Opdracht: Schrijven - Toon en publiek - hv12

Opdracht: Schrijven - Toon en publiek - hv12

Toon en publiek

Intro

In deze schrijfopdracht staan toon en publiek centraal.

In deze video wordt uitgelegd wat schrijfdoelen en tekstsoorten zijn.
Bekijk de video goed en maak aantekeningen. De tips die je hoort, kun je gebruiken tijdens de rest van deze opdracht.

 

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • de vier tekstdoelen noemen 
  • bij ieder tekstdoel twee passende tekstsoorten noemen.
  • aangeven met welke drie factoren je rekening kunt houden als je een tekst schrijft.
  • uitleggen waarom je voor volwassenen op een andere toon schrijft dan voor jongeren.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Na het bestuderen het Kennisbankitem 'Toon en publiek' beantwoord je vragen over de Kennisbank.
Stap 2 Een tekst kan meer dan één tekstdoel hebben. In deze stap lees je een tekst en bekijk je welke tekstdoelen deze tekst heeft.
Stap 3 Wat voor publiek heb je? Je bestudeert verschillende teksten en koppelt deze aan de juiste doelgroep.
Stap 4 en Je past een tekst aan zodat hij aansluit bij de juiste doelgroep.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Samenvattend Hier vind je de kennisbanken die horen bij deze opdracht.
Eindopdracht A Je ontwerpt met een klasgenoot drie anti-rookposters.
Eindopdracht B Je maakt samen met een klasgenoot drie reclamespots.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

Bestudeer uit de Kennisbank Nederlands de volgende onderwerpen:

Schrijven: Tekstdoel en tekstsoort

Schrijven: Toon en publiek

Maak nu de volgende oefening:

 

Stap 2: Meer dan één tekstdoel

Stap 3: Welk publiek?

Stap 4: Een tekst aanpassen

Lees de onderstaande tekst.

Kies uw zonnebril met zorg

De meeste zonnebrillen zien er mooi uit. Maar zijn ze ook geschikt? Tenslotte heeft een zonnebril niet alleen als doel dat u er mooi uitziet. Het zonlicht moet erdoor getemperd worden, zodat uw veiligheid op de weg of op de piste is gegarandeerd. Let dus bij aankoop op de technische eigenschappen van de bril. Een belangrijk kenmerk kan zijn dat het licht wordt gepolariseerd. Sommige zonnebrillen bezitten deze eigenschap en werken daardoor beter dan andere brillen. Het is dus niet alleen een kwestie van donker glas. Bedenk dat uw ogen een kostbaar bezit zijn! Er mag dus best een behoorlijk prijskaartje hangen aan een goede bril. Modieuze vormgeving kost meestal heel wat meer dan een goede werking, dus informeer u goed, maak uw keus met verstand.

 

Selecteer de tekst en kopieer deze naar een tekstdocument.

Verander de tekst nu, zodat hij geschikt is voor jongeren van 12 tot 16 jaar.
Je mag de tekst inkorten, uitbreiden en veranderen zoveel je wilt, als het onderwerp en de inhoud maar niet veranderen.

Laat je aangepaste tekst lezen aan een klasgenoot. Vraag om commentaar. Lees ook de tekst van je klasgenoot. Bespreek de verschillen.

Afronding

Samenvattend

Hier vind je de kennisbanken die horen bij deze opdracht.

Schrijven: Tekstdoel en tekstsoort

Schrijven: Toon en publiek

Eindopdracht A: Roken

Bij eindopdracht A worden drie posters ontworpen.

Je weet nu hoe een tekst kan werken voor verschillende doelgroepen.

Nu gaan jullie aan de slag met het eindproduct. Jullie gaan een serieus onderwerp behandelen: de gevaren van roken.
Ontwerp samen met een klasgenoot drie anti-roken-posters. Iedere poster heeft een andere doelgroep: jongeren, volwassenen en ouderen.
Jullie maken voor elke groep een ontwerp, dus 'in het klad'. Alleen de tekst moet in het net!

Jullie bedenken niet alleen een tekst, maar ook een ontwerp en de lay-out. De informatie die jullie in de posters moeten verwerken, kunnen jullie zoeken op het internet.

Beoordeling
Jullie docent let bij de beoordeling op het volgende:

  • Geven de ontwerpen van de posters de juiste informatie over de gevaren van roken?
  • Zijn de teksten overtuigend geschreven?
  • Hebben de teksten de juiste toon voor de doelgroep?
  • Zijn de teksten aangepast aan de leefwereld van de doelgroep?
  • Zijn de teksten goed en foutloos geschreven?
  • Zijn de ontwerpen van de posters goed uitgevoerd?

Klaar?
Laat de posterontwerpen beoordelen door jullie docent.

 

Poster maken

Op een informatieve poster kun je laten zien wat de belangrijkste delen van de lesstof zijn. Ook kun je weergeven hoe bepaalde delen zich tot elkaar verhouden.

 

Eindopdracht B: Reclamespots

Eindopdracht B maak je samen met een klasgenoot. Jullie bedenken drie reclamespots voor een chocoladereep.

Stel je voor, jullie zijn tekstschrijvers bij een reclamebureau en krijgen samen een mooie opdracht van een chocoladefabriek. De fabrikanten hebben een lekkere nieuwe reep ontwikkeld die ze in drie verschillende smaken en kleuren willen gaan verkopen.

  • De eerste reep is rood en met pinda's gevuld, deze moet vooral worden verkocht aan tieners.
  • De tweede reep is lichtgroen en met pistachenoten gevuld, deze moet vooral worden verkocht aan volwassen vrouwen.
  • De derde reep is lichtbruin en met room gevuld, deze moet vooral worden verkocht aan ouderen en bejaarden.

Bedenk nu voor elke reep een korte reclamespot voor de radio (8 seconden).

Schrijf samen de tekst en bedenk ook bijpassende muziek en/of geluidsffecten.
Je tekst en geluid moeten natuurlijk helemaal zijn afgestemd op je publiek!
Zorg dat de spot de juiste klanten aanspreekt. Verdeel de taken waar nodig.

Neem de spots op en laat ze ter beoordeling horen aan je docent.

Beoordeling
Jullie docent let bij de beoordeling van jullie reclamespots op het volgende:

  • is voor alle drie de repen een reclamespot gemaakt?
  • past de tekst, de toon en de muziek/effecten bij de doelgroep?
  • is de tekst goed verstaanbaar?
  • is de reclamespot aantrekkelijk? Daagt hij mensen uit de reep te kopen?

Terugkijken

Intro

  • Wat vond je van de video in de intro? Paste de inhoud goed bij de opdracht?
    Schrijf op wat je goed en wat je minder goed vond.
    Kon je de aantekeningen die je hebt gemaakt goed gebruiken tijdens de rest van de les?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je de vier tekstdoelen noemen en kun je bij ieder tekstdoel een passende tekstsoort noemen?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.
    Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
  • Inhoud
    Wat wist je al over tekstdoelen en tekstsoorten? Schrijf op wat je al wist.
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht? Is het jullie gelukt een drie mooie posters of goede reclamespots te maken?
    Hoe verliep de samenwerking? Wat zou je een volgende keer anders doen? Wat is het grootste leerpunt die je tijdens deze eindopdracht hebt geleerd?
  • Het arrangement Opdracht: Schrijven - Toon en publiek - hv12 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2019-08-22 11:33:20
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Deze opdracht hoort bij het thema "Mijn stad" en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor hv12. In deze opdracht leer je de vier tekstdoelen te noemen, waarbij je bij elk tekstdoel twee passende tekstsoorten kunt noemen. Daarnaast leer je rekening te houden met drie factoren bij het schrijven van een tekst. Je leert ook waarom je voor volwassenen op een andere toon schrijft dan voor jongeren. Voor de eindopdracht heb je twee opties. In eindopdracht A ontwerp je drie anti-roken-posters. Elke poster richt zich op een andere doelgroep: jongeren, volwassenen en ouderen. Jullie maken een ontwerp voor elke groep en zorgen ervoor dat de tekst netjes is. Naast tekst moeten jullie ook nadenken over het ontwerp en de lay-out. Jullie kunnen informatie voor de posters op internet zoeken. In eindopdracht B bedenk je drie reclamespots voor een chocoladereep. Samen met een klasgenoot ben je tekstschrijver bij een reclamebureau en krijg je een opdracht van een chocoladefabriek. De fabrikanten hebben een nieuwe reep ontwikkeld in drie verschillende smaken en kleuren. Jullie moeten voor elke reep een korte reclamespot van 8 seconden bedenken voor de radio. Elke spot is gericht op een specifieke doelgroep: tieners, volwassen vrouwen en ouderen/bejaarden. Jullie schrijven de tekst en bedenken bijpassende muziek en/of geluidseffecten. Zorg ervoor dat de spot de juiste klanten aanspreekt en verdeel de taken indien nodig. Neem de spots op en laat ze ter beoordeling horen aan je docent. Veel succes!
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Schrijven; Nederlands; Schrijfvaardigheid; Afstemming op publiek; Woordgebruik en woordenschat (Nederlands); Afstemming op doel;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    2 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    arrangeerbaar, hv12, mijn stad, nederlands, schrijven, schrijven- toon en publiek, stercollectie, tekstdoelen, tekstsoorten, toon

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Gereedschapskist. (2019).

    Gereedschapskist activerende werkvormen

    https://maken.wikiwijs.nl/105906/Gereedschapskist_activerende_werkvormen

    VO-content - Kennisbanken. (2018).

    Nederlands Kennisbank hv12

    https://maken.wikiwijs.nl/90574/Nederlands_Kennisbank_hv12