Bij debatteren gaat het vooral om argumenteren. Kies bij de volgende drie stellingen steeds het beste argument vóór of tegen de stelling.
Bediscussieer je antwoorden met een klasgenoot.
Stelling: Vlees eten is slecht, iedereen zou vegetariër moeten worden.
Mijn buurvrouw eet ook geen vlees en zij is heel aardig.
Iedereen met een beetje gevoel eet geen vlees.
Het eten van vlees is pijnlijk, dieren hebben vaak een slecht leven.
Stelling: Roken is schadelijk voor de gezondheid en moet daarom verboden worden.
M'n beste vrienden roken ook, dus zo slecht is het niet.
Veel mensen hebben werk in de sigarettenindustrie, dus niet verbieden!
Ik rook niet, dus mij maakt het niet uit.
Stelling: Ajax is de beste voetbalclub van de Nederland.
Ajax is super gaaf, de beste club van de hele wereld!
Ajax is al 30 keer landskampioen geworden.
Ik ben helemaal geen fan van Ajax.
Stap 2: Bedenk zelf een argument
Stap 3: Presentatie
Tijdens een debat is niet alleen wat je zegt van belang maar ook hoe je het zegt en hoe je er bij staat.
Bekijk een stukje van het volgende debat. Al versta je de mensen (misschien) niet, maar hun lichaamstaal is wel duidelijk.
Bespreek met een klasgenoot wat jullie vinden van de presentatie van de debaters.
Probeer antwoord te geven op vragen als:
Hoe gebruiken de debaters hun handen?
Is het prettig om naar de debaters te kijken?
Komen de debaters rustig/onrustig over?
Worden jullie afgeleid door wat de debaters dragen?
etcetera
Stap 4: Luisteren
Tijdens een discussie/debat is het belangrijk dat je luistert naar de ander. Bekijk de volgende twee videofragmenten van YouTube.
Bespreek samen de beide filmfragmenten.
Reageren de debaters echt op elkaar? Wordt er geluisterd?
Als je zelf gaat debatteren zorg er dan voor dat je:
let op degene die aan het woord is,
af een toe een vraag stelt of vraagt om een voorbeeld of bewijs,
kort samenvat wat je hoort en dat je daarop reageert,
ingaat op de argumenten van de ander.
Stap 5: Voorzitter en jury
Een debat is een discussie met spelregels die van te voren worden afgesproken.
Om er voor te zorgen dat de debaters zich tijdens het debat aan de regels houden is er een voorzitter.
De voorzitter leidt het debat en hij/zij zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt en dat iedereen uit kan spreken.
Naast de voorzitter is er een jury.
De jury beoordeelt de debaters en bepaalt uiteindelijk wie het debat heeft gewonnen.
Om een jury te helpen bij het beoordelen, kan de jury gebruik maken van een beoordelingsformulier.
Download het voorbeeld Juryformulier van 'Op weg naar het lagerhuis'.
Bespreek samen met een klasgenoot de inhoud van het formulier.
Afronding
Samenvattend
Hier vind je de Kennisbank hier hoort bij deze opdracht.
Je gaat je nu voorbereiden op een debat over twee stellingen.
Dat kunnen de stellingen hieronder zijn, maar het kan ook zijn dat je de stellingen van je docent krijgen.
Stelling 1: De leeftijd waarop je op een brommer mag rijden moet worden verlaagd naar 12 jaar.
Stelling 2: Op school moet Chinees als verplicht vak worden ingevoerd.
Bedenk nu zoveel mogelijk argumenten vóór en tegen bij iedere stelling.
Schrijf de argumenten op een kladblaadje.
Bij een debat hebben twee of meer mensen een verschillende mening over een onderwerp. Deze standpunten worden helder in beeld gebracht door argumenten voor het eigen standpunt te geven, of door de argumenten van de ander met tegenargumenten te bestrijden.
Ga met drie andere leerlingen in debat. Twee spelen 'voorstander' en twee spelen 'tegenstander'. Geef elkaar commentaar op de inhoud. Let ook op elkaars houding. Zorg dat één iemand de voorzitter is.
Evalueer samen het debat. Maak hierbij gebruik van het Juryformulier uit stap 5.
Tijdens het debat kijkt en luister je docent mee.
Bij de beoordeling van het debat let hij/zij op het volgende:
De standpunten werden duidelijk overgebracht.
De argumenten werden goed onderbouwd.
Bij de argumenten werden voorbeelden gegeven.
Er werd duidelijk gesproken.
De lichaamstaal paste bij de toon van het debat.
Succes!
Extra opdracht
Spreken: Discussie en debat
Hier vind je een extra oefening over discussie en debat.
Laat je mening horen in de onderstaande oefening!
Bekijk de video in de inleiding eventueel nogmaals.
Heb je wat aan de tips in het filmpje?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees het leerdoel van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
Inhoud
Ken je tips voor een goed debat?
Eindopdracht
Over welke stelling hebben jullie gediscussieerd?
Hoe verliep het debat?
Wat vond je van je eigen rol en houding in het debat?
Extra opdracht
Heb je de extra opdracht gemaakt? Ging het goed?
Het arrangement Opdracht: Spreken - Discussie en debat - hv12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Vlieg er eens uit!' en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor hv12. Tijdens deze opdracht ontwikkel je vaardigheden die betrekking hebben op discussies en debatten. Je leert wat een discussie of debat inhoudt en hoe je sterke argumenten kunt bedenken om je mening te ondersteunen. Bovendien leer je waar je op moet letten bij het deelnemen aan een discussie of debat en hoe je je goed kunt voorbereiden.
De eindopdracht omvat het voorbereiden van een debat over twee stellingen. Je kunt de gegeven stellingen gebruiken of stellingen van je docent krijgen. Voor elke stelling moet je zowel argumenten vóór als tegen bedenken en deze op een kladblaadje noteren. vervolgens ga je het debat uitvoeren. In het debat werk je samen met drie andere leerlingen, waarbij twee personen de rol van 'voorstander' op zich nemen en twee personen de rol van 'tegenstander' spelen. Jullie zullen elkaar van feedback voorzien op basis van de inhoud en elkaars houding. Zorg ervoor dat er één persoon fungeert als voorzitter om het debat in goede banen te leiden.
Naast de eindopdracht is er ook een extra oefenopgave beschikbaar om je vaardigheden verder te ontwikkelen. Succes!
Leerniveau
VWO 2;
HAVO 1;
VWO 1;
HAVO 2;
Leerinhoud en doelen
De beurt nemen en bijdragen aan de samenhang;
Nederlands;
Mondelinge taalvaardigheid;
Begrippenlijst en taalverzorging;
Luisteren;
Spreken;
Gesprekken voeren (Nederlands);
Argumentatieve vaardigheden;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
2 uur en 0 minuten
Trefwoorden
argumenteren, arrangeerbaar, debatteren, discusseren, hv12, nederlands, spreken- discussie en debat, standpunten, stercollectie, vlieg er eens uit!
Deze opdracht hoort bij het thema 'Vlieg er eens uit!' en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor hv12. Tijdens deze opdracht ontwikkel je vaardigheden die betrekking hebben op discussies en debatten. Je leert wat een discussie of debat inhoudt en hoe je sterke argumenten kunt bedenken om je mening te ondersteunen. Bovendien leer je waar je op moet letten bij het deelnemen aan een discussie of debat en hoe je je goed kunt voorbereiden.
De eindopdracht omvat het voorbereiden van een debat over twee stellingen. Je kunt de gegeven stellingen gebruiken of stellingen van je docent krijgen. Voor elke stelling moet je zowel argumenten vóór als tegen bedenken en deze op een kladblaadje noteren. vervolgens ga je het debat uitvoeren. In het debat werk je samen met drie andere leerlingen, waarbij twee personen de rol van 'voorstander' op zich nemen en twee personen de rol van 'tegenstander' spelen. Jullie zullen elkaar van feedback voorzien op basis van de inhoud en elkaars houding. Zorg ervoor dat er één persoon fungeert als voorzitter om het debat in goede banen te leiden.
Naast de eindopdracht is er ook een extra oefenopgave beschikbaar om je vaardigheden verder te ontwikkelen. Succes!