jaar 7%, er wordt gedurende 30 jaar steeds elk jaar 8000 afgelost.

Maak in Excel een tabel voor de gehele looptijd van deze hypotheekschuld.

Je hebt de volgende kolomnamen staan in de cellen A1 tot en met E1:

Jaar      Hypotheekbedrag       Aflossing        Rente  Jaarlijkse betaling

 

 

 

Als je er niet uitkomt, dan kun je eerst de filmtips bekijken!!

 

Beschrijving: can-stock-photo_csp8169629

Filmtip: Hypotheek

Filmtip: Rente op rente

 

Les 7 Indexcijfer

Opdracht 1

We hebben de volgende gegevens:

Jaar

Toeristen in Groningen

indexcijfer

2000

12000

 

2001

11500

 

2002

15000

 

2003

15600

 

2004

14900

 

2005

11900

 

2006

12870

 

2007

14567

 

 

a. Je kunt deze gegevens vinden in het document Oefenbestand excel, tabblad toeristen

In cel A2 komt het jaar 2000 te staan. Let op de manier waarop je het jaartal invoert!

Vul de jaren met de vulgreep aan.

 

EERST LEZEN (groot genoeg om niet te vergeten?)

Uitleg indexcijfer: een indexcijfer is een getal waarmee je in procenten alle jaren vergelijkt met een basisjaar. Het basisjaar in bovenstaande reeks is 2000. We willen dus alle jaren vergelijken met het jaar 2000. Als je naar de getallen kijkt is het niet eenvoudig om snel te zien hoe groot de verandering was in procenten. Daarvoor heb je indexcijfers nodig. Het basisjaar van een serie indexcijfers is altijd 100. Je kunt in de tabel in excel dus in de cel naast 12000 het getal 100 typen in cel B2.

 

Je berekent een indexcijfer als volgt:   =(B3/$B$2)*100

                     

Uitleg: Je wilt eerst het jaar 2003 vergelijken met het jaar 2002. De waarde van het jaar 2003 staat in cel B3 en de waarde van het jaar 2002 staat in cel B2. Dus deel je B3 door B2. Maar omdat je ook alle volgende jaren straks wilt delen door B2 moet je in de formule de cel B2 als het ware vastzetten. Dit doe je door het $ teken om de B van B2 heen te zetten. Dit valt verder niet te begrijpen, want het is gewoon een stukje excel-taal (dus gewoon doen).

Je doet alles keer 100, omdat je een percentage wilt hebben.

 

Zie eventueel het filmpje indexcijfer en grafiek

 

Opmerking: een indexcijfer is altijd een heel getal. Je kunt de decimalen weghalen door een paar keer te klikken op de knop Minder decimalen, net zolang tot er een heel getal staat.

 

 

 

b. Sleep nu de formule naar beneden voor de rest van de jaren.

 

 

 

 

 

 

 

Als het goed is heb je onderstaand resultaat

Jaar

Toeristen in Groningen

indexcijfer

2000

12000

100

2001

11500

96

2002

15000

125

2003

15600

130

2004

14900

124

2005

11900

99

2006

12870

107

2007

14567

121

 

Maak hier nu een grafiek van

In de grafiek willen we de jaren en de indexcijfers hebben, maar niet de absolute aantallen (de getallen per jaar; bijvoorbeeld 12000 is een absoluut aantal, een precies aantal).

Dit doe je als volgt:

  1. Selecteer de jaartallen en ook het woord jaar.

  2. Druk nu de CTRL knop in

  3. Selecteer nu de indexcijfers, inclusief het woord indexcijfer.

  4. Klik nu op invoegen en begin de grafiek te maken.

     

    Zie eventueel nog eens het filmpje: maken van indexcijfer en grafiek

     

Houd bij het maken van de grafiek er rekening mee dat de gegevens in een oogopslag voor iedereen die het moet zijn ook duidelijk moeten zijn.

TIP: voor het aangeven van een ontwikkeling door de jaren heen is een lijngrafiek of een kolomgrafiek het meest duidelijk

 

 

Opdracht 2 Een grafiek maken en een trendlijn toevoegen

Een trendlijn geeft de gemiddelde ontwikkeling door van gegevens over een aantal jaren.

Voorbeeld:

          

De vraag is nu of dit bedrijf het nu wel of niet goed doet. Immers, de winsten verschillen nogal van jaar tot jaar.

  1. Doen: Zet bovenstaande gegevens handmatig  in een excel werkblad. Gewoon overtypen

    Bekijk hiervoor eerst even het filmpje: trendlijn toevoegen

    Aandachtspunten: voer de jaren in als jaartal (denk aan het accent) en doe dit met behulp van de automatische vulgreep.

    De getallen moet je overtypen, het euroteken doe je zoals je in het filmpje trendlijn hebt gezien. Een € kun je ook makem met Control Alt 5

  2. Maak van deze gegevens een grafiek en voeg een trendlijn toe. De naam van de trendlijn is Trend winst bedrijf X

  3. Maak de grafiek op volgens de volgende aanwijzingen:
    - Geef de trendlijn een rode kleur en geef deze een breedte van 2,25 pt.
    - geef de gegevensreeks een zwarte kleur.
    - maak het grafiekgebied lichtgrijs
    - maak het tekengebied lichtblauw

  4. Geef de grafiek de naam Winst bedrijf X

  5. Geef de x-as de naam Jaar

  6. Geef de y-as de naam Nettowinst in euro’s

     

    Het resultaat ziet er uit zoals hieronder (in de digitale versie in de NELO, de papieren versie is zwartwit)

     

     

     

     

     

    Opdracht 3

    Je hebt de volgende gegevens tot je beschikking.

    Jaar      Aantal accounts op Facebook in Nederland (x 1000)                    

    2004    1000              

    2005    1100              

    2006    1400              

    2007    2800              

    2008    4800              

    2009    5500              

    2010    5500              

    2011    6000

    2012    8000              

     

  7. Neem deze gegevens over in een nieuw excel werkblad op tabblad 1. Denk eraan dat je de jaartallen als jaar invoert (het accentteken!)

  8. Geef dit tabblad de naam Facebook

  9. Bereken de indexcijfers van deze gegevens met behulp van de juiste formule (laat eventueel de formule controleren, nadat je deze hebt gemaakt). Het basisjaar is 2004.

  10. Maak een lijngrafiek van de jaren en de indexcijfers (dus niet van de echte aantallen!)

  11. Geef de grafiek de naam Aantal accounts op Facebook (x1000)

  12. Geef de x-as (horizontale as) de naam Jaar

  13. Geef de y-as de naam Facebook

  14. Maak het grafiekgebied roze met effen opvulling

  15. Geef het tekengebied een lichte opvulling met kleurovergang

  16. Geef de gegevensreeks de kleur zwart (ononderbroken lijn) met dikte 3,25 pt

  17. Voeg een lineaire trendlijn toe, met de kleur donkerblauw en dikte 1,75 pt en met als naam Trend Facebook

     

    FILMTIP

    Indexcijfer

     

     

Les 8 Percentages en grafieken

Je kunt met excel ook heel eenvoudig percentages berekenen en de verhoudingen in een grafiek laten zien.

 

Opdracht 1

We hebben de volgende gegevens over waar Nederlanders naar toe gaan op vakantie. Zet deze gegevens in een excel werkblad. Begin bij A1 (Land in A1, Griekenland in A2 enzovoort)

Land

Toeristen

Griekenland

1000

Frankrijk

1800

Spanje

800

Engeland

400

 

Stappen:

a)bereken eerst het totaal aantal toeristen in cel B6 met behulp van de sommeringsformul, dit is  =som(begincel:eindcel)

b) Zet in cel c2 de volgende formule, om het percentage voor Griekenland te berekenen.
=(B2/$b$6)*100
Je doet dit omdat je eerst Griekenland vergelijkt (= deelt door) het Totaal (want dan krijg je een deel of percentage.

c) Je ziet dat B6 is ‘vastgezet’, omdat elk land natuurlijk met het totaal moet worden vergeleken.

d) Sleep nu de formule naar beneden, zodat je snel voor elk land het percentage krijgt

  • e) Selecteer de kolommen A en C en maak een grafiek van de landen en de percentages. Maak eerst een kolomgrafiek

  • Verander nu de grafie in een cirkelgrafiek

     

     

    Zie ook het filmpje percentage en grafiek

     

Opdracht 2

Je hebt de volgende gegevens. Zet deze zelf in een nieuw excel-werkblad en geef dit de naam Leerlingen Euroborg.

 

Aantal leerlingen per opleiding

Reizen                        300

Hotelschool                450

Bakkers                        90

Koks                           220

Recreatie/Leisure        250

Wellness                       40

Totaal

 

  1. Zet de gegevens in excel en bereken met een formule het totaal aantal leerlingen.
  2. Bereken het percentage leerlingen per opleiding met behulp van de juiste excelformule
  3. Maak een kolomgrafiek waarin goed zichtbaar wordt hoe de leerlingen van de Euroborg over de opleidingen zijn verdeeld. Geef iedere opleiding een andere kleur.
  4. Maak nu van dezelfde gegevens een cirkeldiagram.

Opdracht 3

Bij de meest recente verkiezingen was in de gemeente Ukelenstein de uitslag als volgt:

 

Partij               Aantal stemmen

PvdA              2300

VVD               2320

CDA               1300

PVV               1699

SP                   1241

D66                   450

Groenlinks      1000

PvdDieren          60

SGP                  100

Christen Unie     10

 

Tip: bekijk eerst de filmpjes cirkelgrafiek en percentage en grafiek voor je begint.

  1. Neem deze gegevens over in een excel werkblad

  2. Bereken het totale aantal stemmers met behulp van de juiste formule

  3. Bereken het percentage stemmen per partij met behulp van de juiste formule (laat eventueel controleren!) Het percentage moet twee cijfers achter de komma hebben.

  4. Maak een drie dimensionale cirkelgrafiek van de partijen en het percentage stemmen (het werkelijk aantal stemmen zit dus niet in de grafiek).

  5. Voeg de gegevenslabels toe aan de grafiek zodat in de grafiek de percentages zichtbaar worden.

  6. Geef de gegevenspunt van de PvdA een rode kleur

  7. Geef de gegevenspunt van het CDA een heldergroene kleur

  8. Geef de gegevensreeks van de VVD een azuurblauwe kleur (opvulling met kleurovergang)

  9. Geef de PVV een bruine kleur

  10. Geef Groenlinks de opvulling Horizon

  11. Geef het grafiekgebied een lichtgrijze kleur

  12. Geef de grafiek de naam Uitslag verkiezingen Ukelenstein

     

    Een en ander ziet er na afloop als volgt uit:

     

Les 9 Gemiddelde en meer

Gemiddelde en meer

Met excel kun je snel achterhalen wat het gemiddelde, wat de hoogste en wat de laagste waarde is in een groot bestand met allemaal getallen.

 

Met de formule =gemiddelde(bereik van de cellen) kun je snel het gemiddelde berekenen

Met de formule = max(bereik) en =min(bereik) kun je snel de hoogste en de laagste waarde berekenen.

 

Voorbeeld: in onderstaande tabel zie je de ingevulde database die wordt bijgehouden van de regenval in Eelde, per maan, voor de jaren 2006 tot en met 2008.

 

Je kunt deze gegevens vinden in het bestand oefenbestand regenval, aan het eind van deze opdracht.

Opdracht 1

a. Hoeveel is nu de gemiddelde regenval over de jaren 2006 tot en met 2008?

 

Oplossing: het bereik van de tabel is van cel B3 (regenval in januari 2006) tot en met cel D14 (regenval in december 2008).

Type in cel G4 het woord Gemiddelde en type in cel G5 de formule =gemiddelde(B3:D14) en bevestig met de groene V

De gemiddelde regenval was ………………   (178)

 

 

 

b. Wat was de hoogste regenval ooit?

 

De formule hiervoor luidt =max(B3:D14)              (500)

 

  1. Wat was de laagste regenval ooit

 

De formule luidt: =min(B3:D14)                              40

d. Voorwaardelijke opmaak:

Met voorwaardelijke opmaak kun je met behulp van kleuren verschil maken in de tabel

 

Bijvoorbeeld: je maakt alles wat hoger is dan het gemiddelde rood en alles lager dan het gemiddelde groen. Zo kun je snel zien wat natte of droge maanden waren.

 

Je doet dit als volgt:

  1. Selecteer alle cellen met een getal

  2. Kies voor Voorwaardelijke opmaak en daarna MARKERINGSEGELS VOOR CELLEN.

  3. Kies groter dan
    Vul het gemiddelde in (dat had je al laten uitrekenen) en kies RODE TEKST

  4. Ga nu weer naar markeringsregels voor cellen en kies kleiner dan
    Vul het gemiddelde in en kies lichtgroene opmaak

  5. De tabel is nu verdeeld in een groen deel en een rood deel.

  6. Probeer nog wat andere effecten uit.

     

    Zie eventueel het filmpje voorwaardelijke opmaak

     

     

     

Opdracht 2

Een docent heeft in excel een cijferlijstje van een klas

Dit lijstje zit er als onderstaand uit.

Jan                  3,8

Karin               6,4

Tania               9,0

Dolores           7,9

Tasje               3,1

Toos                5,5

Fabian             5,0

 

  1. zet deze gegevens in een werkblad van excel

  2. bereken het gemiddelde cijfer van deze klas

  3. maak een voorwaardelijke opmaak zodat de docent in een keer kan zien wie er voldoende staat en wie niet. Hierbij hou je aan: cijfer 5,5 of hoger dan wordt de opmaak geel en cijfer lager dan 5,5 dan wordt de opmaak rood.

     

     

    Opdracht 3

In het excelbestand oefenbestanden excel, tabblad bezoekers  zie je een tabel met daarin het aantal bezoekers aan een website, per maand

 

 

  1. Bereken met de sommeringsformule voor elk jaar het aantal bezoekers per jaar.
  2. Bereken het gemiddeld aantal bezoekers over de gehele periode, dus over alle maanden waarvan gegevens beschikbaar zijn.
  3. Bereken het maximaal aantal bezoekers ooit dat in een maand deze website bezocht
  4. Bereken het minimaal aantal bezoekers ooit dat in een maand deze website bezocht
  5. Geef de tabel een voorwaardelijke opmaak voor aantal bezoekers boven of gelijk aan of lager dan het gemiddelde met behulp van de kleuren rood en groen.
  6. Maak een kolomgrafiek waarin alle gegevens zichtbaar worden.

 

 

 

Sorteren en filteren

Sorteren en filteren

Met excel kun je heel snel en zeer eenvoudig getallen en tekst filteren en sorteren.

Sorteren betekent betekent bijvoorbeeld op alfabetische volgorde zetten van tekst, bijvoorbeeld de Nederlandse provincies van A- Z. Of je sorteert getallen, van klein naar groot of van groot naar klein.

Filteren wil zeggen dat je een selectie maakt. Meestal doe je dat bij getallen. Bijvoorbeeld een selectie van alle werknemers van een bedrijf die € 2000 of meer verdienen. De overige werknemers wil je dan niet zien in je overzicht.

Opdracht 1

Open de bijlage Sorteren en Filteren.
a. Ga naar blad 1 en zet de kolombreedtes van de kolommen A en B op 30.
b. Zet de provincies op alfabetische volgorde van A- Z. Zorg dat de bijbehorende gegevens worden mee gesorteerd. Excel vraagt of je de selectie wilt uitbreiden en dan klik je op JA.
c. Filter alleen de provincies die 1000 of meer hotels hebben.
Dit doe je door te klikken op filter en daarna bij het filter te kiezen voor Getalfilter en dan kies je de voorwaarde. In dit geval Groter dan of gelijk aan 1000.

Opdracht 2
a. Ga naar blad 2 en zet de kolombreedtes van de kolommen A en B op 29
b. Sorteer de landen oplopend op aantal toeristen. Het land met het minste aantal toeristen komt bovenaan te staan en het land met de meeste toeristen onderaan.
c. Filter de landen die hoger zijn dan het gemiddelde. Dit doe je door te klikken op Filter en dan te kiezen voor getalfilter. Als voorwaarde kies je Boven gemiddelde.

Beveiligen van cellen

Je kunt in Excel prachtige overzichten maken voor anderen om in te vullen. Bijvoorbeeld het bijhouden van gewerkte uren en dit dan automatisch laten optellen. Een voorbeeld hiervan is het urenverantwoordingsformulier dat jullie invullen om bij te houden hoeveel tijd je besteedt aan dit keuzedeel.

Wat je dan natuurlijk niet wilt is dat je formulier door iemand anders helemaal wordt veranderd! Daar is een oplossing voor, namelijk het beveiligen van cellen. Maar om te bereiken wat je wilt moet je natuurlijk ook zorgen dat het deel dat door anderen moet worden ingevuld niet beveiligd is. Want anders kunnen ze niets invullen.

OK, daar gaan we dan.

Open om te beginnen het bestand hieronder met de naam Gewerkte UREN.

Uitleg Beveiligen van cellen in excel
Bron: WIm de Groot via Tekst en Uitleg

Opdracht beveiligen van cellen

Je bent meewerkend leidinggevende bij de Jumbo en één van je taken is om de gewerkt uren van de vakkenvullers bij te houden. Je hebt besloten dat dit eenvoudig kan met een exceldocument. Dit document vind je hieronder en heeft de naam Jumbowerkuren.

Het document bevat de data van januari en de namen van de medewerkers. Beveilig dit document zodanig dat:

- de data en de namen van de medewerkers niet kunnen worden gewijzigd.

- de gewerkte uren door de medewerkers wél kunnen worden ingevuld.

Als je klaar bent kun je het document inleveren onder je eigen naam in de inlevermap in de ELO.

Les 10 Opmaak van cellen

Opdracht 1

Type in Cel A1 de tekst:        Aantal konijnenfokkers in Nederland

Type in Cel B1 de tekst         Aantal nertsenfokkers in Nederland

Wat gebeurt er met de teksten?

Het past duidelijk niet in de kolom.

 

- Selecteer de cellen A1 en A2

- Kies voor Opmaak – Celeigenschappen

  • Kies voor Uitlijning

  • Kies voor (tekst)terugloop

  • Probeer ook uit wat er gebeurt als je kiest voor Tekst passend maken

  • Probeer ook uit wat er gebeurt als je de tekstrichting aanpast

     

Opdracht 2

Selecteer de cellen A1 en A2 en kies voor Opmaak, kolom. Pas de kolombreedte aan naar 5. Pas de breedte van kolom 3 en 4 aaan naar 20

 

Selecteer de rij 4 en pas de hoogte van de rij aan op dezelfde manier naar 20.

Selecteer de rijen

 

Opdracht 3

Neem een nieuw werkblad en geef dit de naam opdracht 3

a. Invoeren van gegevens

Type in cel A1 de tekst Klas 1B

Type in cel A2 de tekst Achternaam en in cel B2 de tekst Voornaam

 

Type in cel A3 de achternaam Dijk van   en cel B3 de voornaam Jurjen

Voer ook de volgende namen op dezelfde wijze in

Wouterse        Kees

Kock de          Patricia

Neushoorn      Karel

Tasjesplant      Tokyo

Precies             Pietje

Virides                        Lester

Lepidus           Timon

 

 

b. Selecteer alle cellen waar namen in staan, inclusief de cellen met de kopjes en  zet de kolombreedte op 20

c. Alfabetiseer de namenlijst

d. Maak de tekst in de cellen A2 en B2 dikgedrukt en centreer deze.

e. Noteer in de cellen C2, D2, E2,F2 en G2 de respectievelijke data 1 september, 8 september, 15 september, 22 september, 29 september.
TIP: Doe dit voor de eerste cellen (C2 en D2) en vul aan met de vulgreep naar rechts

f. Selecteer de cellen A2 tot en met G7.

Kies voor Opmaak – Celeigenschappen – Rand. Klik vervolgens op de vierkantjes “omtrek” en “rand”.
Het resultaat is een lijst met leerlingen en keurige hokjes.

g. Kies voor Invoegen – Koptekst en type je eigen naam in witte veld

h. Kies voor Bestand Afdrukvoorbeeld – Instellen - en verander van staand naar liggend. Je kunt nu printen.
OF:  Kies voor Afdrukken – Eigenschappen – en verander van staand naar liggend en daarna Ok en printen.

 

Opdracht 4

Klik in cel A20

Kies voor Invoegen – Opmerking

Haal de tekst weg die er staat en type de tekst HELP MIJ

Verlaat de cel.

Beweeg nu met de cursor over de cel (niet klikken).

Je ziet nu de opmerking weer.

 

Opdracht 5

Selecteer de cellen A3 tot en met B7.

Klik op de verfpot in de werkbalk en kies de kleur geel

Selecteer de cellen C3 tot en met D7

Klik op de verfpot in de werkbalk en kies de kleur groen

 

Opdracht 5 Kopregels bevriezen

 

Bij grote bestanden van excel lukt het niet meer om alles in beeld te houden.

Ga naar het oefenbestand en ga naar het tabblad bevriezen.

Je ziet een ledenbestand van 1 tot en met 63.

Ga naar lid nummer 61.

Zie je nu nog de kopregels bovenaan in het bestand?  NEE dus.

Daar is een oplossing voor en die heet Titels blokkeren.

Wat moet je doen?

1. Klik in cel A2

2. Klik op beeld

3. Klik op Blokkeren

4. Klik op Titels blokkeren.

5. Scroll naar beneden, naar lid 61. Je ziet dat nu de titels blijven staan.

 

Op dezelfde manier kun je ook kolommen blokkeren.

1. Klik in cel A2

2. Klik op blokkeren

3. Klik op 1e kolom  blokkeren

Je kunt nu de schuifbalk naar rechts bewegen zonder dat de 1e kolom uit beeld verdwijnt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Les 11 Excel als database

Opdracht 1 Database

Excel werkt erg goed als database. In een database kun je heel snel gegevens vinden in een hele grote berg gegevens. Het scheelt uren zoekwerk.

Bekijk de video om te kijken hoe je er een maakt.

Daarna ga je er zelf een maken, met behulp van een formulier. Ook dit kun je leren in de video.

Een database maken

Je hebt de volgende gegevens tot je beschikking van de “Vereniging tot nut van het Gemak”.
Let op: JE HOEFT DIT NIET OVER TE TYPEN IN EXCEL. Het bestand met de gegevens heet DATABASE. Het staat onder aan deze les.

Startjaar

Geslacht

Voornaam

Achternaam

Woonplaats

Groep

2010

m

Kees

Wouterse

Groningen

1

2009

v

Patricia

Kock de

Amsterdam

2

2005

m

Karel

Neushoorn

Groningen

3

2010

v

Tokyo

Tasjesplant

Amsterdam

3

2009

m

Pietje

Precies

Rotterdam

1

2006

m

Lester

Virides

Rotterdam

2

2005

m

Timon

Lepidus

Assen

3

2009

v

Wanda

Kiloknaller

Assen

1

2005

m

Koos

Werkeloos

Amsterdam

2

2010

v

Tanja

Suikerpot

Groningen

3

2009

v

Foekje

Dillema

Amsterdam

1

2007

v

Iona

Joric

Assen

3

2007

m

Fonseca

Hamman

Rotterdam

2

2008

v

Harma

Binnenband

Groningen

2

2008

m

Toby

Piramidespel

Rotterdam

3

2010

m

Rocco

Raket

Groningen

1

2008

v

Dieuwke

Uvertouw

Assen

2

2010

m

Robert

Uvertouw

Assen

1

2009

v

Rianne

Wijk van

Groningen

3

2006

v

Wanda

Touwslager

Rotterdam

3

2009

m

Jan

Petfles

Groningen

1

 

Het valt op dat de namenlijst niet op alfabet staat. Open het bestand DATABASE en volg de aanwijzingen:

1. Klik op de kolom achternaam (kolom D, op de letter klikken), zodat die kolom actief wordt. Klik op de knop Alfabetiseren en Filteren en kies AZ van laag naar hoog. Klik bij de melding Selectie uitbreiden JA en daarna OK.

Nu staan de namen op alfabet

2. We gaan nu een tabel maken, om snel gegevens te kunnen filteren. Ik wil bijvoorbeeld alleen de leden zien die in Groningen wonen.

Ga op een willekeurige cel staan in de tabel.

Klik op Invoegen en daarna op tabel. Excel geeft  nu het bereik (automatisch aan). Klik op OK.

Je ziet nu een tabel voor je met filtermogelijkheden. Klik op het neerwaarts gerichte pijltje naast woonplaats. Vink alle plaatsnamen uit, behalve Groningen. Dit is het resultaat.

Startjaar

Geslacht

Voornaam

Achternaam

Woonplaats

Groep

2010

m

Kees

Wouterse

Groningen

1

2005

m

Karel

Neushoorn

Groningen

3

2010

v

Tanja

Suikerpot

Groningen

3

2008

v

Harma

Binnenband

Groningen

2

2010

m

Rocco

Raket

Groningen

1

2009

v

Rianne

Wijk van

Groningen

3

2009

m

Jan

Petfles

Groningen

1

 

Opdracht:

Doe nu hetzelfde voor de selectie van geslacht en beantwoord de vraag: hoeveel vrouwen telt de vereniging?

(je antwoord moet zijn 10)

Beantwoord ook de volgende vragen:

1. Hoeveel leden zijn er in 2010 lid geworden?

2. Wie zitten er allemaal in groep 1? Laat een screenshot met je antwoord zien aan de docent!

3. Hoeveel leden zijn geboren in 1980? Idem

 

Opdracht:

Maak in excel een tabel van 20 van je Facebookvrienden met de volgende kolommen.

Maak hier vervolgens een tabel van met filtermogelijkheden.

Maak vervolgens een selectie op:
- aantal vrienden (van hoog naar laag)
- achternaam (van A- Z)

Voornaam          Achternaam      Woonplaats       Geboortejaar    Geslacht              Aantal vrienden

 

 

 

Opdracht 2 Buurtbieb

Project BuurtBieb

Je bent vrijwilliger bij de Buurtbieb, een kleinschalige organisatie voor mensen in de buurt Kimmenadert, die als doel heeft de bewoners van de buurt gratis in staat te stellen boeken te lezen. Voor dit doel hebben ze – als begin – een paar dozen vol met boeken cadeau gekregen van personen die gingen verhuizen en veel boeken weg hebben gedaan.

Je opdracht is om een digitaal bestand samen te stellen voor de buurtbewoners waarin ze gericht kunnen zoeken naar boeken die hun interesse hebben.

De boeken moeten in een minidatabase worden opgenomen en voorzien van metadata, zodat de bewoners gemakkelijk kunnen zoeken.

Hieronder staat een lange rij met boeken die allemaal in de database moeten worden ingevoerd, voorzien van de volgende metadata:

Achternaam auteur
Voornaam auteur
Nationaliteit auteur
Genre van het boek
Jaar van uitgifte van het boek
Uitgeverij
Titel van het boek
Taal waarin het boek is geschreven

In de boekendoos zitten alle boeken, maar niet de informatie die in de database er bij moet komen. Die moet je dus opzoeken op internet.

Les 12 Functies

De Functie ALS

Excel is heel goed in het snel vergelijken van grote hoeveelheden cijfers. Zo snel dat geen mens er met een rekenmachine tegen op kan. Het scheelt dus tijd door slim om te gaan met de FUNCTIES in Excel.

De Functie ALS vergelijkt steeds twee getallen met elkaar en geeft dan een soort van beoordeling of conclusie. Bijvoorbeeld of in een bepaalde periode het budget van een project is overschreden of niet. Zie voor een voorbeeld het bestand hieronder.

Bekijk voor je aan de opdracht begint ook eerst de videotutorial van Microsoft!

Om met dit soort functies te kunne werken moet je eerst even iets weten over wat ze bij Excel een "logische test" noemen.

In gewoon Nederlands: is iets wel of niet waar.

Bijvoorbeeld: heeft een verkoper genoeg omzet gemaakt om in aanmerking te komen voor een bonus. Stel dat de norm voor een bonus een omzet van € 100.000 is, dan wil Excel weten of dit wel of niet waar is.

Je hebt verschillende "operatoren" die je kunt gebruiken in logische testen. Die zijn:
>    groter dan
>= groter dan of gelijk aan
<    kleiner dan
<= kleiner of gelijk aan.
=    gelijk aan

In het voorbeeld van hierboven zou je dus de operator >= nodig hebben, want de omzet moet minimaal € 100.000 zijn om de verkoper een bonus te kunnen geven.

Je kunt de kunst afkijken in het bestand functieals hieronder.
Maar bekijk eerst de fllm met de uitleg hoe het moet of open de handleiding van Microsoft.

 

 

 

Microsoft tutorial Als Formule

Uitleg van de Als Formule Bron: Sander Kollerie via Youtube

 
 
De functies van Excel moeten heel nauwkeurig worden geschreven, anders werken ze niet. De tekens ; (puntkomma) en "(aanhalingstekens) moeten echt precies op de goede plek staan.

Voorbeeld

Je zag in het excel document als formule staan =ALS(B3>C3;"fouteboel";"prima")

Bouw van een ALS-Formule:    (Let op: als je een engelstalige Excel hebt, is het de IF-formula)

  • Zoals altijd begint de formule met een = (zonder = weet Excel echt niet wat hij moet doen)
  • Vervolgens typ je ALS om aan te geven dat je zometeen een voorwaarde gaat stellen die tot een conclusie moet leiden. In gewone mensen-taal: ALS de inhoud van Cel B3 groter is dan de inhoud van Cel C3, dan zijn de echte kosten hoger dan de voorspelde kosten (het budget), met als conclusie in bovenstaande formule: "foute boel". Na ALs komt ( (=haakje openen)
  • Daarna komt het zogenaamde argument: B3 > C3(> betekent groter dan en < betekent kleiner dan)
  • Let nu op de plaats van de puntkomma ; die komt na het argument.
  • De mogelijke conclusies komen tussen aanhalingstekens, gescheiden door weer een puntkomma.
  • Je sluit de formule af met een ) =haakje sluiten
 
 

OPDRACHT 1

Open onderstaand document. Je ziet voor twee jaren een overzicht van gemaakte kosten en voorspelde kosten. Je wilt snel weten in welke maanden het budget is overschreden, zodat je snel kunt zoeken naar oorzaken.

Je maakt dus voor deze getallenreeks een Als Formule. Als het budget is overschreden moet er de conclusie komen "VERLIES" en als de werkelijke kosten lager zijn dan de verwachte kosten moet er de conclusie komen "GELD OVER".

Zorg er verder voor dat de kolombreedte van de cellen waarin de conclusies komen een breedte heeft van 20.

 

 

 

 

OPDRACHT 2

 

 

Bekijk eerst de video hierboven om te kijken wat je gaat leren.

Met grote dank aan de Excel Academy en Adriaan Hoenderbos. Zie ook https://www.excel-academy.nl/nl/cursussen-excel als je via hen heel veel meer wilt leren over Excel. Van harte aanbevolen.


Je bent secretaris van een sportvereniging en je moet snel ophoesten wat alle leden moeten betalen aan contributie.


Er zijn twee soorten leden:
senior: iedereen die 18 jaar of ouder is. Deze leden betalen 250 euro contributie
junior: iedereen die jonger is dan 18 jaar. Deze leden betalen 150 euro contributie.
Dan zijn er nog leden die via de gemeente een korting krijgen van 50 euro.

Het is de bedoeling dat je met behulp van het toepassen van de ALS functie heel snel een excelwerkblad van een ledenlijst kunt invullen.


Open het oefendocument en vul het oefendocument in met de AlS functies die je nodig hebt.

Het eindresultaat ziet er uit zoals op de afbeelding hieronder

ALS en een andere functie

Je kunt de functie ALS prima combineren met extra voorwaarden, zoals bijvoorbeeld een gemiddelde. Een goed voorbeeld hiervan is een hele serie toetscijfers van een klas met studenten. In onderstaand exceldocument zie je een voorbeeld van een klas met studenten en al hun toetscijfers mooi naast elkaar. Een student is geslaagd als het gemiddelde cijfer hoger is dan een vijf en een half (55).

Je ziet dat in de formule terug. =ALS(GEMIDDELDE(B2:D2)>55;"geslaagd";"gezakt")

 

OPDRACHT

Bestudeer eerst het voorbeeld op blad 1 van het document hieronder.

Ga daarna naar blad 2. Daar zie je een overzicht van een klas met al hun toetscijfers.

Maak de juiste formule, zodat de mentor direct kan zien we er geslaagd dan wel gezakt is.

Lever dit document in in de inlevermap in de ELO en zet er even bij wie er gezakt zijn.

De functies ALS en EN samen

Bron: Sander Kollerie Cursus Excel Geavanceerde functies en formules Deel 3: ALS en gerelateerde functies in Excel

 

Zullen we het een beetje moeilijker maken?

In het voorbeeld van zojuist zagen we dat om te slagen de student een gemiddeld cijfer van 55 of hoger moest halen. Dat is in de werkelijkheid niet erg realistisch. Veel opleidingen hanteren een extra voorwaarde. Bijvoorbeeld dat geen enkel cijfer lager dan 35 mag zijn.

Ook hier kan Excel ons prima helpen om snel vanuit een grote cijferbrij te bepalen wie er geslaagd of gezakt is.

We gaan aan de slag met het document dat we hiervoor ook al hebben gebruikt, het overzicht van de toetscijfers.

Volg onderstaand stappenplan om de twee voorwaarden slim met elkaar te koppelen.

1. Je ziet de cijfers van de toetsen 1 tot en met 8 in de kolommen C tot en met J, met het eerste cijfer in C2.

Wat je als eerste doet is het gemiddelde bereken per student. Dus zet je in kolom K, in cel K2 de formule (=gemiddelde C2:J2)
Als je dit hebt gedaan kun je die formule weer naar beneden slepen, zodat je nu voor elke student het gemiddelde cijfer ziet. Je mag afronden op 1 decimaal. (1 cijfer achter de komma).

2. De tweede voorwaarde om te slagen is dat alle cijfers hoger of gelijk aan 35 moeten zijn.

3. In kolom L, te beginnen met cel L2 zet je nu de formule =MIN(c2:J2). Ook die formule sleep je naar beneden, zodat je voor elke student zie wat zijn of haar laagste cijfer is.

4. Nu komt het moelijke werk, want nu moet je een formule hebben die alle twee voorwaarden combineert.

Die formule luidt =ALS(EN(K2>55;L2>=35);"geslaagd";"gezakt")

Als je deze formule in gewone mensentaal zou uitspreken, dan staat er: Als zowel het gemiddelde hoger is dan 55 als ook het laagste cijfer hoger of gelijk is aan 35, dan is de student geslaagd. Als aan één van beide voorwaarden niet wordt voldaan is de student gezakt.

Opdracht met voorwaarden ALS en EN

Je bent leidinggevende van een verkoopafdeling en jij staat voor de vraag welke verkoper aan het eind van het jaar een kerstbonus krijgt en wie niet.

In onderstaand exceldocument vind je een overzicht van de omzet per verkoper per kwartaal en een overzicht van het aantal ziektedagen per kwartaal.

Je besluit dat er twee criteria zijn om iemand een bonus toe te kennen, namelijk:
1) de gemiddelde omzet per kwartaal moet € 5000 of hoger zijn (dus >= 5000)
2) het aantal ziektedagen per kwartaal mag niet hoger zijn dan 2 (=<2).

Welke verkopers krijgen wel een bonus en welke niet? Motiveer je antwoord door toepassing van en ALS en EN formule.

Je levert je excel bestand in in de ELO, in de daarvoor aangewezen inlevermap.

Functie Afronden

Veel berekeningen in Excel leveren getallen op met veel decimalen. In het dagelijks leven gebruiken we meestal getallen met 2 decimalen (dus 2 cijfers achter de komma). Bijvoorbeeld in de supermarkt zie je altijd prijzen zoals € 5,45.

Om al die getallen met heel veel decimalen terug te brengen tot afgeronde getallen kun je  de functie Afronden gebruiken. De algemene notatie van deze functie is =Afronden(A2;2).
Wat er dan in de functie staat is: Ga het getal dat in cel A2 staat afronden op 2 decimalen.
Bijvoorbeeld het getal 5,446309 wordt zo afgerond op 5,45, omdat we gewend zijn om bij 5 of hoger naar boven af te ronden (in dit geval dus de 3e decimaal, die is 6 en dus wordt 5,446309 afgerond naar 5,45). Had er gestaan 5,4445 dan was er afgerond naar beneden naar 5,44.

Zie ook de afbeelding hieronder.

 

Opdracht

Bestudeer eerst de afbeelding hierboven.
In de supermarkt zijn de prijzen gestegen omdat de BTW van 6 naar 9 procent is gegaan.

Open het oefenbestand Afronden en zorg er voor met de juiste formules dat bovenstaand resultaat ontstaat in je oefendocument. Volg onderstaande stappen en opdrachten.
1. De BTW wordt berekend met een Absolute celverwijzing. De formule waarmee de BTW wordt berekend moet dus overal verwijzen naar cel G1.

2. Bereken daarna de winkelprijs zonder dat er is afgerond.

3. Bereken tenslotte de afgeronde winkelprijs met de juiste formule.

Controleer tenslotte in het document OplossingAfgerond of je alles goed hebt gedaan.

 

Varaties op de formule Afronden

We zagen zojuist dat met de functie =Afronden(A2;2) er in de cel A2 een afronding plaats vindt op twee decimalen (twee cijfers achter de kommen). Met de functie =Afronden(A2;1) wordt er op 1 decimaal afgerond.

Er zijn nog wat mogelijkheden:

=Afronden(A2;0) geeft een afronding op het dichtstbijzijnde hele getal. Bijvoorbeeld 2,6 wordt afgerond naar 3.

=Afronden.naar.boven(A2;1) geeft altijd een afronding naar boven. 2,33 wordt dan 3 via de formule =afronden.naar.boven(a2,0). De formule =afronden.naar.boven(A2;1) geeft voor 2,33 in A2 als uitkomst 2,4.

Op zelfde manier werkt ook de formule =Afronden.naar.beneden

 

Functie SOM.ALS

De functie SOM.ALS wordt gebruikt bij overzichten waarbij verschillende onderdelen door elkaar staan vermeld en je toch snel een subtotaal per categorie wilt. Bijvoorbeeld een overzicht zoals op de afbeelding hiernaast.

Het berekenen van de totale omzet is zeer eenvoudig, hiervoor kun je de somformule gebruiken.
Deze luidt: =SOM(c2:c12).

Maar je hebt de functie SOM.ALS nodig om snel te kunnen berekenen wat de omzet is per automerk.
Je wilt weten hoeveel er van elk merk is verkocht.

Voor Toyota luidt deze formule  =SOM.ALS(A2:A12;"Toyota";C2:C12)

- In A2:A12 geef je het bereik aan waarbinnen aan een bepaalde voorwaarde moet worden voldaan. Die voorwaarde is steeds een automerk.

- Je zet de voorwaarde tussen aanhalingstekens. Dus: "Toyota"

- C2:C12 geeft aan waar de getallen staan die moeten worden opgeteld.

- Wat de formule nu doet is alle cijfers die aan de voorwaarde "Toyota" voldoen optellen.

 

Opdracht

Voor deze opdracht heb je het oefenbestand Autoverkopen nodig. Je vindt het hieronder.

Je ziet in het bestand de formule voor Toyota al ingevul.
Maak zelf de formules voor Volkswagen, Ford en Citroen.

 

 

 

 

 

Functie AANTAL.ALS

 

De functie AANTAL.ALS

De functie AANTAL.ALS is heel erg handig als je grote overzichten hebt waarvan je wilt weten hoeveel cellen voldoen aan een bepaald criterium. Als voorbeeld geef ik een overzicht van sporters tijdens een bepaald sport-evenement. In het bestand Voorbeeld aantalals (zie hieronder) staat de volgende informatie:
- in de cellen A2 tot en met A31 de namen van 30 sporters (Sporter 1 tot en met Sporter 30).
- in de cellen B2 tot en met B31 de landen die deze sporters vertegenwoordigen.

De vraag is nu hoeveel sporters uit elk land komen. Je kunt natuurlijk gaan turven, maar dat is erg tijdrovend. Excel biedt weer eens goed hulp, deze keer met behulp van de functie aantal.als.

Hieronder staat een voorbeeld hoe je die functie maakt.

 


Je begint dus met de functieopdracht =aantal.als

Dan haakje openen en het bereik aangeven waar excel moet kijken. Aangezien de landen waar de sporters vandaan komen in de cellen b2 tot en met b31 staan krijg je dus =aantal.als(b2:b31
Nu komt de voorwaarde. Je moet achter het bereik eerst een puntkomma zetten, om aan te geven dat er een voorwaarde komt.
Die voorwaarde zet je tussen aanhalingstekens. In dit geval "China"
Je besluit de formule met een haakje sluiten.
Je moet voor elk land deze formule opnieuw maken, je kunt deze niet naar beneden slepen.

Opdracht 1
Open het bestand Voorbeeld aantal.als.
Voor Nederland is de formule al ingevuld. Voor China zie je hierboven nog eens het voorbeeld.
Maak nu zelf de formules voor Duitsland, USA en Spanje en vul het overzicht rechts aan.
Maak tenslotte een controle door de somformule in te vullen in cel E9.

 

Opdracht 2
Een school voor beroepsonderwijs in het noorden van het land besluit om het keuzedeel Digitale Vaardigheden Gevorderd aan te bieden aan alle studenten van alle scholen. Dit levert een groep van 109 studenten op. Ze zijn afkomstig uit 7 verschillende scholen. De scholen worden aangeduid met een afkorting, bijvoorbeeld EUR, AUL enzovoort. In het bestand Opdracht aantal.als zie je het complete overzicht van alle studenten en alle scholen waar ze vandaan komen.
1) Zet in de cellen F4 tot en met F10 de aantallen studenten die van de betreffende school komen met behulp van de aantal.als formule.
2) Zet in cel F12 het totaal aantal studenten, met behulp van de somformule.
3) Maak van deze verdeling en cirkelgrafiek waarin de namen van de scholen en de aantallen studenten voorkomen.

Lever je oplossing in in een inlevermap van je docent.
 

Verwijzingen naar een ander tabblad

Een veel gebruikte functie in Excel is om op een aantal tabbladen dagelijkse getalsmatige informatie bij te houden waarbij de totaalcijfers op een andere pagina zichtbaar worden. Hiervoor heb je een verwijzingn naar een ander tabblad nodig.

Een voorbeeld:

Hieronder staat een bestand met de naam VerantwoordingSBUstudentvoorbeeld. Open dit bestand om dit te bestuderen.

Je ziet dat er op de tabbladen 2, 3 en 4 invulstaten zijn gemaakt waarin gewerkte uren kunnen worden ingevuld. En dat op tabblad 1 een overzicht staat waarin automatisch de totalen worden opgeteld van de uren die op de tabblade 2, 3 en 4 zijn ingevuld. Probeer het maar eens.

 

Opdracht

Onder aan deze bladzijde kun je een bestand vinden met de naam Omzet winkelketen LAMA. Open dit bestand.
Winkelketen Lama heeft filialen in Groningen, Leeuwarden, Assen, Zwolle en Arnhem. De directeur wil dat jij een mooi overzicht maakt waarin op de tabbladen 2 tot en met 6 de namen van de plaatsen staan en de overzichten per maand van de omzet. Maar directeuren hebben weinig tijd en deze directeur wil op tabblad 1 een overzicht hebben van het jaartotaal per plaats.

 

- Vul eerst overal getallen in, zodat het wat echter lijkt. Neem overal getallen tussen de 500 en de 2000, je mag zelf weten hoeveel omzet in de winkels per maand wordt gemaakt.

- Zorg dat je bij Totaal steeds de omzet van de maanden optelt; je gebruikt (uiteraard) de somformule. Doe dit voor elk filiaal.

- Zet nu in het overzicht op het eerste tabblad de juiste formule, zodat direct zichtbaaar wordt hoe groot de omzetten zijn per winkel.

Lever je uitwerking in in de inlevermap

De functie DAGEN

De functie DAGEN

Excel is heel goed in het bereken van het aantal dagen dat tussen twee data ligt.

Stel bijvoorbeeld dat iemand wil uitrekenen hoeveen dagen hij of zij nog moet (of mag) werken tot de pensioendatum. Dat is in Excel een peulenschil.

De algemene functie is: =Dagen(eindatum;begindatum).

Stel dat bijvoorbeeld de pensioendatum van iemand 1 december 2022 is. En de datum waarop deze persoon de functie maakt is 23 januari 2019.

In cel B2 staat de einddatum, in dit geval de pensioendatum.

In cel B3 staat de datum waarop deze persoon de berekening maakt.

In cel B4 staat het verschil berekend met de formule =Dagen(B2;B3)

 

De functie DAGEN gecombineerd met de functie VANDAAG.

In bovenstaand voorbeeld zou je iedere dag de "huidige datum" moeten aanpassen, om op elk willekeurig moment te kunnen zien wat het verschil is in dagen.

Dat kan slimmer. Hiervoor moet je in cel B3 niet de datum van vandaag letterlijk invoeren, maar gebruik maken van de functie =Vandaag(). Let op, die haakjes (open/sluiten) staan er niet voor niks. Anders werkt de formule niet.

De functie die je nu in cel B3 invult is =Vandaag()

De functie in cel B4 blijft hetzelfde.

 

OPDRACHT 1

Open het oefenbestand Dagen.

Bereken voor iedere medewerker het nog te werken aantal dagen. Maak hierbij gebruik van de functie Vandaag om het aantal dagen steeds actueel te houden. Uiteraard maak je ook gebruik van de autoaanvul mogelijkheid voor de functies.

OPDRACHT 2

Bereken voor jezelf hoeveel dagen het nog duurt voor je jarig bent.

Tekst naar kolommen

Tekst naar kolommen - handleiding

Een Excelbestand met komma-gescheiden informatie in een cel overzetten naar informatie in twee cellen.
Wat je wilt is tekst overzetten naar kolommen.

Je kent dat wel, je krijgt een Excel bestand met namen en voornamen in 1 kolom, gescheiden door een komma. Dat ziet er dan zo uit. Je kunt daar bijna niks mee. Het is veel handiger om elk deel van de informatie (in dit geval achternaam en voornaam) in aparte kolommen te hebben staan.

Uiteraard gaan we niet alles opnieuw invoeren, excel heeft een truc.

Je krijgt onderstaand werkblad, met alleen in kolom A informatie, namelijk Achternaam, Voornaam

 

Je wilt dat de achternamen in kolom A komen te staan en de voornamen in kolom B.

Dit doe je als volgt:

  1. Selecteer de kolom waarin de informatie staat, in dit geval kolom A.
  2. Ga naar het tabblad Gegevens.
  3. Ga naar het onderdeel “Tekst naar kolommen”.
  4. Kies daar “Bestandstype – Gescheiden
  5. Klik Volgende, je ziet onderstaande scherm
  6. Zet een vinkje bij Komma
  7. Volgende
  8. Voltooien, je krijgt dit resultaat. Dit kun je verder bewerken in Excel.

 

Opdracht

1. Open het oefenbestand Tekst naar Kolommen. Zorg er met behulp van de handleiding hierboven voor dat de informatie uit kolom A wordt verdeeld over de kolommen A en B, met in kolom A de achternamen en in kolom B de voornamen.

2. Sorteer de namenlijst op alfabet, met de achternamen van A naar Z.

3. Laat het eindresultaat zien aan de docent.

Groeperen in Excel

Als je een Excel bestand hebt met meerdere werkbladen, wil je als het even kan de opmaak van al die werkbladen in een keer doen. En niet alles per werkblad. Daar is een handige truc voor.

Bekijk eerst de uitlegfilm.

Maak daarna deze opdracht.

  1. Open het oefenbestand dat je hieronder aantreft.
  2. Maak op alle tabbladen - met behulp van groeperen - de opmaak van de cel waar Filiaal staat 14 punten groot en bovendien rood en dik gedrukt
  3. Voeg in een keer, dus weer met behulp van groeperen - de artikelgroep Frisdrank in.
  4. Maak in een keer een formule aan waar de totaalzet van het filiaal komt te staan.
  5. Maak als bewijs dat je het echt zelf kunt en ook echt zelf gedaan hebt een screencastfilm van deze opdracht en lever deze in in de inlevermap Groeperen in Excel

Groeperen, kijk hoe het moet

Les 13 Formulieren

Met excel kun je prachtig formulieren maken.

Bekijk de drie films hieronder en je weet hoe het moet.

Formulieren uitlegvideo 1

Formulieren uitlegvideo 2

Formulieren uitlegvideo 3

Oefenbestanden

Eindopdracht

maak de eindopdracht