Spel
Activiteit
|
RAMMELAAR
|
Doelgroep
|
6-9 maanden
|
Doel
|
Stimulering van de motoriek.
- Verbetering van de hand-oog coördinatie.
- Verbetering van grip en vasthouden
|
Benodigdheden
|
- Omgespoeld 0,2cl flesje
- Knikker
- papier
|
Plaats
|
Binnen; op de grond/ kussen of in de box
|
Voorbereiding
|
Stop een knikker in een klein drinkflesje. LIJM DE DOP VAST! Plak een papier over de helft van het flesje.
|
Uitvoering
|
- Laat de baby het flesje vasthouden.
- Help de baby in het begin met bewegingen heen en weer. De baby ziet de knikker wel; en niet meer als de knikker achter het opgeplakte papier ‘verdwijnt’.
- Vraag de baby; ‘waar is de knikker?’
|
Variatie
|
Laat het flesje rollen over de grond of door de box.(dichtbij genoeg) Stimuleer de baby om het flesje te pakken.
|
Spelactiviteiten Baby:
Spelen maand 1
Je baby kan natuurlijk nog geen bal vasthouden en kan nog helemaal niet echt met je spelen. Toch kun je al een beetje spelen met je baby. Hij herkent je namelijk aan je geur en stem. Hoe ouder hij wordt, hoe meer hij je gezicht gaat herkennen. Je baby vindt het fijn als je bijvoorbeeld na het voeden, je gezicht heel dicht bij dat van hem brengt. Je kunt dan zachtjes tegen hem praten. Hij herkent je stem, je geur en herkent steeds beter je gezicht.
Speeltip: Vertel je baby iedere avond een klein verhaaltje of wat er die dag allemaal is gebeurd.
Spelen maand 2
Kindjes van twee maanden gaan al iets meer herkennen. Je kind vindt het nog steeds helemaal leuk om jouw gezicht van dichtbij te zien. Maar ondertussen wordt je baby ook nieuwsgierig naar dingen die geluid maken. Van je gebabbel krijgt hij niet genoeg. Hij volgt alles nauwlettend met zijn ogen. Speeltjes met felle kleuren die ook nog eens geluid maken vallen extra op. Vertel je kind nog steeds verhaaltjes, want hier geniet hij nog erg van.
Speeltip: Maak oogcontact met je baby. Beweeg je gezicht, maak een grimas en speel met je stem als je iets aan hem vertelt. Je kind zal alles nauwlettend volgen.
Spelen maand 3
In de derde maand is je baby niet ineens omgeturnd tot een echt speelkameraatje. Ook nu gaat je baby vooral op geluid en geur af. Je kind ziet dingen alleen nog maar scherp die op 20 tot 25 centimeter van zijn gezicht zijn. Een speeltje of boekje moet je dan ook op die afstand langzaam bewegen. Zo heeft je baby tijd om zijn ogen scherp te stellen en kan hij het goed volgen. Doe je dit op een te grote afstand en te snel? Dan mist je kindje helemaal het feit dat je met hem aan het spelen bent.
Speeltip: Laat je baby een felgekleurde speeltje dat een geluidje maakt zien. Beweeg het langzaam heen en weer voor zijn gezichtje en laat het zo bijvoorbeeld leuk rinkelen.
Spelen maand 4
Lichaamscontact is voor je baby belangrijk en leuk. Hij geniet er van als je met hem knuffelt en hem aanraakt. Op deze leeftijd is je baby ook nog steeds gefocust op geluiden, geur en je gezicht. Dus speel ook weer dichtbij hem. Houd je gezicht niet verder dan 25 centimeter van hem vandaan. Naast spelletjes met bijvoorbeeld de voetjes van je baby zelf, kun je ook hier weer spelen met bijvoorbeeld een knuffel.
Speeltip: Pak de voetjes van je baby vast en kriebel hem met je vingers van top tot teen.
Spelen maand 5
Maand vijf is eigenlijk niet zoveel anders als maand vier, als het om spelen met je baby gaat. Concentreer je vooral op spelletjes waarbij je je baby aanraakt, omdat je kindje zich steeds meer bewust is van zijn eigen lichaam. Beweeg zijn voetjes heen en weer terwijl je een liedje zingt. Laat je baby je vinger grijpen en beweeg zijn handjes en armpjes op en neer. Babbel ondertussen wat tegen hem. Het duurt zo niet lang meer totdat je een reactie krijgt.
Speeltip: Maak kleine draaibewegingen met de armpjes en voetjes van je baby en zing ondertussen een liedje.
Spelen maand 6
Je kind raakt zich steeds meer bewust van het feit dat zijn handjes en voetjes van hem zijn en dat hij deze zelf kan bewegen. Spelletjes met zijn handen en voeten zijn dan ook nog steeds erg leuk, maar ze mogen langzaam wat meer pit krijgen. Er mogen meer geluidjes, kleurtjes en materialen aan te pas komen. Je zult merken dat je baby ook steeds meer naar dingen gaat grijpen en in zijn mondje wil stoppen. Let er daarom goed op dat je geen speeltjes aan je kind geeft die hij door kan slikken of waaraan dingen los zitten.
Speeltip: Loop met een knuffel over de buik van je baby naar zijn gezicht, zo kan hij het knuffeltje goed zien en beetpakken.
Spelen maand 7
Je baby is in de kiekeboe fase beland. Hij krijgt er geen genoeg van. Je kunt je gezicht verbergen achter je handen en ze ineens weghalen en kiekeboe roepen. Een knuffelbeertje voor je gezicht houden werkt ook altijd. Je kunt ook met het beertje zelf kiekeboe spelen. Dus het knuffeltje verbergen achter jezelf en dan tevoorschijn halen. Let op de reactie van je kind en herhaal dezelfde beweging als je merkt dat hij enthousiast is.
Speeltip: Ga met je kind voor de spiegel staan. Zwaai met een poppetje achter zijn rug en laat het speeltje in de spiegel bewegen.
Spelen maand 8
Je baby kan je in de achtste maand nog niet nadoen. Toch is hij helemaal gefascineerd door na-aapspelletjes. Als je een hoge en lage geluiden maakt zal hij hierop reageren en een geluidje terug maken. Omdat hij je zelf nog niet goed kan nadoen, vindt hij het geweldig als jij zijn geluidjes nadoet. Hij let strak op de bewegingen die je maakt, dus doe zijn beweginkjes ook na als je merkt dat hij op je let. Als je baby bijvoorbeeld zijn handje op z’n hoofdje legt, doe hem dan na.
Speeltip: Laat je kind je gezicht bekijken en betasten. Gekke geluiden en grimassen maken je baby aan het lachen.
Spelen maand 9
Je baby gaat steeds meer dingen leuk vinden en begrijpen. Vrolijke kinderliedjes waarbij bewegingen horen, vindt hij helemaal geweldig. Denk aan liedjes als ‘klap eens in de handjes’ en ‘hop-paardje-hop’. Leer hem de bewegingen die erbij horen, zodat jullie samen een spelletje doen. Als je vaak met hem hetzelfde liedje zingt, gaat hij de melodie en woorden herkennen.
Speeltip: Neem je kind bij je op schoot en doe ‘hop paardje hop’ met hem.
Spelen maand 10
Op deze leeftijd is het goed dat je veel tegen je baby praat, zodat hij klanken en woorden gaat herkennen. Vertel verhaaltjes en babbel tegen hem als je aan het werk bent in huis of met de kinderwagen aan het wandelen bent. Om je kind spelenderwijs wegwijs te maken met klanken en woorden is het goed om samen een plaatjesboek met grote afbeeldingen te bekijken. Wijs dingen aan en geef alles een naam. Je baby leert woorden en kan deze dan later makkelijker nadoen.
Speeltip: Bekijk met je kind een plaatjesboek en benoem alle dingen.
Spelen maand 11
Je kind kan nu meer dan alleen oplettend toekijken. Iets nadoen is nog steeds favoriet en nu kan hij zelf het spelletje meedoen. Doe daarom iets en laat je baby het na doen. Klap bijvoorbeeld in je handen, zwaai en knipper met je ogen. Maak geluiden en woorden. Ondertussen hebben speeltjes met beweegbare onderdelen en veel geluid en knipperde onderdelen een onweerstaanbare aantrekkingskracht voor je kleintje.
Speeltip: Pak de vingertjes van je kind één voor één vast en zeg een versje op. Zoals ‘Naar bed naar bed, zei Duimelot. Eerst nog wat eten, zei Likkepot. Waar zal ik het halen, zei Lange Jaap. In grootmoeders kastje, zei Ringeling. Ik zal het verklappen, zei 't kleine ding.’
Spelen maand 12
Ondertussen is je kind al van alles zelf aan het ontdekken. Alles is nieuw voor je baby, hij is dus constant op ontdekkingsreis. Foto’s zijn nu ook super interessant. Vooral als het foto’s van jezelf zijn. Laat hem daarom foto’s zien van zichzelf en de mensen om hem heen. Benoem de mensen en de dingen. Je kind is nu ook oud genoeg om af en toe naar de tv te kijken. Veel programma’s zijn nog niet geschikt voor je baby. Koop daarom een dvd van bijvoorbeeld de Teletubbies of TikTak.
Speeltip: Maak een speciaal fotoboekje voor je kind met foto’s van hemzelf, papa en mama, broertjes en zusjes, opa’s en oma’s. Een boekje helemaal over jezelf is geweldig!