Welkom
Deze Wikiwijs-pagina is ontworpen voor NT2-docenten die spreekvaardigheidsonderwijs verzorgen aan startende NT2-leerders in de leeftijd van (ongeveer) twaalf tot achttien jaar. Oftewel: instromende ISK-leerlingen.
Alle informatie is opgedeeld in vier delen:
- relevante theorie met betrekking tot spreekvaardigheid
- beschikbaar materiaal om spreekvaardigheidsonderwijs te verzorgen
- didactische tips voor docenten om het wekelijkse uurtje spreekonderwijs in te vullen
- mogelijkheden om spreekvaardigheid te oefenen bij andere vakken
- links naar en tips over extra informatie
Met behulp van deze pagina kan spreekonderwijs meer efficiënt en meer gestructureerd gegeven worden. Enerzijds vergroot dit de kwaliteit van het spreekonderwijs en anderzijds kan bij docenten het gevoel van onbekwaamheid weggenomen worden.
Op een ISK-afdeling is iedere docent een taaldocent. Elke les is gericht op het vergroten van de taalvaardigheid. Toch betekent dat niet dat iedere docent zich bewust is van de manier waarop hij of zij taal aanbiedt aan de leerlingen. Veel docenten zien het beroep van docent als een praatberoep. Vaak zijn docenten (veel) meer aan het woord dan de leerlingen. In een dag spreekt een leerling gemiddeld twee zinnen uit van gemiddeld acht woorden, terwijl ze moeten leren spreken! De gewenste taalontwikkeling vindt vaak vanzelf plaats als de leerling (veel) wordt blootgesteld aan actief en passief taalgebruik. Docenten, en zeker ISK-docenten, moeten dus werkvormen verzinnen waarbij leerlingen op een natuurlijke manier met elkaar en met de docent praten (Brouwers, 2002).
Leerlingen die doorstromen vanuit de ISK naar het regulier, hebben een kleinere woordenschat. Zitten er hiaten in de schooltaal, dan is het voor de leerling moeilijk om de nieuw aangeboden stof te begrijpen. Schooltaal kenmerkt zich door het gebruik van vakjargon, van vak tot vak verschillend. De taal wordt afstandelijk gepresenteerd met veel samengestelde zinnen, de informatiedichtheid is heel hoog (de Bruijn, 2009). Op de ISK moet daarom bewust aandacht worden besteed aan het aanleren van die schooltaal. Bij de overdracht aan docenten van het regulier onderwijs kan de handleiding ‘O jee, een NT2-leerling in de klas’ (LOWAN-vo & ITTA, 2018) meegegeven worden.