Hoofdstuk 6 klas 2G1

Hoofdstuk 6 klas 2G1

Welkom

Welkom klas 2G1!

 

 

BACK TO class door Anoeshka Mohan

 

 

Het is fijn om jullie weer te zien! We hebben al alle paragrafen van hoofdstuk 6 'Wat regelt de overheid' al behandeld. Dit hoofdstuk heeft veel informatie die niet nieuw is voor jullie. Ik heb daarom besloten om een samenvatting te maken van het hele hoofdstuk 6 met extra oefeningen, zodat jullie extra ondersteuning krijgen bij het leren.

Hoofdstuk 6 'Wat regelt de overheid'

H6.1 'De overheid: wie is dat?'

Beste leerlingen,

Ik weet dat sommigen van jullie liever een video willen kijken dan lezen. Jullie kunnen ervoor kiezen om alleen de kennisclip te bekijken of de samenvatting te lezen. In de kennisclip die ik heb gemaakt, zitten er een paar vragen verwerkt.

Ik wens jullie veel lees- of kijkplezier!

Kennisclip

Lesdoelen

 

In onze samenleving wordt er veel voor ons geregeld, maar hoe kan de overheid dit alles mogelijk maken? Om een auto te kunnen rijden heb je een rijbewijs nodig, maar waar moet je dan heen gaan?​ In deze les bekijken we wat de taken van de overheid zijn en wanneer wij met de overheid te maken hebben.​

 

Na afloop van de les kun je:

  • uitleggen wie de overheid is en de drie lagen die de overheid onderverdeeld is.
  • voorbeelden benoemen van zaken, waarvoor de gemeente nodig is.
  • uitleggen welke soorten zaken de provincie regelt.
  • uitleggen wat infrastructuur is.
  • uitleggen wat de rijksoverheid is en wat haar taken zijn.

Wie is de overheid?

Wij wonen in een samenleving waarin we ons veilig voelen, waarin wij naar school kunnen gaan, waarin wij kunnen sporten en waarin we behandeling krijgen als we ziek worden.

Om gezamenlijk goed te kunnen leven, moet iedereen gebruik kunnen maken van voorzieningen. Bijvoorbeeld onderwijs of een geluidswal langs de weg. De overheid regelt dit allemaal voor ons, zodat onze samenleving kan functioneren.

De overheid bestaat uit:

  1. De gemeente
  2. De provincie
  3. De rijksoverheid

Deze drie overheden hebben ook hun eigen taken die belangrijk zijn voor onze samenleving. Ze zorgen bijvoorbeeld voor onze wegen, veiligheid, straatverlichting, watervoorziening, onderwijs, gezondheidszorg, parken en behuizing (een plaats om te kunnen wonen). De gemeenten, provincies en rijksoverheid hebben veel werknemers in dienst om al dat werk te kunnen doen. De werknemers die al dat werk doen heten ambtenaren. Ambtenaren zijn werknemers die in dienst van de overheid werken en worden betaald door de overheid. Voorbeelden van ambtenaren zijn: het leger, docenten en de politie.

 

Druk op deze bovenstaande afbeelding om een oefening te maken. Heb je alles goed, dan lees de samenvatting verder.

 

De gemeente

Nederland was rond het jaar 1900 verdeeld in ongeveer 1100 gemeenten. Vanaf 1 januari 2021 telt Nederland 352 gemeenten. Iedere gemeente heeft een gemeentehuis of raadhuis waarin het bestuur van de gemeente gevestigd is. De gemeenteraad neemt uiteindelijk de beslissing of bepaalde plannen van de gemeente doorgaan of niet. De gemeenteraad bestaat uit een groep mensen die door de inwoners van de gemeente zijn gekozen. Om een beslissing te nemen, komen ze samen in de raadzaal. De burgemeester leidt de vergadering en de wethouders zijn ook aanwezig. De wetgevers komen met plannen bij de gemeenteraad en daarop kan de gemeenteraad akkoord of niet akkoord gaan met de plannen.

Een voorbeeld hiervan is dat een schoolgebouw en het schoolplein vernieuwd worden. De wethouder wil meer met het schoolplein doen en stelt voor om een speelplek te maken voor kinderen uit de buurt. Dit kost tijd en geld. In de gemeenteraad zullen de leden hierover met elkaar discussiëren en dan neemt de gemeenteraad een besluit.

De gemeente is de overheid die alles regelt in je woonplaats. Je moet bij de gemeente zijn als je bijvoorbeeld een ID-kaart, paspoort of rijbewijs nodig hebt. Net als in het eerder genoemde voorbeeld, bepaalt de gemeente of er nieuwbouw, speelvoorzieningen en sportparken moeten komen. Daarnaast is de gemeente verantwoordelijk voor schoolgebouwen, jeugd- en ouderenzorg, het ophalen van huisvuil en de riolering.

 

De provincie

Gemeenten en provincies worden beschouwd als lagere overheden. Nederland telt 12 provincies en elke provincie bestaat uit een aantal gemeenten. Elke provincie heeft zijn eigen bestuur. De provinciale staten zijn verantwoordelijk voor de provincie en bepalen de plannen ervan, zoals de inrichting van natuurgebieden of de aanleg van regionale wegen. In de provinciale staten zitten statenleden van verschillende politieke partijen. Daarnaast heeft elke provincie een commissaris van de koning en gedeputeerde staten. Zij voeren de plannen van de provinciale staten uit en worden door hen gecontroleerd. Elke vier jaar vinden provinciale statenverkiezingen plaats, waarbij alle inwoners van de provincie kiezen wie er in de provinciale staten komen.

Wat zijn de taken van de provincie?

In de provinciewet staat dat de provincie als taak heeft het verdelen van de ruimte en toezicht te houden op alle gemeenten.

De taken van de provincie zijn als volgt:

  1. De gemeenten maken plannen, bijvoorbeeld voor een natuurgebied, een industrieterrein of een woonwijk. De taak van de provincie is om ervoor te zorgen dat deze plannen elkaar niet in de weg zitten. Zo verdeelt de provincie de beschikbare ruimte en bepaalt ze of de plannen van de gemeenten door kunnen gaan. Op die manier wordt bepaald hoe groen of bebouwd jouw omgeving is.
  2. De provincie regelt zaken zoals het openbaar vervoer en de drinkwatervoorziening. Ze bepalen waar dorpen en steden kunnen uitbreiden en waar natuur- en recreatiegebieden kunnen komen.
  3. Bodem, lucht en water raken vervuild als iedereen zomaar zijn afval weggooit. Er zijn wetten en regels die dit verbieden en de provincie controleert of iedereen zich daaraan houdt. Daarnaast zoekt de provincie uit waar afval opgeslagen kan worden om zo min mogelijk schade te veroorzaken voor mens en milieu.
  4. Zonder havens en vliegvelden kan er geen handel met het buitenland plaatsvinden. De provincie is ook verantwoordelijk voor de infrastructuur, zoals havens, wegen, vliegvelden, internet en het elektriciteitsnetwerk.

 

 

De rijksoverheid

Maar wie regelt alles voor het hele land? De rijksoverheid, oftewel het Rijk, is de centrale overheid die vanuit Den Haag alle zaken regelt die voor het hele land van belang zijn. De regering bestaat uit de koning en de ministers, die ons land besturen.

De taken van de rijksoverheid zijn:

  1. Als er ooit een oorlog uitbreekt in de wereld, zal het leger ervoor zorgen dat ons land veilig blijft. Voor de veiligheid in ons land is de rijksoverheid verantwoordelijk voor het leger, de politie en de dijken.
  2. Daarnaast is de rijksoverheid verantwoordelijk voor de spoorwegen, snelwegen en het onderwijs.

Wie neemt de beslissing: het Rijk, de provincie of de gemeente?

null

Druk hier de bovenstaande afbeelding om een oefening te maken. Ben je klaar? Ga verder met H6.2!

H6.2 'Wat doet de overheid voor ons?'

Lesdoelen

We hebben geleerd dat de overheid zorgt voor onze wegen, veiligheid en onderwijs. In Nederland zijn er mensen met veel inkomen, weinig inkomen of geen inkomen. Hoe kunnen mensen met geen of weinig inkomen toch schoon water drinken, eten, onderwijs volgen en gebruikmaken van het openbaar vervoer? De overheid zorgt ook voor de mensen met weinig of geen inkomen.

 

Na afloop van de les kun je:

  • uitleggen wat er wordt bedoeld met collectieve voorzieningen.
  • uitleggen wat sociale zekerheid is en voorbeelden daarvan noemen.
  • uitleggen waarom er sociale premies op je loon worden ingehouden.
  • uitleggen wat het verschil is tussen de particuliere en de collectieve sector.

Wat doet de overheid allemaal voor ons?

blog - De leukste speeltuinen in en om Eindhoven. | Kidsproof Eindhoven

De overheid zorgt voor voorzieningen die iedereen kan gebruiken, zoals bijvoorbeeld een speeltuin in een woonwijk, wegen, brandweer, onderwijs en politie. Bij een speeltuin in een woonwijk mag iedereen daar komen spelen, zowel volwassenen als kinderen. Een brandweer is er voor iedereen. Dit noemen we collectieve voorzieningen. De collectieve voorzieningen worden uit de belasting betaald.

Tip: Collectief betekent letterlijk gezamenlijk, dus de collectieve voorzieningen zijn voor de hele bevolking.

 

In Nederland zijn er mensen met weinig of geen inkomen. Deze mensen verdienen te weinig geld omdat ze bijvoorbeeld ziek zijn, of omdat ze geen werk hebben. Denk aan de tijd van corona, toen mensen ziek werden en afscheid moesten nemen van hun baan of bedrijf. Bij zulke situaties regelt de overheid dan een geldbedrag om van rond te komen. Dit noemen we een uitkering.

Bij de collectieve sector hebben we te maken met het deel van de economie dat georganiseerd wordt door de overheid zelf. De overheid en instellingen die voor collectieve voorzieningen zorgen, noemen we de collectieve sector. Hierbij is het belangrijk om te weten dat de collectieve sector goederen en diensten levert zonder winst te maken.

Ambtenaar zijn mensen die bij de overheid werken. Je bent geen ambtenaar als je werk doet voor de overheid, omdat de overheid het bedrijf heeft ingehuurd waar jij werkt. Dat betekent dus dat bedrijven een onderdeel zijn van particuliere sector en niet van de collectieve sector! Bedrijven zijn commercieel, dus ze moeten winst maken. Alleen als ze geld verdienen kunnen ze blijven bestaan! Bedrijven en burgers behoren tot de particuliere sector.Zara | Zara Clothing Store, Los Angeles California, 6/2015, … | Flickr

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De overheid zorgt ervoor dat mensen met weinig of geen inkomen een uitkering krijgen. Dat noemen we sociale zekerheid. In de Werkloosheidswet staat dat mensen die bijvoorbeeld geen werk hebben, een WW-uitkering krijgen. In de Algemene Ouderdomswet staat dat mensen vanaf hun pensioenleeftijd een AOW-uitkering krijgen. Voor mensen die te weinig inkomen hebben om hun huur of zorgverzekering te betalen, is er huurtoeslag of zorgtoeslag. Denk aan studenten! Studenten die in een kamer wonen bij een studentencomplex hebben weinig inkomen, dus zij kunnen huurtoeslag krijgen.

In Nederland zijn er veel mensen die een uitkering krijgen, denk aan ouderen en mensen die geen werk kunnen vinden. Iedereen met een inkomen draagt een deel af voor mensen die zelf geen of te weinig inkomen hebben. Van deze inhoudingen op het brutoloon betaalt de overheid de uitkeringen. Deze inhoudingen noemen we sociale premies.

 

Druk op de afbeelding om een oefening te maken waarbij je moet kiezen tussen de collectieve sector of particuliere sector. Ben je klaar? Ga dan verder met H6.3.

In deze bovenstaande bestaand kan je een overzicht zien met de verschillen tussen collectieve sector en particuliere sector. Deze bestand is handig om te gebruiken tijdens het leren en je kan een kopie van dit bestand maken!

H6.3 'Hoe komt de overheid aan geld?'

Lesdoelen

Bij de eerste les hebben we geleerd dat de overheid veel taken regelt in ons land om onze samenleving te laten functioneren. Maar van wie krijgt de overheid geld om alles te kunnen regelen en hoe doet de overheid dat? In deze les zullen we daar meer over leren.

Na afloop van de les kun je:

  • voorbeelden geven van belastingen die je moet betalen.
  • uitleggen wat btw is en hoe het bij de belastingdienst terechtkomt.
  • uitleggen wat het verschil is tussen subsidies en accijns.
  • voorbeelden geven van niet-belastingontvangsten.

Inkomsten van de overheid

 

De meest voorkomende inkomsten die de overheid krijgt komt uit de belastingen. Een belasting is een verplichte bijdrage die burgers en bedrijven aan de overheid betalen.

Er zijn drie soorten belastingen:

  1. Inkomstenbelasting betaalt iedereen die een inkomen heeft. Dit belasting gaat af van je brutoloon. Wat overblijft is je nettoloon en dat wordt op je bankrekening bijgeschreven.
  2. Loonbelasting is de belasting die een werkgever inhoudt op de loon van een werknemer. Deze belasting wordt uiteindelijk overgebracht naar de belastingdienst.
  3. BTW is belasting over de toegevoegde waarde.Als je bijvoorbeeld een product koopt, betaal je btw.

 

 

Screenshot 2023-02-27 at 14.41.58

Screenshot 2023-02-27 at 14.41.58 Do you want to create similar content? This site uses cookies to deliver our services. By using our site, you acknowledge that you have read and understand our Terms of Service and Cookie Policy.

 

Belasting betaal je over wat je koopt, bijvoorbeeld als je een laptop wil kopen moet je de verkoopprijs en btw (21%) betalen. Btw betekent belasting over de toegevoegde waarde. In andere woorden is btw alle belasting die de winkelier bij de verkoopprijs op moet tellen. De winkelier blijft niet met de btw, maar geeft alle btw door naar de belastingdienst. Dus de winkelier houdt alleen de verkoopprijs voor zichzelf.

Er zijn twee soorten btw-tarief:

  1. 9%: Een btw-tarief van 9% is voor levensmiddelen, zoals brood, melk, vruchten.
  2. 21%: Een btw-tarief van 21% is voor het overgrote deel van de producten en diensten, zoals tv, fiets, auto, alcoholische dranken.

 

Screenshot 2023-02-19 at 16.59.35

Screenshot 2023-02-19 at 16.59.35 Do you want to create similar content? This site uses cookies to deliver our services. By using our site, you acknowledge that you have read and understand our Terms of Service and Cookie Policy.

 

 

office

Do you want to create similar content? This site uses cookies to deliver our services. By using our site, you acknowledge that you have read and understand our Terms of Service and Cookie Policy. Your use of ThingLink's Products and Services, is subject to these policies and terms. OK

 

 

Druk op de twee bovenstaande afbeeldingen om een heldere beeld te krijgen van de producten die tot de 9% en 21% BTW tarief behoren.

Alcohol, brandstof en tabak zijn heel slecht voor het milieu en voor de gezondheid van mensen. Als de alcohol, brandstof en tabak duurder woden gaan minder mensen deze producten kopen. Extra verbruiksbelasting op producten waarvan de overheid het gebruik/aankoop wilt verminderen, noemen we accijns.  Deze producten worden door accijns duurder.

Soms wilt de overheid geld geven aan mensen of bedrijven om hen te stimuleren om iets te doen. De boeren worden steeds ouder en er komen geen jongeren boeren bij. Dat is eigenlijk gevaarlijk voor onze samenleving, omdat er veel minder voedsel in onze eigen land wordt verbouwd. De overheid heeft dus een subsidieregeling gestart en het ministerie van economische zaken om jonge landbouwerste stimuleren om een startend bedrijf in de landbouwsector op te starten. De subsidie zorgt ervoor dat meer mensen kunnen kiezen om boer te worden. De geld dat de overheid aan mensen of bedrijven geven om hen te stimuleren om iets te doen noemen we subsidie. Een andere voorbeeld hiervan is dat de overheid meer mensen wil laten sporten of bedrijven milieuvriendelijker laten produceren (meer bestekken en rietjes zijn meer milieuvriendelijk gemaakt).

 

De overheid krijgt geld van belastingen, maar ook uit aardgas, winst van overheidsbedrijven en inkomsten van boetes. Voorbeelden van overheidsbedrijven zijn NS, Schiphol en de Nederlandse Lotterij. Aardgasinkomsten, winst uit overheidbedrijven en boeten, noemen we de niet-belastingontvangten van de overheid.

 

Accijns, subsidie of BTW?

null

 

Druk op de bovenstaande afbeelding om te oefenen met accijns, subsidie en BTW. Ben je klaar dan kan je verder gaan met H6.4

H6.4 'Komt de overheid rond?'

Lesdoelen

Het zou zeker een goed plan zijn om in de toekomst minder belasting te betalen en meer geld over te dragen aan onderwijs voor betere scholen en studies, gezondheidszorg, het leger, enzovoorts. Maar de vraag is of de overheid genoeg geld heeft om dit te kunnen doen. De overheid moet bepaalde keuzes maken om rond te kunnen komen.

 

Na afloop van de les kun je:

  • uitleggen wat de rijksbegroting en de miljoenennota zijn.
  • uitleggen wat het verschil is tussen begrotingstekort en begrotingsoverschot.
  • rekenen met grote getallen.

Bekijk eerst even een korte uitlegvideo over Prinsjesdag. Ben je klaar? Noteer dan even in jullie schrift wat jullie hebben gezien.

 

Komt de overheid rond?

De overheid heeft zowel veel inkomsten als uitgaven, waardoor zij elk jaar een begroting maakt. De begroting is openbaar, wat betekent dat iedereen kan zien waaraan de overheid belastinggeld uitgeeft.

De rijksbegroting is de begroting die de rijksoverheid elk jaar opstelt. Op Prinsjesdag, de derde dinsdag van september, leest de koning de troonrede voor en maakt de regering de rijksbegroting bekend. Hierin staan alle verwachte inkomsten en uitgaven van het Rijk voor het komende jaar. Het ministerie van Financiën is verantwoordelijk voor het opstellen van de rijksbegroting.

Prinsjesdag: Miljoenennota en Rijksbegroting | Rijksoverheid.nl

 

In de miljoenennota wordt de rijksbegroting toegelicht. In de miljoenennota legt de regering uit welke keuzes zij heeft gemaakt, bijvoorbeeld door een reden te geven waarom het btw-tarief omhoog gaat. De regering mag haar plannen uitvoeren na goedkeuring door de 1e en 2e kamer. De rijksbegroting en de miljoenennota worden gepresenteerd op Prinsjesdag.

De inkomsten en uitgaven op de rijksbegroting zijn nooit helemaal gelijk aan elkaar. Als de overheid verwacht dat de uitgaven hoger zullen zijn dan de inkomsten, dan hebben we te maken met een tekort. We noemen dit het begrotingstekort. Om dit op te lossen kan de overheid drie dingen doen:

  • Bezuinigen: de overheid moet minder uitgeven aan sommige zaken.
  • Belastingen verhogen: bedrijven en burgers moeten meer belasting betalen.
  • Lenen: geld lenen, maar het nadeel is dat hier rente over betaald moet worden.

Tip: Het begrotingstekort kan ook omschrijven worden als het bedrag dat de overheid in een bepaalde periode tekort komt en dus moet lenen.

 

Als de overheid verwacht dat de inkomsten meer zullen zijn dan de uitgaven, dan hebben we te maken met een begrotingsoverschot. Als er een begrotingsoverschot is, kan de overheid zelf kiezen waaraan ze het begrotingsoverschot wil besteden. De overheid kan bijvoorbeeld haar schulden terugbetalen of meer geld geven aan de zorg.

In dit bovenstaande bestand kun je een uitgebreide uitleg vinden over hoe je met grote getallen moet rekenen. Hierin vind je ook ezelbruggetjes die je kunnen ondersteunen tijdens het oefenen met de rekenopdrachten. 

 

Check!

Check!

We gaan nu controleren of jullie alle belangrijkste begrippen hebben begrepen!

Oefening: H6.2 'Wat doet de overheid voor ons?'

Start

Oefening: H6.3 'Hoe komt de overheid aan geld?'

Start

Aan de slag

Fijn dat jullie alle oefeningen hebben gemaakt bij 'Check!'. Nu gaan jullie iets nieuws doen voor deze les. Jullie gaan een mindmap maken van hoofdstuk 6. Door een mindmap te maken creëer je een overzicht van wat je hebt geleerd over hoofdstuk 6.

 

Wat moet ik doen?

  • Maak een mindmap van hoofdstuk 6 om een overzicht te creëren van wat je hebt geleerd.

 

Met Wie ga ik dat doen?

  • Je doet dit individueel.

 

Hoe ga ik dat doen?

  1. Begin met het onderwerp. Het onderwerp staat centraal in het midden.
  2. Verbind takken aan het onderwerp. Hierbij kun je heel creatief zijn met kleuren.
  3. Gebruik per tak één woord. Het is belangrijk om zo min mogelijk zinnen te gebruiken.
  4. Verbind grote takken met subtakken.
  5. Bij sommige woorden kun je plaatjes gebruiken ter vervanging.
  6. Vul jouw mindmap regelmatig aan.

 

Wie mag ik om Hulp vragen?

  • Je kunt de docent om hulp vragen als je vragen hebt.

 

Hoe lang heb ik de Tijd?

  • 10 minuten.

 

Wat is de Uitkomst?

  • De uitkomst is een volledige mindmap van hoofdstuk 6 met alle belangrijke begrippen en hun onderlinge relaties.

 

Wat doe ik als Klaar ben?

  • Als je klaar bent, kun je je mindmap bekijken en deze eventueel aanvullen of verbeteren.

 

 

Deze opdracht helpt je bij het leren voor een proefwerk of toets. Begin met het maken van een mindmap bij paragraaf 6.1 en vul deze daarna aan bij de andere paragrafen. Je kunt Coggle gebruiken om een mindmap te maken. Druk op de onderstaande afbeelding om een mindmap te maken. 

 

Als er vragen zijn, kun je altijd bij mij terecht of kun je mij een bericht sturen via Magister.

Test jezelf

Druk op de onderstaande afbeelding. Hierin vind je vragen die een afsluiting vormen van de les over de kernbegrippen.

Begrippen

 

H6.1

Ambtenaren: Alle werknemers die bij de overheid werken.

Infrastructuur: Alle voorzieningen die nodig zijn voor communicatie en vervoer. Voorbeelden van voorzieningen      zijn wegen, vliegvelden, internet, elektriciteitnetwerk en havens.

Gemeente: De overheid die alle zaken regelt in je woonplaats.

Overheid: De overheid bestaat uit de gemeente, provinsie en de rijksoverheid, die regels vast stellen om de samenleving goed te laten functioneren.

Rijksoverheid: De centrale overheid regelt de zaken vanuit Den Haag die voor het hele land van belang zijn.

 

H6.2

Collectieve sector: De overheid en instellingen die voor collectieve voorzieningen zorgen.

Collectieve voorzieningen: Voorzieningen die iedereen gebruik kan maken en die de overheid betaalt.

Particuliere sector: Burgers en bedrijven behoren tot de particuliere sector, bedrijven moeten winst maken.

Sociale premies: Inhoudingen op het brutoloon waarvan de overheid de uitkeringen kan betalen.

Sociale zekerheid: Bij de mensen die geen of te weinig inkomen hebben, krijzen ze een uitkering van de overheid.

 

H6.3

Accijns: Extra verbruiksbelasting op producten waarvan de overheid het gebruik of aankoop wilt verminderen.

Belasting: Een verplichte bijdrage van burgers en bedrijven aan de overheid.

Btw: Wanneer je iets koopt betaal je btw. Een winkelier geeft de btw vervolgens door aan de belastingdienst.

Inkomstenbelasting: Belasting die je betaalt over je inkomen. Dit gaat af van je brutoloon.

Niet-belastingontvangsten: Inkomen die de overheid ontvangt van aardgas, inkomsten van boetes en winst van overheidsbedrijven.

Subsidie: Geld dat de overheid geeft aan mensen of bedrijven om hen te stimuleren om iets te doen.

 

H6.4

Begrotingsoverschot: De overheid verwacht dat er meer inkomsten zijn dan inkomsten

Begrotingstekort: De overheid verwacht dat er meer uitgaven zijn dan inkomsten.

Miljoenennota: De regering legt hierin uit welke keuzes zij gemaakt heeft.

Rijksbegroting: Een overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven van het rijk voor het komend jaar.

Evaluatie

Bij evaluatie kunnen jullie schrijven wat jullie van mijn Wikiwijs-pagina hebben gevonden.

Bronnen

Doorduin, L., Dost, J., Van Os, Ben., Smit, M., & Ubbink, J. (2019). Wat regelt de overheid?. In L.Doorduin (Red), Pincode (pp. 156-177). Groningen: Noordhoff Uitgevers

 

ECONOMIEPAGINA.com: Economie oefenen en leren | samenvatting | aantekeningen | eindexamen | vmbo | mavo | havo | vwo. (z.d.-b). http://www.economiepagina.com/

 

Rijksoverheid. (2020, 3 november). Persconferentie 3 november [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=GWFhslG00wo&t=76s&ab_channel=Rijksoverheid

  • Het arrangement Hoofdstuk 6 klas 2G1 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Anoeshka Mohan
    Laatst gewijzigd
    2023-04-09 02:41:47
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Samenvatting van heel hoofdstuk 6 met extra oefeningen.
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur 0 minuten

    Bronnen

    Bron Type
    Kennisclip
    https://edpuzzle.com/embed/assignments/63fc8860f301274147eb69dc/watch
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    H6.2 'Wat doet de overheid voor ons?'

    H6.3 'Hoe komt de overheid aan geld?'

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.