In deze lessen serie gaan we naast het maken van een uitgbreid verpleegplan ook dieper in op prioriteren en delegeren van taken / handelingen en activiteiten. Ook besteden we aandacht aan de verschillende organisatiemodellen die er bestaan.
Prioriteren is een 'jong' werkwoord en het betekent; aangeven wat het belangrijkste is en dus als eerste moet gebeuren. (Bron: http://onze taal.nl/taaladvies/prioriteren)
Rangschikken op volgorde van belangrijkheid doe je in je dienst regelmatig. Dan is het belangrijk dat je naast prioriteren ook een realistische planning maakt.
CanMedsrol, kerntaken en werkprocessen
Canmeds rollen
Tijdens deze module staat de rol van samenwerkingspartner, organisator en communicator centraal.
De kerntaken en werkprocessen waaraan je werkt zijn:
VP-B-K1-W3 Stelt een verpleegplan op
VP-B- K1-W9 Coördineert de zorgverlening van individuele zorgvragers
VP-B-K1-W10 Evalueert en legt de verpleegkundige zorg vast
VP-VVT-P2-K1-W2 Werkt verbindend samen met naastbetrokkenen en andere zorgverleners
VP-ZH-P1-K1-W2 Communiceert met een zorgvrager ter bevordering van behandeling
Lesopdrachten en eindopdracht
Tijdens deze module zal je werken aan de volgende opdrachten:
een verpleegplan
prioriteiten stellen
Daarnaast werk je toe naar een ingevuld peerassessment formulier en een beoordelingsformulier van de presentatie van het verpleegplan.
De volgende oefenopdrachten en werkprocessen komen aan bod:
VP-B-K1-W3 Stelt een verpleegplan op
Je maakt een nieuw verpleegplan of pas je een bestaand verpleegplan aan. In de verantwoording beargumenteer je de gemaakte keuzes. Hierin leg je de relatie tussen; de kennis van verpleegkundige systematiek en methodiek, en de kennis van bij de doelgroepen voorkomende ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, aandoeningen, comorbiditeit, functieproblemen behandelingen en bijbehorende gezondheidsrisico’s. Alle gebieden dien je te benoemen, ook als ze niet van toepassing zijn. Er moet dan onderbouwd worden waarom ze niet van toepassing zijn.
VP-B- K1-W9 Coördineert de zorgverlening van individuele zorgvragers
Je stemt de zorg af tussen de formele en informele zorgverlener. Je voert coordinerende taken uit binnen de zorgverlening van de individuele zorgvrager. De zorgverlening organiseer en coordineer je op zo'n manier dat de kwaliteit, continuiteit een eenduidigheid hiervan gewaarborgd is.
VP-B-K1-W10 Evalueert en legt de verpleegkundige zorg vast
Je monitort een zorgvrager en evalueert de geboden zorg met de zorgvrager en/of diens naasten als voorbereiding op een MDO of als overdracht naar een andere zorgsetting of afdeling. Hierbij geef je voorstellen voor verdere verpleging.
Je stelt de mate waarin de zorgvrager en naastbetrokkenen het zorgaanbod als effectief en ondersteunend ervaren vast en het zorgplan is zo nodig in overleg met de betrokkenen bijgesteld. Je houdt het zorgdossier bij.
VP-VVT-P2-K1-W1 Werkt verbindend samen met naastbetrokkenen en andere zorgverleners
Bespreek met de zorgvrager, naastbetrokkenen en collega's de mogelijkheid en haalbaarheid om naastbetrokkenen te laten deelnemen aan de zorg voor de zorgvrager. Daarbij moet je advies kunnen geven over communicatie en benadering van de zorgvrager. Schrijf vervolgens een verantwoordingsverslag waarin je de gemaakte keuzes beargumenteert.
VP-ZH-P1-K1-W2 Communiceert met een zorgvrager ter bevordering van behandeling
Op de afdeling waar je stage loopt, monitor je een zorgvrager tijdens zijn herstelperiode na een behandeling. Je geeft hierbij de zorgvrager de nodige informatie en voorlichting en een voor de zorgvrager te begrijpen manier. Je schrijft hiervoor een verantwoordingsverslag.
Les 1: Prioriteren en delegeren
Lesdoelen
Aan het eind van deze les:
- Laat je zien dat je in je werkzaamheden prioriteiten kunt stellen en taken kunt delegeren.
- Verwoord je jouw keuzes van prioriteren en delegeren met onderbouwde argumenten.
Kennisactivering
De docent neemt de lessenserie door en de eindopdracht.
De docent geeft uitleg over prioriteren en delegeren en kan daarbij gebruik maken van de PPT.
Tijdens de PPT worden er veel voorbeelden uitgewisseld vanuit de praktijk (studenten en docent)
Inventariseer voorbeelden met je groep die jullie mee hebben gemaakt in de praktijk. Vul met elkaar hierover het schema van Eisenhouwer in.
Bespreek met elkaar welke taken je wel of niet kunt delegeren (voor voorbeelden zie PPT laatste dia)
Dringend
Niet dringend
Belangrijk
1 (doen)
3 (delegeren)
Onbelangrijk
2 (plannen)
4 (loslaten)
Evalueren en afsluiten
Zijn de lesdoelen bereikt?
Aan het eind van deze les:
- Laat je zien dat je in je werkzaamheden prioriteiten kunt stellen en taken kunt delegeren.
- Verwoord je jouw keuzes van prioriteren en delegeren met onderbouwde argumenten
Iedereen krijgt 1 post- itt papier en schrijft op wat hij/zij meeneemt aan leerwinst van deze les.
Plak je post-itt op het bord.
We nemen de resultaten van leerwinst door!
Dit kan ook digitaal met mentimeter eventueel.
Les 2: Verpleegkundige organisatiemodellen - deel 1
Studieactiviteit
Lees onderstaande door:
"De familie van mevr. Boom die in het verzorgingshuis woont, loopt naar de verpleegpost en vraagt: "Is Inez er vandaag ook? Onze moeder zegt dat ze de laatste tijd minder goed ziet, daardoor durft ze niet goed meer te lopen. We vragen ons af of haar bril nog wel de juiste sterkte heeft, of dat er misschien wat anders aan de hand is?" Het feit dat deze familie vraagt naar Inez, een verpleegkundige op de afdeling, geeft aan dat er in dit verzorgingshuis met het EVVmodel wordt gewerkt. De familie is gewend om alle zorg rondom hun moeder met één verpleegkundige te bespreken. Als het verzorgingshuis volgens het Teamverplegingsmodel had gewerkt, dan had de vraag van de familie er zo uitgezien: "Wie is er vandaag verantwoordelijk voor de zorg voor mevr. Boom? Op het bord staat Bram. kunnen wij die misschien spreken? Wij zijn haar familie en hebben een aantal vragen over onze moeder. We maken ons zorgen."
De manier waarop een instelling of afdeling georganiseerd is, heeft te maken met een visie. In deze visie zijn verschillende dingen belangrijk; bijv., de positie van de patiënt (is zijn/haar mening de richtlijn voor de zorg), de kwaliteit en taakvolwassenheid van het team (veel sturing nodig? Hoe is de samenwerking?), de kosten, de patiëntendoelgroep en de teamsamenstelling. Allerlei onderdelen die mede bepalen hoe een afdeling georganiseerd is rondom de zorg (en de kwaliteit ervan) voor de patiënt.
Het is belangrijk dat je als verpleegkundige van deze modellen op de hoogte bent. Als je straks je diploma hebt en gaat bepalen waar je gaat solliciteren voor een baan, is het goed om je te verdiepen hoe de zorg rondom een patiënt georganiseerd wordt en hoe het team samenwerkt. Past dit bij jouw visie op zorg en hoe jij het prettig vindt om te werken?
In deze les gaan jullie je op een creatieve manier verdiepen in de verschillende modellen.
Lesdoelen
Na deze les:
kun je drie of meer verpleegkundige organisatiemodellen benoemen
kun je van minstens twee organisatiemodellen de belangrijkste kenmerken benoemen
kun je van minstens twee organisatiemodellen een voor- en een nadeel benoemen
kun je een keuze maken welk model jouw voorkeur heeft en beargumenteren waarom.
Kennisactivering
Lees de hoofdstukken over Functionele/Taakgerichte verpleging, Teamverpleging en EVV in de volgende link en maak aantekeningen.
2. Zoek zelf op internet verdere informtie over deze 3 verpleegkundige organisatiemodellen. Maak aantekeningen.
De docent bespreekt heel kort jullie lesvoorbereiding en bovenstaande. Mocht je vragen hebben over de verschillende modellen, stel deze dan nu. De docent kan er voor kiezen om bepaalde vragen niet te beantwoorden, als dit de opdracht voor deze les waarmee jullie aan de slag gaan (zie verderop) minder leuk maakt..
Onderwijsleergesprek / opdracht
Verpleegkundige organisatiemodellen hebben allemaal hun voor- en nadelen. Soms hangt het van bijv. een teamsamenstelling af, van de patiëntengroep of gewoon van geld, met welk model een afdeling gaat werken. Je zult in de praktijk zien dat het soms ook een combinatie van verschillende modellen is.
Door middel van een rechtzaak gaan jullie de verschillende modellen promoten en je verdiepen in de voor- en nadelen. De jury en de rechter bepalen uiteindelijk welke groep (met welk model) dit het beste heeft gedaan. Het gaat er niet om of een bepaald model jouw persoonlijke voorkeur heeft (al helpt dat misschien wel in je pleidooi), maar om het jouw (toegewezen) model zo goed mogelijk neer te zetten. Zaak om je goed voor te bereiden dus! De onderstaande casus is het uitgangspunt. Bij het kopje opdracht, zie je hoe het verder in zijn werk gaat. De docent leest dit met jullie door en geeft uitleg als nodig.
CASUS
Op een afdeling in een Revalidatie-instelling wordt al jaren gewerkt volgens het Eerst Verantwoordelijke Verpleegkundige systeem. Er zijn grote vorderingen gemaakt met de introductie van een electronisch zorgdossier, wat met name wordt bijgehouden door de Eerst Verantwoordelijke Verpleegkundige. Door de grote zelfstandigheid is onder de verschillende verpleegkundigen op allerlei gebied een behoorlijke deskundigheid ontwikkeld, wat bij de toewijzing van zorgvragers een grote rol speelt. Met het oog op nieuwe bezuinigingen, de aanhoudende werkdruk en dat de organisatie meer functiedifferentiëring wil gaan doorvoeren, kondigt het afdelingshoofd in een teamvergadering aan over te willen stappen op het systeem van Taakgerichte (functionele) verpleging. Met dit systeem zou volgens haar een hogere productie gehaald worden en een boel andere problemen worden opgelost.
De verpleegkundigen zijn verdeeld in hun reacties. Sommigen willen bij het EVVstysteem blijven en vrezen dat hun zelfstandigheid ingeperkt gaat worden. Anderen zien de noodzaak van het overgaan naar taakgericht(functioneel) verplegen; iets meer structuur in hun werk zouden ze erg prettig vinden. En dan is er nog een groep die het met geen van beiden eens is en zegt: we moeten dit als team oplossen. Met z'n allen de schouders er onder. Laten we het Teamverplegingsmodel invoeren.
De partijen komen er naar herhaaldelijk overleg niet uit. Alle modellen hebben voor- en nadelen. Uiteindelijk beslist de directie dat een rechter hier uitspraak over moet doen. Wat zal de uitslag worden?
De rechtzaak
De rechtzaak bestaat uit 4 partijen (3 als de groep niet groot genoeg is) en een rechter. De docent is de rechter.
Groep 1 - EVVmodel
Groep 2 - Taakgericht/Fuctionele verpleging
Groep 3 - Teamverpleging (deze groep vervalt als de klas te klein is)
Groep 4 - De Jury
De docent laat jullie loodjes trekken die beslissen in welke groep je komt. Elke groep bestaat uit ongeveer 6 personen. De Jurygroep kan kleiner zijn.
6 personen in een groepje:
Groep 1: EVV-model
Groep 2: Taakgericht/functionele verpleging
Groep 3: teamverpleging
Groep 4: Jury en rechter
3 advocaten (waarom dit model goed is)
3 advocaten (waarom dit model goed is)
3 advocaten (waarom dit model goed is)
Verdiepen zich in alle drie de modellen
3 aanklagers (waarom ander model niet goed is)
3 aanklagers (waarom ander model niet goed is)
3 aanklagers (waarom ander model niet goed is)
Verdiepen zich in alle drie de modellen
Ga als groepje bij elkaar zitten en lees de casus in het vorige hoofdstuk nog een keer door. Bepaal hierna wie van jullie de Advocaten worden en wie van jullie de Aanklagers.
Rol Avocaten: Jullie verdiepen je zo goed mogelijk in je eigen model. Waarom moet de afdeling volgens dit model werken? Wat zijn de voordelen? Jullie moeten overtuigend zijn in je pleidooi! Ook moet je je kunnen verdedigen tegen de aanklagers van andere groepen die van jullie model juist de nadelen gaan noemen en jullie hierover vragen gaan stellen. Bedenk dus van te voren wat de nadelen van jullie model is en wat het antwoord/de oplossing daarvoor is!
Rol Aanklagers: Jullie verdiepen je in de nadelen van de andere organisatiemodellen. Waarom moet je daar vooral niet mee gaan werken? Bedenk scherpe vragen om het de tegenpartij moelijk te maken.
Stem met elkaar als groep af, wat jullie hebben bedacht en bedenk of jullie nog dingen vergeten zijn.
De Jurygroep: Verdiep in je in alle drie de organisatiemodellen zodat je goed op de hoogte bent van:
hoe het model werkt. Wat zijn de kernpunten? Wat is de kernvisie?
Wat zijn de voordelen van elk model
Wat zijn de nadelen van elk model
Bespreek met elkaar wie waar op let tijdens de rechtzaak
Zorg dat je aantekeningen kunt maken tijdens de rechtzaak
Zorg dat je deskundig genoeg bent om de pleidooien, meningen, aanvallen, antwoorden en oplossingen van de andere groepen op waarheid en waarde te kunnen beoordelen!
VOLGENDE LES --> DE ZAAK
De Rechter zit vooraan met de Jury. De andere groepen naast elkaar in het lokaal (3 secties).
Speel je rol zoveel mogelijk als in het echt. De rechter spreek je aan met U, je behandelt elkaar met respect en gebruikt nette taal.
Als de Rechter het lokaal binnenkomt, sta je op en gaat pas zitten als hij/zij daar toestemming voor geeft.
De Rechter zit de Rechtzaak voor, start deze en benoemt kort wat er speelt.
De Rechter geeft vervolgens eerst van elke groep de Advocaten de kans om hun model te promoten.
Daarna geeft de Rechter van elke partij de Aanklagers de kans om hun kritische kanttekeningen te zetten en vragen te stellen aan de andere partijen, die zich op hun beurt weer mogen verdedigen. Dit is soms een levendig gesprek/discussie, waarin de rechter de orde houdt!
De juryleden kunnen evt. een verduidelijkende, objectieve vraag stellen, maar geen oordelen geven! Tip: houdt als Jury aantekeningen bij over wie wat zegt en wat je er goed/niet goed aan vindt!
Na ongeveer een half uur gaan de juryleden met de rechter in beraad over de uitspraak wie deze rechtzaak gewonnen heeft.
De Jury geeft bij terugkomst van alle groepen een korte samenvatting en wat ze goed en of niet goed aan hun pleidooi en verdediging vonden.
De rechter deelt hierna het oordeel mee wie deze rechtzaak gewonnen heeft!
Evalueren en afsluiten
De docent bespreekt met de groep hoe de volgende les eruit komt te zien.
De docent noteert de groepjes
Les 3: Verpleegkundige organisatiemodellen - deel 2
Lesdoelen
Na deze les:
kun je drie of meer verpleegkundige organisatiemodellen benoemen
kun je van minstens twee organisatiemodellen de belangrijkste kenmerken benoemen
kun je van minstens twee organisatiemodellen een voor- en een nadeel benoemen
kun je een keuze maken welk model jouw voorkeur heeft en beargumenteren waarom.
Kennisactivering
Hoe zat het ook al weer?
Welke modellen hadden we?
Hoe zat de opdracht in elkaar?
Onderwijsleergesprek / opdracht
DE ZAAK UITSPELEN!
De Rechter zit vooraan met de Jury. De andere groepen naast elkaar in het lokaal (3 secties).
Speel je rol zoveel mogelijk als in het echt. De rechter spreek je aan met U, je behandelt elkaar met respect en gebruikt nette taal.
Als de Rechter het lokaal binnenkomt, sta je op en gaat pas zitten als hij/zij daar toestemming voor geeft.
De Rechter zit de Rechtzaak voor, start deze en benoemt kort wat er speelt.
De Rechter geeft vervolgens eerst van elke groep de Advocaten de kans om hun model te promoten.
Daarna geeft de Rechter van elke partij de Aanklagers de kans om hun kritische kanttekeningen te zetten en vragen te stellen aan de andere partijen, die zich op hun beurt weer mogen verdedigen. Dit is soms een levendig gesprek/discussie, waarin de rechter de orde houdt!
De juryleden kunnen evt. een verduidelijkende, objectieve vraag stellen, maar geen oordelen geven! Tip: houdt als Jury aantekeningen bij over wie wat zegt en wat je er goed/niet goed aan vindt!
Na ongeveer een half uur gaan de juryleden met de rechter in beraad over de uitspraak wie deze rechtzaak gewonnen heeft.
De Jury geeft bij terugkomst van alle groepen een korte samenvatting en wat ze goed en of niet goed aan hun pleidooi en verdediging vonden.
De rechter deelt hierna het oordeel mee wie deze rechtzaak gewonnen heeft!
Evalueren en afsluiten
Welk Verpleegkundig Organisatiemodel heeft op basis van je voorbereiding en na deze les zelf je voorkeur? Waarom?
Jullie bespreken de tops en tips van deze les met de docent.
Zijn de lesdoelen behaald?
Lesdoelen:
kun je drie of meer verpleegkundige organisatiemodellen benoemen
kun je van minstens twee organisatiemodellen de belangrijkste kenmerken benoemen
kun je van minstens twee organisatiemodellen een voor- en een nadeel benoemen
kun je een keuze maken welk model jouw voorkeur heeft en beargumenteren waarom.
Les 4: Verpleegkundig Zorgdossier - deel 1
Studieactiviteit
De hele opleiding heb je lessen gehad over Planmatig zorgverlenen. In leerjaar 1 en 2 moest je bijv. een anamnese afnemen (naspelen) en een verpleegplan schrijven.
Dit jaar wordt er van jullie verwacht dat je een Verpleegkundig Zorgdossier maakt. De casus hiervoor wordt aan jullie gegeven. Het bevat een hoogcomplexe zorgsituatie gebaseerd op de realiteit van de praktijk waarin je werkt.
We besteden in de les een gedeelte aan het herhalen van de theorie, maar na 3 jaar verwachten we dat deze kennis (na opfrissen) aanwezig is.
Bereid je goed voor op de les!
Neem uit het boek het verpleegplan opstellen de volgende onderwerpen door:
Het verpleegproces - blz. 31 t/m 32
Gegevens verzamelen - blz. 41 t/m 53
Verpleegkundige Diagnose (PES) - blz. 116 t/m 118
Zorgresultaten (Doel) (RUMBA) - blz. 144 t/m 147
Verpleegkundige Interventies - blz. 151 t/m 154
Evalueren - blz. 191 t/m 194
Rapporteren - blz 209 t/m 211, 218
Lesdoelen
Na deze 3 lessen Verpleegkundig zorgdossier:
Laat je door middel van een door jou opgesteld Verpleegkundig Zorgdossier zien dat je:
gegevens volgens de juiste methodiek kunt verzamelen
dat je de juiste prioriteit aanbrengt in de problemen van de patiënt/cliënt
kunt beargmunteren welke vragen in een anamnese belangrijk zijn om de beginsituatie van een patiënt/cliënt helder te krijgen
een Verpleegkundige Diagnose kunt opstellen aan de hand van de PES-structuur
een Zorgresultaat kunt opstellen volgens de RUMBA-eisen
Verpleegkundige Interventies volgens de eisen kunt opstellen
Evaluatie op product en proces kunt toepassen
Rapportage kunt schrijven volgens de geldende richtlijnen
Kun je op basis van kennis en ervaring m.b.t. methodisch werken, beargumenteerde feedback geven aan mede-studenten over een Verpleegkundig Zorgdossier
Kennisactivering
Deze lessen gaan we aan de slag met de verplichte eindopdracht.
Alles wat je hier leert, herhaalt en oefent kun je gebruiken bij je examens die hier over gaan.
Overzicht:
Les 4 & 5: werken aan eindopdracht
Les 6: presentaties
Les 7: over evalueren, beoordelen en kritisch zijn + afmaken en inleveren einddocument
De docent neemt de powerpoint met jullie door en jullie frissen met elkaar kennis op over de begrippen.
Jullie gaan een Verpleegkundig Zorgdossier maken voor een patiënt/cliënt. Er zijn 6 casussen te verdelen - 3 voor de VVTsector en 3 voor de studenten die in het ziekenhuis stage lopen.
Vorm een groepje en kies een casus uit de VVT of uit het ziekenhuis (elk groepje een andere casus en de docent noteert de groepjes) uit het word bestand
Let op: Op de eerste bladzijde hiervan staan nog instructies die voor iedereen belangrijk zijn.
In de excel documentjes vind je een mogelijk format voor het Verpleegkundig Zorgdossier, wat je kunt gebruiken of aanpassen. Je mag ook een hele eigen lay-out maken. Let op: Onder alle tabs staat een formulier! De docent neemt het format van het verpleegkundig dossier met jullie door.
LEES ONDERSTAANDE INSTRUCTIES VOOR HET MAKEN VAN HET VERPLEEGKUNDIG DOSSIER GOED DOOR!
Uiteindelijk Resultaat: Een Verpleegkundig Zorgdossier voor een patiënt/cliënt bestaande uit minimaal:
5 gekozen vragen uit de Anamnese (zie Bestanden voor Inspiratie)onderbouwd met argumenten waarom déze informatie voor jullie patiënt/cliënt op dit moment naast de standaardvragen, echt belangrijk is.
Bedenk 6 verpleegkundige diagnoses en kies er daarvan 2 uit. Beargumenteer jullie keuze waarom je voor deze 2 hebt gekozen en niet de andere diagnoses.
Een ingevuld Verpleegplan, bestaande uit een Actieplan (standaard) en Verpleegplan - met 2Verpleegkundige Diagnoses + Zorgresultaten, Verpleegkundige Interventies en Evaluatievragen - opgesteld via de voorgeschreven richtlijnen (PES, RUMBA etc.).Beschrijf bij elk onderdeel waarom jullie hiervoor hebben gekozen.
Een ingevuld rapportageformulier met een Dagdienst-, Avonddienst- én Nachtdienstrapportage.
Een afsprakenvel, met afspraken uit de visite die overeenkomen met de bevindingen in de rapportage, het verpleegplan en casus.
Een Multidisciplinair Communicatie Formulier met afspraken/rapportages die overeenkomen met de bevindingen in de rapportage, het verpleegplan, het afsprakenvel en casus.
Medicatielijst(en).
Jullie werken allemaal met verschillende verpleegkundige dossiers, het kan dus zijn dat je nog iets mist aan formulieren die je in de praktijk bijvoorbeeld gebruikt. Mocht je nog wat willen toevoegen aan het dossier, dan mag dit.
Aanpak:
De casussen bevatten hoogcomplexe zorg (net zoals in de praktijk). Zoek de termen/ziektebeelden op die je niet kent. Pak de Vilans protocollen erbij om specifieke aspecten in de verzorging goed te vermelden in je verpleegplan. Zoek de medicijnen op in het Farmaceutisch Kompas.
Zorg dat alle informatie op elkaar aansluit en het Dossier "logisch" in elkaar zit. Is de informatie uit de casus niet voldoende, dan mogen jullie je eigen fantasie gebruiken, zolang het wel reëel is en klopt!
Je kunt de taken verdelen, maar jullie zijn als groep verantwoordelijk voor het hele eindproduct. Lees elkaars inbreng dus goed door en geef elkaar feedback.
Je hebt in deze les 50 minuten. De volgende les heb je 45 minuten om er aan te werken. Daarna gaan jullie d.m.v. peerassessment het verpleegkundig zorgdossier van 1 andere groep voorzien van feedback. Jullie kunnen de gekregen feedback dan nog verwerken in het eindproduct. Jullie zullen er dus ook eigen tijd (of in ZW-uur) aan moeten besteden.
Je mag je eindproduct digitaal of uitgeprint bij de docent inleveren.
Maak goed afspraken over wie wat doet voor de volgende les en wanneer iets af moet zijn.
Les 5: Verder werken aan de opdracht en feedbackformulieren maken
Les 6: Presentaties aan een ander groepje en daarna verwerken van hun feedback
Les 7: Over evalueren, beoordelen en kritisch zijn + afmaken en inleveren opdracht bij de docent + daarbij weer een lege feedbacklijst voor de docent
De docent evaleert de les verder m.b.v. Tips en Tops.
Les 5: Het verpleegkundig zorgdossier - deel 2
Lesdoelen
Na de lessen Verpleegkundig zorgdossier:
Laat je door middel van een door jou opgesteld Verpleegkundig Zorgdossier zien dat je:
gegevens volgens de juiste methodiek kunt verzamelen
dat je de juiste prioriteit aanbrengt in de problemen van de patiënt/cliënt
kunt beargmunteren welke vragen in een anamnese belangrijk zijn om de beginsituatie van een patiënt/cliënt helder te krijgen
een Verpleegkundige Diagnose kunt opstellen aan de hand van de PES-structuur
een Zorgresultaat kunt opstellen volgens de RUMBA-eisen
Verpleegkundige Interventies volgens de eisen kunt opstellen
Evaluatie op product en proces kunt toepassen
Rapportage kunt schrijven volgens de geldende richtlijnen
Kun je op basis van kennis en ervaring m.b.t. methodisch werken, beargumenteerde feedback geven aan mede-studenten over een Verpleegkundig Zorgdossier
Kennisactivering
De docent neemt met jullie door:
Hoever elke groep is in het afmaken van het Verpleegkundig Zorgdossier
Of er nog vragen zijn omtrent (onderdelen van) het Verpleegkundig Zorgdossier
Jullie hebben deze les om verder te werken aan jullie Verpleegkundig Zorgdossier. Ook maken jullie in deze les 2 feedbacklijsten:
1 voor het groepje aan wie je gaat presenteren de volgende les
1 voor in het in te leveren document bij de docent die de beoordeling doet in Osiris
Onderwijsleergesprek / opdracht
Deze les= les 5:
Verder werken aan de opdracht en feedbackformulieren maken
Les 6:
Presentaties aan een ander groepje en daarna verwerken van hun feedback
Les 7: over evalueren, beoordelen en kritisch zijn + afmaken en inleveren einddocument
Maak als groep een feedbacklijst met minimaal de onderstaande punten erin. Deze feedbacklijst wordt vervolgens ingevuld door een andere groep die jullie verpleegplan beoordeeld. Op deze manier kun je ook zien of jullie verpleegplan wel voldoet aan de critria!
5 vragen Anamnese + argumenten waarom belangrijk
6 verpleegkundige diagnoses 2 uitgekozen + de beargumentatie waarom er voor deze 2 is gekozen.
Ingevuld Actieplan
Ingevuld Verpleegplan met 2 uitgewerkte Verpleegkundige Diagnoses (PES), Doelen (RUMBA), Acties (criteria acties), Evaluatie (product/proces) volgens de methodieken
Ingevuld Afsprakenvel
Rapportagevel met 3 Rapportages: 1 Dagdient-, 1 Avonddienst en 1 Nachtdienstrapportage
Ingevuld Multi-Disciplinair Communicatieformulier
Ingevulde medicatielist
Eventueel andere ingevulde formulieren
Sluit de informatie van de verschillende onderdelen op elkaar aan?
Is alle informatie uit de casus verwerkt in het Verpleegkundig Zorgdossier?
Klopt de informatie die in het Verpleegkundig Zorgdossier staat (voor zover je dit kunt inschatten)?
Ziet het geheel er netjes en verzorgd uit?
Resultaat:
2 gemaakte feedbacklijsten; 1 voor de presentatie volgende les en 1 voor de docent als jullie het document inleveren
Evalueren en afsluiten
Er worden afspraken gemaakt over de presentaties bij de volgende les.
Na de presentaties is er nog tijd om de feedback van het groepje waar aan je presenteerde te verwerken.
Er worden afspraken gemaakt met de docent over het inleveren van het einddocument.
Les 6: Het verpleegkundig zorgdossier - deel 3
Lesdoelen
Na de lessen Verpleegkundig zorgdossier:
Laat je door middel van een door jou opgesteld Verpleegkundig Zorgdossier zien dat je:
gegevens volgens de juiste methodiek kunt verzamelen
dat je de juiste prioriteit aanbrengt in de problemen van de patiënt/cliënt
kunt beargmunteren welke vragen in een anamnese belangrijk zijn om de beginsituatie van een patiënt/cliënt helder te krijgen
een Verpleegkundige Diagnose kunt opstellen aan de hand van de PES-structuur
een Zorgresultaat kunt opstellen volgens de RUMBA-eisen
Verpleegkundige Interventies volgens de eisen kunt opstellen
Evaluatie op product en proces kunt toepassen
Rapportage kunt schrijven volgens de geldende richtlijnen
Kun je op basis van kennis en ervaring m.b.t. methodisch werken, beargumenteerde feedback geven aan mede-studenten over een Verpleegkundig Zorgdossier
Presentaties
Deze les presenteren jullie je zorgdossier aan een ander groepje.
Overhandig het feedbackformulier aan dit groepje dat luistert.
De docent loopt langs de groepjes.
Daarna is er tijd om de ontvangen feedback te verwerken in jullie einddocument
Evalueren en afsluiten
De docent neemt de volgende vragen met jullie door:
Hoe verliep jullie samenwerking in het maken van het Verpleegkundig Zorgdossier?
Vonden jullie het leuk om een Verpleegkundig Zorgdossier te maken?
Op een schaal van 1- 10: Hoe trots zijn jullie op het eindresultaat? Waarom?
Verdere Tips/Top
Les 7: Evaluatie, beoordelen en kritisch zijn
Studieactiviteit
Beantwoord voor jezelf de volgende vragen:
Waar moet een goede (juiste) beoordeling aan voldoen?
Wat versta jij onder kritisch zijn?
Waar moet een evaluatie van de verpleegkundige zorg aan voldoen volgens jou?
Lesdoelen
Kennisactivering
De docent bespreekt de studieacitiviteit met jullie na.
De docent geeft uitleg over evalueren, beoordelen en kritisch zijn.
Nu is er tijd om het einddocument helemaal af te maken en in te leveren bij de docent.
Dat is dus inclusief de verwerkte feedback die jullie kregen van het groepje aan wie jullie gepresenteerd hebben.
De docent maakt gebruik van de lege feedbacklijst die jullie toegevoegd hebben aan document en geeft een beoordeling in Osiris.
Evaluatie van de module
Jullie feedback wordt erg op prijs gesteld. Daarom vragen we jullie onderstaande vragenlijst in te vullen over deze e-learning zodat wij kunnen leren van jullie en ons onderwijs kunnen aanscherpen.
Dank je wel voor het invullen!
Het arrangement VPK 4; Planmatig zorgverlenen is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteurs
iwan van der Werf
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2023-01-27 15:37:53
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.