Thema: Een dier in huis? vmbo-b34

Thema: Een dier in huis? vmbo-b34

Thema: Een dier in huis?

Intro

Een dier in huis?
“Ruim 56% van de huishoudens in Nederland heeft één of meer huisdieren.
Dat betekent dat er miljoenen honden, katten, knaagdieren, vogels en andere dieren als gezelschapsdier worden gehouden.

De Dierenbescherming vindt dat niet alle dieren geschikt zijn als huisdier. En we vinden ook dat je vóórdat je een dier in huis neemt, goed moet nadenken of je geld hebt voor bijvoorbeeld de dierenarts en voer.

Laat je dus niet verleiden als je een schattig nestje kittens of pups ziet, voordat je je goed verdiept hebt in wat het inhoudt om een dier te verzorgen.

Kijk in de volgende video naar het werk van de dierenbescherming. 

Een huisdier kost tijd. Een hond moet je uitlaten, met een kat moet je regelmatig spelen.
En bedenk dat sommige dieren liever niet in hun eentje bij je wonen. Konijnen bijvoorbeeld, hebben altijd een maatje nodig, anders vereenzamen ze.

Ga ook niet blind af op het uiterlijk van een dier, of een bepaald ras. Het is belangrijk dat een dier bij jou,
je woonsituatie en leefstijl past.”

Dit thema gaat over verschillende huisdieren, maar ook over dieren die je liever niet in huis hebt
of kunt hebben. Je leert hoe verschillende dieren zijn gebouwd (skelet en ogen).
Je leert ook op welke verschillende manieren ze ademhalen en ze zich voortplanten.

Je rondt dit thema af met een aantal examenvragen.
 

Wat ga ik leren?

Kennis
K6 Skelet en bewegen

  • De functies van een (inwendig of uitwendig) skelet beschrijven.
  • Van dieren aangeven of ze een inwendig of een uitwendig skelet hebben.
  • Minimaal twee voorbeelden geven dieren die geen skelet hebben.
  • Uitleggen hoe dieren zonder skelet aan hun stevigheid komen.
  • Aan de bouw van poten zien of een dier een teenganger, hoefganger of zoolganger is.

K6 Ademhaling bij dieren

  • Omschrijven welke organen organismen gebruiken om zuurstof op te nemen en koolstofdioxide af te geven.
    • Insecten gebruiken tracheeën.
    • Vissen gebruiken kieuwen.
    • Amfibieën gebruiken longen, kieuwen en de huid.
    • Reptielen, vogels en zoogdieren gebruiken longen.
  • Omschrijven wat ademhaling, verbranding en fotosynthese met elkaar te maken hebben.

K11 Kijken

  • De onderdelen van het oog aanwijzen in een afbeelding.
  • De functie(s) van de onderdelen van het oog beschrijven.
  • De werking van het oog uitleggen.
  • Omschrijven hoe het oog wordt beschermd tegen vuil.

K12 Voortplanting bij dieren

  • Met behulp van voorbeelden duidelijk maken wat het verschil is tussen inwendige en uitwendige bevruchting.
  • Aangeven welke groepen dieren eieren leggen.

Vaardigheden
Aan het eind van dit thema kun je:

  • Het skelet van een mens vergelijken met een skelet van een dier.
  • Kenmerken van een klasse dieren opzoeken met behulp van filmpjes en internetbronnen.
  • Een natuurgetrouwe tekening maken van een oog.
  • De opgedane kennis over een onderwerp presenteren door vragen (+ antwoorden) over het onderwerp te maken.

Wat kan ik al?

Weet je het nog
Het thema Een dier in huis? is het tiende thema.
De theorie uit enkele modules die je in de eerste thema's bent tegengekomen, heb je ook nodig bij de afsluiting van dit thema.
Als je twijfelt of je het nog weet, klik de modules hieronder dan nog eens door.

Module

Levenskenmerken

Module

Dissimilatie

Module

Determineren

Module

Relaties tussen organismen

Module

Biotische en abiotische factoren

Module

Geraamte

Module

Hart en bloedsomloop

Module

Hormonen

Module

Man en vrouw

Wat ga ik doen?

Het thema Een dier in huis? bestaat uit de volgende onderdelen.
In de tabel staat per activiteit hoeveel lessen je ongeveer nodig hebt.

Activiteit

Aantal lessen

Inleiding

 

Wat kan ik straks?

0,5

Wat kan ik al?

2

Wat ga ik doen?

0,5

Modules

 

Module: Skelet en bewegen

3

Module: Ademhaling bij dieren

2

Module: Kijken

2

Module: Voortplanting bij dieren

2

Afsluiting

 

Samenvattend

0,5

Eindopdracht: examenvragen Een dier in huis?

0,5

Terugkijken

0,5

Totaal:

13 à 14

 

 

Modules

Hieronder vind je de vier modules die horen bij dit thema.
Maak je keuze.

Module 1

Skelet en bewegen

Module 2

Ademhaling bij dieren

Module 3

Kijken

Module 4

Voortplanting bij dieren

Afsluiting

Samenvattend

Hier vind je de Kennisbankitems bij dit thema.

Skelet en bewegen

Ademhaling bij dieren

Kijken

Voortplanting bij dieren

Examenvragen

Je hebt in zeven modules veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.

Tips


Van de examenvragen kan de voortgang worden bijgehouden op ExamenKracht.
Vraag verdere instructies aan je docent.

VMBO-B34 2018-TV1

VMBO B34 2018-TV1 Vraag 28
VMBO B34 2018-TV1 Vraag 35

VMBO-B34 2019-TV1

VMBO B34 2019-TV1 Vraag 21
VMBO B34 2019-TV1 Vraag 22
VMBO B34 2019-TV1 Vraag 23
VMBO B34 2019-TV1 Vraag 24

VMBO-B34 2021-TV1

VMBO B34 2021-TV1 Vragen 4 en 5
VMBO B34 2021-TV1 Vraag 6
VMBO B34 2021-TV1 Vragen 13-15
VMBO B34 2021-TV1 Vraag 18
VMBO B34 2021-TV1 Vraag 31
VMBO B34 2021-TV1 Vraag 32

VMBO-B34 2021-digitaal examenvariant 1

VMBO B34 2021-digitaal exvariant 1 Vraag 4
VMBO B34 2021-digitaal exvariant 1 Vraag 21

VMBO-B34 2021-digitaal examenvariant 2

VMBO B34 2021-digitaal exvariant 2 Vraag 12
VMBO B34 2021-digitaal exvariant 2 Vraag 15
VMBO B34 2021-digitaal exvariant 2 Vraag 16

Terugkijken

Intro

  • Kijk nog eens naar de intro van het thema. Sluit de intro goed aan bij het thema?
    Waarom wel/niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • De leerdoelen van dit thema vind je onder het kopje 'Wat ga ik leren?'
    Lees die leerdoelen nog eens door. Kun je wat je moet kunnen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Voor dit thema was ongeveer 13 uur gepland.
    Klopt dat met het aantal uur dat je met dit thema bezig bent geweest?
  • Modules
    Kijk nog eens naar de titels van de modules.
    Passen alle modules bij de intro van het thema? Welke wel en welke niet?
  • Inhoud
    Niet alle modules waren helemaal nieuw.
    Een deel van de stof heb je in klas 1 of 2 ook al behandeld?
    Schrijf twee onderwerpen op die helemaal nieuw waren.
  • Examenvragen
    Heb je de examenvragen gemaakt? Ging het goed?
  • Het arrangement Thema: Een dier in huis? vmbo-b34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-04-15 13:09:11
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Het thema 'Een dier in huis?' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.

    Fair Use
    In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use.
    Meer informatie: Fair use

    Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor biologie voor vmbo-b34. Dit thema heet een dier in huis en bevat 4 onderwerpen. Het eerste onderwerp is skelet en bewegen, hierbij leer je wat de functie is van je inwendige en uitwendige skelet en kan je aangeven of een dier een inwendig of uitwendig skelet heeft. Je kan ook twee voorbeelden geven van dieren die geen skelet hebben (holtedieren, wormen en eencelligen) en uitleggen hoe deze dieren aan hun stevigheid komen. Ook kan je aan de bouw van de poten zien of een dier een teenganger, hoefganger of een zoolganger is. Het tweede onderwerp is ademhaling bij dieren, hierbij leer je welke organen organismen gebruiken om zuurstof op te nemen en koolstofdioxide af te geven. Bij eencellige is dat via het celmembraan, bij sponzen, holtedieren en wormen via huidademhaling, bij insecten zijn dit tracheeën, bij vissen kieuwen, bij amfibieën zijn het longen, kieuwen en de huid en bij reptielen, vogels en zoogdieren de longen. Ook leer je wat de ademhaling, verbranding en de fotosynthese met elkaar te maken hebben. Het derde onderwerp is kijken, hierbij leer je de onderdelen van het oog (hoornvlies, lens, pupil, iris, straalvormig lichaam, oogspier, harde oogvlies, vaatvlies, netvlies, glasachtig lichaam, gele vlek, blinde vlek en oogzenuw) aan te wijzen in een afbeelding en de functie(s) te beschrijven. Je weet ook wat de werking van het oog is en hoe het oog word beschermd tegen vuil. Het vierde onderwerp is voortplanting bij dieren, hierbij leer je wat het verschil is tussen inwendige en uitwendige voortplanting en kan je aangeven welke groepen dieren eieren leggen.
    Leerniveau
    VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Biologie; Instandhouding en ontwikkeling;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    10 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, b34, biologie, het oog, huidademhaling, inwendige en uitwendig skelet, inwendige en uitwendige voortplanting, kieuwen, longen, stercollectie

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (z.d.).

    Kennisbank Biologie - blauw

    https://maken.wikiwijs.nl/147184/Kennisbank_Biologie___blauw