Demografische transitie in Europa en Afrika - h45

Demografische transitie in Europa en Afrika - h45

Introductie

Een groot gezin komt in Europa nog
maar weinig voor.

Tussen 1800 en 1970 was het geboortecijfer in Europa hoog en het sterftecijfer daalde flink. Ook de levensverwachting nam toe. Als gevolg daarvan maakte de Europese bevolking een groeispurt. Na 1970 was het gedaan met de snelle groei. Het geboortecijfer daalde sterk, de levensverwachting nam nog verder toe. De Europese bevolking groeide wel, maar langzamer.

Door die veranderingen is de leeftijdsopbouw van de Europese bevolking sterk veranderd. Het aandeel daarin van de jongeren is veel kleiner, er zijn meer ouderen. Het werkend deel van de bevolking is kleiner geworden en die kleinere beroepsbevolking moet meer niet-werkenden onderhouden. Die trend zal de komende jaren doorzetten, ook omdat de levensverwachting nog verder zal toenemen. Het is, naast andere zaken, van invloed op de arbeidsmarkt en de ouderdomsvoorzieningen in Europa.

In Afrika is het geboortecijfer hoog en ook een stuk hoger dan het sterftecijfer. Daardoor groeit de Afrikaanse bevolking snel en is een groot deel van de bevolking jong. De aanwas van de bevolking wordt vooral veroorzaakt door een geboorteoverschot.
Ook de komende jaren zal de bevolking snel blijven groeien, ook omdat het sterftecijfer, dankzij betere medische zorg en de beschikbaarheid van meer voedsel, verder omlaag zal gaan en de levensverwachting zal toenemen. Vooral de kindersterfte gaat afnemen. Het gevolg is dat de beroepsbevolking ook steeds groter wordt. Al die jongeren groeien op tot volwassenen die de kost moeten verdienen. En dat terwijl in grote delen van Afrika de werkloosheid al groot is. Geen werk hebben betekent vaak leven in armoede.

Het is voor veel Afrikanen een reden om hun heil, lees werk en inkomen, ergens anders te zoeken. Op de vlucht voor armoede en in sommige gevallen ook voor onveiligheid in eigen land, emigreren veel Afrikanen naar Europa. Als de Afrikaanse bevolking blijft toenemen, zal het aantal Afrikaanse migranten richting Europa naar verwachting verder stijgen.

Europa heeft een gebrek aan jongeren, Afrika heeft een overschot. Moeten we meer Afrikaanse migranten, en dan vooral jonge Afrikaanse migranten in Europa toelaten omdat we daar allemaal baat bij hebben? Of scheppen we op die manier nieuwe problemen en kunnen we de migratiecijfers beter naar beneden bijstellen?

Over deze kwestie ga je nadenken. Vorm je eigen oordeel, ondersteund met goede argumenten.

Colofon

Het arrangement Demografische transitie in Europa en Afrika - h45 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

Auteur
VO-content
Laatst gewijzigd
2022-01-27 12:00:36
Licentie
CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie

Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

  • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
  • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
  • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Toelichting
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor HAVO leerjaar 4 & 5. In het domein "Wereld'' wordt het thema 'Demografische transitie in Europa en Afrika'' besproken. In zowel Europa als Afrika vindt een demografische transitie plaats. Dit verwijst naar de overgang van een situatie waarin de geboorte- en sterftecijfers hoog zijn en de natuurlijke bevolkingsgroei laag is, naar een situatie waarin de geboorte- en sterftecijfers laag zijn en er sprake is van een beperkte natuurlijke bevolkingsgroei of zelfs krimp. Deze overgang gaat vaak gepaard met verstedelijking, waarbij steeds meer mensen van het platteland naar de steden trekken. In Europa is er sprake van een lage bevolkingsdruk, wat betekent dat er voldoende voedsel en werkgelegenheid beschikbaar zijn voor de mensen in Europa. Er is dus geen sprake van overbevolking. Overbevolking is een relatief begrip en treedt op wanneer het aantal bewoners groter is dan de beschikbare middelen van bestaan. Het demografische transitie model beschrijft vijf fases die een land doormaakt bij de overgang van een laagontwikkeld naar een hoogontwikkeld land. De welvaart van een land wordt gemeten aan de hand van het BBP (Bruto Binnenlands Product) per hoofd van de bevolking. Het BBP vertegenwoordigt de waarde van alle goederen en diensten die in een jaar in een land worden geproduceerd, gedeeld door het aantal inwoners van het land. Afhankelijk van de fase waarin een land zich bevindt, kunnen verschillende problemen worden ervaren. In Nederland hebben we te maken met vergrijzing en krapte op de arbeidsmarkt, terwijl in Afrika juist een overschot is aan (jonge) arbeidskrachten.
Leerniveau
HAVO 4; HAVO 5;
Leerinhoud en doelen
Arm en rijk; Globalisering; Burgerschap; Aardrijkskunde; Bevolking en ruimte;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
6 uur en 0 minuten
Trefwoorden
aarijkskunde, afrika, arbeidsmarkt, arrangeerbaar, bnp, demografisch transitie model, hv45, krappe arbeidsmarkt, stercollectie, vergrijzing
close
gemaakt met Wikiwijs van kennisnet-logo
open