Feedback

Feedback

Welkom bij deze wikiwijs! Ben je benieuwd hoe je studenten uit generatie Z kan helpen hun feedbackvaardigheden te ontwikkelen? Dan ben je hier aan het juiste adres!

 

Achtergrondinformatie

Project informatie

Het werkveld verandert razend snel. Om bij te kunnen blijven is het belangrijk dat studenten zijn voorbereid op een leven lang ontwikkelen. Vanuit leerbedrijven van de logistieke opleidingen van ROC MOndriaan is gekomen dat het hierbij van belang is dat studenten goed feedback kunnen geven en ontvangen. Met dit project wordt de ontwikkeling van feedbackvaardigheden ondersteund. Om dit te bereiken wordt in cocreatie met het bedrijfsleven, studenten en docenten een toolkit ontwikkeld met daarin een doorlopende leerlijn, een workshop voor de leerbedrijven en een workshop voor alumni. Feedback wordt met deze toolkit een rode draad in de opleiding tot logistiek supervisor.

 

Dit project is gefinancierd door het NRO met een Comeniusbeurs. Het wordt uitgevoerd door Lisanne van Lit en Kees van den Berg van ROC Mondriaan. In het project is nauw samengewerkt met een panel van vertegenwoordigers van Rexel, Hanos, Hoogvliet en H.Z. Logistics.

 

Per 1 augustus zijn zowel Lisanne als Kees niet meer werkzaam bij ROC Mondriaan. Onder het kopje contact is te vinden hoe zij te bereiken zijn.

Uitleg over de 4 pijlers

Feedbackvaardigheid: de vier pijlers

Om studenten te helpen zich beter te ontwikkelen in het leren van feedback, richten we ons op vier pijlers van feedbackvaardigheid:

  1. Feedbackmindset en -cultuur
    Een feedbackmindset houdt in dat de student feedback ziet als een kans om te leren en hier actief naar op zoek gaat. Het gaat om een open houding waarbij feedback wordt gewaardeerd en benut. De cultuur speelt hierbij ook een belangrijke rol: hoe wordt er binnen het leerbedrijf omgegaan met feedback? Een positieve feedbackcultuur moedigt aan om feedback te delen en te ontvangen zonder angst voor kritiek.

  2. Kwaliteitsbesef
    Kwaliteitsbesef draait om het vermogen van de student om te beoordelen of werkzaamheden goed zijn uitgevoerd en wanneer ze aan de gewenste normen voldoen. Dit inzicht helpt studenten om gerichte vragen te stellen en specifieke feedback te ontvangen die hen verder brengt.

  3. Feedback geven
    Feedback geven gaat over het op een constructieve en respectvolle manier terugkoppeling geven. Studenten leren hierbij hoe ze concreet, eerlijk en oplossingsgericht kunnen zijn, zodat hun feedback waardevol en bruikbaar is voor anderen.

  4. Feedback ontvangen
    Feedback ontvangen is de kunst om open te staan voor wat anderen delen, ook wanneer dit kritisch is. Het gaat erom hoe je omgaat met ontvangen feedback, hoe je het verwerkt en toepast, en hoe je ervoor zorgt dat de boodschap blijft hangen en leidt tot verbetering.

Door deze vier pijlers te ontwikkelen, worden studenten beter in staat gesteld om feedback effectief in te zetten als een krachtig leerinstrument, zowel in hun opleiding als op de werkvloer.

Het ontwikkelen van deze pijlers hangt sterk met elkaar samen, omdat ze elkaar aanvullen en versterken. Toch is er bewust gekozen om in de werkvormen de focus te leggen op één hoofdpijler per keer. Dit maakt het mogelijk om doelgericht te werken aan specifieke vaardigheden of inzichten. Tegelijkertijd blijven de andere pijlers onmisbaar bij het uitvoeren van de werkvorm, omdat ze elkaar ondersteunen en integraal onderdeel zijn van feedbackvaardigheid.

Bijvoorbeeld, een werkvorm die gericht is op feedback geven vraagt ook om een zekere mate van kwaliteitsbesef, omdat een student moet kunnen inschatten wat goed of beter kan. Daarnaast speelt een feedbackmindset een belangrijke rol: zonder een open houding ten opzichte van feedback kan het lastig zijn om deze vaardigheid effectief te ontwikkelen. En wanneer een student feedback geeft, oefent hij impliciet ook op het ontvangen van feedback, omdat vaak een dialoog ontstaat waarin wederzijdse reflectie nodig is.

Door deze aanpak wordt ervoor gezorgd dat alle pijlers met elkaar verweven blijven en de student de volledige breedte van feedbackvaardigheid ontwikkelt, terwijl elke werkvorm voldoende focus en diepgang heeft om concrete leerdoelen te bereiken.

Feedback rubric

Om in te schatten waar een student staat qua feedbackvaardigheid kan er samen met een praktijkopleider de rubric in de bijlage ingevuld worden.

 

Aanvullend kan gekeken waar de student nu staat en waar de student over een halfjaar wil staan qua feedbackvaardigheid. Bedenk vervolgens met de student hoe deze groei behaald kan worden.

Powerpoints met informatie

Hier staan de 4 powerpoints van de 4 pijlers van feedback. Deze zijn te gebruiken voor lessen en workshops.

Feedback ontvangen

Feedback geven

Feedback mindset

Feedback kwaliteitsbesef

Hoe leer je feedback aan

Er is niet één vaste route naar het effectief aanleren van feedbackvaardigheden. Elke klas is anders, en elke student ontwikkelt zich in zijn eigen tempo en context. Toch zijn er heldere richtlijnen die je als docent kunnen helpen om feedback stap voor stap een vanzelfsprekend onderdeel te maken van het leerproces.

Expliciet en impliciet

Studenten leren niet vanzelf hoe ze feedback effectief kunnen gebruiken. Het is daarom belangrijk om expliciet te maken wat feedback is, hoe je het kunt inzetten en waarom het een waardevolle hefboom is voor leren en ontwikkelen van jezelf én van anderen. Dat betekent dat we als docent soms bewust stilstaan bij de manier waarop we feedback geven en ontvangen, en dit ook uitleggen aan onze studenten.

Tegelijkertijd is het doel dat feedback gaandeweg een vanzelfsprekend onderdeel wordt van de manier van werken in de klas en op de werkvloer. Dat vraagt om herhaling, modelgedrag en kleine interventies. Bijvoorbeeld door in een les kort te vertellen hoe je zelf feedback hebt toegepast om iets te verbeteren. Of door een student te vragen hoe hij of zij feedback tijdens de stage heeft opgepakt en ermee aan de slag is gegaan. Zo koppel je feedback terug aan de praktijk, en krijgt het stap voor stap een plek in het dagelijks handelen van studenten.

Werken aan feedback: samenhang en focus

Effectief leren omgaan met feedback vraagt om een integrale aanpak. De verschillende bouwstenen van goede feedback, zoals het stellen van heldere doelen, het geven van bruikbare informatie en het stimuleren van zelfregulatie, staan niet op zichzelf. Ze zijn met elkaar verweven en versterken elkaar. In de praktijk zien we dat feedback pas echt kracht krijgt als deze onderdelen op elkaar aansluiten.

Daarbij is feedback altijd een interactie tussen minimaal twee personen: een feedbackgever en een feedbackgebruiker. En die rollen kunnen binnen één leeractiviteit of feedbackmoment voortdurend wisselen. Een student die net feedback ontving, kan even later zélf feedback geven aan een klasgenoot/collega. De manier waarop studenten omgaan met die rollen, wordt mede bepaald door hun mindset en hun mate van kwaliteitsbesef, beide kun je ontwikkelen.

Daarom is het belangrijk om feedback niet als los onderdeel aan te bieden, maar steeds in samenhang met de bredere leerdoelen en werkprocessen. Tegelijkertijd is het waardevol om de losse elementen wél expliciet aan te leren en te oefenen. Zo krijgen studenten grip op de verschillende bouwstenen en kunnen ze die stap voor stap versterken.

Een top-down benadering kan hierbij helpen: begin bij het geheel, laat zien hoe de puzzel in elkaar zit, en zoom vervolgens in op de afzonderlijke stukjes. Zo blijft de samenhang helder, terwijl studenten de kans krijgen om gerichte feedbackvaardigheden op te bouwen.

Feedback oefenen in verschillende vormen en contexten

Om feedback echt te laten landen bij studenten, is het belangrijk om het niet alleen theoretisch te bespreken, maar vooral ook te oefenen in diverse werkvormen en situaties. Feedbackvaardigheden ontwikkelen zich namelijk stap voor stap, en vooral door doen, ervaren en reflecteren.

Dit oefenen kan op verschillende manieren. In een veilige leeromgeving kun je starten met speelse of laagdrempelige werkvormen waarin studenten kennismaken met het geven en ontvangen van feedback. Denk aan werkvormen waarbij studenten elkaar complimenten en tips geven op korte opdrachten, of feedbackkaarten gebruiken tijdens groepsopdrachten. Door het luchtig en concreet te houden, verlaagt de drempel en bouwen studenten zelfvertrouwen op.

Daarnaast zijn simulatiesituaties, zoals rollenspellen, praktijksimulaties of feedbackgesprekken nadoen, waardevol om feedback in een realistischere context te oefenen. Studenten krijgen zo de kans om feedback te geven en ontvangen in een setting die lijkt op wat ze op de leerwerkplek tegenkomen, maar nog binnen de veilige kaders van school.

En natuurlijk is het van groot belang om feedback ook in echte situaties toe te passen: tijdens stages, praktijkopdrachten of projecten in samenwerking met het werkveld. Daar krijgt feedback pas echt betekenis. Juist die afwisseling, van oefenen op school tot toepassen op de werkplek, zorgt ervoor dat studenten feedback leren herkennen, begrijpen én gebruiken als krachtig leerinstrument.

Door die variatie aan te bieden, sluit je aan bij verschillende leerstijlen én vergroot je de transfer naar de praktijk.

Taakgerichte en gedragsgerichte feedback: leren herkennen én geven

In het MBO en op de leerwerkplek is de student niet alleen een ontvanger van feedback, maar ook een actieve feedbackgever. Op de leerwerkplek wordt van studenten verwacht dat ze collega’s, medestudenten of zelfs leidinggevenden op een professionele manier feedback kunnen geven. Dat vraagt om vaardigheden, maar ook om bewustzijn: wat voor soort feedback geef je, en wat doet dat met de ander?

Een belangrijk onderscheid daarbij is dat tussen taakgerichte feedback en gedragsgerichte feedback.

Taakgerichte feedback gaat over het werk zelf: de kwaliteit van een product, de uitvoering van een opdracht of de manier waarop een taak is aangepakt. Denk aan: “De inventarisatielijst is duidelijk, maar je mist nog twee onderdelen van de opdracht.” Deze feedback is vaak concreet, minder persoonlijk en daardoor eenvoudiger te geven én te ontvangen. Studenten kunnen er direct iets mee: ze weten wat beter kan en hoe.

Gedragsgerichte feedback richt zich op hoe iemand zich gedraagt in een situatie. Bijvoorbeeld: “Je onderbrak de klant meerdere keren; daardoor voelde het gesprek gehaast.” Of: “Je bleef rustig toen de situatie uit de hand dreigde te lopen. Dat hielp het team.” Deze feedback is vaak gevoeliger omdat het sneller persoonlijk voelt — ook al gaat het om professioneel gedrag. Het raakt aan houding, communicatie en sociale interactie.

Voor studenten is het belangrijk om dit onderscheid te leren herkennen én toepassen. Want wie feedback geeft zonder dit bewustzijn, loopt het risico dat de boodschap verkeerd overkomt of afweert. En wie het verschil kent, kan zorgvuldiger en effectiever communiceren, ook in situaties met gezagsverhoudingen zoals op stage of in de beroepspraktijk.

Daarnaast helpt het studenten ook als ontvanger van feedback: taakgerichte feedback voelen ze meestal als ‘veilig’. Gedragsgerichte feedback kan confronterend zijn. Door hier bewust aandacht aan te besteden, ontwikkelen studenten een grotere feedbackgevoeligheid: ze leren emoties herkennen, ermee omgaan en er alsnog iets uit halen dat bijdraagt aan hun groei.

Kortom: studenten hebben er baat bij om het verschil tussen taak en gedrag niet alleen te snappen, maar ook te oefenen in herkenbare, realistische situaties. Zo bouwen ze zelfvertrouwen op in het geven én ontvangen van feedback en groeien ze toe naar professioneel handelen in hun toekomstige beroep.

 

 

Werkvormen Feedback

In dit boekje staan werkvormen om alle 4 de pijlers te oefenen.

- Feedback geven

- Feedback ontvangen

- Feedback mindset

- Feedback kwaliteitsbesef

Workshop juniorteamleiders

Om junior teamleiders te ondersteunen feedback in hun teams te implementeren hebben we deze workshop ontwikkeld. Je vindt hier alle benodigde documenten

Ontwikkelportfolio

Met dit portfolio werkt de student aan diens ontwikkeling waarbij feedback hem of haar ondersteund

  • Het arrangement Feedback is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2025-07-04 10:49:19
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Feedback
    Leerniveau
    MBO, Niveau 4: Middenkaderopleiding;
    Leerinhoud en doelen
    Onderwijskunde; Loopbaansturing;
    Eindgebruiker
    leraar
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.