Poëziedossier

Poëziedossier

Welkom!

Tijdens deze periode gaan jullie je verdiepen in poëzie. Je gaat in een drietal een poëziedossier aanleggen. Een aantal opdrachten is verplicht, maar je maakt ook een aantal keuze-opdrachten. Op deze site vind je alle informatie die je nodig hebt: de reader, de opdrachten met bijbehorende rubrics en extra aanvullende informatie.

 

Hier vind je de theorie met betrekking tot poëzieanalyse nog een keer.
Dit arrangement is geschikt voor alle leerlingen uit 4/5/6 vwo die voor het vak Nederlands bezig willen met het onderdeel poëzieanalyse.

Verplichte opdrachten

Opdracht A

Opdracht A - Poëtica en bloemlezing

Dit is een individuele opdracht. In jullie poëziedossier wordt van ieder groepslid de uitwerking van deze opdracht opgenomen.

 

Een verzameling geselecteerde gedichten noemen we een bloemlezing. Kies vijf gedichten die je de moeite waard vindt. De gedichten die je kiest, komen uit dichtbundels/bloemlezingen. Hieronder vind je een lijst met erkende dichters. De bundels die aanwezig zijn in de mediatheek, mag je sowieso gebruiken; wil je een andere bundel gebruiken, dan overleg dat met je docent. Je mag één gedicht toevoegen dat je op internet hebt gevonden of dat in een andere taal is geschreven. Je kopieert/fotografeert de vijf gedichten en geeft bij ieder gedicht een onderbouwde motivatie voor je keuze (minimaal 80 woorden per gedicht).

 

Je gedichten leidt je in door aan te geven wat jouw poëticale opvatting is. De term poëtica is afkomstig van het Griekse ποίησις (poësis, poëtica) en heeft van oudsher betrekking op de (ambachtelijke) voorschriften waaraan kunstwerken dienen te voldoen. In de moderne tijd doelt de term op de creatieve normen van individuele kunstenaars. Met andere woorden: wat is jouw mening over poëzie? Waaraan moet goede poëzie volgens jou voldoen? (minimaal 80 woorden)

 

Naast dat je deze gedichten plus de uitwerking en je poëticale opvatting in jullie dossier opneemt, lever je deze ook uiterlijk vrijdag 17.00 uur in via Class Notebook.

 

 

Hulpmiddel: lijst van erkende dichters

 

Rodaan Al Galidi

Hans Andreus

Simone Atangana Bekono

J.C. Bloem

Gershwin Bonevacia

C. Budding’

Jan Campert

Remco Campert

Ellen Deckwitz

Jules Deelder

Hans Magnus Enzensberger

Radna Fabias

Eva Gerlach

Babs Gons

Jan Hanlo

Judith Herzberg

Ingmar Heytze

Baban Kirkuki

Gerrit Komrij

Rutger Kopland

Gerrit Krol

Ted van Lieshout

Joke van Leeuwen

H. Marsman

Lisette Ma Neza

Ramsey Nasr

Seckou Ouloguem

Sybren Polet

K. Schippers

Mustafa Stitou

Willem van Toorn

M. Vasalis

Anne Vegter

Leo Vroman

Menno Wigman

Willem Wilmink

Toon Tellegen

 

 

 

Opdracht B

Opdracht B - groepsopdracht

 

  1. Maak een groepje van drie personen Het is een groepsopdracht, wat betekent dat jullie alle drie de verantwoordelijkheid dragen voor het eindproduct dat wordt ingeleverd. Het is dan ook jullie eigen verantwoording ervoor te zorgen dat ieder groepslid evenveel tijd, werk en energie in de opdracht steekt.
  2. Kies drie gedichten Gebruik hiervoor de gedichtenbundels uit de mediatheek. Jullie kiezen gezamenlijk drie gedichten die centraal komen te staan in jullie opdracht. Let er op dat jullie gedichten kiezen die geschreven zijn door drie verschillende dichters, en dat het niet dezelfde gedichten zijn als van opdracht A.
  3. Maak van deze gedichten een analyse Neem de gedichten die jullie hebben gekozen over (bijv. een foto) in jullie gedichtenanalyse. Jullie maken samen van alle drie de gedichten een zo uitgebreid mogelijke analyse. De volgende onderdelen moeten verplicht in de analyse worden opgenomen:

 

  1. VORM

Hier bespreek je ten minste:

 

Hoe ziet het gedicht er uit?

  • Gebruik van wit op de bladzijde;
  • Aantal versregels en strofebouw;
  • Gebruik en bedoeling van enjambement.

 

Maakt de schrijver gebruik van rijm?

  • rijm op basis van vorm;
  • rijm op basis van plaats;
  • rijmschema’s.

 

 

 

 

 

  1. VERFRAAIING

Hier bespreek je ten minste:

  • Beeldspraak
  • Stijlfiguren

 

 

  1. MENING EN INTERPRETATIE
  • Interpretatie

Hoe kan het gedicht volgens jullie geïnterpreteerd worden? Met andere woorden: waar denken jullie dat het gedicht over gaat? Wat wil de dichter ons duidelijk maken? Heeft de dichter wellicht een les of moraal in zijn gedicht verwerkt? Kunnen jullie de titel van het gedicht uitleggen? Past de titel bij het gedicht? Etc.

  • Eigen mening

Bij de interpretatie hebben jullie uitgelegd waar het gedicht volgens jullie over gaat. Bij ‘eigen mening’ gaan jullie uitleggen wat jullie van het gedicht vinden. Vermijd zinnen als: “ik vond het wel een leuk gedicht.” Probeer met voorbeelden uit het gedicht je/jullie mening te onderbouwen.

 

 

 

  1. VERWERKINGSOPDRACHT

Hieronder vinden jullie drie verwerkingsopdrachten die jullie bij de gedichten moeten uitvoeren. Bij ieder gedicht kiezen jullie een (andere) verwerkingsopdracht, zodat uiteindelijk alle verwerkingsopdrachten voltooid zijn.

 

  1. Songtekst

Zoek een songtekst (Engels of Nederlands) die jullie bij de sfeer/het thema/de gebeurtenissen/etc. uit het gedicht vinden passen. Leg daarbij ook uit waarom jullie juist voor deze songtekst hebben gekozen en wat de overeenkomsten in sfeer/thema/gebeurtenissen/etc. zijn tussen songtekst en gedicht.

 

  1. Gedicht in beeld

Bij deze verwerkingsopdracht gaan jullie het gedicht in beeld brengen. Dit kan bijvoorbeeld door het maken van een stripverhaal/tekening/collage/mindmap/etc. bij het gedicht. Ook kun je kiezen voor het maken van een poezievideoclip, bijvoorbeeld door het maken van een animatie. Of je maakt een filmpje met je telefoon. De tekst van het gedicht moet op een of andere manier wel terugkomen in het fimpje (door ondertitels, voice-over etc.). Leg verder ook uit waarom jullie juist voor deze verbeelding hebben gekozen. Laat je creativiteit de vrije loop. Hebben jullie een ander idee bij deze opdracht? Vraag dan even aan je docent voor goedkeuring.

 

  1. Informatie over de dichter
  1. Zoek informatie op over de dichter van het gedicht. Maak hiervan een kort verslag waarin jullie de informatie verwerken. Hierbij kunnen jullie denken aan: het leven van de dichter, andere gedichten die hij geschreven heeft, heeft jullie dichter ook proza geschreven? Zijn er telkens terugkerende thema’s of onderwerpen in het werk van de dichter? Etc. (minimaal 1 - maximaal 2 A4’tjes) Zorg voor een correctie bronvermelding.
  2. Schrijf een appje, facebookberichtje of tweet naar de dichter of naar de persoon in het gedicht. Vermeld daarin je mening over het gedicht en doe een voorstel voor een nieuwe titel. Natuurlijk zorg je ervoor dat het berichtje er ook uitziet als een appje, facebookberichtje of tweet.

 

Let op: Naast dat je deze opdracht in een gewoon word-bestand uitwerkt, maak je per groepje ook één PPT in met daarin jullie drie gedichtenanalyses. Deze PPT presenteer je in de week na de kerstvakantie; je krijgt dan pas te horen welk gedicht je met de klas bespreekt. Jullie zijn vrij om een eigen opzet of opbouw voor jullie gedichtenanalyse te kiezen, zolang de verplichte onderdelen aan bod komen in jullie analyse. Zorg ervoor dat duidelijk is welk gedicht jullie analyseren en dat het gedicht ook toegevoegd is aan jullie analyse.

Natuurlijk zorgen jullie ervoor dat jullie opdracht er netjes uitziet en goed verzorgd is, door o.a. een voorblad toe te voegen, te controleren op spel- en formuleringsfouten en te letten op een overzichtelijke lay-out.

 

Jullie gedichtenanalyse bestaat dus uiteindelijk uit één PPT (voorzien van jullie namen) met daarin:

  • Drie gedichten
  • Drie gedichtenanalyses
  • Drie verwerkingsopdrachten

Daarnaast lever je de gedichten met analyses ook in bij jullie poëziedossier.

Opdracht C

Opdracht C - Rijm in het sonnet

Dit is een opdracht die je samen maakt.

 

Schrijf met z’n drieën een sonnet. Ga hiervoor eerst op zoek naar informatie over het sonnet: aan welke kenmerken en regels moet het sonnet voldoen?

Vervolgens verwerk je de volgende soorten rijm in jullie sonnet:

  • Gebruik minimaal twee verschillende rijmschema’s:
    • omarmend rijm
    • gepaard rijm
    • gekruist rijm
    • slagrijm

 

  • Je hebt in iedere strofe minimaal één keer enjambement gebruikt.
  • Je hebt minimaal één keer overlooprijm gebruikt.

 

  • In de eerste strofe moet alliteratie zitten
  • In de tweede strofe moet assonantie zitten
  • In de derde strofe moet binnenrijm zitten
  • In de vierde strofe moet middenrijm zitten

 

Voor meer informatie over de verschillende soorten rijm, kun je kijken op de Wikiwijs Poëzie. Jullie sonnet neem je op in jullie poëziedossier.

Keuze-opdrachten

Voor jullie poëziedossier maak je ook drie keuze-opdrachten. Welke dat zijn en hoe ze beoordeeld worden, vind je hiernaast.

1. Gedichtenfietsroute

De gemeente Hellendoorn heeft sinds 17 september een echte gedichtenfietsroute door de gemeente. De route is 85 kilometer lang en voert langs allerlei mooie plekke, waar gedichten geplaatst zijn. Meer informatie vind je hier.

 

Voor deze opdracht kies je (minimaal) 6 gedichten uit. Je fietst er heen en maakt een selfie bij de plek waar het gedicht staat. Voor de opdracht geef je per gedicht aan in minimaal 100 woorden of je het gedicht vindt passen bij de plek waar het staat. Dit lever je in, samen met je selfie en met het getypte gedicht (of een foto).

2. Maak zelf een gedichtenfietsroute

Nu heeft de gemeente Hellendoorn sinds kort een gedichtenfietsroute, maar de gemeente Rijssen-Holten heeft dat nog niet. Maak met je groepje een gedichtenfietsroute voor de gemeente Rijssen-Holten. Je zoekt minimaal 6 markante plekken in Rijssen, waar je gedichten zou willen plaatsen. Je maakt een flyer met daarin de route, foto’s van de plekken waar een gedicht te zien zou zijn en welk gedicht daar dan te zien is. Als de opdracht goed is uitgevoerd, zou je deze zelfs kunnen voorleggen aan de gemeente Rijssen-Holten! Denk ook aan de lay-out. Een voorbeeld van een gedichtenfietsroute is hier te vinden.

3. Maak een Plint ‘poëzieposter’

(individuele opdracht)

 

Plint combineert al sinds jaar en dag poëzie en beeldende kunt. Zo hebben ze poëzieposters, poëziekussenslopen en zelfs servies met gedichten erop. Voorbeelden kun je vinden op https://www.plint.nl/

 

Voor deze opdracht maak je een ‘Plintposter’ op A3, waarbij je een gedicht zoekt en dat combineert met een bijpassende afbeelding. Als bijlage maak je een informatieflyer met informatie over de dichter, een analyse en interpretatie van het gedicht. Ook leg je uit wat de afbeelding op de poster met het gedicht te maken heeft.

4. Verstrip het gedicht!

De strip probeert al sinds de jaren zestig uit het hokje te kruipen van vermaak voor kinderen of stripminded volwassenen. Strips zijn graphic novels geworden, literatuur wordt verstript (De Avonden door Dick Matena, Woutertje Pieterse door Jan Kruis). Dus waarom niet gedichten verstrippen? Dit wordt gedaan onder de naam ‘verbeelde gedichten’, ‘beeldende poëzie’ of eenvoudig ‘stripgedichten’. Meer informatie vind je hier.

 

Zoek een gedicht waar je een strip van kunt maken. Je mag de strip tekenen, fotograferen of met de computer maken. Een voorbeeld van een site die je kunt gebruiken is https://www.storyboardthat.com/nl/storyboard-creator . Daarnaast hebben Edward van de Vendel en Floor de Goede een boek met verstripte gedichten voor kinderen uitgebracht: De zombietrein en andere stripgedichten. Hieronder zie je een voorbeeld van zo’n verstript gedicht.

 

Edward van de Vendel & Floor de Goede
Edward van de Vendel & Floor de Goede

5. Camera… Actie!

Er zijn verschillende initiatieven waarbij kunstenaars gedichten hebben omgezet naar een filmpje/animatie. Een daarvan is Dichter draagt voor, onder leiding van oud-dichter des vaderlands Ramsey Nasr. Op de site https://dichterdraagtvoor.nl/ vind je 21 verfilmde gedichten.

 

Voor deze opdracht kies je een gedicht dat je ook gaat verfilmen, net als de gedichten op Dichter draagt voor. Je kunt bijvoorbeeld kiezen om een echt filmpje te maken, een stopmotion-filmpje, of een tekenfilmpje.

 

Dichter draagt voor - Marc groet 's morgens de dingen - Paul van Ostaijen

6. Muziek!

Een songtekst kun je zien als een gedicht op muziek. In beide gevallen heb je te maken met een bepaald ritme, met rijm en soms ook beeldspraak en stijlfiguren. Juist omdat een songtekst en een gedicht deze overeenkomst hebben, is het mooi om te kijken of je van gedichten ook een liedje kunt maken.

 

Voor deze opdracht zoek je een gedicht en dat gedicht zet je op muziek. Misschien kun je er een rap-versie van maken, of zet je er een goede beat onder. Of wordt het toch meer een ballad? De keuze is aan jou! Als je heel muzikaal bent, kun je het nummer zelf ook spelen en/of zingen.

7. Flipping the classroom

In onderwijsland is het helemaal in om je lessen te ‘flippen’: je laat leerlingen thuis een filmpje met uitleg kijken en in de les kunnen de leerlingen vragen stellen en de theorie toepassen in de opgaven. Bekende voorbeelden hiervan op YouTube zijn Arnoud Kuijpers voor Nederlands en ‘Math with Menno’ voor wiskunde.

 

Kies in overleg met je docent een onderdeel van poëzie-analyse (bijvoorbeeld rijm, stijlfiguren, het sonnet) en maak een instructievideo. Dat kan al heel makkelijk met bijvoorbeeld een ingesproken PowerPoint. Je kunt ook kiezen om een Lesson up te maken. Je legt in ieder geval aan de hand van enkele (stukken uit) gedichten de door jou gekozen theorie duidelijk en overzichtelijk uit.

8. Spelenderwijs

Spelenderwijs leren is over het algemeen leuker dan domweg woordjes te moeten stampen of alleen maar sommetjes te moeten oefenen. Spelen en leren gaat juist heel goed samen! En dat dat niet alleen op de basisschool is, bewijst deze opdracht maar weer.

 

Maak een spel waarbij je de begrippen van de analyse leert. Dat kan een stijlfiguren-kwartet zijn, een beeldspraak-bingo, een dichtsoorten-memory… noem maar op! Je bedenkt niet alleen het spel, maar maakt het ook. Vergeet ook niet de spelregels bij te voegen.

9. Met veer en kwast

Dubbeltalenten komen veel voor: actrices die zingen, zangers die acteren. Musicalsterren moeten kunnen acteren, zingen én dansen. Maar van oudsher trok de combinatie van de ‘zusterkunsten’ schilderen en dichten de meeste aandacht. Al in de oudheid bestond er wedijver tussen deze twee: welke was de beste?

 

Voor deze opdracht ga je op zoek naar minimaal 10 schilderijen waar je een gedicht bij zoekt (of andersom). Bij ieder setje geef je ook aan waarom juist dat schilderij en dat gedicht goed bij elkaar passen. Vergeet ook niet een literatuurlijst toe te voegen met de bronnen van de gedichten en schilderijen.

Keuze-opdracht 10

Keuze-opdracht 11

Keuze-opdracht 12

Keuze-opdracht 13

Keuze-opdracht 14

Keuze-opdracht 15

Keuze-opdracht 16

Keuze-opdracht 17

Keuze-opdracht 18

Keuze-opdracht 19

Keuze-opdracht 20

Thematische lessen

Hier vind je per les aanvullende materialen, mocht je meer informatie willen hebben.

Introductie

Instapoëzie

Spoken word

Parodie in de poëzie

Poëzie als protest

Bronnen

  • Het arrangement Poëziedossier is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteurs
    Marcia Jans Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2021-10-28 14:28:10
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Lessenserie poëziedossier in 6 vwo
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Bronnen

    Bron Type
    Hier vind je de theorie met betrekking tot poëzieanalyse nog een keer.
    https://maken.wikiwijs.nl/179897/Po_zieopReggesteynV6
    Link
    Dichter draagt voor - Marc groet 's morgens de dingen - Paul van Ostaijen
    https://www.youtube.com/watch?v=ufSNRNbNnog
    Video
    Brainwash - Kila van der Starre: Poëzie is overal
    https://www.npostart.nl/VPWON_1326079
    Video
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.