Thema: Duurzaamheid - hv123

Thema: Duurzaamheid - hv123

Thema Duurzaamheid

Inleiding

Je gaat aan de slag met het thema 'Duurzaamheid'. Dit thema gaat over:

  • Heel veel mensen
    Je kijkt naar de groei van de wereldbevolking en de gevolgen daarvan op het milieu.
  • Economie en milieu
    De productie van goederen en diensten kan nadelige gevolgen hebben voor het milieu, zoals vervuiling van bodem, lucht, water en horizon.
  • Ecologische voetafdruk
    De ecologische voetafdruk vergelijkt de beschikbare ruimte met het verbruik. Je kunt ook je eigen voetafdruk berekenen, hoeveel ruimte je inneemt, hoe je leeft, over alles wat je consumeert of gebruikt, etc.
  • Broeikaseffect
    De stijging van de temperatuur door de toename van broeikasgassen wordt het (versterkt) broeikaseffect genoemd. Als de aarde verder opwarmt, stijgt het niveau van de zeespiegel en kunnen delen land onder water komen te liggen.
  • Duurzaamheid
    Voor de fabricage van producten heb je hulpbronnen nodig.
    Ter vervanging van fossiele brandstoffen worden zon, wind, water als duurzame energiebronnen ontwikkeld.

 

Introductie - opdracht

Hoe kunnen we duurzamer en milieubewuster leven?

Op de site www.allesduurzaam.nl en www.milieubewust.net vind je allerlei tips over duurzaamheid m.b.t. vrije tijd, eten & drinken, huis & tuin, etc.

Verzamel samen met een klasgenoot een aantal tips over duurzaam leven, die je aanspreken.
Je mag natuurlijk ook zelf een aantal tips bedenken!

Maak een mindmap of een woordwolk met in het midden het woord 'duurzaam'.
Schrijf zoveel mogelijk tips of kreten op.

Hoe je een mindmap maakt, lees je in de gereedschapskist.
De mindmap kun je later nog gebruiken in de eindopdracht.

 

Mindmap maken

Woorden bij een onderwerp bedenken en met elkaar verbinden.

 

Wat kan ik straks?

Aan het eind van het thema kan ik:

Icoon

 

Opdracht

uitleggen welk effect de groeiende bevolking heeft op het milieu.

Heel veel mensen

omschrijven welk effect de winning van grondstoffen kan hebben op het milieu.

Economie en milieu

het verschil uitleggen tussen milieuvervuiling, milieuaantasting en milieu-uitputting.

Economie en milieu

het begrip ecologische voetafdruk omschrijven en minimaal drie factoren noemen die invloed hebben op iemands voetafdruk.

Ecologische voetafdruk

jouw eigen milieugebruiksruimte beschrijven en vergelijken met anderen.

Ecologische voetafdruk

de gevolgen van het broeikaseffect voor de mens in verschillende gebieden omschrijven.

Broeikaseffect

een oorzaak en een gevolg van het versterkt broeikaseffect noemen.

Broeikaseffect

het huidige gebruik van natuurlijke hulpbronnen (water, voedsel en energie) op aarde beschrijven en duurzame oplossingen voor de toekomst aandragen.

Duurzaamheid

voorbeelden van duurzame grondstoffen/energiebronnen noemen.

Duurzaamheid

Wat ga ik doen?

Het thema 'Duurzaamheid' bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel

Tijd in lesuren

Eindproduct

Inleiding

1

Mindmap

Opdracht: Heel veel mensen

2

Collage

Opdracht: Economie en milieu

2

Eigen keuze

Opdracht: Voetafdruk

1

Verslag eigen voetafdruk

Opdracht: Broeikaseffect

2

Cartoon

Opdracht: Duurzaamheid

2

Eigen keuze

Afsluiting

2

Poster

Totaal

12

 

 

De tijd is een indicatie en afhankelijk van de keuze van het eindproduct.

Opdrachten

Heel veel mensen

Heel veel mensen

Intro

Er wonen al meer dan 7 miljard mensen op aarde en de wereldbevolking groeit nog steeds.

Meer mensen betekent dat er meer ruimte nodig is. Denk aan het verbouwen van voedsel en het bouwen van huizen.
Ook is er een groeiende behoefte aan energie.

Meer mensen betekent een grotere belasting voor het milieu. Er ontstaan dan ook allerlei (milieu)vraagstukken.

Kun je er twee noemen?

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • uitleggen welk effect de groeiende bevolking heeft op het milieu.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt uitleggen welke gevolgen de groei van de bevolking heeft op het milieu.

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je bekijkt een video uit 2011 over de groei van de bevolking wereldwijd en wat de gevolgen daarvan zijn voor de ruimte op aarde. Je downloadt een grafiek en vult die aan op basis van de video. Je beantwoordt een aantal vragen.

Stap 2

Je maakt een lijst met milieuvraagstukken, die mogelijk kunnen ontstaan bij de groei van de wereldbevolking. Vergelijk je lijst met die van een klasgenoot.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippen

De begrippen hebben betrekking op de groei van de bevolking.

Eindopdracht

Je maakt samen met een klasgenoot een collage. De collage moet milieuvraagstukken weergeven. Gebruik daarbij de lijst uit stap 2.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Zeven miljard mensen

In het NOS-journaal van 31 oktober 2011 was aandacht voor de geboorte van de zeven miljardste aardbewoner.

Bekijk het volgende videofragment:
Video: Hoeveel mensen kunnen er nog bij op deze aarde?

De groei van de bevolking kun je weergegeven in een grafiek.
In de volgende opdracht ga je de grafiek invullen.
Beantwoord daarna alle vragen.

Stap 2: Groei menselijke populatie

Sinds 2017 wonen er 7 miljard (7.500.000.000) mensen op aarde en er komen er nog steeds bij.
Meer mensen betekent meer behoefte aan woningen, meer ruimte nodig voor het verbouwen van voedsel en meer plek nodig voor ontspanning.
Meer mensen betekent ook meer behoefte aan energie, meer behoefte aan schoon water, meer verkeer en meer afval.

Kortom meer mensen betekent een grotere belasting voor de aarde; een grotere belasting van het milieu.

Maak de volgende opdracht.

Afronding

Begrippen

Omvang bevolking

Bevolkingsgroei
De toename van het inwoneraantal in een bepaald land of gebied gedurende een bepaalde tijd.

Milieuvraagstuk
Vraagstukken die te maken hebben met mens en milieu. Met name bij bevolkingsgroei kunnen ruimte en behoeftes een vraagstuk worden.

 

Eindopdracht: Collage maken

Aan het einde van deze opdracht maak je samen met een klasgenoot een collage.
De titel van de collage luidt: 'Milieuvraagstukken door groei van de bevolking'.

Op de collage staan afbeeldingen die passen bij de belangrijkste milieuvraagstukken, waar de wereld mee te maken krijgt als gevolg van de groei van de bevolking.
Je gebruikt hierbij de lijst die je gemaakt hebt in stap 2 en de grafiekgegevens uit stap 1.

Kijk in de gereedschapskist hoe je een collage maakt.
Ga daarna op internet op zoek naar korte tekstjes en afbeeldingen.
Deze moeten passen bij de lijst met milieuvraagstukken die je hebt gemaakt.

Klaar?
Laat jullie collage beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling wordt gekeken naar de volgende punten:

  • Brengt de collage de milieuvraagstukken duidelijk in beeld?
  • Zijn in de collage tekst en beeld goed gecombineerd?
  • Is de collage origineel?
  • Is de collage met zorg gemaakt?

Collage maken

Een collage bestaat uit knipsels die op een ander papier geplakt zijn en samen een nieuwe afbeelding vormen.

 

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Kun je zelf twee milieuvraagstukken noemen?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees het leerdoel van deze opdracht nog eens door.
    Kun je aangeven wat het effect is van een steeds maar groeiende bevolking op aarde?

Hoe ging het?

  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je al veel over de groei van de wereldbevolking en de problemen die zich voordoen?
    Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht?
    Vond je het leuk om een collage te maken? Hoe verliep de samenwerking met je klasgenoot?

Economie en milieu

Economie en milieu

Intro

Het produceren van goederen en diensten kan allerlei nadelige gevolgen voor het milieu hebben.
Immers voor het maken van producten zijn grondstoffen nodig en het winnen van grondstoffen kan slecht zijn voor het milieu.
En ook het maken van producten kan slecht zijn voor het milieu; er kunnen allerlei vormen van milieuvervuiling optreden.

Maak de volgende opdracht. Dan zie je hoe het produceren van voedsel belastend kan zijn voor het milieu.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • het begrip natuurlijke grondstoffen omschrijven.
  • vier verschillende vormen van milieuvervuiling noemen: luchtvervuiling, watervervuiling, bodemvervuiling en horizonvervuiling.
  • uitleggen wat het verschil is tussen vervuiling, aantasting en uitputting.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt omschrijven welk negatief effect de winning van grondstoffen en het maken van producten kan hebben op het milieu.

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je leert wat natuurlijke grondstoffen zijn, waarom deze worden gebruikt in de productie. Je bekijkt een video en maakt een oefening over grondstoffen.

Stap 2

Je leert welke vormen van milieuvervuiling je kunt onderscheiden. Je leert waardoor de bodem vervuild kan raken en je beantwoordt vragen over milieuvervuiling.

Stap 3

Je leest over de meest vervuilde steden in China, waaronder Linfen. Je bekijkt een video en maakt een tekst compleet.

Stap 4

Je leest over de oorzaken van watervervuiling. Ook lees je over een uitvinding om plastic afval in de oceanen op te ruimen. Je bekijkt een video en beantwoordt een vraag.

Stap 5

Je leest in de Kennisbank over verschillende milieuproblemen. Je maakt een oefening en geeft aan om welke soort vervuiling het gaat.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippen

De begrippenlijst gaat over grondstoffen en milieuvervuiling.

Eindopdracht A

Kies je voor eindopdracht A: dan maak je een toets.

Eindopdracht B

Kies je voor eindopdracht B: dan maak je een eindproduct naar keuze over economie en milieu.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.


Benodigdheden
Het materiaal dat je bij deze opdracht nodig hebt, hangt af van je eindproduct.

Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Grondstoffen

Onder grondstoffen worden materialen verstaan die worden gebruikt om een product te maken.
Natuurlijke grondstoffen zijn stoffen die in de natuur worden gevonden, zoals aarde, gas, olie, koper en ijzererts. Ook gewassen en hout zijn voorbeelden van natuurlijke grondstoffen.

Bekijk het volgende filmpje van Schooltv.
Het gaat over de verbouw van katoen. Waar wordt katoen onder meer voor gebruikt?

Maak de volgende oefeningen.

Stap 2: Milieuvervuiling

De productie van goederen en diensten kan nadelige gevolgen hebben voor het milieu.

Je kunt verschillende vormen van milieuvervuiling onderscheiden.
Vervuiling van:

  • lucht
  • water
  • bodem
  • horizon

In Nederland komt bodemverontreiniging op grote schaal voor. Er zijn ongeveer 250.000 locaties waar de bodem mogelijk ernstig vervuild is. Veel vervuiling stamt nog uit het verleden.
Het gaat om plekken waar vroeger benzinestations, garages, chemische wasserijen of gasfabrieken stonden, en om landbouwgrond waar vroeger gevaarlijke en inmiddels verboden bestrijdingsmiddelen zijn gebruikt.
Stortplaatsen zijn jarenlang vervuild met giftige stoffen.
Ondergrondse olietanks in tuinen zijn vaak opgevuld met zand, maar kunnen vroeger olie gelekt hebben.

Beantwoord de volgende vragen over milieuverontreiniging.

Stap 3: Linfen, China

Volgens een rapport van de Wereldbank liggen de meest vervuilde steden in China. Een van die steden heet Linfen.
De luchtkwaliteit in deze stad is zo slecht dan één dag rondlopen in Linfen gelijk staat aan het roken van drie pakjes sigaretten.

Bekijk de video over de stad Linfen.
Daarna maak je de opdracht. Daarin vul je een tekst aan die gaat over deze video.

 

Bekijk ook de volgende video. Daarin zie je hoe snel smog kan ontstaan.

Video: Luchtvervuiling in Peking

Stap 4: Watervervuiling

Watervervuiling ontstaat door menselijke of natuurlijke activiteiten die de kwaliteit van water in negatieve zin aantasten.
Onder watervervuiling wordt verstaan, een verandering in de kwaliteit van het water met een schadelijk effect voor mensen, dieren of planten die met het water in contact komen.
Verontreinigd water is niet meer geschikt als drinkwater en als zwemwater of viswater.

De belangrijkste soorten verontreinigingen zijn stoffen die ziekte kunnen opwekken (bijvoorbeeld virussen en bacteriën), zuurstofverbruikende vervuiling (bijvoorbeeld plantenresten en algen die door bacteriën verteerd worden), anorganische vervuiling (bijvoorbeeld zuren, zouten, metalen of voedingsstoffen), grof drijvend materiaal (bijvoorbeeld olie, plastic, visnetten en pesticiden) en fijn zwevend materiaal dat licht tegenhoudt.

De term watervervuiling wordt meestal gerelateerd aan de mens, maar kan ook van natuurlijke aard zijn. Soms vindt vervuiling plaats door erosie van stoffen uit de rotsen in de ondergrond, of door erosie na hevige regenval.

In 2010 produceerde de wereld 275 miljoen ton plastic afval, waarvan tussen de 5 en 12 miljoen ton in zee terecht kwam.
In Europa en Noord-Amerika is het ophalen en verwerken van afval nu vrij goed geregeld, zodat ‘wij’ slechts een kleine bijdrage aan de plastic soep leveren.
In Azië is het besef dat al dat weggooiplastic op den duur de oceanen kan verstikken nog nauwelijks aanwezig. Maar liefst 80% van al het plastic afval in oceanen wordt geloosd door de industrie en door mensen op het land en belandt in zee via rivieren, kanalen en havens.
Daarnaast zijn schepen, de visserij en de offshore industrie belangrijke veroorzakers van de vervuiling, maar vergeleken met het landaandeel is dit ‘maar’ 20%. Bij bepaalde zeedierpopulaties heeft bijna ieder dier al plastic in zijn maag.

De Ocean Cleanuphaalde in 2021 816.000 kilo afval uit de oceanen. De hoofdgedachte achter The Ocean Cleanup (bedacht door Boyan Slat, een Nederlandse uitvinder en milieuactivist) is om deze oceaanstromingen het werk te laten doen.
Een installatie van drijvende schermen kan zwevend kunststof naar een centraal punt leiden.
Het kunststof kan vervolgens verwijderd en gerecycled worden voor de productie van duurzame producten.
De verwachting is dat de helft van de Great Pacific Garbage Patch in vijf jaar wordt verwijderd.

Bekijk de video van de Ocean Cleanup.
Je kunt dan in versneld tempo zien hoe het zwevend kunststof in de oceaan verzameld wordt.

Beantwoord daarna de vraag.


Klik op Theoceancleanup en vervolgens op 'Start exploring' om te zien hoeveel plastic afval er wereldwijd aanspoelt of ronddrijft.

Stap 5: Aantasting, uitputting

Bestudeer in de Kennisbank de pagina over vervuiling.

Vervuiling


Milieuverontreiniging kun je onderverdelen in:

  • uitputting
  • aantasting
  • vervuiling.


In de volgende opdracht maak je in elke situatie een keuze uit deze drie vormen van milieuverontreiniging.

Afronding

Begrippen

Vervuiling

 

Fossiele energiebron
Energie uit organisch materiaal (dierlijke materie en/of (dode) planten) dat in eerdere geologische tijdvakken door fotosynthese is vastgelegd en sinds die tijd bewaard is gebleven. Bijvoorbeeld aardolie, steenkool en aardgas.

Uitputting
Het te snel opmaken van natuurlijke hulpbronnen (we halen dus in hoger tempo dingen uit de natuur dan dat ze aangevuld kunnen worden).

Zure regen
Neerslag met een laag zuurstofgehalte die veroorzaakt wordt door allerlei vormen van industrie. Daarnaast dragen ook automobilisten bij aan het verzuren. De neerslag bestaat uit onder andere stikstofoxiden opgelost in regenwater.

Aantasting
Afname van de kwaliteit van de natuur en landschappen.

Vervuiling
Het brengen van schadelijke of andere ongewenste stoffen in onze leefomgeving.

Temperatuur
De mate van warmte (of kou) uitgedrukt in graden.

Atmosfeer
De lucht om de aarde die door zwaartekracht aan de aarde gebonden is.

Emissie
Uitstoot van bijvoorbeeld schadelijke stoffen met als gevolg vervuiling van de lucht.

Koolstofdioxide
In zuivere toestand een reukloos en kleurloos gas dat van nature in de aardatmosfeer voorkomt.

Stikstofoxide
Verzamelnaam voor verbindingen van stikstof en zuurstof. Deze ontstaan bij alle vormen van verbranding op hoge temperatuur.

Ecosysteem
Een ruimtelijk systeem waarin tussen de levende (dieren en planten) en niet-levende (lucht, water en bodem) onderdelen bepaald wordt welke planten en dieren er leven en kringlopen op gang brengen die met elkaar in evenwicht zijn.

 

 

 

Eindopdracht A: Toets

In deze stap maak je de toets 'Economie en milieu'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen, waarbij je het juiste antwoord moet kiezen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.

 

Eindopdracht B: Economie en milieu

Ter afsluiting van deze opdracht maak je samen met een klasgenoot een eindproduct over 'Economie en milieu'.
In het eindproduct moet duidelijk tot uiting komen dat het produceren van goederen negatieve effecten op het milieu kan hebben.
Je mag als onderwerp ook een van de soorten milieuvervuiling belichten.

Jullie mogen zelf bedenken wat voor soort eindproduct jullie maken.
Kijk voor ideeën in de gereedschapskist!

Klaar?
Laat jullie eindproduct beoordelen door jullie docent.
Hij/zij zal letten op:

  • de inhoud: het eindproduct laat zien dat er duidelijke relatie is tussen economie en milieu.
  • de vorm: het eindproduct origineel is en met zorg gemaakt is.

 

Gereedschapskist

Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!

 

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Had je al een idee dat de productie van voedsel zo milieubelastend kan zijn? Waarom wel of waarom niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je uitleggen wat horizonvervuiling inhoudt?

Hoe ging het?

  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je al veel over alle vormen van milieuvervuiling? Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Eindopdracht B
    Vond je het fijn om de eindopdracht opdracht samen te doen?
    Hebben jullie een eindproduct gekozen waarin economie en milieu duidelijk naar voren kwam?
    Hoe verliep de samenwerking?

Voetafdruk

Voetafdruk

Intro

De voetafdruk (ook wel mondiale of ecologische voetafdruk genoemd) is de ruimte die we per persoon innemen op aarde.
Deze ruimte wordt berekend op basis van jouw levensstijl.

Alles wat je consumeert, kost namelijk ruimte.
Eten en drinken neemt bijvoorbeeld ruimte in beslag, omdat het verbouwd en vervoerd moet worden. Maar ook papiergebruik (denk aan bomenkap) en energieverbruik (CO2-uitstoot) kosten veel ruimte.

Kun je nog een voorbeeld noemen van wat ruimte kost?

In deze opdracht staat de ecologische voetafdruk centraal.

 

 

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • het begrip ecologische voetafdruk omschrijven.
  • minimaal drie factoren noemen die invloed hebben op de grootte van iemands voetafdruk.
  • het verschil in voetafdruk verklaren tussen mensen in het rijke westen en mensen in ontwikkelingslanden.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je beschrijft jouw eigen milieugebruiksruimte en je vergelijkt deze met anderen.

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je leert wat een ecologische voetafdruk is en welke factoren van invloed zijn bij de bepaling  ervan. Je bekijkt twee video's en maakt oefeningen over duurzaam consumeren.

Stap 2

Je bekijkt welke vragen/categorieën invloed hebben op de grootte van een ecologische voetafdruk.

Stap 3

en

Je gaat op twee sites je eigen ecologische voetafdruk berekenen. Je vergelijkt met een klasgenoot jullie scores en verschillen.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippen

De begrippen hebben betrekking op de ecologische voetafdruk.

Eindopdracht

en

Je maakt een verslag over de scores en verbeterpunten van je eigen ecologische voetafdruk. Je vergelijkt het verslag met dat van een klasgenoot.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.


Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Ecologische voetafdruk

De ecologische voetafdruk vergelijkt de beschikbare ruimte met het verbruik.
Bekijk onderstaande video's over de ecologische voetafdruk.

Video: Mondiale voetafdruk

Deze video over de ecologische voetafdruk is in het Engels.

Wat bepaalt het verbruik?
Welke factoren bepalen, volgens jou, of je een grote of een kleine ecologische voetafdruk hebt?
Schrijf samen met een klasgenoot zoveel mogelijk factoren op.

Maak daarna de volgende oefeningen.

Stap 2: Grootte van de voetafdruk

Wat bepaalt de grootte van je voetafdruk?
Als je kijkt naar de vragen die worden gesteld om je voetafdruk te berekenen,
zou je die vragen kunnen indelen in de volgende categorieën:

  • Eten en drinken
  • Kopen van kleding
  • Vervoer
  • Vakantie
  • In en om huis


​Maak de volgende opdracht, waarin je voor jezelf bepaalt welke categorie voor jou van invloed is voor het bepalen van je voetafdruk.

Stap 3: Bereken je eigen voetafdruk

Je kunt op verschillende websites je ecologische voetafdruk berekenen.

  • Milieu Centraal
    Wil je weten of je al goed bezig bent voor het klimaat? Vul de antwoorden op de vragen zo nauwkeurig mogelijk in. Wat is je score? Is je score hoger of lager dan de gemiddelde score in Nederland?
  • Wereld Natuur Fonds
    Bereken je ecologische voetafdruk. Hoeveel aardbollen heb jij nodig? Beantwoord de 23 vragen. Hoe is je score bij deze test? Is je score hoger of lager dan bij de test op duurzaamheidinactie.nl?

Vergelijk de tests met elkaar.
Lijken de vragen op elkaar? Zijn er duidelijke verschillen?
Spelen de factoren die jullie in stap 1 bedacht hadden een rol bij het bepalen van de voetafdruk?

 

Afronding

Begrippen

Ecologische voetafdruk
De oppervlakte aarde die nodig is om te voorzien in de levensstijl van een persoon, stad of land.

Duurzaamheid
Ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.

Eindopdracht: Voetafdruk

In de vorige stappen heb je je eigen voetafdruk berekend.
Ook heb je gekeken naar een aantal factoren op basis waarvan je je voetafdruk berekent.

  • Wat waren jullie scores bij het berekenen van je voetafdruk?
  • In welke categorie van je eigen voetafdruk scoorde je de meeste vervuilers en/of energievreters?
  • Welke handelingen nemen de meeste ruimte in in je voetafdruk?
  • Wat zou je kunnen verbeteren om je eigen voetdruk te verminderen?


Als eindopdracht ga je een verslag schrijven. Verwerk daarin bovengenoemde punten.
Hoe je een verslag schrijft, kun je bekijken in de gereedschapskist.

In overleg met je docent kun je ook een variant op deze opdracht maken.
Beoordeel dan de voetafdruk van een klasgenoot en schrijf aan hem/haar een advies.
Je kunt dan suggesties geven om de voetafdruk te verkleinen.

Klaar?
Je kunt je verslag vergelijken met dat van een klasgenoot.
Hebben jullie dezelfde (verbeter-)punten?

Lever je verslag daarna in bij jullie docent.
Hij/zij zal het beoordelen op een aantal punten, zoals genoemd in de gereedschapskist.
Ook zal hij kijken of jullie bovengenoemde punten in het verslag verwerkt hebben.

 

Verslag schrijven

Een verslag is een goede manier om een onderzoek te beschrijven dat je hebt uitgevoerd.        

 

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Vond je het intro wel bij de opdracht passen?
    Leg uit waarom wel/niet.

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Heb je een indruk gekregen van wat een ecologische voetafdruk is?

Hoe ging het?

  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je al hoe een ecologische voetafdruk wordt berekend?
    Schrijf op wat nieuw voor je was.

Broeikaseffect

Broeikaseffect

Intro

De temperatuur op aarde wordt steeds een beetje hoger.
Dat lijkt misschien een fijn idee, maar de gevolgen zijn erger dan je denkt.

In deze opdracht kijk je naar de gevolgen van de opwarming van de aarde als gevolg van het broeikaseffect.

Wat weet je al over het broeikaseffect?
Bekijk de video van SchoolTV en maak daarna de oefening over de video.


 

Wat kan ik straks?

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • het begrip (versterkt) broeikaseffect omschrijven. Ik gebruik daarbij de begrippen: atmosfeer, temperatuur en koolstofdioxide.
  • minimaal drie gevolgen van het broeikaseffect noemen.
  • uitleggen waarom het gebruik van fossiele brandstoffen leidt tot het broeikaseffect.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je beschrijft de werking en gevolgen van het (versterkt) broeikaseffect voor verschillende gebieden.

Aan de slag

Stap

Activiteit

Stap 1

Je leert hoe het broeikaseffect ontstaat. Je bestudeert de Kennisbank en bekijkt video's over het broeikaseffect. Je zet zinnen in de juiste volgorde.

Stap 2

Je leest wat voor gevolgen een zeespiegelstijging voor Nederland kan hebben. Je bekijkt op een website welke delen van Nederland onder water komen te staan bij een stijging van de zeespiegel.

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Begrippen

De begrippenlijst gaat over het broeikaseffect.

Eindopdracht

Je maakt een cartoon over 'Deventer aan zee' (of een andere plaats).

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Benodigdheden

  • een papier
  • (kleur) potloden

Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Opwarming van de aarde

Het broeikaseffect ontstaat, omdat CO2 en andere gassen een beschermende laag vormen om de aarde. Ze laten de verwarmende stralen van de zon door, maar houden een deel van de warmte vast.

Bestudeer in de Kennisbank de pagina's 'Klimaatverandering-Broeikaseffect' en 'Gevolgen opwarming aarde'. Bekijk ook de video in de Kennisbank.

Het broeikaseffect


In onderstaande video's van SchoolTV zie je wat de invloed van de opwarming van de aarde op het leven op de Noordpool kan zijn.
Kun je uitleggen wat de gevolgen zijn voor de pinguïns in dit gebied?

Video: Pinguïns en het broeikaseffect

Ook in Nederland gaan wij het merken als de aarde opwarmt.
Wat kunnen de gevolgen voor Nederland zijn als de zeespiegel stijgt?

Video: Nederland en het broeikaseffect



Je maakt nu de volgende oefening.
De inhoud van de filmpjes kun je omschrijven met de zinnen in de opdracht.

Stap 2: Hoe snel stijgt het water?

Gevolgen zeespiegelstijging

Als de temperatuur op aarde stijgt, stijgt de zeespiegel. Dat is zeker. Hoe snel dat zal gaan weet niemand precies.
De ene wetenschapper heeft het over millimeters per jaar. Anderen praten over enkele of zelfs tientallen centimeters.

Het is moeilijk te meten, omdat het zeespiegelniveau sowieso op elk moment anders is. Het is ook niet helemaal duidelijk hoe snel de opwarming van de aarde gaat. Als het ijs op Groenland smelt, zou de zeespiegel met ongeveer 7 meter stijgen, denkt men.

Hogere temperaturen, een sneller stijgende zeespiegel, nattere winters, heftigere buien en kans op drogere zomers. Daar moeten we volgens het KNMI in de toekomst in Nederland rekening mee houden.

Een nieuw ijskapmodel uit juni 2017 van het KNMI laat als worst case scenario een zeespiegelstijging in Nederland zien door het smelten van de ijskappen van zo’n drie meter in het jaar 2100, en misschien wel zes tot acht meter in het jaar 2200. We weten niet precies welke gevolgen dat heeft voor Nederland.

In de volgende opdracht ga je kijken wat er gebeurt in Nederland als de zeespiegel stijgt.

Afronding

Begrippen

Broeikaseffect

Broeikaseffect
Het vasthouden van warmte van de zon door de atmosfeer.

Versterkt broeikaseffect
Het versterken van het vasthouden van de zonnewarmte door de atmosfeer door de mens.

Broeikasgas
Gassen die warmte van de zon opnemen en dit weer uitstralen.

Eindopdracht: Cartoon maken

Een cartoon of een spotprent is een humoristische afbeelding.
In veel cartoons spelen bekende personen een belangrijke rol.
Maar een cartoon kan ook een komische situatie weergeven.

Je gaat als eindopdracht een cartoon maken met als titel 'Deventer aan zee'.
Je mag Deventer natuurlijk ook door jouw woonplaats vervangen.
In de cartoon moet duidelijk zijn wat de gevolgen van de stijging van de zeespiegel zijn voor een stad als Deventer.
Raadpleeg de gereedschapskist voor het maken van je cartoon.

Klaar?
Bekijk in de gereedschapskist of de cartoon voldoet aan de beoordelingscriteria.
Laat de cartoon beoordelen door je docent.

Je docent zal bij de beoordeling letten op:

  • de inhoud: is de cartoon humoristisch? Geeft de cartoon het onderwerp goed weer?
  • de originaliteit: is de cartoon verrassend?
  • de vormgeving: is de cartoon netjes vormgegeven?

Cartoon maken

Een cartoon is een spotprent, oftewel een humoristische tekening.

 

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Vond je het intro bij de opdrachten passen?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je uitleggen wat de gevolgen kunnen zijn als de aarde verder opwarmt?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn. Klopt dat?
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht? Vond je het leuk om een cartoon te maken?

Duurzaamheid

Duurzaamheid

Intro

De term 'duurzaamheid' hoor je tegenwoordig vaak.
Duurzaam bouwen, duurzaam eten, duurzame kleding, duurzaam ondernemen, duurzame visserij, enz.

Wat betekent dit eigenlijk?
Dat is de vraag die in deze opdracht centraal staat.

Bekijk de video over duurzaam wonen.
Welke maatregelen neemt de bewoner van dit huis om duurzamer te wonen?

 

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • het begrip duurzaamheid omschrijven.
  • drie voorbeelden van duurzame grondstoffen/duurzame energiebronnen noemen.

Wat ga ik doen?

Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je beschrijft en verklaart het huidige gebruik van natuurlijke hulpbronnen (water, voedsel en energie) op aarde en je draagt duurzame oplossingen voor de toekomst aan.

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1    Je leert een van de definities van duurzaamheid. Je maakt een oefening over wel/niet duurzaam.
Stap 2 Je bekijkt video's over ijzererts en aardolie en maakt onderscheid tussen uitputbare en onuitputbare hulpbronnen. 
Stap 3 Je bekijkt video's over zonne- en windenergie, bestudeert de kennisbank over duurzame energiebronnen en biobrandstoffen. Je beantwoordt vragen over biomassa.
Stap 4 en Je leest een tekst over duurzaam leven en gaat met een klasgenoot overleggen waarop jullie zelf zouden kunnen bezuinigen. Je bespreekt dat ook met andere klasgenoten.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Begrippen De begrippen hebben betrekking op duurzame energie en hulpbronnen.
Eindopdracht Je maakt met een klasgenoot een eindproduct naar keuze over een vorm van duurzaamheid.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Duurzaam

Er zijn vele definities van de term 'duurzaam'.

Een ervan is:
Duurzaamheid is de mate waarin een samenleving in staat is in haar eigen behoeften te voorzien zonder toekomstige generaties de kans te ontnemen in hun behoeften te voorzien' ofwel `niet meer natuurlijke hulpbronnen gebruiken dan dat er bijkomen, zodat mensen ze ook in de toekomst nog kunnen gebruiken.

In de opdracht ga je van een aantal productieprocessen aangeven of ze duurzaam zijn of niet.

 

 

 

 

 

Stap 2: Duurzame hulpbronnen

IJzerertsmijn

Voor de fabricage van producten die je dagelijks gebruikt zijn grondstoffen en energie nodig.
IJzererts is een voorbeeld van zo'n grondstof en aardolie wordt gebruikt voor de opwekking van energie.

Bekijk onderstaande clips van de site van Schooltv.

Video: IJzererts

Video: Aardolie


Hulpbronnen worden soms ingedeeld in:

  • uitputbare hulpbronnen
  • onuitputbare hulpbronnen.

Soms is de grens tussen deze twee soorten hulpbronnen niet zo duidelijk. Het ligt er aan hoe je met de hulpbron omgaat.
Maak nu de oefening over duurzame hulpbronnen.

Stap 3: Duurzame energie

Veel van onze energie komt van fossiele brandstoffen, zoals aardolie, gas en kolen.
Het kan ook anders: door gebruik te maken van zon, water en wind.

De vraag naar elektriciteit neemt toe.
Er worden steeds meer windmolens en zonnepanelen gebouwd om alle huishoudens in Nederland op een duurzame manier te kunnen voorzien van elektriciteit.

Kijk naar de volgende video's van Schooltv.

Video: Zonne- en windenergie in Nederland



De zon is een bron van energie en warmte.
Met behulp van zonnepanelen zou iedereen in Nederland de benodigde stroom op kunnen wekken.
Maar dat doen we nog niet. In Europa lopen we erg achter met het opwekken van zonnestroom.
Op Ameland geven ze het goede voorbeeld, daar streeft men naar 100% zonne-energie.

Video: Kunnen we volledig leven van de zon



Bestudeer in de Kennisbank de pagina's  over duurzame energiebronnen, biobrandstoffen en kernenergie.
Bekijk ook de video in de Kennisbank.

Duurzame energiebronnen


Beantwoord de volgende vragen.

 

Stap 4: Duurzaam leven

Lees de volgende tekst. Heeft deze mevrouw een punt?
Maak daarna de opdracht.

Denk hier maar eens over na!!
Bij de kassa van een supermarkt stelt de jonge caissière mij voor, dat ik voortaan mijn eigen boodschappentas meebreng, in plaats van een plastic tas te kopen.
"Want plastic tassen zijn niet goed voor het milieu", zo zegt ze.
Ik verontschuldig me en leg haar uit: "Wij hadden dat groene gedoe niet toen ik jong was!"

De caissière antwoordt: "Ja, en dat is nou juist ONS PROBLEEM vandaag-de-dag: JULLIE generatie maakte zich niet druk om het milieu te sparen voor de toekomstige generaties!"

Ze heeft gelijk, onze generatie had dat groene gedoe niet in onze dagen.
Toen hadden we melk, frisdrank en bier in flessen, die we leeg en omgespoeld terugbrachten naar de winkel. De winkel stuurde deze dan terug naar de fabriek en daar werden deze flessen gesteriliseerd en opnieuw gevuld. Wij deden echt aan recycling.
Wij liepen of fietsten en verplaatsten ons niet iedere keer in een 200-PK-machine, als we twee straten verder moesten zijn.
We droogden onze kleren aan de lijn en niet in een energieverslindende machine die continu 220 volt verbruikt. Wind- en zonne-energie droogden onze kleren.
Babyluiers gingen in de kookwas, omdat wegwerpluiers niet bestonden.
Kinderen droegen de afdankertjes van oudere broers en zussen en kregen geen gloednieuwe kleren.

Maar de jongedame heeft gelijk! Wij hadden dat groene gedoe niet in onze tijd.
In die tijd hadden we – misschien – één tv of radio in huis en niet een op elke kamer.
De tv had een klein schermpje, formaat zakdoek en niet een scherm ter grootte van een kamerwand.
In de keuken werden gerechten gemengd en geroerd met de hand, omdat we geen elektrische apparaten hadden die alles voor ons deden.
Wanneer we een breekbaar object moesten versturen per post, dan verpakten we dat in een oude krant en niet in piepschuim of plastic bubbeltjesfolie.
Wij gebruikten onze eigen boodschappentassen of kartonnen dozen bij de supermarkt.
In die tijd gebruikten we geen maaimachine op benzine als we het gazon maaiden. We gebruikten een maaier die geduwd moest worden en functioneerde op menselijke kracht.
Wij sportten door te werken, zodat we niet naar een fitnessclub hoefden te gaan om op ronddraaiende loopbanden te gaan rennen, die werken op elektriciteit.

Maar ze heeft gelijk. Wij hadden dat groene gedoe toen niet.
Wij dronken uit de kraan wanneer we dorst hadden, in plaats van uit een plastic fles of blikje, die na 30 slokken wordt weggegooid.
Wij vulden zelf onze pennen met inkt, in plaats van elke keer een nieuwe pen te kopen.
Wij vervingen de mesjes van een scheermes, in plaats van het hele ding weg te gooien alleen omdat het mesje bot is.

Maar, wij hadden dat groene gedoe niet in onze tijd.
Mensen namen de trein of de bus en kinderen liepen of fietsten naar school in plaats van hun moeder als 24-uurstaxi te gebruiken.
Wij hadden één stopcontact per kamer en niet een heel arsenaal aan stekkerdozen en verlengsnoeren om een dozijn apparaten van stroom te voorzien.
Wij hadden één vaste telefoon in de gang en geen mobiele telefoon om een signaal op te vangen van een satelliet die 2.000 mijl verderop in de ruimte hing, zodat we konden overleggen met anderen om de dichtstbijzijnde pizzatent te vinden.

Maar is het niet in- en intriest dat de huidige generatie klaagt over hoe verspillend wij 'oudere mensen' waren, gewoon omdat wij 'dat groene gedoe' niet hadden in onze tijd?


Beschrijf samen met een klasgenoot een aantal dingen waarop jullie zelf zouden kunnen bezuinigen.
Zijn jullie het met alles eens?
Noem ook een aantal zaken waarmee jullie het oneens zijn.

Vergelijk dat met andere klasgenoten.
Praat met elkaar over de verschillen en vul elkaar aan.

Afronding

Begrippen

Energiebronnen

Duurzame energie
Energie uit hernieuwbare energiebronnen.

Zonne-energie
Energie opgewekt vanuit de kracht van de zon.

Windenergie
Energie opgewekt uit wind.

Waterkracht
Het benutten van stromend of vallend water om energie op te wekken.

Stuwdam
Een obstakel in een rivier waarachter een stuwmeer ontstaat.

Biobrandstof
Het opwekken van energie uit biomassa.

Aardwarmte
Op zeer grote diepte (vanaf 500 meter) zit bruikbare aardwarmte. IJsland gebruikt deze voor verwarming.

Bodemwarmte
Halen we tot 100 meter diepte uit de bodem, en wordt gebruikt voor verwarming van woningen, gebouwen en bijvoorbeeld kassen.

Waterstof
Met elektriciteit kan waterstof uit water gemaakt worden (elektrolyse).

Duurzaamheid
Niet meer natuurlijke hulpbronnen gebruiken dan dat er bijkomen, zodat mensen ze ook in de toekomst nog kunnen gebruiken.

Hulpbronnen
De natuurlijke rijkdommen van onze planeet, zoals delfstoffen, water en lucht.

Eindopdracht: Duurzaamheid

De term 'duurzaamheid' hoor je tegenwoordig vaak.

  • duurzaam bouwen
  • duurzaam eten
  • duurzame kleding
  • duurzaam ondernemen
  • duurzaam vissen
  • etc.

Kies een van deze onderwerpen over duurzaamheid of bedenk zelf nog een andere vorm van duurzaamheid. Over dat onderwerp gaan jullie een eindproduct naar keuze maken.

In het eindproduct vertellen jullie iets over de grondstoffen die worden gebruikt, over de productiemethoden en over het transport van de grondstoffen en het eindproduct.

Kijk in de gereedschapskist voor ideeën om je eindproduct vorm te geven!


Klaar?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.
Jullie eindproduct wordt beoordeeld op:

  • de inhoud: het eindproduct laat zien wat wordt bedoeld met duurzaamheid.
  • de vorm: het eindproduct is origineel en is met zorg gemaakt.

Gereedschapskist

Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!

 

Terugkijken

Intro

  • Lees de intro van deze opdracht nog eens door.
    Kun je uitleggen wat wordt bedoeld met de term 'duurzaamheid'?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Kun je voorbeelden noemen van duurzame energiebronnen en hoe ze toegepast worden?

Hoe ging het?

  • Inhoud
    Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je al het een en ander over duurzame energiebronnen?
    Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Eindopdracht
    Hebben jullie een eindproduct bedacht over duurzaamheid waar grondstof, productie, transport en eindproduct vermeld zijn?
    Hoe verliep de samenwerking met je klasgenoot?

Afsluiting

Kennisbanken

Het thema 'Duurzaamheid' bestaat uit de volgende Kennisbankitems

Eindopdracht

Je hebt alle stappen van het thema Duurzaamheid doorlopen en alle opdrachten gemaakt. Het is nu tijd het thema Duurzaamheid af te sluiten.

Je gaat samen met een klasgenoot een poster maken met als titel 'Milieuvriendelijk gedrag'.
Op je poster komen tekstjes en afbeeldingen met voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag.

Milieuvriendelijke gedrag
Als je consumeert, produceer je afval. Afval vervuilt het milieu.
Milieuvriendelijk gedrag is gedrag dat erop gericht is de afvalberg niet te groot te laten worden.

Bekijk de volgende clip op Schooltv:

Opdracht 1
Verzamel nu samen met een klasgenoot een aantal voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag en tips voor het verkleinen van je voetafdruk. Verdeel de voorbeelden en tips over de volgende categorieën:

  • Eten en drinken
  • Kopen van kleding
  • Vervoer
  • Vakantie
  • In en om huis

​Je kunt ook je mindmap uit de Introductie-opdracht erbij pakken!

 

De overheid
De overheid neemt allerlei maatregelen die bijdragen aan duurzaamheid.
Het beleid van de overheid is er op gericht om milieuvervuilende productie tegen te gaan en milieuvriendelijk gedrag te stimuleren.

Vormen van milieubeleid door de overheid zijn:

  • het heffen van milieubelasting op vervuilende activiteiten.
  • het verbieden van milieuverontreinigende producten of productiemethoden.
  • het stimuleren van milieuvriendelijk gedrag.

Opdracht 2
Bespreek samen tot welke vormen van milieubeleid de volgende voorbeelden horen:

  • subsidie geven op het laten isoleren van woningen.
  • het verbod op gloeilampen.
  • het (extra) laten betalen voor het ophalen van restafval.
  • voorlichting geven over carpoolen en stimuleren van fietsgebruik.

 

Jullie gaan nu samen de poster maken. Hoe je dat doet, kun je bekijken in de gereedschapskist.

  • Neem de vijf voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag die je hebt verzameld in Opdracht 1.
  • Schrijf bij ieder voorbeeld ook een kort tekstje (maximaal 3 regels).
  • Voeg afbeeldingen toe en geef de poster als titel: 'Milieuvriendelijk gedrag'.


Klaar?
Laat je poster beoordelen door je docent.
Bij de beoordeling wordt gelet op:

  • de inhoud: de poster bevat minimaal vijf voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag.
  • de vorm: de poster origineel is en met zorg gemaakt is.

Poster maken

Op een informatieve poster kun je laten zien wat de belangrijkste delen van de lesstof zijn. Ook kun je weergeven hoe bepaalde delen zich tot elkaar verhouden.

 

D-toets

Test je kennis. Maak de diagnostische toets.

Verderkijker

Verderkijker
Aan het eind van dit thema vind je de 'verderkijker'.
De verderkijker biedt een selectie bij het thema passende videofragmenten.

SCHOOLTV
De filmpjes van SchoolTV gaan over duurzaamheid.

- CO2 en het broeikaseffect
- Wat is greenwashing?

Terugkijken

Intro

  • Lees de Inleiding van dit thema nog eens door.
    Kreeg je bij het lezen een goede indruk waar dit thema over gaat?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van dit thema nog eens door.
    Kun je uitleggen wat een ecologische voetafdruk is en hoe die berekend wordt?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Voor dit thema was ongeveer 14 uur gepland.
    Klopt dat met het aantal lessen dat je over dit thema hebt gehad?
    Had je voldoende tijd om alle opdrachten te maken en de poster als eindopdracht te maken?
  • Inhoud
    In dit thema kwamen duurzaamheid en energie volop aan de orde.
    Kun je aangeven wat Nederland doet aan het opwekken van duurzame energie?
  • Eindopdracht
    Wat vond je van de eindopdracht?
    Vond je het leuk om een poster te maken samen met je klasgenoot?
    Kreeg je daardoor meer overzicht van alle onderwerpen die in dit thema behandeld zijn?
  • Het arrangement Thema: Duurzaamheid - hv123 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2025-11-25 11:57:08
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Het thema 'Duurzaamheid' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.

    Fair Use
    In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Meer informatie: Fair use

    Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor HAVO en VWO leerjaar 2. In het thema "Burgerschap" worden zes verschillende onderwerpen besproken. Het eerste onderwerp, genaamd "Heel veel mensen", gaat dieper in op de groei van de wereldbevolking en de mogelijke problemen die dit met zich meebrengt op het gebied van milieuvraagstukken. Het benadrukt de impact van het grote aantal mensen op aarde en hoe dit de druk op natuurlijke hulpbronnen en het milieu vergroot. Het tweede onderwerp, genaamd "Economie en milieu", begint met een uitleg over verschillende soorten grondstoffen en hoe ze gewonnen worden uit diverse producten. Vervolgens wordt er ingegaan op de milieuvervuiling die kan ontstaan door het winnen van bepaalde grondstoffen. Als voorbeeld wordt de stad Linfen in China genoemd, waar sprake is van aanzienlijke luchtvervuiling. Daarna wordt ook watervervuiling besproken, inclusief aantasting en uitputting van waterbronnen. Het daaropvolgende onderwerp, genaamd "Voetafdruk", legt uit wat de ecologische voetafdruk inhoudt en hoe deze kan variëren in grootte. Er wordt ook de mogelijkheid geboden om je eigen ecologische voetafdruk te berekenen, zodat je inzicht krijgt in jouw persoonlijke impact op het milieu. Het vierde onderwerp, genaamd "Broeikaseffect", behandelt de basisprincipes van het broeikaseffect en hoe de opwarming van de aarde plaatsvindt. Er wordt uitgelegd waarom de stijging van de zeespiegel een gevolg is van klimaatverandering en hoe snel dit proces zich voltrekt. Het onderwerp "Duurzaamheid" legt eerst het begrip duurzaamheid uit, waarna er wordt ingegaan op duurzame hulpbronnen en duurzame energie. Vervolgens worden er praktische tips gegeven over hoe je zelf een duurzamer leven kunt leiden, rekening houdend met het milieu en toekomstige generaties. Het laatste onderwerp, genaamd "Haring in de Noordzee", begint met een uitleg over het voedselnetwerk in de Noordzee. Daarna wordt er ingegaan op de visserij en het belang van duurzame visserij om op de lange termijn nog steeds vis uit de Noordzee te kunnen consumeren, met minimale belasting van het milieu. Als consument kun je ook letten op duurzaam gevangen vis en er wordt uitgelegd hoe je dit kunt doen.
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 3; VWO 3; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Natuurlijke hulpbronnen en bronnen van energie; Broeikaseffect; Milieugebruiksruimte als maatstaf voor duurzaamheid; Aardrijkskunde; Ecologische voetafdruk/draagkracht en natuur; Ecosystemen; Duurzaamheid;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    14 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    aardrijkskunde, arrangeerbaar, broeikaseffect, duurzaamheid, ecologische voetafdruk, hv123, klimaatverandering, mileu, stercollectie, vwo123

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Toetsen. (z.d.).

    Thema Duurzaamheid/Milieu toetsen

    https://maken.wikiwijs.nl/143638/Thema_Duurzaamheid_Milieu_toetsen

    VO-content Aardrijkskunde. (2019).

    Broeikaseffect - hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/62171/Broeikaseffect___hv123

    VO-content Aardrijkskunde. (2019).

    Duurzaamheid - hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/62172/Duurzaamheid___hv123

    VO-content Aardrijkskunde. (2019).

    Economie en milieu - hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/52456/Economie_en_milieu___hv123

    VO-content Aardrijkskunde. (2019).

    Heel veel mensen - hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/62168/Heel_veel_mensen___hv123

    VO-content Aardrijkskunde. (2019).

    Voetafdruk - hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/62170/Voetafdruk___hv123

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Duurzaamheid D-toets

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.