Europese landen vergelijken

A Inleiding

Landentester
Deze opdracht gaat over Europa. Weet je eigenlijk wel waar de landen liggen?

Bekijk onderstaande video waarin je ziet wat voor opdracht dit is, wat je moet doen en wat je ermee leert.

Opdracht en leerdoelen

In groepjes van drie personen vergelijk je drie Europese landen met elkaar op algemene kenmerken, landschap, bevolking, bestuur, economie, welzijn/geluk en cultuur/cultuurverschillen. Deze vergelijking doe je op basis van data uit verschillende bronnen en werk je uit tot een fraaie presentatie met infographics.

Leerdoel aardrijkskunde

Het doel van aardrijkskunde bij deze opdracht is je bewustmaken van Europa en dat je de onderlinge (aardrijkskundige) overeenkomsten en verschillen tussen de landen in kaart kunt brengen. Je doet dit aan de hand van verschillende thema's.

Leerdoel informatiekunde

Het doel van informatiekunde bij deze opdracht is je verschillende creatieve manieren aan te leren om informatie te presenteren aan de lezer/kijker. Je moet verschillende presentatievormen zelf kunnen maken op basis van tekstbronnen. Daarnaast moet je bij de informatie de juiste presentatievorm leren kiezen, afhankelijk van je boodschap en doelgroep.

Vaardigheden

Naast de vak-eigen doelen raakt deze opdracht een aantal vaardigheden die niet-vakgebonden zijn: samenwerken, een schriftelijk verslag maken, een presentatie maken en deze presenteren voor de klas.

 

Dit ga je doen

Groepjes vormen en landen kiezen

De groepjes worden dit keer gevormd door de docent, op basis van je prestaties bij aardrijkskunde en informatiekunde tot nu toe. De landen trekken jullie uit drie poules: Noord-/West-Europa, Zuid-/Midden-Europa en Oost-Europa.

Bepalen wat je wilt vergelijken

De drie landen ga je met elkaar vergelijken op verschillende onderwerpen. Deze onderwerpen zijn bijvoorbeeld aantal inwoners, klimaat, vlag, staatsvorm of werkloosheid. Je moet minstens 15 van deze onderwerpen hebben, tot maximaal 25 onderwerpen. Eén zo'n onderwerp noem je een vergelijking.

Per vergelijking bronnen zoeken en vastleggen

Per vergelijking zoek je de benodigde informatie. Leg dit vast in een tekstdocument en zet er ook telkens de bron bij waar de informatie vandaan komt.

Per vergelijking presentatievorm kiezen en maken

Je kiest per vergelijking een manier om die aan je publiek te presenteren. Er zijn veel verschillende manieren om dat te doen: afwisseling is belangrijk. Je werkt vervolgens de presentatievorm van elke vergelijking uit.

Presentatie maken

 

Planning en beoordeling

Datum Wat doen

 

Beoordeling informatiekunde

De opdracht telt mee als 'grote' opdracht met weging 3. De opdracht wordt beoordeeld door middel van een rubric. Gebruik deze rubric om met elkaar te controleren of je niks vergeten bent.

 

Groeps- en landindelingen

Registreer je groepje
Registreer je groepje en geef aan welke landen gekozen zijn.

Het eerste land

1H1

Namen Landen

1H2

Namen Landen

1H3

Namen

Landen

 

B De landen

Opdracht 1 Nadat jullie je landenkeuze weten, maak je een document in Word. Zet je namen en landen erin en zorg dat je alledrie bij dit bestand kunt (delen via Onedrive).

 

Noord + west Zuid + midden Oost
IJsland Portugal Polen
Noorwegen Spanje Tsjechië
Zweden Italië Slowakije
Finland Griekenland Hongarije
Denemarken Malta Oekraïne
Estland Cyprus Wit-Rusland
Letland Slovenië Bosnië
Litouwen Turkije Servië
Nederland Portugal Montenegro
België Slovenië Albanië
Ierland Kroatië Macedonië
Oostenrijk Frankrijk Bulgarije
Verenigd Koninkrijk Luxemburg Roemenië
Duitsland Zwitserland Moldavië

 

C Vergelijkingen

Vergelijkingen kiezen

Opdracht 2 Zet in jullie Word-document de zeven thema's onder elkaar en vervolgens per thema de vergelijkingen die jullie in je werkstuk willen opnemen. Houd goed rekening met wat hieronder staat!

 

Je kunt landen op heel veel manieren met elkaar vergelijken. Om te zorgen dat je voldoende echt verschillende vergelijkingen hebt, hebben we een verdeling gemaakt in zeven thema's.

Bij het kiezen van de vergelijkingen die je in je werkstuk zet, houd je rekening met het volgende:

  • Je werkstuk bevat minstens 15 en maximaal 25 vergelijkingen. Sommige vergelijkingen zijn heel klein en simpel, ander zijn moeilijker.
  • De blauwe vergelijkingen hieronder zijn verplicht, die heb je dus hoe dan ook.
  • Jullie kiezen zelf welke vergelijkingen je verder wilt opnemen in je werkstuk, maar zorg voor een goede verdeling over de zeven thema's. Elk thema moet aan bod komen!
  • Laat in je presentatie goed zien bij welk thema je vergelijking hoort.

Algemene kenmerken

Voorbeelden: hoofdstad, oppervlakte, munteenheid, lidmaatschappen (EU, Euro, Schengen, Navo), vlag

Landschap

Voorbeelden: reliëf, vegetatie, klimaat

Bevolking

Voorbeelden: aantal inwoners, bevolkingsdichtheid, bevolkingsspreiding, bevolkingsgroei, bevolkingspiramide 

Bestuur

Voorbeelden: staatshoofd, staatsvorm, politieke partijen, internationale samenwerking

Economie

Voorbeelden: beroepsbevolking, BNP per inwoner, werkloosheid, sectoren

Welzijn en geluk

Hier hebben we geen voorbeelden van opgenomen. Denk met elkaar na hoe je dit zou kunnen 'meten' en overleg met je docent.

Cultuur en cultuurverschillen

Hier hebben we geen voorbeelden van opgenomen. Denk met elkaar na hoe je dit zou kunnen 'meten' en overleg met je docent.

 

 

Informatie vinden

Je gaat informatie zoeken over elke vergelijking, per land. Als je bijvoorbeeld het aantal inwoners doet, dan moet je weten hoeveel inwoners elk land heeft voordat je dit met elkaar kunt vergelijken.

Opdracht 3 Verzamel de juiste informatie voor elke vergelijking en zorg dat die compleet is voor ieder land.
Zet dit netjes per vergelijking in je document en zet er ook goed bij waar je de informatie gevonden hebt.

Tip: verdeel de vergelijkingen onder elkaar! 

 

Hieronder zie je een fragment van hoe je document er uit zou kunnen zien.

Handige bronnen

Google public data

Misschien in het begin even lastig, maar als je het even goed uitzoekt, biedt Google Data een schat aan informatie. Tip: schakel over naar Engels (taalknopje rechtsboven). Kies wat je wilt vergelijken, vink de juiste landen aan en alle informatie verschijnt.

Google Public Data

US Census - bevolkingsgegevens wereldwijd

Op deze site vind je bevolkingsgegevens voor alle landen in de wereld. Heb je nodig om bevolkingspiramides te maken.

US Census - bevolkingsgegevens

Weatherbase - klimaatgegevens

Weatherbase heeft klimaatgegevens van meer dan 40.000 steden. Zoek de hoofdstad van je land op (in het Engels) en gebruik deze site om een klimaatgrafiek te maken.

Weatherbase - klimaatgegevens

CIA World Factbook

De CIA houdt van alle landen in de wereld heel veel gegevens bij. Nuttig voor je werkstuk!

CIA World Factbook

D Presentatievormen

Je kunt je vergelijkingen op veel verschillende manieren laten zien.

 

Tekst, tabellen en afbeeldingen

Een redelijk makkelijke manier om vergelijkingen te laten zien is natuurlijk door middel van tekst, tabellen en afbeeldingen. En soms is dat ook gewoon de meest geschikte manier.

Breng wel overzicht aan: zet de drie landen netjes naast elkaar, presenteer van elk land ongeveer dezelfde informatie en ook dezelfde hoeveelheid. En laat goed zien welke informatie bij welk land hoort!

 

Kaartjes

Je opdracht is niet compleet zonder dat je een aantal vergelijkingen door middel van landkaarten hebt laten zien. Denk met elkaar goed na bij welke vergelijkingen een kaart past.

Om je te helpen, kun je hieronder een PowerPoint-bestand downloaden met daarin kaartjes van alle landen. Bij deze kaartjes kun je, net als bij andere vormen in PowerPoint, andere kleuren, effecten en lijnen instellen.

Open bestand Kaartjes van alle Europese landen

Grafieken

In dit werkstuk kun je niet zonder grafieken. Je hebt sowieso klimaat- en bevolkingsgrafieken nodig (zie verderop), maar daarnaast kun je ook met andere grafieken werken. Laat daarbij zien wat je bij de fruitopdrachten geleerd hebt.

Vergeet niet wat uitleg toe te voegen bij je grafieken!

 

Klimaatgrafiek

Opdracht Maak voor alledrie de landen een klimaatgrafiek volgens onderstaand filmpje en verwerk deze in je presentatie.

Let op: zorg dat de schaalverdeling voor alledrie de klimaatgrafieken hetzelfde is. Dat betekent dat de laagste en hoogste waarden op de beide Y-assen voor alledrie de grafieken hetzelfde zijn.

 

Klimaatgrafiek maken (Excel 2013)

Klimaatgrafiek maken (aanvulling Excel 2011 voor Mac)

Bevolkingspiramide

Opdracht Maak voor alledrie de landen een bevolkingspiramide volgens onderstaand filmpje en verwerk deze in je presentatie.

Let op: zorg dat de schaalverdeling op de horizontale X-as in alledrie de grafieken hetzelfde is.

Bevolkingspiramide maken (Excel 2013)

Bevolkingspiramide maken (aanvulling Excel 2011 voor Mac)

Bevolkingsdichtheid

Opdracht Maak een beeldgrafiek voor alledrie de landen waarin je de bevolkingsdichtheid presenteert en verwerk dit in je presentatie.

Tip: verwerk enkele andere vergelijkingen ook tot beeldgrafiek.

Bevolkingsdichtheid maken (beeldgrafiek, Excel 2010, 2011, 2013)

Doorsnedes

E Presentatie maken

Houd bij het maken van een presentatie rekening met het volgende:

  • Zorg voor structuur. Zet niet alles kriskras door elkaar, maar deel je presentatie netjes in op thema.
  • Zorg voor overzicht. Maak de dia's rustig, werk met subtiele kleuren en gebruik de ruimte.
  • Zorg voor stijl. Maak je presentatie herkenbaar als die van jullie. Bedenk een originele manier om de informatie te presenteren en zorg dat die stijl in de hele presentatie herkenbaar is.

Hieronder zie je een voorbeelddia.