1. Inleiding
Wat zie je op deze afbeelding?
Beschrijf kort op een afzonderlijk cursusblad.
1.1. Reflectie
Denk je dat alle leerlingen in de klas hetzelfde zien? Waarom wel/niet?
1.2. Reflectie
Denk je dat een kleuter hetzelfde zal zien? Een nomade in de woestijn? Een kunstcriticus? ... Waarom wel of niet?
1.3. Start...
Wanneer je dit zelfstudiepakket hebt afgerond, zul je merken dat niet iedereen in de tekening hetzelfde ziet. Aan de hand van afbeeldingen, filmpjes en reflectievragen zul je ondervinden dat onze waarneming sterk kan verschillen van persoon tot persoon.
Doorloop stap voor stap de verschillende opdrachten. Antwoorden noteer je kort op een cursusblad. Vermeld bij elk antwoord het nummer en de titel van het onderdeel waar je op dat moment bent aanbeland (bvb 3.1 Fysiologisch of psychologisch). Zo kun je achteraf je antwoorden makkelijk terugvinden.
Denk telkens eerst goed na vooraleer verder te klikken, zo zul je de leerstof het best onthouden.
Veel succes!
2. Leerdoelen
- De leerlingen kunnen een onderscheid maken tussen fysiologische en psychologische factoren die de waarneming beïnvloeden.
- De leerlingen kunnen voorbeelden geven van fysiologische factoren die de waarneming beïnvloeden.
- De leerlingen kunnnen 4 psychologische factoren onderscheiden: aandacht, voorkennis, context en verwachtingspatroon.
- De leerlingen kunnen voorbeelden geven van 4 psychologische factoren die de waarneming beïnvloeden.
3. Fysiologische versus psychologische factoren
In dit zelfstudiepakket zullen we het hebben over de verschillende factoren die onze waarneming beïnvloeden. Hierbij maken we een onderscheid tussen fysiologische en psychologische factoren.
Wat betekenen deze begrippen?
Zoek via encyclo.nl een verklaring voor de begrippen "fysiologisch" en "psychologisch". Noteer op je cursusblad wat je vindt.
http://www.encyclo.nl/
3.1. Fysiologisch of psychologisch?
Via encyclo.nl vond je een zeer algemene beschrijving van fysiologisch en psychologisch. Wat betekent dit nu concreet?
Bekijk eens onderstaand filmpje door op de link te klikken. Is dit een voorbeeld van een fysiologische factor of psychologische factor die onze waarneming beïnvloedt. Waarom?
Noteer je antwoord op je cursusblad.
Mosquito
3.2. Bespreking mosquito
De mosquito is een voorbeeld van een fysiologische factor die onze waarneming beïnvloed.
Fysiologische factoren worden bepaald door verschillen in lichamelijke capaciteiten van mensen (en ruimer levende wezens). In het geval van waarnemen gaat het om de capaciteiten van onze zintuigen.
Zo zal de ene persoon beter kunnen horen, zien of ruiken dan een andere persoon. Eenzelfde persoon zal ook op het ene moment een andere waarneming hebben dan op een ander moment. Dit kan bijvoorbeeld onder invloed van alcohol, drugs of medicatie. Ook hoge koorts of gebrek aan slaap zijn fysiologische factoren die onze waarneming beïnvloeden.
Bekijk even onderstaand filmpje. Het geeft je een beeld van hoe je de wereld waarneemt onder invloed van LSD.
Invloed van LSD
3.3. Wat zijn psychologische factoren?
Naast fysiologische factoren onderscheiden we ook psychologische factoren die onze waarneming beïnvloeden.
Wat moeten we ons daar precies bij voorstellen?
Denk eens aan jouw favoriete film. Waarom vond je die film zo goed?
Noteer kort enkele puntjes op je cursusblad.
Surf nu eens naar moviemeter.nl en zoek daar je film op. Tik hiervoor de naam van je film in het kadertje rechtsbovenaan.
Lees even enkele meningen van anderen.
http://www.moviemeter.nl/
3.4. Bespreking meningsverschillen
Heeft iedereen dezelfde mening over je film? Welke meningsverschillen zijn er zoal?
Schrijf enkele voorbeelden op je cursusblad.
Hoe komt het dat er zoveel verschillende meningen zijn? Iedereen heeft toch dezelfde film gezien?
Schrijf enkele mogelijke verklaringen op je cursusblad.
3.5. Uitleg psychologische factoren
Het is duidelijk dat fysiologische factoren hier minder een rol zullen spelen. We kunnen er vanuit gaan dat de meerderheid van de mensen die deze film zagen en beoordeelden een voldoende goed zicht en gehoor hadden, niet onder invloed waren en niet plots een hoge koortsaanval kregen.
Hier zijn psychologische factoren aan het werk.
Iedereen heeft bijvoorbeeld een eigen persoonlijke smaak. Voldoet een film niet aan onze smaak dan focussen we ons vooral op alle negatieve aspecten.
Sommige beoordelingen zijn geplaatst door filmcritici. Zij hanteren specifieke criteria om een film te beoordelen. Zij observeren zo factoren waar wij nooit hadden bij stilgestaan.
Iedereen heeft vooraf ook een bepaalde verwachting over een film. Waren onze verwachtingen vooraf laag, maar bleek de film toch mee te vallen dan, zullen we de film automatisch veel positiever beoordelen.
Zag je de film op groot scherm? Op een klein televisietoestel? In een lawaaierige ruimte? Samen met je lief? Ook dit bepaalt je mening over een film.
3.6. 4 psychologische factoren
Psychologische factoren die de waarneming beïnvloeden hebben betrekking op het gevoelsleven van mensen.
We onderscheiden hierbij 4 specifieke factoren:
- Aandacht
- Voorkennis
- Context
- Verwachtingspatroon
Op elk van deze factoren gaan we in dit zelfstudiepakket dieper in. We beginnen bij aandacht.
4. Aandacht
Bekijk onderstaand filmpje door op de link hieronder te klikken.
Tel hoeveel keer de spelers in het wit een pas geven aan elkaar.
basketbal
4.1. bespreking basketbalfilmpje
Had jij ook de aap gemist?
Dit is volledig normaal. Als je de opdracht goed hebt uitgevoerd, focuste je enkel op de spelers in het wit en hun basketbal. Alles wat zwart was negeerde je.
Wanneer de vraag zou zijn om op de zwarte spelers te letten, is de kans veel groter dat je de zwarte aap ook had gezien.
Dit is een voorbeeld van hoe onze aandacht onze waarneming beïnvloedt.
4.2. Basketbalfilmpje 2
Bekijk onderstaand filmpje. Tel opnieuw hoeveel keer de spelers in het wit een pas geven aan elkaar.
basketbal_2
4.3. bespreking basketbalfilmpje 2
Waarschijnlijk zag je dit keer de aap wel.
Bij het bekijken van dit filmpje leg je meteen de link met het vorige, sterk gelijkaardige filmpje. Je weet dat je op je hoede moet zijn voor een aap die plots in beeld verschijnt.
Je aandacht richtte zich daardoor niet enkel op de spelers in het wit, maar ook op de verschijning van de aap.
Onze aandacht (en dus onze waarneming) wordt beïnvloed door wat we eerder in ons geheugen hebben opgeslagen.
Door onze aandacht te richten misten we echter weer nieuwe elementen. De gordijnen die van kleur veranderden en de zwarte speler die uit beeld verdween.
4.4. Geheugenexperiment
Surf naar onderstaande link en voer daar het experiment uit. Ook dit is een voorbeeld van hoe onze aandacht onze waarneming beïnvloedt.
experiment selectieve aandacht
4.5. Extra voorbeelden
Ook in het dagelijks leven speelt aandacht een belangrijke rol in onze waarneming.
Een voorbeeld:
- Stel je loopt rond in het winkelcentrum K op zoek naar een mooie outfit voor de eindejaarsfeesten. Op welke etalages zul je letten?
En je moeder, die ook mee is, zou zij op dezelfde etalages letten voor haar kledij?
En wat als je ook nog een cadeautje wil kopen voor je neefje van 6 jaar?
In een ruimte zoals een winkelcentrum komen heel wat prikkels op ons af. Om door de bomen het bos nog te zien, is het nodig om onze aandacht te richten op wat we nodig hebben. We kunnen nooit alle prikkels bewust waarnemen.
Kun je zelf nog andere voorbeelden bedenken waarin aandacht onze waarneming beïnvloedt? Schrijf je voorbeeld(en) op je cursusblad.
4.6. Verschillende vormen van aandacht
We hebben aandacht:
- voor wat opvallend is
- voor iets waar we op dat moment nood aan hebben
- voor wat verbonden is met onze persoonlijke smaak en interesse
- wanneer de waarneming met gevoelens te maken heeft
- wanneer het verband houdt met wat we vroeger in ons geheugen hebben opgeslagen.
Koppel je eigen voorbeelden aan één van deze 5 punten.
5. Voorkennis
Wat zie je op deze afbeelding?
Noteer kort op je cursusblad.
5.1. Bespreking waarneming
Waarschijnlijk noteerde je zaken als:
- 3 personen/chinezen of 2 volwassenen en een kind of een gezinnetje
- op een railing
- voor een blauwe muur
- grote gele (chinese) tekens
Juiste waarnemingen natuurlijk. Maar zou je je waarneming nog aanvullen wanneer je de volledige afbeelding zag?
(Klik op volgende en bekijk de volledige afbeelding).
5.2. Volledige afbeelding
5.3. Bespreking volledige afbeelding
Bij de volledige afbeelding zou je zeker ergens IKEA opnemen in de beschrijving van je waarneming.
Onze eerste waarneming was niet fout, maar doordat we bepaalde voorkennis misten (kennis van het Chinees schrift) namen we iets anders waar. We zagen geen meubelzaak, maar vooral een chinees gezinnetje voor een blauwe muur.
Voorkennis is een tweede psychologische factor die onze waarneming beïnvloedt.
5.4. Afbeelding 2
Wat zie je op deze afbeelding?
Noteer opnieuw kort op je cursusblad.
5.5. Bespreking afbeelding 2
Misschien noteerde je iets als "een rode bol met stekeltjes/haartjes en iets wits van binnen" of misschien herkende je er wel een (exotische) vrucht in.
Waarschijnlijk hadden niet veel leerlingen "rambutan" op hun blad geschreven. Dit is de naam van een exotische vrucht die in Zuid-Azië groeit, voornamelijk in Thailand.
Hadden we deze foto aan een Thai getoond, dan had die waarschijnlijk wel de precieze benaming geweten. Net zoals wij zonder problemen een appel zullen herkennen.
We zien op de afbeelding dus niet hetzelfde als wat een Thai zou zien. Ook dit is een voorbeeld van hoe onze voorkennis onze waarneming beïnvloedt.
5.6. Extra voorbeelden
Zo zijn er tal van voorbeelden te bedenken van hoe voorkennis onze waarneming beïnvloedt.
Nog een voorbeeld:
Stel je wacht iemand op aan het station van Kortrijk, maar je weet niet hoe die persoon eruit ziet.
Een week later moet je opnieuw dezelfde persoon opwachten. Nu weet je dat het gaat om een jonge vrouw, met blond, lang haar en een rode winterjas.
Leg op je cursusblad uit hoe je waarneming de eerste keer zal verschillen van de tweede keer.
Bedenk zelf nog een extra voorbeeld waarin voorkennis je waarneming beïnvloedt.
6. Context
Schrijf de 5 'zaken' op die je op deze afbeelding ziet.
6.1. Serie figuren
Schrijf de 5 'zaken' op die je op deze afbeelding ziet.
6.2. Bespreking series figuren
Is het je ook opgevallen?
De vijfde figuur van elke serie is telkens dezelfde.
Toch heb je de neiging om deze in de eerste serie te zien als muis en in de tweede serie als gezicht van een man. De context waarin de figuur zich bevindt, bepaalt hier onze waarneming. De context is een derde psychologische factor die onze waarneming beïnvloedt.
6.3. Afbeelding
Bekijk deze afbeelding. Wat zie je?
Noteer kort op je cursusblad.
6.4 Bespreking afbeelding
Je zag vast de rode tulp en het gele tulpenveld.
Maar besteedde je ook aandacht aan één specifieke gele tulp?
Waarschijnlijk niet. Door de rode tulp in een context met allemaal gele tulpen te plaatsen zal hij ons opvallen. Onze blik wordt er naartoe getrokken.
Stel dat we deze rode tulp in een rood tulpenveld hadden geplaatst. Waarschijnlijk had dan niemand aan deze ene rode tulp aandacht besteed.
De psychologische factoren 'context' en 'aandacht' gaan hier samen. De context bepaalt immers waar onze aandacht naartoe zal gaan.
6.5. Extra voorbeelden
Ook in het dagelijks leven komen we tal van voorbeelden tegen waarin de context onze waarneming beïnvloedt.
Stel je bent bij het begin van het nieuwe schooljaar de enigste jongen in een klas. Reken er maar op dat de leerkrachten het snelst jouw naam en gezicht zullen onthouden. Zit je daarentegen in een klas vol jongens dan heb je meer kans om de eerste dagen nog anoniem te blijven voor je leerkrachten. Dit heeft niets met jou te maken, maar wel met de context waarin je je bevindt.
Op reis in Frankrijk valt je op dat er nog een auto met Belgische nummerplaat geparkeerd staat aan je hotel. Op een parking in België zou die auto je nooit opgevallen zijn.
Bedenk zelf nog een voorbeeld van een situatie waarin de context onze waarneming beïnvloedt. Noteer dit voorbeeld op je cursusblad.
7. Verwachtingspatroon
Hoe zou jij Sinterklaas omschrijven? Denk zowel aan uiterlijke kenmerken als aan karaktereigenschappen.
Noteer je beschrijving op je cursusblad.
7.1. Filmpje Sinterdhaese
Bekijk nu onderstaand fragment uit het sketchprogramma Willy's en Marjetten.
Komt Sinterdhaese overeen met jouw beschrijving van Sinterklaas? Waarom wel of niet?
Sinterdhaese en Zwarte Walpiet
7.2. Bespreking filmpje Sinterdhaese
Waarschijnlijk vind je nog enkele uiterlijke overeenkomsten met Sinterklaas. Bijvoorbeeld zijn baard, mantel en staf.
Dit zorgt dat we meteen de link kunnen leggen tussen Sinterklaas en Sinterdhaese.
Toch zien we voor de rest weinig overeenkomsten met de goedheilig man uit Spanje. De 'echte' sint vloekt immers niet, spreekt geen plat Waaslands, verhoort geen kinderen over hun ouders en bekritiseert geen tekeningen.
We kunnen stellen dat Sinterdhaese sterk afwijkt van ons standaardbeeld van Sinterklaas. Dit zorgt ervoor dat we het filmpje grappig vinden. Het doorbreken van ons verwachtingspatroon is een instrument dat vaak gebruikt wordt binnen humor.
Ons verwachtingspatroon is een vierde psychologische factor die onze waarneming beïnvloedt. Stel dat we van Sinterklaas vooraf verwacht haden dat hij een onvriendelijke, platvloerse en overdreven strenge man was, dan hadden we dit filmpje niet als grappig aanzien.
7.3. Extra voorbeelden
Ook van de invloed van het verwachtingspatroon op onze waarneming kunnen verschillende voorbeelden gegeven worden.
Denk bijvoorbeeld aan de maaltijden die geserveerd worden in chique restaurants. De koks besteden telkens zeer veel aandacht aan de bordschikking. In kookprogramma's als 'mijn restaurant' of 'masterchef' wordt hier steeds streng op toegezien.
Koks besteden niet zomaar zoveel zorg aan hun borden. De schoonheid van het bord zal immers ook mee onze smaak bepalen. Een maaltijd mag op zich nog zo'n goede smaak hebben, als het er niet mooi/lekker uitziet zal men het toch als minderwaardig aanzien.
Bedenk zelf nog een voorbeeld van een situatie waarin onze verwachting onze waarneming beïnvloedt. Noteer het voorbeeld op je cursusblad.
8. Zelfevaluatie
Alles goed begrepen? Test jezelf!
8.1. Even terug naar het begin
Je herinnert je vast nog deze afbeelding uit het begin van het zelfstudiepakket.
Na het doorlopen van het pakket is het voor jou normaal duidelijk geworden dat niet iedereen hetzelfde waarneemt bij het kijken naar deze prent.
Bedenk enkele voorbeelden van factoren die de waarneming van deze prent kunnen beïnvloeden.
Gaat het om fysiologische en/of psychologische factoren? Over welke specifieke factoren gaat het?
Noteer je antwoorden op je cursusblad.
8.2. Mogelijke oplossing
Meerdere antwoorden zijn hier mogelijk. Enkele voorbeelden:
Fysiologische factoren:
- Als je onder invloed bent van drugs (bvb LSD), zul je deze afbeelding anders waarnemen.
- Iemand die slechtziend is, zal niet alle details zien.
- Iemand die kleurenblind is, ziet de afbeelding in grijstinten.
Psychologische factoren:
- Voorkennis: Een kleuter van 4 jaar ziet enkel bloemen. Wij herkennen viooltjes. Een botanicus zal het specifiek soort viooltje herkennen.
- Context: Hangt deze afbeelding als kunstwerk in een museum dan zullen we er anders naar kijken dan wanneer we het toevallig tussen andere afbeeldingen van viooltjes op internet vinden.
8.3. Verdere uitdieping van de afbeelding
Deze afbeelding is niet zomaar een afbeelding van een bos viooltjes.
Deze prent was zeer populair bij de aanhangers van Napoleon Bonaparte. Ze werd gebruikt om hun aanhankelijkheid aan de keizer te blijven betonen nadat hij verbannen was naar Elba.
De viooltjes verwijzen naar de belofte van Napoleon dat hij zou terugkeren naar Frankrijk in het seizoen van de viooltjes.
Maar er is meer aan de hand. Wie de prent anders bekijkt en het wit als voorgrond neemt, ziet meer in de prent. In de prent zit namelijk het profiel van de keizer verscholen. Bovendien zie je ook het profiel van zijn vrouw Marie-Louise en van zijn zoon. En daar was het de aanhangers van Napoleon echt om te doen.
Zie je zelf ook de profielen?
8.4. Verdere uitdieping van de afbeelding_2
Had je moeite om de profielen terug te vinden?
In deze afbeelding staan ze aangeduid in het grijs.
Welke factor beïnvloedt hier onze waarneming?
8.5. Oplossing
De prent geeft ons een duidelijk voorbeeld van hoe voorkennis onze waarneming kan beïnvloeden. De aanhangers van Napoleon vonden immers zonder problemen de drie profielen terug in de prent, terwijl het voor buitenstaanders een gewone bos viooltjes bleef.
In de volgende les gaan we in op verschillende illusies. De prent van Napoleon is daar alvast een voorbeeld van.
8.6. Herhaling moviemeter.nl
In dit zelfstudiepakket bespraken we de verschillende meningen op moviemeter.nl als voorbeeld van hoe psychologische factoren onze waarneming beïnvloeden. Er werden hierbij verschillende aspecten aangehaald die een invloed kunnen hebben.
Kun jij deze aspecten koppelen aan de juiste psychologische factor?
Noteer je oplossing op je cursusblad.
1. "Iedereen heeft bijvoorbeeld een eigen persoonlijke smaak. Voldoet een film niet aan onze smaak dan focussen we ons vooral op alle negatieve aspecten"
2. "Sommige beoordelingen zijn geplaatst door filmcritici. Zij hanteren specifieke criteria om een film te beoordelen. Zij observeren zo factoren waar wij nooit hadden bij stilgestaan"
3. "Iedereen heeft vooraf ook een bepaalde verwachting over een film. Waren onze verwachtingen vooraf laag, maar bleek de film toch mee te vallen dan zullen we de film automatisch veel positiever beoordelen"
4. "Zag je de film op groot scherm? Op een klein televisietoestel? In een lawaaierige ruimte? Samen met je lief? Ook dit bepaalt je mening over een film"
8.7. Oplossing
De oplossing:
1. "Iedereen heeft bijvoorbeeld een eigen persoonlijke smaak. Voldoet een film niet aan onze smaak dan focussen we ons vooral op alle negatieve aspecten" Aandacht
2. "Sommige beoordelingen zijn geplaatst door filmcritici. Zij hanteren specifieke criteria om een film te beoordelen. Zij observeren zo factoren waar wij nooit hadden bij stilgestaan" Voorkennis
3. "Iedereen heeft vooraf ook een bepaalde verwachting over een film. Waren onze verwachtingen vooraf laag, maar bleek de film toch mee te vallen dan zullen we de film automatisch veel positiever beoordelen" Verwachtingspatroon
4."Zag je de film op groot scherm? Op een klein televisietoestel? In een lawaaierige ruimte? Samen met je lief? Ook dit bepaalt je mening over een film" Context
9. Samenvatting
Hieronder vind je de link naar de samenvatting van dit zelfstudiepakket.
Print de samenvatting af en voeg ze samen met je gebruikte cursusbladen toe aan je cursus p. 64.
10. Nog tijd over?
Ben je wat vroeger klaar dan de rest van de klas?
Bekijk dan alvast onderstaande websites. Hier vindt je verschillende voorbeelden van illusies. Een goede opwarmer voor volgende les.
http://www.neuroinf.org/youngscientists/illusies/index.shtml
http://www.goochel-trucs.nl/contents/nl/d5_optische-illusies.html
http://michaelbach.de/ot/index.html