Anatomie, fysiologie en pathologie

Anatomie, fysiologie en pathologie

Anatomie, fysiologie en pathologie

Inleiding

Doel van de leeractiviteit     

De deelnemer kan de normale bouw en functie van het dier beschrijven, alsook de meest voorkomende en belangrijkste afwijkingen/ pathologie.

Deze leeractiviteit is de basis voor de andere leeractiviteiten binnen het cluster “assisteren spreekuur en operatie”

 

Deze leeractiviteit behoort bij de proeve 590-8 (M6) Allround Dierenartsassistent paraveterinair en legt de basis voor de volgende werkprocessen:

1 Beheert receptie en apotheek

1.1 Ontvangt cliënten en beantwoordt telefoon

1.4 Geeft informatie over de behandeling en nazorg van de patiënt

2 Assisteert bij onderzoek, behandelingen en operatie

2.1 Bereidt onderzoek, behandelingen en operaties voor

2.3 Assisteert bij onderzoek, behandelingen en operaties

2.4 Rondt onderzoek, behandelingen en operaties af

4 Draagt zorg voor opgenomen dieren (en verleent eerste hulp)

4.1 Verzorgt opgenomen dieren in de praktijk

4.2 Controleert conditie van opgenomen dieren

4.6 Rapporteert aan dierenarts en cliënt

bronnen en toetsrooster

De bronnen, het toetsrooster en het microrooster van de lessen vind je op intranet

klik op Hardenberg  of op Zwolle

Woordenkennis

Als paraveterinair zal je veel vaktermen tegen komen. Zowel op patientenkaarten als bijsluiters wordt geregeld gebruik gemaakt van woorden als contra indicatie, conjunctivitis, uremie, ACE-remmers, etc.

Een eigenaar snapt hier vaak niets van. De paraveterinair is degene die vaak als eerste vragen van een eigenaar moet beantwoorden. Daarom is het belangrijk, dat je snapt wat er op een patientenkaart of bijsluiter staat.

Ook de lesstof bevat veel veterinaire termen. Wil je deze goed kunnen bestuderen, dan zal je moeten begrijpen wat er staat.

Woorden leren kun je leren, en dat gaat als volgt:

Aan de slag met woordjes.

  1. Lees de tekst in de studie documenten, haal de betekenis uit de tekst.

  2. Lukt dit niet: zoek het op in een medisch woordenboek

  3. Lukt dit niet: overleg met een klasgenoot

  4. Lukt dit ook niet: internet

  5. Lukt dit ook niet: vraag het de docent (schrijf op bord).

 

Het algemeen onderzoek

Opdracht:

Bekijk onderstaande video.

Vraag 1:

Welke moeilijke woorden snap je niet? Noteer er minmaal 3.

 

Opdracht: bekijk de video nogmaals.

Vraag 2: Wat neem je op bij het signalement?

Vraag 3: wat neem je op bij de algemene indruk?

Vraag 4: wat neem je op bij het algemeen onderzoek?

 

Opdracht: oefenen!

 

Opdracht: evaluatie:

1. Hoe goed ben jij praktisch? (het voelen van de pols, het beoordelen van de slijmvliezen, etc)

2. Hoe goed ben jij in het rapporteren? (weergeven van je bevindingen)

 

video algemeen onderzoek

slijmvliezen: mogelijke kleuren

Tijdens je algemeen onderzoek kun je constateren, dat de slijmvliezen één van de volgende kleuren hebben:

blauw, bleek-wit, bruin, geel, rood, roze, zwart,

 

Opdracht 1: benoem welke conclusie hoort bij  welke kleur:

a. normaal, duidt op een goede doorbloeding

b. ontsteking.

c. uitdroging. NB de slijmvliezen zijn nu ook plakkerig/ droog

d. te weinig bloed doorstroming (door een bloeding of door shock)

e. bepaalde vergiftigingen

f. leverprobleem of bloedafbraak. NB deze kleur kun je het beste beoordelen bij het oogwit.

g. pigment (= normaal)

h. afsterven slijmvlies (= necrose). Slijmvlies is nu niet vochtig, maar droog, perkamentachtig.

i. grauw: zeer slecht vooruitzicht.

 

Opdracht 2:

Zoek op internet plaatjes van slijmvliezen met bovenstaande kleuren. Controleer hiermee je antwoorden  van opdracht 1.

 

 

anamnese

Een dierenarts zal in de spreekkamer vaak beginnen met het afnemen van de anamnese. Dit is een vraaggesprek met de eigenaar. Doel is: zo veel mogelijk informatie verzamelen over het dier, zodat er zo snel mogelijk een gericht onderzoek, een diagnose en een behandeling ingesteld kan worden.

LET OP: in een anamnese vraag je dus niet naar zaken die al in het signalement zijn beschreven!! (zoals leeftijd).

Een definitie van een anamnese vind je bijvoorbeeld op deze site .

Opdracht:

Ontwerp in tweetallen een anamnese formulier. Verwerk daarin minimaal 8 vragen, die je in elke willekeurige situatie in een DAP kan gebruiken.

Werk je formulier uit op één A4.

Na 10 minuten wissel je je formulier uit met een ander duo.

Je geeft elkaar feedback op het gemaakte werk.

 

 

portfolio opdracht algemeen onderzoek

cellen, weefsels en ziekte algemeen

De bronnen (Hoofdstuk 1 en 2: Cellen en weefsels, en ziekte algemeen) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

Opdracht: Ga in drietallen bij elkaar zitten. (25 minuten): antwoorden opzoeken in studie document Hs 1. Presentatie aan klas voorbereiden.

Groep 1: lees blz 6-7. Vat samen hoe cellen met elkaar praten.

Groep 2: lees blz 8-10. Leg uit welke vormen van celdeling er zijn, en wat het gevolg is van deze celdelingen

Groep 3: lees blz 11-13. Leg uit welke steunweefsels er in het lichaam voorkomen. Wat zijn de verschillen?

Groep 4: lees blz 14-16. Leg uit welke typen spierweefsel er in het lichaam voorkomen. Wat zijn de verschillen tussen de drie typen?

Groep 5: lees blz 18-19. Op welke verschillende manieren kan een stofje van plek A op plek B komen? Leg uit.

In deze link vind je een mooie animatie over mitose

in deze link vind je een animatie over osmose

cel tot stelsel

Ziekte algemeen

Opdracht:

Maak 4 groepjes van 3-5 leerlingen. Ieder groepje neemt een pargraaf en verzint 3 BRILJANTE vragen (= vragen waarbij je weet dat de stof begrepen is).

 

Mail deze vragen door aan je docent

bonus stof: link naar extra biologie lessen: cellen en weefsels

bewegingsstelsel

bronnen

De bronnen (Hoofdstuk 3 en 4: anatomie, fysiologie en pathologie van het bewegingsstelsel)) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

Hieronder vind je een pdf bestand waarin het bewegingsstelsel goed uitgelegd wordt.

ppts met plaatjes

biceps en triceps

gewrichten

botbreuk

anatomische posities

Als je het over een dierenlijf hebt, is het handig om richting aan te kunnen geven. Daarover zijn internationale termen bedacht, zoals dorsaal, ventraal, etc.

Een overzicht van deze termen vind je op wikipedia

Samengevat:

De tom-tom in de diergeneeskunde

 

Tijdens je studie en je latere werk zul je geregeld met de volgende richting aanduidingen te maken krijgen:

 

Dorsaal =       aan de rugkant

Ventraal =      aan de buikkant

Craniaal =      aan de kant van de kop

Caudaal =      aan de kant van de staart

Lateraal =      aan de zijkant/ buitenkant van ledematen

Mediaal =       naar het midden/ aan de binnenkant van ledematen

Centraal =      in het midden

Perifeer =       aan de buitenkant

Proximaal =    dichtbij de romp

Distaal =        verder van de romp

Dexter =        rechts

Sinister =       links

 

 

 

 

oefeningen met botten

In de les oefenen we met de positie en de namen van de diverse botten.

Meer oefening is mogelijk m.b.v. deze pagina.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

artrose

opdracht:

Bestudeer deze linksdeze filmpje (100 sec dierenarts) en onderstaande ppt over artrose.

Maak een samenvatting, waarmee je in maximaal 5 minuten een eigenaar de belangrijkste informatie over artrose geeft.

Oefen je verhaal, door het aan een medestudent te vertellen.

Als afsluiting wordt aan één of 2 studenten gevraagd, het verhaal voor de klas te houden.

hoefbevangenheid

Hoefbevangenheid is een veel voorkomende ziekte bij paarden, die tot ernstige kreupelheid kan leiden. Dieren kunnen zo veel pijn hebben, dat er in het uiterste geval niets anders rest dan euthanasie.

Opdracht:

  1. Bekijk dit filmpje: 100 seconden dierenarts: hoefbevangenheid
  2. Maak 5 goed/ fout stellingen over hoefbevangenheid
  3. Mail deze stellingen naar de docent

OCD

OCD is een veel voorkomenden aandoening van gewrichten, zeker bij hond en paard.

Bekijk deze twee filmpjes, en bestudeer de tekst over OCD in Hoofdstuk 4 (pathologie bewegingsstelsel).

Opdracht:

Geef een goede definitie, IN JE EIGEN WOORDEN!, van OCD

video knie operatie paard

bonus stof: gescheurde kruisband (VKL= voorste kruisband laesie)

video VKL

bonus stof: anatomie paard

BBC natures giants

Huid

bronnen

De bronnen (Hoofdstuk 5 en 6: anatomie, fysiologie en pathologie van de huid)) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

 

 

casus: huidproblemen

Casus:

"Hallo mevrouw/ meneer. Mijn hondje heeft zo'n jeuk"

Een veel gehoorde klacht in de DAP.

Opdracht: Bereid deze casus voor:

  • Welke vragen stel jij aan de eigenaar?
  • Wat zijn mogelijke oorzaken?
  • Wat adviseer je de eigenaar?

Bedenk: je hebt aan de balie 5 minuten, om deze klant goed te helpen.

Bij de voorbereiding van je antwoord maak je gebruik van onderstaande video's, sites en ppt. Let op: in de ppts staat vee lwaardevolle informatie in de notes onder de dia's!!

 

 

Via deze pagina kun je oefenen met de opbouw van de huid.

huid problemen

dier met jeuk

teken

vlooien

schimmel

scheren kat met vervilte vacht

huid- en haarmonsters nemen bij dieren

Biopten en weefselmonsters fixeren en verzendklaar maken

de hot spot

Opdracht:

Bekijk onderstaand plaatje. Beschrijf in maximaal 5 woorden wat je ziet.

Controleer vervolgens je informatie met de onderstaande links.

hotspot
hotspot

informatie over de hot spot

informatie met plaatje

het abces

vechtende katten

vecht abcessen

behandeling abces kat

behandeling abces kat

een bijzondere vorm van abcessen: droes bij paarden

subcutane en intramusculaire injecties geven

Opdracht:

  1. Bekijk onderstaande video's.
  2. Maak voor jezelf een protocol: hoe moet je injecteren?
  3. Check je protocol bij de docent: wat ontbreekt nog?
  4. Oefenen!

geven van een subcutane injectie

geven van een intra musculaire injectie

Vragen en opdrachten na het practicum:

Intramusculair versus subcutaan

 

Als assistent zul je vooral intramusculaire en subcutane injecties geven. Intraveneus wordt meestal door de dierenarts gedaan.

1. Schrijf de betekenis op van:

 

Intramusculair =

 

Subcutaan =

 

Intraveneus =

 

Een intramusculaire injectie wordt meestal in de broekspieren gegeven (bij hond en kat). Bij katten wordt daarnaast ook vaak in de rugstrekkers geïnjecteerd.

De broekspieren liggen caudaal van het femur. De rugstrekkers liggen dorsaal van de vertebrae lumbales. (je spuit hierbij niet precies in het midden, maar iets naar lateraal.)

2. Teken schematisch een kat, en teken hierbij ook, waar je een intramusculaire injectie geeft.

 

 

3. Vragen:

  • Hoe trek je het dopje van de naald?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

  • Op welke plaats geef je een subcutane injectie?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

  • Omschrijf hoe het voelt als je de naald door de huid steekt.

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

  • Wat doe je als je bij het aantrekken in een bloedvat zit?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

  • Wat gebeurt er als je de vloeistof te snel injecteert?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

  • Noem 3 dingen die verkeerd kunnen gaan bij het injecteren

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

 

 

 

andere injecties

opdracht: Bekijk de onderstaande video's en links.

vragen:

  1. Wat betekenen de volgende termen:
    1. i.v.
    2. i.p.
    3. i.c.
    4. i.art.
    5. BOE

2. waar wordt vaak een intraveneuze injectie gegeven? (of bloed afgenomen?)

afnemen bloed vena jugularis kat

afnemen bloed vena cephalica hond

intraperitoneale injectie muis (ip)

intracardiaal: kijk naar plaatje nr 5

intra articulair: in het gewricht

BOE!

wondgenezing

Een wond kan op 2 manieren genezen: per priman of per secundam.

Door te hechten, streef je een wondgenezing per primam na.

Als je ervoor kiest om een wond niet te hechten, krijg je automatisch een wondgenezing per secundam.

Deze verloopt in de volgende stappen:

  1. uittreden wondvocht en bloedplaatjes, met als gevolg verkleving: binnen een paar seconden tot minuten
  2. vorming stolsel m.b.v. bloedplaatjes en eiwitten (fibrine): binnen een paar minuten. Gevolg: afdekkende korst
  3. Ingroei van bloedvaten en bindweefsel (fibro angioblasten weefsel): binnen een paar dagen tot een week. Gevolg: vergroeiing
  4. samentrekken/ remodelleren litteken: binnen enkele weken. Gevolg: veranderde vorm.

 

Bekijk de volgende video's ter verduidelijking.

bloedstolling

3D animatie wondgenezing

wondgenezing

snijwond

brandwond

werking melkklieren

hoe maakt een koe melk

portfolio opdracht huid

Hieronder vind je de portfolio opdracht over allergieen, een veel voorkomende huid aandoening.

Deze opdracht maak je en lever je digitaal in bij je docent.

Klas PV42D: inleveren bij mevrouw Joosten, uiterlijk 22 november 2016, 23.59 uur.

Ademhaling

De bronnen (Hoofdstuk 7 en 8: anatomie, fysiologie en pathologie van de ademhaling) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

filmpje fysiologie ademhaling

filmpje fysiologie gaswisseling

animatie anatomie van de longen

Bloed en afweer

De bronnen (Hoofdstuk 9 en 10: anatomie, fysiologie en pathologie van bloed en afweer) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

rode bloedcellen

bloed: artsen voor kinderen

samenstelling bloed

grote bloeding

afweer in beeld

Opdracht:

Hieronder vind je een powerpoints en links over pathologie bloed.

Jullie gaan in viertallen werken. Van een viertal neemt iedere leerling een van de volgende aandoeningen:

1) anaemie

2) stollings stoornissen

3) tumoren

4) afwijkingen immuunsysteem

Deze aandoening(en) ga je voorbereiden, want je gaat straks in je eigen woorden aan de andere drie van jouw groepje uitleg geven over jouw aandoening.

 

 

 

Anemie

Stollingsstoornissen

Maligne lymfoom

Leucemie

Auto immuunziekten

AID

bloed onderzoek en bloedbuizen

Hoe kom ik aan bloed?

Kijkopdracht: bekijk de volgende filmpjes.

Beantwoord de volgende vragen:

1.Waar kun je bloed afnemen bij hond/ kat?
2.Wat leg je klaar voor bloedafname?
 

hals

Voorpoot

bloed onderzoek glucose

bloed onderzoek op de praktijk

bloed onderzoek glucose

Haematocriet

instructie video

Circulatie (bloedsomloop)

De bronnen (Hoofdstuk 11 en 12: anatomie, fysiologie en pathologie van het circulatie apparaat) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

bouw en functie bloedsomloop

hart

bloedsomloop mens

animatie bloedsomloop

hart werking

filmpje met uitleg over het ECG

hart auscultatie

shock

Opdracht:

  1. Bestudeer onderstaande ppt en deze bronnen.
  2. vraag uitleg over zaken die je niet begrijpt (aan klas genoten en aan docent)
  3. Maak vervolgens een kahoot met minimaal 5 vragen.
    1. een vraag over: wat is shock?
    2. een vraag over mogelijke oorzaken
    3. een vraag over de symptomen
    4. een vraag over behandelmogelijkheden
    5. een vraag over infusen

 

portfolio opdracht bloed, circulatie en ademhaling

Deze opdracht is uiterlijk maandag 8 juni 2015 ingeleverd.

Digestie (spijsvertering)

De bronnen (Hoofdstuk 13 en 14: anatomie, fysiologie en pathologie van het spijsverterings apparaat) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

video spijsvertering

uitleg poortadersysteem

koliek

Opdracht:

Bestudeer onderstaande ppt.

Zoek vervolgens op internet het volgende op:

  • 3 youtube filmpjes van een paard met koliek
  • 2 sites van een dierenartsenpraktijk met goede uitleg over koliek.

Wissel uit met je voor- en achterburen.

koliek (100 sec dierenarts)

braken: spoed of niet?

video ECC

maagtorsie

Bestudeer het onderdeel maagtorsie uit onderstaand arrangement:

maken.wikiwijs.nl/30369

portfolio opdracht braken en diarree

Deadlines 2015-2016:

  • PV42DH: 4 april 2016: inleveren via n@tschool!

geslachtsapparaat

De bronnen (Hoofdstuk 15 en 16: anatomie, fysiologie en pathologie van het geslachtsapparaat) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

 

Praktijktoets genitaal apparaat

Zwolle PV43D:

De opdracht wordt uitgedeeld op dinsdag 30 oktober. De opdracht die jij uitvoert en de datum waarop je dat doet, vind je het onderstaande schema terug, evenals het beoordelingformulier. Alle documenten staan uiteraard ook op intranet:

 

Vrouwelijk geslachtsstelsel anatomie

Je hebt ongetwijfeld bij biologie al zaken geleerd over het vrouwelijk voortplantingsstelsel. Wat weet je hier nog van? Bepaalde zaken zullen in grote lijnen gelijk zijn voor mens en dier, maar toch zijn er ook verschillen; zowel voor de anatomie, fysiologie, als pathologie.

 

Opdracht

Geef m.b.v. de tekst van Hoofdstuk 15 uit de reader, antwoord op de volgende vragen. Kun je iets niet vinden in de reader, gebruik dan het internet om het antwoord te achterhalen:

Vraag 1

Beschrijf de bekkenholte.

 

Vraag 2

a Wat is de bursa ovarica?

b In welk opzicht verschillen ovarium en bursa ovarica bij de teef en bij de poes?

c Waar komen de urineweg en de geslachtsweg samen bij een vrouwelijk dier?

 

Vraag 3

a Teken het vrouwelijk geslachtsstelsel in een bovenaanzicht

b Teken het vrouwelijk geslachtsstelsel in een zijaanzicht

c Benoem op je tekeningen alle onderdelen waaruit het vrouwelijk geslachtsstelsel bestaat

d Is er een verschil tussen teef en poes in de anatomie van het vrouwelijk geslachtsstelsel?

Hormonen vrouwelijk dier

 

Bekijk alle onderstaande informatie over de hormonen, en de cyclus van de hond. Maak opdracht 1 en, wanneer je alle informatie doorgenomen hebt, opdracht 2.

 

 

 

De hormonen die van toepassing zijn op het geslachtsstelsel zijn FSH, LH, oestrogeen en progesteron. In de volgende video wordt uitgelegd hoe dit systeem werkt:

Geslachtshormonen (0:00 tot ongeveer 2:30 min)

Opdracht 1

 

Vul het onderstaande schema in:

 

 

 

De cyclus bij de teef:

Bekijk en vergelijk de onderstaande grafieken:

 

Afbeeldingsresultaat voor cyclus teef

 

 

Afbeeldingsresultaat voor hormonale cyclus teef grafiek

(a=ovulatie ged. 1 dag; b=eicelrijping ged. 1-3 dagen)

 

Gerelateerde afbeelding

Klik de onderstaande link aan en lees hoe de cyclus bij de teef verloopt:

De cyclus bij de teef

 

 

 

Opdracht 2

Geef m.b.v. de tekst van Hoofdstuk 15 uit de reader, antwoord op de volgende vragen. Kun je iets niet vinden in de reader, gebruik dan het internet om het antwoord te achterhalen:

 

Vraag 4

a Wat is de rol van FSH bij het vrouwelijk dier?

b Wat doet LH?

c Waarom kan schijnzwangerschap nuttig zijn in de natuur?

d Beschrijf de cyclus van de teef.

e Hoe lang is de poes meestal krols?

d Wanneer is de poes geslachtsrijp?

 

Vraag 5

a Vergelijk de hormonale cyclus (incl. moment van ovulatie en vruchtbaarheid) van mens, hond en kat. Noem de verschillen

b Als je naar de progesteronspiegel in het bloed kijkt vanaf het moment van ovuleren, wat valt je dan op bij de hond?

c Wat is het verschil tussen de loopsheid van de teef en de ongesteldheid van de vrouw?

d In welk opzicht verschilt de ovulatie van de poes met de ovulatie van de teef? En hoe zit dit met de ovulatie van een konijn?

e Op welke manieren wordt in de praktijk het juiste dektijdstip bepaald? Wat is de meest betrouwbare (en in de DAP dus de meest geadviseerde) manier?

f Gebruik onderstaande link om globaal uit te leggen hoe de progesterontest in zijn werk gaat.

          * Doel van de test

          * Op welke dag starten

          * Op welk(e) moment(en) dekken

          * Wat als de gemeten waarde nog niet hoog genoeg is om te dekken?

http://www.vetined.nl/news/7/show

Mannelijk geslachtsstelsel anatomie

Opdracht

Geef m.b.v. de tekst van Hoofdstuk 15 uit de reader, antwoord op de volgende vragen. Kun je iets niet vinden in de reader, gebruik dan het internet om het antwoord te achterhalen:

 

Vraag 6

a Waarom mag je het scrotum van een reu niet behandelen met desinfecterende middelen?

b Waar liggen de testikels bij een ongeboren vrucht?

c Wat doet de musculus cremaster?

d Waar liggen de bijballen?

e Wat is de urethra?

f Wat is de taak van de prostaat?

g Op welke twee plaatsen loopt blaasgruis vaak vast bij de reu?

h Hoe kan de penis zwellen?

 

Vraag 7

a Wanneer is een reu geslachtsrijp?

b Wanneer is een kater geslachtsrijp?

c Wanneer is een ram/rammelaar (konijn) geslachtsrijp?

Hormonen mannelijk dier

 

 

Schema hormonale regeling bij het mannelijk dier:

 

Opdracht

Geef m.b.v. de tekst van Hoofdstuk 15 uit de reader, antwoord op de volgende vragen. Kun je iets niet vinden in de reader, gebruik dan het internet om het antwoord te achterhalen:

 

Vraag 8

a Welk hormoon zorgt uiteindelijk voor de spermatogenese, en dus vruchtbaarheid, bij het mannelijk dier?

b Welk hormoon zorgt voor (evt. ongewenste) gedragsveranderingen bij het mannelijk dier?

c Noem enkele gedragingen die een hormonale oorzaak kunnen hebben en door eigenaren als ongewenst beschouwd kunnen worden?

d Wat kan nog meer van invloed zijn op de gedragingen die je bij c vermeld hebt?

Meiose (geslachtsdeling)

De meest cellen in ons lichaam delen zich (en zoniet, dan hebben ze zich in het verleden gedeeld en gespecialiseerd). Er zijn 2 manieren van celdeling mogelijk; ieder met een eigen functie. De meiose is de celdeling die plaatsvindt, bij vermenigvuldiging van geslachtscellen.

 

Opdracht

Geef m.b.v. de tekst van Hoofdstuk 15 uit de reader, antwoord op de volgende vragen. Kun je iets niet vinden in de reader, gebruik dan het internet om het antwoord te achterhalen:

 

Vraag 9

a Leg uit wat het verschil is tussen mitose en meiose

b Je hebt het antwoord op vraag a gegeven. Bekijk nu de linker en rechter figuur hieronder en bedenk zelf: in welke figuur zou het gaan om de mitose en in welke figuur gaat het om de meiose?

 

c Waarom is de geslachtsdeling nodig?

d Hoe kun je aan de kern van een lichaamscel zien of deze afkomstig is van een mannelijk of vrouwelijk dier?

e Wat is een verschil tussen een testikel en een ovarium voor wat betreft de vorming van de geslachtscellen?

Voortplanting - Dekking, dracht en partus

Opdracht

Geef m.b.v. de tekst van Hoofdstuk 15 uit de reader, antwoord op de volgende vragen. Kun je iets niet vinden in de reader, gebruik dan het internet om het antwoord te achterhalen:

 

Vraag 10

a Waarom kan schijnzwangerschap nuttig zijn in de natuur?

b Door welke twee structuren wordt de placenta gevormd?

c Wat is meconium?

d Wat wordt verstaan onder ontsluiting?

e Op welk moment laat je eigenaren van een bevallende teef of poes naar de praktijk komen?

f Waarom is de opname van colostrum (biest) van belang?

g Binnen hoeveel tijd na de geboorte moet een veulen of kalf colostrum hebben gedronken? Waarom mag het niet langer duren voor zij de eerste biest binnen krijgen?

h Verdiepingsvraag: Hoe komt het dat een veulens of kalveren grote kans hebben om te sterven als zij niet op tijd biest drinken, terwijl dit voor een pup of kitten minder extreme gevolgen heeft?

 

Opdracht

Beschrijf m.b.v. je reader, het onderstaande artikel (!) en evt. andere bronnen hoe het proces van fokken in zijn werk gaat voor de hond:
* Dekking (denk o.a. aan screening op (erfelijke) afwijkingen, bepalen moment van dekken, gaat teef naar reu of andersom, dekken zelf)
* Wat houdt K.I. in de praktijk in? Vertel hier iets over
* Dracht (lengte, verloop (ook: hoe+wanneer kan op dracht worden gecontroleerd?)
* Partus/geboorte (normale verloop incl. stadia, OOK: wanneer laat je klanten met een hond in partus naar de praktijk komen??)
 
 
 
Verdiepingsopdracht
Beschrijf ook hoe het proces van fokken in zijn werk gaat voor de kat. Doe dit bijvoorbeeld a.h.v. verschillen met de hond.

Voortplanting - Opdracht bij video’s keizersnede hond/ rund

Bekijk via de onderstaande links video's van keizersnedes. Je ziet zowel keizersnedes bij het rund, als bij de hond. Maak daarna de onderstaande opdracht.

 

Keizersnede rund 1

Keizersnede rund 2

Keizersnede hond 1

Keizersnede hond 2

Opdracht

Na het bekijken van deze video's beantwoord je de volgende vragen en opdrachten:

 

Vraag 11

Let op de volgende onderdelen (overeenkomsten/ verschillen) en noteer wat je opvalt:

  • Positioneren patiënt
  • Algehele of lokale verdoving
  • Voorbereiden operatieveld
  • Plaats wond
  • Gebruik chirurgisch instrumentarium
    • Bij het snijden
    • Bij het afbinden van de navelstreng
    • Bij het dichthechten
  • Kleur vruchtwater
  • Het op gang brengen van het kalf/ de pup

 

Vraag 12

  • Waarom is het zo belangrijk, dat het kalf meteen biest krijgt?
  • Hoe weet je zeker, dat er bij de hond geen pup in de baarmoeder achterblijft?
  • Heb je knelpunten t.a.v. de steriliteit gezien?

Je antwoorden noteer je op het bord (of je vult de uitwerkingen van je klasgenoten aan)

 

 

Bonusmateriaal:

sectio caesaria kat

sectio caesaria schaap

Het voorkomen van de voortplanting

Uiteraard zijn er ook klanten die geen nestje bij hun huisdier wensen. Dan is het zaak om voortplanting te voorkomen. Dit kan op verschillende manieren.

 

Opdracht

Bekijk de volgende links en beantwoord de vragen eronder.

Onvruchtbaar maken van het vrouwelijke dier:

Sterilisatie poes (via laparatomie)

OVX teef via laparascopie

OVHX teef

Onvruchtbaar maken van het mannelijke dier:

Castratie kater

Castratie reu

Vragen bij de video's

1. Leg uit waarom de term 'sterilisatie' in feite verkeerd is.

2. Wat gebeurt er bij een OVX? En bij een OVHX?

3. a. Je hebt verschillende operaties kunnen aanschouwen: een standaard OVX bij de poes via laparatomie (wat is dat??) zoals die ook bij een teef kan worden uitgevoerd, een OVX via laparascopie en een OVHX (in die geval van een hond met een flinke baarmoederonsteking, maar dat terzijde). Wat lijkt je de minst invasieve (dus minst belastende) operatie en waarom?

3.b. Zoek op: waarom wordt een OVX via laparascopie in de praktijk vooral bij teefjes uitgevoerd en vrijwel niet bij poezen?

4. Je hebt een castratie bij de kater gezien, die in de praktijk vaak wordt uitgevoerd door de paraveterinair. Zoek op en leg uit waarom dit wettelijk gezien in feite niet toegestaan is.

5. In de video over castratie bij de reu wordt meermaals gesproken over de 'vliezen' om de testikel. Wat is de latijnse benaming van dit vlies en wat is dit in feite?

6.a. Benoem de verschillen in de voorbereiding tussen castratie bij de kater en de reu

6.b. Als je naar de ingreep zelf kijkt (dus de operatie zelf) wat zijn dan de verschillen tussen de castratie van de kater en castratie van de reu? Gebruik zoveel mogelijk de anatomische termen die je geleerd hebt. Vergelijk dit ook eens met de onderstaande video bij de ram.

 

Bonusmateriaal:

Sterilisatie voedster

Castratie ram

 

 

Opdracht

* Zoals gezegd zijn sterilisatie en castratie manieren om de voortplanting te voorkomen. Maar er zijn ook nog alternatieven, bijvoorbeeld voor eigenaren die in de toekomst toch nog zouden willen fokken.

    - Welke manieren om voortplanting te voorkomen bood jouw stagebedrijf?

    - Vergelijk en bespreek met je buurman/-vrouw. Hadden ze daar andere middelen?

    - Welke alternatieven zijn er (nog meer) voor de poes? En voor de teef? En voor de reu? Benoem kort voor- en

      nadelen van de verschillende methodes (dus zowel operatief als alternatief).

 

* Teefjes en poezen worden dus gesteriliseerd om voortplanting te voorkomen. Behalve voor het voorkomen van nageslacht zijn er ook andere goede redenen om sterilisatie te adviseren, als mensen geen nestje wensen. Wat zijn nog meer redenen om te steriliseren? Leg ook uit.

 

* Stel dat een eigenaar geen nestje wil, maar de teef is nu ongewenst gedekt. Hij belt jou voor advies. Welk advies geef je?

Pathologie

Er zijn behoorlijk wat pathologieen die voorkomen aan het genitaalapparaat. Dit geldt zowel voor de reu, als voor de teef. Een aantal processen hebben we al besproken. Met de onderstaande werkvorm gaan jullie aan de slag met een aantal belangrijke pathologieen die nog niet aan de orde zijn geweest. De docent begeleidt deze werkvorm.

Voortplanting - Opdracht groei pups

Hieronder vind je een artikel over de groei van Labrador Retriever pups en een document met vragen bij het artikel. Open en lees het artikel en maak de vragen.

nieren en urinewegen

anatomie, fysiologie en pathologie

De bronnen (Hoofdstuk 17 en 18: anatomie, fysiologie en pathologie van de nieren en de urinewegen) kun je vinden op intranet-mijn opleidingen- paraveterinair spin in het web- lesstof Zwolle (Zwolse studenten)/ lesstof Hardenberg (Hardenbergse studenten)

Bronnen

video school tv over de nieren

video nieren en filtratie

video werking van een nefron

veel voorkomende pathologie

Er is een wezenlijk verschil tussen acuut en chronisch nierfalen. De onderstaande video gaat over leptospirose (de ziekte van Weil). Dit is een oorzaak van acute nierinsufficientie.

Onder de video vindt je een opdracht over chronisch nierfalen. Via de bovenste link kun je echter ook naar de site over acuut nierfalen van DK Wilhelminapark doorklikken, maar ook in de reader vind je verschillen  -> vergelijk beide aandoeningen eens.

ziekte van Weil

Opdracht:

Bestudeer onderstaande links.   Vertel in je eigen woorden, wat je aan een eigenaar gaat zeggen, als hij hoort dat zijn kat nierfalen heeft.

nierfalen kat

nierfalen bij katten

planmatige aanpak bij ee ndier met PU/PD

 

 

Enkele aanvullende artikelen uit de Veterinary Focus (Royal Canin) over chronisch nierfalen:

 

de plaskater

Opdracht:

Bestudeer onderstaande infobronnen. Jij bent PV in een DAP, baliedienst en hebt een eigenaar aan de telefoon. Vertel vervolgens in eigen woorden:

- Bij welke informatie heb jij een vermoeden van urolithiasis? En een plaskater?

- Op welke termijn laat je de eigenaar van een evt. plaskater langskomen en waarom?

- Hoe gaat er gehandeld worden als er een plaskater binnen komt? En dus: hoe bereid jij de komst van een plaskater voor?

- Op het moment dat een verstopping is opgelost, volgt verder onderzoek en behandeling. Beschrijf de onderzoeksmogelijkheden en de behandeling van de 2 meest voorkomende soorten urolithen.

Informatie over plaskater

video urolithiasis

planmatige aanpak bij een plaskater

 

Urolithiasis wil zeggen dat een dier last van kristallen, blaasgruis of blaasstenen heeft. Het gaat hier meestal om kristallen van het type 'struviet'. Op de tweede plaats komen de kristallen van het type 'calciumoxalaat'. Om de patient op de juiste manier te behandelen, is het belangrijk te weten met welk type kristal je te maken hebt en de dieetvoeding die voorgeschreven wordt hierop aan te passen. Daarom voer je een urineonderzoek uit waarbij je o.a. het sediment bekijkt. Dit wordt vaak door de paraveterinair gedaan. Daarom is het natuurlijk belangrijk om de verschillende types kristallen te herkennen. Via de onderstaande link kom je op de website van de Universiteitskliniek in Utrecht. Bekijk goed hoe je struviet en calciumoxalaat kunt herkennen.

Wanneer er werkelijk sprake is van stenen, bijvoorbeeld blaasstenen, is de steen opgebouwd uit deze kristallen. Een steen kan zelfs uit verschillende soorten kristallen opgebouwd zijn, bijvoorbeeld een calciumoxalaatkern met daar omheen een laag struviet. Het is daarom belangrijk om stenen altijd op te sturen voor analyse. Door de meeste voederfabrikanten van dieetvoedingen wordt dit (gratis) gedaan. Zo kan het juiste dieet voorgeschreven worden, om recidieven te voorkomen.

Verschillende soorten kristallen

 

 

Aanvullend artikel uit de Veterinary Focus (Royal Canin) over de plaskater:

meerkeuze vragen over de leerstof nieren en urinewegen

opdracht:

Na het bestuderen van hoofdstuk 17 en 18, ben je in staat om onderstaande vragen goed te beantwoorden.

Je gaat de vragen maken. Je leest waar nodig de toelichting.

Daar waar je de vraag niet snapt, kijk je terug in Hoofdstuk 17/18, hoe het zit.

Aan het eind geef je jezelf een cijfer, gebaseerd op je score op de onderstaande 33 vragen.

zintuigen

oog

video oog

de waarneming

video oog 100 seconden dierenarts

video fluoresceine

video schirmer tear test, om de traanproduktie te meten

oor

animatie anatomie oor

het gehoor

Leer de onderdelen van het oor kennen met de 2 bovenstaande animatie odrachtjes.

Maak dan zo goed mogelijk onderstaande opdracht:

video oorverzorging

 Bovenstaande video: 100 sec dierenarts; Vooral bij honden met hangende oren of veel haar in de oorschelp, kan opgehoopt vuil, oorsmeer en vocht een broedplaats van bacteriën of andere ziekteverwekkers worden.

video otoscopie

In bovenstaande video zien we normale oren van een hond ( droog/weinig oorsmeer) met wel heel veel haren in de gehoorgang;

hele vieze oren van een hond waarbij het oorsmeer en de ontsteking voor ons uitgeduwd wordt;

een oor van een kat waarbij er een ontsteking is en het trommelvlies stuk is, je ziet in de verte de hamer en stijgbeugel liggen van het middenoor; tevens zie je de cystes op restant trommelvlies en middenoor/ andere oor van de kat met een normaal trommelvlies

video oren zalven

Oren zalven bij de hond, DierenDokters geeft tips en doet het een keer voor:

Til het oor op en bepaal de plaats van de gehoorgang, deze ligt achter de laagst liggende plooi (flapje)van de uitwendige gehoorgang.

U steekt het opzetstuk van de tube in de gehoorgang, richting de neus en dient de benodigde hoeveelheid toe.

video gehoorbeschadiging

In bovenstaande video zie je: Muziek laat de trilharen in het slakkenhuis lekker swingen. Maar bij een te hard geluid knakken de haartjes

video ernstige oormijt infectie

bloedoor operatie hond

Hierboven ziet u een operatie van een bloedoor bij een hond. Dit ontstaat na hevig schudden (vaak bij oorontsteking).

Voor verdere verdieping is het erg boeiend om de Kwaliteits Richtlijn Behandeling Oor te bekijken; zie onderaan dit arrangement.

Verdieping: stroomdiagram Otitis externa

smaak

Klik hier over een animatie waarin je meer leert over de smaak en smaakcellen.

Welke verschillen zouden er zijn tussen smaak van mens, hond en kat?

zenuwstelsel

Je hersenen werken altijd! Kijk maar naar de korte video hieronder van 42 seconden.

Video Hersenen

Hoe bedoel je "er zit vering in je rug"? Kijk de video van 41 seconden hieronder!

wervels met uittredende zenuwen

De Powerpoint hieronder behandelt het zenuwstelsel; Wat is het autonome zenuwstelsel?

Daarna worden diverse aandoeningen behandeld, waaronder BSE, Rabies en epileptie.

 

 

Klik hier voor de animatie waar in je leert over de 12 hersenzenuwen. De hersenzenuwen bedienen de reuk, smaak, gehoor en het zicht. Daarnaast worden de gezichtsspieren aangestuurd en bepalen ze of je kan slikken. Slik.

epilepsie

Opdracht

Cluster: Assisteren spreekuur en operatie

Aantal Opdrachten:

5

Leeractiviteit: anatomie, fysiologie en pathologie

Hulpmiddelen: Internet, studie document Hs 22

 

Opdrachtnaam/code: epilepsie

 

 

Tijdsduur:  1 uur

 

 

 

 

Doel van de opdracht

 

Epilepsie is een aandoening die je in de praktijk geregeld tegen zult komen. Het is vaak heel schokkend voor een eigenaar, om hun huisdier een aanval te zien krijgen. Het is belangrijk, dat jij de symptomen van een aanval kunt herkennen en een eigenaar “hier doorheen kan praten”. Daarom moet je de symptomen, veel voorkomende oorzaken, en een eventuele behandeling kunnen beschrijven.

 

Opdracht 1:

 

  1. Bekijk de onderstaande 3 video’s op Youtube:

 

grand mal

petit mal

tetanie

 

 

  1. Maak daarna een lijst, van de symptomen die je hebt waargenomen.

 

Opdracht 2:

 

  1. Bestudeer de tekst uit studie document hoofdstuk 22 : blz 5-6.
  2. Vergelijk jouw lijst van symptomen van opdracht 1a met deze tekst.
  3. Komen de symptomen overeen?

  4. Zo nee, welke ontbraken er in jouw lijst/ of had jij extra?

     

    Opdracht 3:

     

  1. Maak een lijst met mogelijke oorzaken van epilepsie.
  2. Welke aanvullende onderzoeken zou jij voor willen stellen?

 

Opdracht 4:

 

Stel: een eigenaar belt in paniek op naar de praktijk: “Help, ik denk dat mijn hond doodgaat!!!!!!!!”. Jij vraagt door, en je stelt vast dat de hond een epileptische aanval doormaakt.

 

Wat zeg jij tegen de eigenaar? Maak hierbij onderscheid tussen:

  1. Een “gewone” aanval
  2. Een status epilepticus

 

ZOZ!

 

Opdracht 5:

 

Het is algemeen bekend, dat mensen maar 10 tot 20 % onthouden van wat tegen hun gezegd wordt. Het is daarom een goede gewoonte, om eigenaren van patiënten met epilepsie een patiëntenfolder mee te geven. Dan kunnen ze thuis, op hun gemak, de informatie nog eens nazoeken.

 

Maak een lijst met onderwerpen, waarvan JIJ vindt, dat ze in zo’n folder aan bod moeten komen.

 

EHBO bij een aanval: de stesolid rectiole:

Apotheek faculteit Diergeneeskunde Versie nummer:001

Yalelaan 106, 3584 CM Utrecht Versie datum: 01/09/2011

15:21:17

030 2531598

Stesolid® rectiole

Dit geneesmiddel is niet geregistreerd voor gebruik bij dieren. Het gebruik bij huisdieren is echter

toegestaan op grond van Art. 22 van het Diergeneesmiddelenbesluit. Deze productinformatie is met

grote zorgvuldigheid opgesteld door de Apotheek van de faculteit Diergeneeskunde in Utrecht en is

bedoeld als bron van algemene informatie over dit product voor huisdiereigenaren.

Samenstelling:

Werkzame bestanddeel: diazepam 2mg/ml en 4mg/ml.

Bevat de volgende hulpstoffen: benzoëzuur, ethanol, propyleenglycol, natriumbenzoaat,

benzylalcohol, gezuiverd water.

Eigenschappen:

Diazepam behoort tot de benzodiazepines. Het remt bepaalde prikkels af in de hersenen,

zodat gevoelens van angst, spanning en rusteloosheid afnemen. Diazepam werkt ook

spierontspannend en gaat daardoor spierspasmen tegen.

Doeldieren:

Er is ervaring met het gebruik van diazepam bij de hond en de kat.

Indicaties:

Diazepam rectioles worden toegepast in geval van hevige spierverkrampingen, zoals bij lang

aanhoudende epileptische aanvallen (status epilepticus). Het wordt alleen in acute gevallen

gebruikt en wanneer toedienen van een geneesmiddel via de bek niet mogelijk is.

Waarschuwingen en contra-indicaties:

Stesolid niet gebruiken bij Myasthenia gravis (ziekte die gekenmerkt wordt door spierzwakte)

of overgevoeligheid voor benzodiazepines.

Er zijn sterke aanwijzingen voor schadelijkheid voor de jongen tijdens de dracht. Ook gaat

diazepam over in de moedermelk. Het gebruik tijdens dracht en lactatie wordt daarom

afgeraden.

Toediening / Dosering:

Stesolid rectioles toedienen indien de epileptische aanval enkele minuten aanhoudt.

De gebruikelijke dosering voor honden is 0,5 - 2 mg per kg lichaamsgewicht tot het effect

optreedt. Bij onvoldoende effect kan bij de hond na 10 minuten nogmaals dezelfde dosering

worden gegeven. Deze dosering kan maximaal 3x worden herhaald.

De gebruikelijke dosering voor katten is 0,5 - 1 mg per kg lichaamsgewicht tot het effect

optreedt.

Stesolid® dient via de anus te worden toegediend.

Bijwerkingen:

De meest voorkomende bijwerkingen zijn sufheid, verminderde ademhaling, spierzwakte en

maag- of darmklachten (diarree of verstopping). Soms kan een tegengestelde reactie

optreden, waardoor geen sufheid optreedt, maar hyperactiviteit en soms geïrriteerdheid.

Interacties met andere geneesmiddelen:

Wanneer diazepam samen met andere geneesmiddelen wordt gebruikt, kunnen ongewenste

effecten optreden. Dit zal in de meeste gevallen nauwelijks een rol spelen, omdat diazepam

rectioles alleen in noodgevallen worden gebruikt. Echter, wanneer al langere tijd fenytoïne of

barbital wordt gegeven, kan de werkzaamheid van diazepam minder zijn. Licht de dierenarts

in ieder geval altijd in over andere geneesmiddelen die uw hond of kat gebruikt.

Fabrikant:

De registratiehouder is Actavis BV te Baarn, registratienummers: RVG 07606 en 07607.

Bewaarcondities:

Buiten bereik van kinderen op een droge plek bij kamertemperatuur (15-25 °C) bewaren.

De rectioles zijn houdbaar tot de datum die op het etiket is vermeld.

Bewaar geneesmiddelen buiten bereik van kinderen en huisdieren. Breng restanten van de

geneesmiddelen, die niet meer worden gebruikt, ter vernietiging terug naar uw dierenarts of

apotheek.

Disclaimer: De Apotheek van de faculteit Diergeneeskunde aanvaardt geen aansprakelijkheid voor het gebruik van dit product.

Ondanks de grote zorgvuldigheid betracht bij het samenstellen van deze informatie, kunnen de auteurs geen aansprakelijkheid

aanvaarden voor eventuele zetfouten en andere onjuistheden.

Copyright: Apotheek van de faculteit Diergeneeskunde in Utrecht.

spondylose en hernia nucleus pulposus

Opdracht:

bestudeer onderstaande bronnen.

Teken vervolgens schematisch:

  • spondylose
  • hernia nucleus pulposus

 

spondylose patientje

teckel hernia

Vestibulair sydroom hond

Oefeningetje

Kahoot Zenuwstelsel

endocrinologie: hormonen

Bekijk de start van dit filmpje eens: klik hier

Je leert de functie van hormonen in Engelse termen.

Het gaat over de mens; zou het bij onze gezelschapsdieren anders zijn?

Mooie vergelijking: Het hormoon is de muziek uitgezonden door een radiozender;

de organen moeten receptoren als ontvanger hebben om de muziek te horen en er op te reageren.

 

Hieronder vind je een heel schematische presentatie van de endocrinologie, zoals die in de reader besproken wordt.

 

 

Hieronder tref je de opdracht endocriene afwijkingen; maak het schema af aan.

 

 

les dierendisk: verstoring hormoon huishouding

 

 

 

Opdracht

Cluster: Assisteren spreekuur en operatie

Aantal Opdrachten:

 

Leeractiviteit: anatomie, fysiologie en pathologie

Hulpmiddelen: Internet, studie document Hs 24, dierendisk

 

Opdrachtnaam/code: verstoring hormoonhuishouding

 

 

Tijdsduur:  2 uur

 

 

 

Verstoring hormoonhuishouding.

 

Doel van de opdracht:

 

Door aan deze opdracht te werken leer je de meest voorkomende hormoonstoringen, die je ook bij dieren ziet, in de praktijk herkennen. Je onderkent de symptomen, je weet welke onderzoeken er gedaan moeten worden en wat de therapeutische mogelijkheden zijn. Hierdoor ben je in staat mensen gerichte voorlichting te geven.

 

Middelen:

 

 

Opdracht 1:

 

Zoek op de dierendisk welke ziektes voorkomen als je PU/PD bij de hond intypt. Om dit te kunnen doen, moet je eerst weten wat het betekent. PU betekent  ………………… …………………….: dit houdt in dat het dier …………………………………… En PD betekent

……………………………………………..;  dit houdt in dat het dier …………………………………

 

Welke 5 ziektes worden genoemd?

 

  • ………………………………………………..
  • ………………………………………………..
  • ………………………………………………..
  • ………………………………………………..
  • ………………………………………………..

 

 

Welke hiervan hebben met een verstoring van de hormoonhuishouding te maken?

 

  • ……………………………………………….
  • ……………………………………………….
  • ……………………………………………….

 

 

 

Wat zijn de verdere kenmerken van de betreffende ziektes?

  • Ziekte 1: ……………………………………………….

-

-

-

-

 

  • Ziekte 2: ……………………………………………….

-

-

 

-

-

  • Ziekte 3: ……………………………………………….

-

-

-

-

Hoe zou je diagnose kunnen stellen bij:

  • Ziekte 1: ……………………………………………….

-

-

  • Ziekte 2: ……………………………………………….

-

-

  • Ziekte 3: ……………………………………………….

-

-

( zoek dit eventueel op op internet)

 

Welke behandeling is mogelijk bij:

 

  • Ziekte 1: ……………………………………………….

-

-

  • Ziekte 2: ……………………………………………….

-

-

  • Ziekte 3: ……………………………………………….

-

-

Teefjes die niet gesteriliseerd zijn hebben een verhoogde kans op één van deze ziektes. Welke van de drie is dat?

………………………………………………………………………….

 

Opdracht 2:

 

  • Voor een duidelijk en goed leesbaar verhaal over de ziekte van Addison: lees het verhaal van Pasta, de bastaard St. Bernhard onder aan deze pagina.

Vertel in je eigen woorden:

  • Wat is de ziekte van Addison?
  • Waardoor wordt deze ziekte veroorzaakt?
  • Welke symptomen komen voor bij de ziekte van Addison?
  • Hoe kun je deze ziekte diagnosticeren?
  • Welke behandeling kun je instellen?

 

Evaluatie:

Check je uitwerkingen bij minimaal 3 klasgenoten.

De zaken waarover je allen twijfelt, check je bij de docent.

  •  

schildklier problemen

Opdracht

Cluster: Assisteren spreekuur en operatie

Aantal Opdrachten:

3

Leeractiviteit: anatomie, fysiologie en pathologie

Hulpmiddelen: Internet, studie document Hs 24, folders over schildklierproblemen hond/ kat

 

Opdrachtnaam/code: Schildklierafwijkingen

 

 

Tijdsduur:  1 uur

 

 

 

Doel van de opdracht

 

De endocriene organen kunnen een hyper of een hypo functie hebben.

Wat betekent dit voor het dier in het geval het de schildklier betreft?

Opdracht 1:

Zoek op internet minimaal 3 sites van dierenartsenpraktijken, waarin schildklierproblemen bij hond en kat beschreven worden.

 

Opdracht 2:

  1. Bestudeer de tekst uit patiëntenfolder: “overactieve schildklier bij katten” (tevens in het lokaal of via onderstaande link naar intranet)

b. Geef aan welke verschijnselen de eigenaar kan verwachten bij de kat met hyperthyreoidie t.a.v.:            -      

- stofwisseling

-  ademhaling, hartslag

-  gedrag

-  uiterlijk, vacht

- maagdarm verschijnselen

 

c. Hoe wordt de diagnose gesteld?

 

d. Wat zijn mogelijke behandelingen?

e. zoek een plaatje van een kat, waarin je duidelijk de verschijnselen kunt zien van hyperthyreoidie. Mail deze naar de docent.

 

Opdracht 3:

 

  1. Bestudeer de patiëntenfolder: “Uw hond en zijn schildklier” (tevens in het lokaal of via onderstaande link naar intranet)

b. Geef aan welke verschijnselen de eigenaar kan verwachten bij de hond met hypothyreoidie t.a.v.           -        stofwisseling

 

-        ademhaling, hartslag

 

-        gedrag

 

-        uiterlijk, huid

 

-        maagdarm verschijnselen

 

-        locomotie

 

c. Hoe wordt de diagnose gesteld?

 

d. Wat is de therapie?

e. zoek een plaatje van een hond, waarin je duidelijk de verschijnselen kunt zien van hypothyreoidie. Mail deze naar de docent.

 

Intranetlink naar de folders bij de opdrachten

 

 

Via de onderstaande link kom je op de website van Hill's, die sinds enkele jaren een therapeutische voeding op de markt brengen voor hyperthyroidie. Een nieuw alternatief dus, voor de behandeling van hyperthyroidie. De video op deze pagina geeft een mooie uitleg van de aandoening en de werking van deze dieetvoeding:

Hill's y/d

portfolio opdracht suikerziekte

Deze opdracht is uiterlijk ingeleverd op:

  • PV43D: 17 april 2018

herhaling, verbreding, verdieping en slag naar de praktijk

het kennis examen

Nu je alle hoofdstukken hebt doorgewerkt, kun je de slag naar de praktijk gaan maken.

Daarnaast krijg je aan het einde van je opleiding een kennisexamen.

Het kennisexamen zal bestaan uit diverse typen vragen. Hierbij zullen de onderste drie lagen van de piramide van Miller (deels) worden afgedekt:

Laag 1 = weten (feitenkennis )

Laag 2 = weten hoe ( begrip)

Laag 3 = tonen (laten zien) – hiervoor gebruiken we casusvragen

(Laag 4 = doen – dit wordt getoetst met behulp van een Proeve van Bekwaamheid).

Voor anatomie houdt dit het volgende in:

Anatomie, fysiologie en pathologie

Werkproces 2.1 Bereidt onderzoek, behandelingen en operaties voor

Werkproces 2.3 Assisteert bij onderzoek, behandelingen en operaties

Werkproces 4.2 Controleert conditie van opgenomen dieren

Werkproces 4.3 Voert een spoedonderzoek uit

Werkproces 5.3 Voert beeldvormende technieken uit

Werkproces 5.4 Voert laboratoriumonderzoek uit

 

Het landelijk kennisexamen bevat de volgende onderdelen:

Orgaansystemen

Circulatie, ademhaling, zenuwstelsel, bewegingsapparaat, digestiestelsel, urogenitaal stelsel, hormoonsystemen, huid: de anatomie, fysiologie en belangrijkste pathologische afwijkingen.

Topografische anatomie

Ligging van de belangrijkste structuren en organen, ook ten opzichte van elkaar. Termen: ventraal, dorsaal, caudaal, craniaal, distaal, proximaal, rostraal, lateraal, mediaal, palmair, plantair, anterior, posterior.

Algemene pathologie en symptomen

Ontstekingen (itis), tumoren (neoplasie), hypo/hyperplasie, neoplasie: (inclusief de algemene Latijnse termen zoals metastasen, maligne / benigne), atrofie, ataxie.

Hoesten, braken, diarree, koorts, benauwdheid, anorexie, jeuk, pu/pd, lusteloosheid, dehydratie, kreupelheid, pijnuitingen, convulsies.

 

De volgende kennis is NIET meegenomen in het landelijk kennisexamen:

Weefselleer

Celleer en weefselleer worden gezien als noodzakelijke voorkennis voor het landelijk examen.

Het landelijk kennisexamen bevat de volgende onderdelen:

Ziekteleer gezelschapsdieren

De veel voorkomende ziektes van hond, kat en konijn:

- Belangrijkste symptomen

- Belangrijkste behandelmethoden

- Prognose

- Adviezen voor de eigenaar

Zoönosen

De zoönosen die kunnen worden overgebracht door gezelschapsdieren:

- Symptomen bij het dier

- Symptomen bij de mens

- Adviezen aan de eigenaar

De zoönosen die kunnen worden overgebracht door landbouwhuisdieren: alleen Q-koorts, Salmonella, vogelgriep.

Ectoparasieten

Vlooien, teken, mijten, luizen

Endoparasieten

Maagdarmwormen van gezelschapsdieren en paarden

Wormen bij landbouwhuisdieren: met name leverbot en ontwormingsschema’s

Ontwormingsadviezen

Infectieziekten / vaccinaties

Vaccinatieschema’s

Nut van boosters

Symptomen van de infectieziekten waartegen je vaccineert

Maternale immuniteit

verbinding theorie en praktijk

Je hebt al die lessen anatomie uiteraard niet voor niets gevolgd.

Doel is dat je er in de praktijk mee vooruit kunt.

In deze lessen ga je oefenen met het verbinden van theorie en praktijk.

Opdracht:

  1. Je vormt een duo of een drietal met je klasgenoot (-oten)

  2. Iedereen kiest minimaal 2 van onderstaande onderwerpen

  3. jullie bereiden je onderwerp voor ( incl. pathologie);

    1. Je legt de basale anatomie en fysiologie uit,

    2. Welke belangrijke pathologische aspecten er zijn

    3. Je werkt vanuit je stage drie situaties uit waarin je met dit onderwerp te maken hebt gehad (bijv. geslachtsapparaat: geassisteerd bij castratie)

    4. Minimaal één van de situaties uit 2c is een casus. Deze werk je uit volgens de W.I.P. methodiek: waarneming-interpretatie-plan

    5. Je totale verhaal duurt max. 30 minuten

  4. De andere studenten lezen het onderwerp door en maken een lijst van 5 vragen, over zaken die ze lastig vinden. De vragen worden voorafgaand aan de les via de mail ingeleverd bij mevr. Withaar.

  5. Aansluitend zal de docent het met jullie doorlopen en de link naar de praktijk toelichten of aanvullen.

Tijdsschema:

Onderwerp

Studenten

Datum

Bewegingsstelsel

Joyce, Laura H

12 feb

Huid

Rick/ Floortje/ Melanie R/ Tom

Nicole/ Melanie G

12 feb

Ademhaling

Joyce/ Laura H

Laura E/ Christel/ Bartine

19 feb

Bloed en afweer

Elke/ Marieke/ Corienke

19 feb

Circulatie

Inga/ Lisa

5 mrt

Digestie

Dide, Rachel, Sharon

12 mrt

Genitaal apparaat

Rick/ Floortje/ Melanie R/ Tom

Elke/ Marieke/ Corienke

19 mrt

Nieren en urinewegen

Inga/ Lisa

26 mrt

Zintuigen

Laura E/ Christel/ Bartine

26 mrt

Zenuwstelsel

Dide, Rachel, Sharon

2 apr

Endocrinologie

Nicole/ Melanie G

2 apr

Landbouwhuisdieren

GW strepen

Opdracht landbouwhuisdieren.

Zoek op :

  1. Melkziekte:

  2. CL  :

  3. Slepende melkziekte:

  4. Scherp in. :

  5. Lebmaagdislocatie:

  6. Coccidiose  :

  7. Slag in de baarmoeder:

  8. Zwoegerziekte:

  9. Kalverdiarree:

  10. BVD.  :

  11. Leverbot:

  12. Coli mastitis:

  13. ’t Bloed.:

  14. Paratuberculose:

  15. Kopziekte:

  16. droes:

  17. ziekte van aujeszky:

  18. mond- en klauwzeer:

  19. tympanie ("koe aan de wind"):

 

Bekijk per ziekte:

  1. Wat zijn de symptomen?

  2. Hoe wordt de diagnose gesteld?

  3. Bij welke leeftijdscategorie komt het voor?

  4. Wat zijn predisponerende factoren?

  5. Spoed of niet? Welke vragen moet je stellen om erachter te komen?

  6. Hoe wordt het behandeld?

  7. Hoe kun je het ( eventueel) voorkomen?

  8. Individueel of koppelprobleem ( bedrijfsprobleem)?

  9. Maak hier een kleine activerende les van. (dus niet alleen een ppt!!) De les duurt 10-15 minuten. De lessen worden ingeroosterd op 13 maart en 20 maart.

  10. Bron activerende lesvormen: http://www.reisgidsdigitaalleermateriaal.org/werkvormen/

verdieping door oa Kwaliteits Richtlijnen

richtlijn veterinair handelen bij otitis externa

De aanbevelingen in de         "Richtlijn Otitis externa bij hond en kat"        hierboven geven

de dierenarts de de paraveterinair een leidraad voor de diagnostiek en behandeling van otitis externa bij hond en kat.

De richtlijn is opgesteld aan door deskundigen aan de hand van wetenschappelijk bewijs (EBVM; Evidence Based Vet.Medicine).