In deze profielmodule ga je je kennis maken met de verschillen tussen winkelformules en ga je aan de slag met de volgende onderdelen:
winkelformules benoemen en hier naar handelen, producten bestellen en bestelde goederen en producten in ontvangst nemen, controleren, verwerken en verzorgen
ontwerpen, promoten, inrichten en presenteren aan de hand van een winkelformule
producten verkopen
In dit keuzevak werk je daarom aan de volgende competenties:
Je gedragen volgens normen en waarden
Vakdeskundigheid toepassen
Plannen en organiseren
Klantgericht werken
Oriëntatie
Als je gaat werken in de groene sector, kan dit bij verschillende soorten bedrijven.
Enkele voorbeelden van beroepen zijn:
medewerker bij een loonbedrijf
dierenartsassistent(e) bij een dierenarts
medewerker in een kwekerij
medewerker bij een voedingsmiddelenfabriek
medewerker in een tuincentrum.
Het uitgangspunt voor de profielmodule Groene vormgeving en verkoop is een tuincentrum. Hier worden producten verkocht voor huis, tuin en dier.
Er zijn:
wisselende collecties van producten
meerdere functies op de verschillende afdelingen
seizoensgebonden producten
Taken in het tuincentrum zijn bijvoorbeeld:
voorraadbeheer,
inkopen,
adviseren van klanten,
verkopen,
de winkel op orde houden,
producten presenteren en producten samenstellen.
In deze module ga je leren hoe je dat doet.
Opdracht:
Bekijk de film over het tuincentrum en beantwoord de vragen
Dagelijks eet je verschillende producten. Veel van deze producten worden ‘op het land’ gekweekt en grootgebracht.
Bijvoorbeeld:
koeien voor melk en kaas
aardappelen voor chips en patat
graan voor brood
enz.
Maar ook producten om onze leefomgeving leuker te maken,
Bijvoorbeeld:
bloemen uit de kas
pompoenen voor Halloween
De producten worden op verschillende plaatsen verkocht.
Bijvoorbeeld:
op de markt,
bij de boerderijwinkel,
in een speciaalzaak,
supermarkt,
tuincentrum,
bij een webshop
stalletje langs de weg.
De winkelvormen uitgelegd
Bij de winkelvormen maken we onderscheid in assortiment, prijs, imago, sfeer, klantenbinding en doelgroep.
1. Assortiment zijn alle artikelen die een winkel verkoopt. Een assortiment kan per winkel verschillen.
Breed assortiment → heel veel verschillende productgroepen.
Smal assortiment → maar één of enkele productgroepen.
Diep assortiment → veel varianten van een productgroep.
Ondiep assortiment → weinig varianten van een productgroep.
2. De prijs van artikelen in een winkel kan hoog of laag zijn.
3. Imago is hoe de klanten over een winkel denken, bijvoorbeeld duur of vakkundig.
4. Sfeer is hoe een winkel ‘voelt’, bijvoorbeeld gezellig of afstandelijk.
5. Klantenbinding zijn acties of service om de klant steeds weer terug te laten komen, bijvoorbeeld een spaarkaart voor korting op pretparken.
6. Doelgroep zijn de groep mensen waarop een winkel zich richt, bijvoorbeeld jongeren.
Welke winkelvormen zijn er voor agrarische producten?
1. de speciaalzaak, bijvoorbeeld bloemenwinkel
2. de supermarkt
3. de markt
4. de boerderijwinkel
5. het tuincentrum
6. de webshop
7. stalletje langs de weg
Theorieopdracht:
Maak de vragen over de theorie van de verschillende winkelvormen. En lever deze bij je docent in.
Na de opdracht kun je bij je docent controleren hoeveel logo's je herkende.
Praktijkopdracht:
Je hebt nu verschillende winkelvormen en verschillende logo's van bedrijven langs zien komen. Nu ga je aan de slag met je eigen winkelconcept. Lever je uitgeprinte opdracht bij je docent in.
Als je in een tuincentrum komt,
zie je op elke afdeling medewerkers.
Maar.... moet je echt alles van alle afdelingen weten? Dan moet je een supermens zijn!
Je gaat bij de Intratuin kijken hoe dit nu eigenlijk zit. ......
Praktijkopdracht:
Een beroep onder de loep
Ga naar de Intratuin
Doe onderzoek naar de verschillende beroepen met behulp van de aanwijzingen in de opdracht.
Het arrangement Profielmodule: Groene vormgeving en verkoop is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Maarten van Rossum
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2018-11-20 21:37:24
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.