Inleiding
Deze wiki zal informatie bieden over de volgende onderwerpen:
- Parkinson;
- CVA;
- Diabetus Mellitus;
- COPD.
Hierbij hopen wij u inzicht te kunnen bieden over het volgende:
- Wat de desbetreffende ziektebeelden inhouden;
- De oorzaak van het ziektebeeld;
- Het ziekteverloop;
- De beperking die de aandoeningen veroorzaken;
- Hulpmiddelen die kunnen assisteren met verbetering kwaliteit leven bij het ziektebeeld;
- Informatie over moderne vernieuwende technologische hulpmiddelen;
- Hoe deze technologische hulpmiddelen ingezet kunnen worden en werken;
- De desbetreffende kosten voor aanschaf van een hulpmiddel.
Parkinson
Wat is het?
De ziekte van Parkinson is een chronische aandoening van de hersenen die progressief is. Dit wil zeggen dat de klachten en verschijnselen toenemen naarmate de ziekte langer bestaat. Het is duidelijk de meest voorkomende oorzaak van parkinsonisme. Met deze laatste term worden verschijnselen zoals traagheid, stijfheid, beven en loopstoornissen bedoeld. Andere oorzaken van parkinsonisme kunnen onder meer zijn doorbloedingsstoornissen (vasculair parkinsonisme), bijwerking van bepaalde medicijnen of andere hersenaandoeningen die soms erg kunnen lijken op de ziekte van Parkinson.
Mogelijke klachten
De ziekte van Parkinson kan verschillende klachten veroorzaken:
- Uw motoriek: trillen, stijfheid, schuifelen, wankelen, evenwicht verliezen/vallen, moeite met opstaan vanuit een stoel of bed, moeite met schrijven, minder gezichtsuitdrukking (masker).
- Uw stemming: depressief, somber, angstig, lusteloos, verward.
- Uw gedrag: vergeetachtig (Parkinsondementie), dingen horen of zien die er niet zijn (hallucineren), ongeremd eten, winkelen, gokken of seks.
- Uw lichaamsfuncties: verslikken, kwijlen, afvallen, verstopping, plasproblemen, erectiestoornissen, veel zweten, minder goed ruiken, duizeligheid, minder goed uit woorden kunnen komen.
- Uw slaap: overdag vaak duf, ’s nachts wakker liggen, onrust door krampen, rusteloze benen, moeilijk draaien.
Meest voorkomende manifestaties:

Soorten Parkinson
Mogelijke soorten Parkinson:
-
vasculair parkinsonisme (door diabetes);
-
parkinsonisme als bijwerking van medicijnen;
-
dementie met Lewy-bodies (met hallucinaties);
-
erfelijke parkinson;
-
juveniele parkinson (onder de 20 jaar).
De echte ziekte van Parkinson – ook wel idiopathisch parkinsonisme – uit zich bij iedere patiënt anders. Het woord ‘idiopathisch’ is een medische term voor ‘van onbekende oorzaak’.
Ook worden er Parkinsonachtige aandoeningen onderscheiden van de ziekte van Parkinson.
Deze heten parkinsonisme of parkinsonsyndroom: een verzamelnaam voor aandoeningen die lijken op Parkinson.
Hierbij is het verschil dopamine: bij Parkinson is de aanmaak van dopamine verstoord, bij parkinsonisme verloopt de opvang van dopamine niet goed, waardoor Parkinson medicijnen niet werken bij parkinsonisme.
SPECT (DAT) scan bij de ziekte van Parkinson. Rechts minder uptake van dopamine in de kernen (basale ganglia) van de hersenen.
Behandeling eerste fase Parkinson
Leven met Parkinson
Blijf vooral positief en zorg ervoor dat u de ziekte van Parkinson begrijpt.
-
doe uw oefeningen als u goed uitgerust bent en in uw eigen tempo;
-
herken wanneer u moe bent;
-
vraag gerust hulp van een fysiotherapeut, als dat nodig is.
-
houd u aan een uitgebalanceerd voedingspatroon;
-
eet fruit, groenten, eiwitrijke voedingsmiddelen, zuivel en granen;
-
houd uw vochtbalans op peil (drink minstens anderhalve liter water per dag).
Hulpmiddelen voor mensen met Parkinson
Wij hebben vier hulpmiddelen voor u uitgezocht die u zouden kunnen ondersteunen met uw Parkinson.
Het gaat over de volgende hulpmiddelen:
- Lea-robot;
- AssiStep;
- Stoel;
- Videobellen m.b.v. een tablet/iPad.
Hierbij staat vermeld:
- Wat ieder hulpmiddel inhoudt;
- Hoe het hulpmiddel kan worden ingezet en de werking van;
- De desbetreffende kosten van de hulpmiddelen en een gemiddelde prijs.
Lea robot
Lea robot, een slimme rolator. Deze slimme rollator geeft uiteraard veel stabiliteit en ondersteuning bij het lopen zelf. Daarnaast verkleint Lea door slimme technologieën en sensoren de kans op vallen enorm, en dus ook je valangst. Mocht je onverhoopt toch vallen, dan alarmeert Lea automatisch de juiste hulpdienst.
Prijs: 9980 euro.
Voor meer informatie: https://www.robotzorg.nl/product/lea-robot-slimme-rollator/
AssiStep-Traplift
Stoel
150,00 Euro
Videobellen
Via beeldbellen heeft u contact met zorgverleners of mantelzorgers als alternatief voor een huisbezoek of contact via de telefoon. Door beeldcontact krijgt bijvoorbeeld een zorgverlener een betere indruk hoe het met u gaat zonder daarvoor direct langs te hoeven komen.
Op een tablet of gewone computer kunt u een programma activeren waarmee u via een adreslijst kunt beeldbellen met een zorgverlener. Maar u kunt ook bellen met familie en kennissen. Ook is het mogelijk dat een zorgverlener u belt.

De prijs betreft 500 euro.
Voor meer informatie: https://www.hulpmiddelenwijzer.nl/hulpmiddelen/beeldtelefoons
COPD
wat gebeurt er in de longen bij COPD
oorzaken COPD
- Roken. COPD komt meestal door roken. Roken zorgt ervoor dat uw longen continu geprikkeld zijn. Daardoor ontsteken ze gemakkelijker.
- Schadelijke stoffen, zoals houtstof, lijm en verfdampen.
- Erfelijke ziekten. De erfelijke ziekte alpha-1 kan COPD veroorzaken.
- Luchtvervuiling.
- Andere longziekten, zoals astma of een longontsteking.
verloop van COPD
Jaren lang kunt u COPD hebben zonder dat je het weet. Dit komt doordat bij de eerste klachten vaak niet de diagnose COPD wordt gesteld. De eerste klachten zijn meestal hoesten en kortademigheid en vaak word de verkeerde diagnose gesteld, bijvoorbeeld een luchtwegontsteking of ouderdom.
Bij COPD nemen klachten als hoesten en kortademigheid meestal toe bij mist, bij temperatuurswisselingen en bijvoorbeeld bij parfumluchten. In een verder stadium van de ziekte kunt u zich minder goed inspannen doordat u kortademig wordt. Vaak is uw longfunctie dan al gehalveerd, of nog verder afgenomen.
COPD is een ziekte die langzaam erger word. De kortademigheid neemt steeds meer toe tot u zelfs in rust kortademig bent. Veel mensen gaan dan inspanning vermijden waardoor de ziekte verergert: door gebrek aan inspanning krijgt u een slechtere conditie, waardoor u weer meer last van kortademigheid krijgt. De kwaliteit van uw leven gaat dan hard achteruit. U heeft steeds meer medicijnen nodig en ook een ziekenhuisopname kan noodzakelijk zijn.
beperkingen die COPD veroorzaken
Ze zijn beperkt in hun dagelijkse leven, men ondervindt met name problemen bij fysiek inspannende activiteiten als traplopen en boodschappen doen, maar ook bij dagelijkse activiteiten als wassen, aankleden, eten en bij deelname aan het sociale leven. Op psychosociaal vlak ervaren mensen met COPD meer problemen in de relationele sfeer, dat wil zeggen met partner, kinderen en familie/vrienden. Uit angst voor kortademigheid gaan mensen bewegen vermijden, waardoor de conditie nog verder verslechtert. Door het vermijden van beweging komen mensen in een sociaal isolement wat kan leiden tot neerslachtigheid en een versterking van de inactiviteit. Deze neerwaartse spiraal leidt uiteindelijk tot invaliditeit, gepaard gaand met een nog sterkere aantasting van de kwaliteit van leven.
hulpmiddelen COPD
buitenhuis zuurstofapparaat
Deze hulpmiddel is een zuurstoftank die u mee naar buiten kan nemen in een tas die bij de tank past.
Met zuurstofapparatuur kunt u de gewenste hoeveelheid zuurstof krijgen. Door het toedienen van zuurstof vermindert of verzacht u de gevolgen van bijvoorbeeld kortademigheid. U kunt de extra zuurstof ook gebruiken om inspannende activiteiten te blijven doen.
de prijs verschilt per apparaat sommige worden vergoed door de verzekering of een deel ervan. Een start prijs van een zuurstofapparatuur voor buitenshuis is 3999,00 euro. Als u de exacte prijs wil weten of als het vergoed wordt dan moet u even u verzekering bellen.
digihaler
In het opzetstuk zitten sensoren (accelerometer) en computerchips die het gebruik van de inhalator analyseren. De sensoren leggen automatisch gegevens vast over de inhalatieprofielen van de patiënt om te controleren wanneer en hoe goed patiënten hun medicatie gebruiken. Data van de inhalator wordt naar een app of online portal verstuurd. Software die gebruik maakt van zogeheten deep learning technieken analyseert de hoeveelheid trillingen en het patroon en vertaalt die naar adviezen voor patiënt en zorgverlener.

De kosten van de digihaler zijn nog niet bekend aangezien het nog niet is goedgekeurd in Europa.
copiloot voor COPD
Copiloot is een mobiele app die COPD patiënten leert om hun symptomen te monitoren en verandering te signaleren. Zo worden patiënten steeds vaardiger in het nemen van de juiste beslissing waardoor ze weten wat ze moeten doen op het juiste moment.
Ik kan u helaas niet vertellen als de app gratis is of niet.
luchtreiniger
Luchtreiniger
Een luchtreiniger helpt bij het verwijderen van onder meer pollen, sigarettenrook en stof uit de lucht.
Bovendien maakt het apparaat bacteriën en virussen onschadelijk, verwijdert het nare geurtjes, neutraliseert het schadelijke stoffen en vangt het haar op van huisdieren en zwevende deeltjes.

De kosten verschillen per apparaat. De prijs begint ongeveer bij 200 euro en het kan oplopen tot ongeveer 500 a 600 euro.
meer informatie over COPD
hier vindt u meer informatie over COPD.
specialisten bij u in de buurt
hier kunt u specialisten vinden bij u in de duurt. deze specialisten kunnen u helpen om beter om te kunnen gaan met u COPD.
CVA
De medische term is Cerebrovasculair Accident (CVA). Dit betekent letterlijk een ‘ongeluk van de bloedvaten van de hersenen’. Bij zo’n ongeluk gaat er iets mis met de bloedvoorziening naar de hersenen. Hierdoor krijgt een deel van die hersenen te weinig zuurstof. Met het gevolg dat hersencellen in dit gebied kunnen afsterven en hersenfuncties uitvallen.
Oorzaken van CVA
Beroertes kunnen worden onderscheiden in drie groepen van oorzaken:
- herseninfarct: beroerte ten gevolge van een afsluiting van een slagader die een deel van de hersenen van bloed voorziet. Ongeveer 75% van de beroertes berust op een herseninfarct, inclusief de TIA's;
- hersenbloeding (ook wel intracerebrale bloeding genoemd): beroerte ten gevolge van een gescheurd bloedvat in of rond de hersenen: ongeveer 15% van de beroertes;
- subarachnoïdale bloeding: bloeding in de ruimte tussen de hersenvliezen, net onder de schedel: 5% van de beroertes berust hierop.
Een klein deel van de beroertes (5%) wordt veroorzaakt door zeldzame afwijkingen en deze groep wordt geclassificeerd als 'overige beroertes'.
Ziekteverloop
Een beroerte (CVA) - zowel een herseninfarct als een hersenbloeding - kan ingrijpende gevolgen hebben. Soms vallen beperkingen direct op, zoals een verlamde arm. Andere beperkingen, zoals moeite met plannen of een verandering van het karakter, komen pas later naar voren. In de wiki zult u een selectie zien waarin de gevolgen zijn opgedeeld per onderwerp:
- Lichamelijke gevolgen;
- Gevolgen denken en geheugen;
- Gevolgen gedrag;
- Emotionele gevolgen;
- Praktische gevolgen.
Lichamelijke gevolgen
Verlamming
Als één zijde van je lichaam (gedeeltelijk) verlamd is, kan je de neiging hebben die zijde helemaal niet te gebruiken. Hierdoor wordt de andere zijde van het lichaam meer belast. Dit kan tot pijn en vergroeiingen leiden. Probeer daarom de verlamde lichaamszijde zo veel mogelijk te gebruiken.
Neglect
Een beroerte kan ervoor zorgen dat je niet in de gaten hebt wat er aan één kant van je lichaam gebeurt. Het lijkt alsof je deze kant negeert. Artsen noemen dit neglect. Bij neglect komt het bijvoorbeeld voor dat je:
- je bord maar half leeg eet, omdat je de andere helft niet opmerkt;
- geluiden aan één kant van het lichaam negeert;
- woorden maar half leest of halve figuren tekent;
- niet merkt dat je arm van de armleuning valt;
- alleen praat met bezoek aan je rechterkant.
Meestal zorgt revalidatie voor verbetering van deze klachten. In veel gevallen gaat een neglect nooit helemaal over.
Problemen met zien
Problemen met zien die op kunnen treden zijn:
- uitval van de helft of een kwart van de linker- of rechterhelft van het gezichtsveld, meestal aan de verlamde zijde;
- minder scherp zien;
- dubbelzien.
Er bestaan speciale trainingen om hiermee te leren omgaan.
Vermoeidheid
Het is heel normaal als je vooral in de eerste maanden na de beroerte snel vermoeid bent. Omgaan met alle beperkingen en het herstel kosten veel energie.
Incontinentie
Het kan zijn dat je na een beroerte moeite hebt met het ophouden van plas of ontlasting. Meestal gaat dit na verloop van tijd over. Realiseer je dat je niet de enige bent bij wie dit gebeurt. Vraag advies aan een speciale incontinentieverpleegkundige van de thuiszorgorganisatie.
Gevolgen denken en geheugen
Spreken en begrijpen van taal
Na een beroerte komen problemen met praten veel voor. Bij een spraakstoornis (dysartrie) heb je moeite met het duidelijk uitspreken van woorden. Dit komt bijvoorbeeld door een verlamming aan één kant van het gezicht. In dat geval begrijp je wel goed wat iemand tegen je zegt. Als het taalgebied beschadigd is door een beroerte, is het begrijpen van de taal moeilijker. Dit heet ook wel afasie. Bij afasie heb je één of meerdere problemen:
- je weet wat je wil zeggen, maar kan de woorden niet vinden;
- je zegt weinig of niets of spreekt wartaal;
- je begrijpt niet wat de ander zegt;
- je hebt moeite met lezen en schrijven.
Als je moeite hebt met spreken en schrijven, is het toch belangrijk dat je blijft communiceren. Een logopedist weet om welke taal of spraakstoornis het gaat en helpt met oefeningen en praktische tips. Je kunt daarbij ook gebaren, bewegingen en bepaalde geluiden gebruiken.
Verwerken prikkels
Na een beroerte kan je vaak minder snel reageren op onverwachte situaties, bijvoorbeeld in het verkeer. Ook kun je sneller overprikkeld raken en minder goed tegen drukte. Bijvoorbeeld in een kamer vol visite, bij veel achtergrondgeluiden of op het werk. Daarnaast is het vaak lastig om je goed te concentreren.
Begrip en leervermogen
Er kunnen na een beroerte problemen optreden met:
- dag- en nachtritme;
- tijdsbesef;
- bepalen van de plek waar je bent of naartoe moet;
- het geheugen;
- planning;
- rekenen en betalen in een winkel.
Ook kan je na een beroerte moeite hebben met dagelijkse handelingen, zoals aankleden, koken of boodschappen doen. Soms weet je dan de juiste volgorde niet meer. Dit heet apraxie.
Geheugenstoornissen
Veel mensen die een beroerte hebben gehad, hebben moeite om nieuwe informatie te onthouden. De naam van de nieuwe buurman bijvoorbeeld of een boodschap. Dat is lastig. Wen jezelf aan om afspraken en andere belangrijke dingen op te schrijven.
Moeite met handelingen
Heb je problemen met het uitvoeren van handelingen? Dit heet apraxie. Je kunt de handelingen in woorden wel uitbrengen, maar niet in de praktijk brengen. Zo kan het bijvoorbeeld voorkomen dat je je tanden poetst met een scheerapparaat. Of je kleding niet meer in de juiste volgorde aantrekt. Je partner kan je helpen door stap voor stap de handelingen met je uit te voeren.
Ruimtelijke waarneming
Iedereen heeft wel eens problemen met de ruimtelijke waarneming: je zet als je even niet oplet bijvoorbeeld je kopje naast de tafel of stapt net mis op een traptrede. Als je een beroerte hebt gehad in de rechterhersenhelft, kan je daar regelmatig last van hebben. Je verwart links en rechts of je kunt de afstand tot een bepaald voorwerp niet goed inschatten.
Gevolgen gedrag
Impulsief gedrag
Veel mensen zijn na een herseninfarct impulsief: ze beginnen al met handelen voordat ze nagedacht hebben en kunnen dit vaak niet onderdrukken. Het kan voorkomen dat je bijvoorbeeld al probeert uit je rolstoel te komen, voordat je de remmen erop hebt gezet. Of dat je al begint met eten zonder dat anderen iets op hun bord hebben liggen.
Interesse- en initiatiefverlies
Na een beroerte komt interesse en initiatiefverlies voor. Dit kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat je moeite hebt om op gang te komen. De afwezigheid van emotionele reacties valt hier ook onder. Ook kan je onverschillig zijn. Het helpt wanneer anderen je hierbij stimuleren.
Minder flexibel
Na een beroerte kan het moeilijk zijn voor je om met veranderingen om te gaan. Je kan uit je doen raken wanneer iets anders loopt dan verwacht. Denk hierbij aan onverwacht bezoek, verandering in de dagplanning of tegenslagen. Iedereen reageert hier weer anders op.
Waardigheidsverlies
Waardigheidsverlies uit zich in ander gedrag dan voor de beroerte. Daarmee word je als directe naaste het meest geconfronteerd. Was je partner, vriend(in) of familielid vroeger heel precies en netjes, dan kan het zijn dat hij of zij nu juist slordig is en zich nergens druk om maakt. Ook kan de manier van communiceren anders zijn. Zo kan iemand die voorheen heel correct was, nu ineens heel direct, kortaf of ongeremd zijn in taalgebruik. Probeer op een rustig moment over dit gedrag te praten en vertel rustig en duidelijk hoe je het graag anders zou willen. Vraag hierbij eventueel hulp aan een professional.
Veranderd tijdsbesef en gehaast gedrag
Door de hersenbeschadiging weet je soms niet meer automatisch hoe lang iets duurt of hoeveel tijd er is verstreken. Hierdoor ben je soms gehaast, kom je te vroeg op afspraken of wil je ergens al snel weer weg.
Emotionele gevolgen
Angst
Als je een beroerte hebt gehad in de linkerhersenhelft, dan heb je mogelijk last van angst. Je bent bijvoorbeeld bang om jezelf aan te kleden of te lopen. Probeer geduldig te blijven en denk goed na voordat je gaat doen. Het kan helpen om een activiteit in stapjes te verdelen. Zo krijg je meer overzicht in de juiste volgorde.
Labiliteit, dwanghuilen en frustraties
Na een beroerte hebben veel mensen geen inzicht meer in hun eigen gedrag. Het kan ook zijn dat je net na de beroerte je eigen problemen niet herkent. Die herkenning komt soms wel als je weer thuis komt. Daardoor kan je somber of depressief worden. Of prikkelbaar, omdat het je dwars zit dat bepaalde dingen niet meer gaan. Dwanghuilen komt ook voor. Dat zijn huilbuien zonder dat je weet waarom. Heb je last van deze problemen? Praat er dan over met iemand. Dat kan een naaste zijn, maar je kan ook de hulp van een psycholoog of maatschappelijk werker.
Praktische gevolgen
Zorg thuis
Als je door een herseninfarct verlamd bent geraakt, dan kan je bij de meeste simpele handelingen tegen problemen aanlopen. Wassen en aankleden, brood smeren, de krant lezen en naar het toilet gaan zijn soms niet meer vanzelfsprekend. Het kan zijn dat je daarbij extra hulp nodig hebt. Het regelen van de zorg thuis is in de praktijk een ingewikkelde taak die overal in Nederland anders geregeld wordt. Vaak komt veel neer op de partner en kinderen, de mantelzorgers. Soms kun je thuiszorg of huishoudelijke hulp krijgen. Een combinatie is mogelijk. De transferverpleegkundige in het ziekenhuis of revalidatiecentrum kan je hierbij adviseren.
Autorijden na een TIA of herseninfarct
Voor het autorijden na een herseninfarct gelden wettelijke regels. Daarnaast krijg je een medische keuring, op basis waarvan de arts beslist of en wanneer je weer mag rijden.In de eerste 2 weken na de uitvalsverschijnselen bij een herseninfarct of TIA mag je niet autorijden. Na deze 2 weken beoordeelt de keurend arts (huisarts of basisarts) of het weer kan. Als het weer kan, dan vult de arts een vragenlijst in. Deze stuur je samen met de ingevulde Eigen Verklaring op naar het CBR. Zijn er na de eerste 2 weken nog beperkingen, dan mag je 3 maanden niet rijden.
Na deze 3 maanden stelt de neuroloog of revalidatiearts een specialistisch rapport op. Als dit positief is, dan mag je weer rijden. Wel moet je een rijtest doen bij het CBR. Als je die haalt geldt de nieuwe rijgeschiktheid voor maximaal 5 jaar. Voor beroepschauffeurs gelden andere regels. Als beroepschauffeur mag je de eerste 4 weken niet rijden. Na 4 weken beoordeelt de keurend arts (huisarts of basisarts) of er nog beperkingen zijn. Zijn die er niet, dan moet je de ingevulde vragenlijst van de arts samen met je Eigen Verklaring opsturen naar het CBR. Op basis hiervan kan je als beroepschauffeur weer een rijbewijs (groep 2) krijgen voor onbepaalde tijd.
Als er na 4 weken nog beperkingen zijn, dan mag je 3 maanden niet rijden. Daarna is een specialistisch rapport vereist van de neuroloog of een revalidatiearts. En kan een rijtest van het CBR nodig zijn voor de beoordeling.
Autorijden na een hersenbloeding
Na een hersenbloeding gelden strenge regels voor autorijden. De neuroloog bekijkt per patiënt wat kan. Na een hersenbloeding is elke 3 jaar een herkeuring nodig voor het rijbewijs.
Intimiteit en seksualiteit
Door een beroerte kan ook je relatie en seksleven veranderen. Veel mensen hebben na een beroerte minder zin in intiem contact en gemeenschap dan voor de beroerte. Vaker is er wel behoefte aan intimiteit, maar geen seksuele behoefte. Die behoefte kan terugkomen, maar dit is niet altijd zo. Soms spelen gevoelens van minderwaardigheid, afkeer of tekortschieten een rol. Mannen kunnen door de hersenbeschadiging last hebben van erectie- en zaadlozingsstoornissen.
Ook vrouwen raken soms moeilijker lichamelijk opgewonden. Dat kan leiden tot relatieproblemen. Het is daarom belangrijk dat je intimiteit en seks met elkaar bespreekt en gevoelens met elkaar deelt. Zo kun je je relatie opnieuw vormgeven, met of zonder seksualiteit en met behoud van eigen waardigheid. Je kunt ook je huisarts, neuroloog of de verpleegkundige van de CVA-nazorgpoli om advies vragen.
Reizen en verblijf in de bergen
Na een beroerte is vliegen meestal geen probleem, zolang jouw situatie stabiel is. Vliegen in een sportvliegtuigje op grote hoogte kan problemen geven. Het is raadzaam om met de behandelend arts te overleggen of er beperkingen zijn met betrekking tot reizen.
Een verblijf in de bergen is niet altijd mogelijk. Mensen die een beroerte hebben gehad of een vernauwing van de halsslagader hebben, kunnen beter niet op grote hoogte verblijven vanwege het risico op trombose. Het is verstandig vooraf met de neuroloog te overleggen of er bezwaren zijn.
Duiken na een beroerte kan lang niet altijd. Allereerst moet de beroerte langer dan zes maanden geleden zijn. Ten tweede moet je voldoende kunnen bewegen, zien en denken. Overleg altijd eerst met de huisarts of neuroloog wanneer je wilt gaan duiken. De behandelend artsen kunnen persoonlijke risico's het best inschatten.
Brochures CVA
Hulpmiddelen voor CVA
Wij hebben vier hulpmiddelen voor u uitgezocht die u zouden kunnen ondersteunen in het dagelijkse leven.
Het gaat over de volgende hulpmiddelen:
- Robotstofzuiger;
- Douchebrancard;
- Verzwaarde deken;
- Badlift.
Hierbij staat vermeld:
- Wat ieder hulpmiddel inhoudt;
- Hoe het hulpmiddel kan worden ingezet en de werking van;
- De desbetreffende kosten van de hulpmiddelen en een gemiddelde prijs.
Badlift
Badlift
Met een opblaasbare badlift kunt u vanuit zithouding in en uit bad komen. Opblaasbare badliften bieden een oplossing als het voor u lastig is om in en uit bad te stappen of als dat niet voldoende veilig kan.

Een gemiddelde badlift kost rond de 1200 tot 1500 euro.
U krijgt het hulpmiddel mogelijk vergoed vanuit de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) of de Wlz (Wet langdurige zorg). Uw gemeente voert de Wmo uit. Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) voert de Wlz uit. Soms wordt een eigen bijdrage gevraagd.
Voor meer informatie: https://www.hulpmiddelenwijzer.nl/hulpmiddelen/badliften-opblaasbaar
Robotstofzuiger
Robotstofzuiger
Een robotstofzuiger heeft de vorm van een platte stofzuiger zonder slang en snoeren. De robot stofzuigt zelfstandig en beweegt zich door verschillende kamers. De robot werkt op een accu en sommige kunnen zelf terugkeren naar het laadstation. U programmeert de robotstofzuiger, zodat deze op vaste momenten stofzuigt. U kunt ook een dagelijkse route instellen en weer wijzigen wanneer u dat wilt.

De prijzen van de robotstofzuigers variëren afhankelijk van functionaliteit en merk. De prijs betreft 200 euro.
Meer informatie over robotstofzuigers op: https://www.consumentenbond.nl/stofzuiger/robotstofzuigers
Verzwaarde deken
Verzwaarde deken
Een verzwaarde deken helpt (hyperactieve) personen die harde prikkels nodig hebben om te ontspannen. Denk hierbij aan ADHD, spasmen, ernstige gedragsproblemen en ziekten met ontspanningsproblemen, bijvoorbeeld Huntington en Korsakov. Maar ook bij pijn, depressie of dementie kunt u het verzwaarde deken inzetten.
Het verzwaarde deken stimuleert het lichaam puntsgewijs en geeft een gevoel van geborgenheid. De druk van het deken stimuleert een gewaarwording van aanraking (oppervlakkig gevoel) en van spieren en gewrichten (diep gevoel). Dit stimuleert de aanmaak van hormonen die een ontspannen en kalmerend gevoel geven. Kinderen vinden het vaak heerlijk om met de deken te spelen.

De gemiddelde prijs voor een verzwaarde deken betreft 80 euro.
Voor meer informatie: https://www.hulpmiddelenwijzer.nl/hulpmiddelen/dekens-verzwaard
Douchebrancard
Douchebrancard
Met een douchebrancard kunt u liggend heen en terug naar de douche worden gereden. U blijft ook liggen onder de douche omdat u niet (langdurig) kunt zitten.

U ligt of u laat iemand plaatsnemen op de douchebrancard. De douchebrancard wordt daarna naar en van de doucheruimte gereden. De brancard wordt bij of onder de douche gezet.
Voor prijs zal een offerte aangevraagd moeten worden.
U krijgt het hulpmiddel mogelijk vergoed vanuit de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) of de Wlz (Wet langdurige zorg). Uw gemeente voert de Wmo uit. Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) voert de Wlz uit. Soms wordt een eigen bijdrage gevraagd.
Voor meer informatie: https://www.hulpmiddelenwijzer.nl/hulpmiddelen/douchebrancards
Diabetes mellitus
Diabetes mellitus
(ook wel suikerziekte genoemd) is een ziekte waarbij verhoogde glucose (suiker) waarden in het bloed te vinden zijn. Deze verhoogde glucosewaarden worden veroorzaakt door te weinig van het hormoon insuline, en/of door verminderde gevoeligheid voor insuline. Insuline wordt gemaakt door cellen in de alvleesklier. Insuline zorgt ervoor dat glucose in de weefsels wordt opgenomen. Indien er geen of te weinig insuline in het bloed aanwezig is, stijgt het bloedglucosegehalte. Op de lange termijn kan dit zorgen voor schade aan het lichaam. Dit kan schade geven aan de kleine bloedvaatjes (van de ogen, nieren en/of zenuwen) en aan de grote bloedvaten (mogelijk leidend tot een hartaanval, beroerte of etalagebenen).
Diabetes mellitus type 1
Diabetes mellitus type 1 is een auto-immuunziekte. Dit houdt in dat het lichaam antistoffen maakt tegen het eigen gezonde weefsel. Door deze antistoffen worden de cellen van de alvleesklier die insuline produceren (de zogenaamde bètacellen) afgebroken. Deze afbraak begint vaak al op jonge leeftijd. Als alle bètacellen kapot gegaan zijn, dan kan het lichaam geen insuline meer aanmaken. Uiteindelijk gaat diabetes mellitus type 1 dus gepaard met de afwezigheid van insuline.
Diabetes mellitus type 2
Bij diabetes mellitus type 2 is er sprake van een combinatie van meerdere factoren waardoor de bloedglucosewaarden te hoog worden. Enerzijds wordt er onvoldoende insuline aangemaakt door de alvleesklier. Anderzijds is de werking van insuline verminderd waardoor de cellen in verschillende weefsels de beschikbare insuline niet optimaal kunnen gebruiken. Dit wordt ook wel insulineresistentie genoemd. Diabetes mellitus type 2 wordt in de volksmond ook wel “ouderdomsdiabetes” genoemd. Deze naam is echter misleidend omdat ook jonge mensen diabetes mellitus type 2 kunnen krijgen.
Andere vormen
Er zijn ook andere zeldzame vormen van diabetes mellitus. Voorbeelden hiervan zijn MODY (Maturity Onset Diabetes of the Young) en LADA (Latent Auto-immune Diabetes in Adults). Tijdens de zwangerschap kunnen vrouwen ook tijdelijk een vorm van diabetes krijgen. Dit wordt zwangerschapsdiabetes genoemd.
Risicofactoren
Diabetes mellitus type 1 werd lang gezien als een erfelijke ziekte. Dit blijkt niet zo te zijn, slechts 5% van de nieuwe gevallen van diabetes type 1 heeft een familielid (vader, moeder, broer of zus) met deze ziekte. Wel is het zo dat bepaalde combinaties van erfelijke factoren een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van diabetes mellitus type 1.
Bij diabetes mellitus type 2 spelen erfelijke componenten ook een rol. Daarnaast zijn overgewicht en te weinig bewegen belangrijke risicofactoren voor diabetes mellitus type 2.
Hart- en vaatziekten
Om bij patiënten met diabetes het risico op hart- en vaatziekten te verlagen worden er nog andere behandelingen geadviseerd. Deze behandelingen bestaan uit leefstijladviezen en medicatie, afhankelijk van de aanwezige risicofactoren. De leefstijladviezen zijn:
- Niet roken.
- Zorgen voor een gezond gewicht (bij overgewicht 5-10% afvallen).
- Gevarieerd en gezond eten (voldoende fruit/groente).
- Voldoende lichaamsbeweging (minstens een half uur per dag inspannen).
- Matigen van alcoholgebruik.