Je kunt landen op heel veel manieren met elkaar vergelijken. Om te zorgen dat je voldoende echt verschillende vergelijkingen hebt, hebben we een verdeling gemaakt in zeven thema's.
Bij het kiezen van de vergelijkingen die je in je werkstuk zet, houd je rekening met het volgende:
Algemene kenmerken Voorbeelden: hoofdstad, oppervlakte, munteenheid, lidmaatschappen (EU, Euro, Schengen, Navo), vlag |
Landschap Voorbeelden: reliƫf, vegetatie, klimaat |
Bevolking Voorbeelden: aantal inwoners, bevolkingsdichtheid, bevolkingsspreiding, bevolkingsgroei, bevolkingspiramide |
Bestuur Voorbeelden: staatshoofd, staatsvorm, politieke partijen, internationale samenwerking |
Economie Voorbeelden: beroepsbevolking, BNP per inwoner, werkloosheid, sectoren |
Welzijn en geluk Hier hebben we geen voorbeelden van opgenomen. Denk met elkaar na hoe je dit zou kunnen 'meten' en overleg met je docent. |
Cultuur en cultuurverschillen Hier hebben we geen voorbeelden van opgenomen. Denk met elkaar na hoe je dit zou kunnen 'meten' en overleg met je docent. |