persoonlijke informatie
burgerschap
Voor burgerschap heb ik 4 verschillende workshops gevolgd waarvan ik over 2 wat ga vertellen.
Workshop 1 : orgaandonor
Bij deze workshop is er een man gekomen om te vertellen hoe belangrijk en levensreddend het kan zijn voor iemand om orgaandonor te worden. Het verhaal ging over zijn pasgeboren zoontje wat een slecht hartje gehad blijkt te hebben. Het was erg lastig om een hartje te vinden aangezien er erg weinig pasgeboren kinderen hartproblemen hadden waardoor ze erg weinig kans hadden om er een te krijgen in de korte tijd die het kindje had. Met erg veel geluk is het uiteindelijk toch gelukt om een hartje beschikbaar te krijgen en aan de vluchtnotities te zien kwam die uit Polen. Met erg veel geluk konden ze weer naar huis maar toch bleek het kindje later weer klachten te krijgen. Dit is uiteindelijk weer goed gekomen gelukkig. Na dit heftige verhaal heb ik er meer overna zitten denken om donor te worden maar ik weet het nog steeds niet zeker.
workshop 2: blinden taal
Bij deze workshop kregen we ook een man die in eerste instantie de workshop over een ander onderwerp wilde doen maar zijn partner was niet aanwezig, dus hij deed het over blindetaal aangezien hij al 6 jaar met blinden werkt. Hierbij kregen we een papier met het handalfabet wat we 3 minuten mochten leren en vervolgens ontcijferen wat de man allemaal spelde. Hierna gingen we een spel doen waarbij 1 persoon een woord uit moet beelden wat er op het blaadje staat en de andere mensen moeten raden wat hij uitbeeld. ik heb deze workshop veel geleerd over blindetaal. De man heeft ook veel verteld over zijn ervaring met blinden.
oefenopdrachten
Oefenopdrachten Digibib
Opdracht 1 Leefgebieden
Zingeving
Waarde hechten aan de dingen die je doet in het leven
Persoonlijke drijfveren
Levensovertuiging
Geloofsovertuiging
Zingevende activiteiten
Voorbeeld: De motivatie om mijn doelen te bereiken door naar School te gaan en zin te geven in mijn leven.
Financiën
Soort en hoogte inkomens
Vaste lasten
Bestedingspatroon
Inkomensbeheer
Inzicht in financiën
Voorbeeld: Iedere maand de inkomsten en uitgaven noteren, letten op opvallendheden en vergelijken met vorige maand
Sociale relaties
Contacten met familie, kennissen, hulpverleners en medecliënten
Sociale vaardigheden
Houding en gedrag in de maatschappij Waarden en normen
Intieme relaties/ Seksualiteit
Conflicthandeling
Voorbeeld Sociale netwerk onderhouden door mijn aandacht te verdelen over de verschillende groepen waar ik mezelf in bevind
Lichamelijke gezondheid
Zelfzorg
Gezondheid
Allergieën
Medische behandeling
Voeding
Sport
Dag-/nachtritme
Handicap
Voorbeeld: Vast structuur met sporten om mijn gedachten helder te houden, bewust zijn van mijn allergieën door medicatie te gebruiken
Psychische gezondheid
Emotionele staat
Zelfbeeld, zelfwaardering en zelfvertrouwen
Psychische klachten
Trauma’s
Psychiatrische diagnose
Verslaving
Mate van ziektebesef
Behandeling
Voorbeeld: Het verleden accepteren voor wat het is en doorgaan, tevens ook zelfbewust zijn van eigen gevoeligheden en daarom wegblijven van alcohol en drugs
Werk en activiteiten
Hobby’s
Dagbesteding
Dagactiviteitencentrum
Zorgboerderij
Cursus
Vrijwilligerswerk
Voorbeeld: Vrijwilligerswerk in het Ouderencentrum en Bibliotheek, dit geeft mij een voldaan gevoel
Opdracht 2
Bespreek jullie betekenis van zingeving uit Opdracht 1
Het opstaan met een Doel waar we naartoe kunnen werken om zingeving aan het leven te geven waarbij Sport een instrument speelt het balans te behouden tussen de drukte door.
Ik ben van mijzelf een supersportief mens met erg veel hobbies zoals piano spelen, gitaar spelen en basketball. naast basketball doe ik ook hardlopen en ga ik naar de sportschool. Ik geef erg veel om mijn familie en hond dus daar ben ik ook graag bij
3 punten naar eigen behoeften die zin geven in het leven:
School, sociale contacten en vooral hobbies
Opdracht 3
Kenmerklijst lichamelijke gezondheidstoestand
Kenmerklijst Psychische gezondheidstoestand
stage
B1-Kl-W1
Hoe stel je een ondersteuningsvraag op (vanuit je observatie)?
Hoe observeer je en verwerk je de observatie in een plan?
wat is een sociaal systeem? Wie hoort erbij? en hoe breng je die in kaart?
Hoe scheid je hoofd- en bijzaken van de informatie vanuit je analyse?
Hoe rapporteer je?
Met wie werk je samen? (verschillende disciplines)
Hoe stem je af in het multidisciplinaire team?
B1-K1-W2
Wat is ondersteunen? en welke verschillende normen van ondersteuning zijn er?
Wat is persoonlijke en lichamelijke verzorging?
Hoe zorg je ervoor dat een client zoveel mogelijk eigen regie behoud?
Hoe bouw je een vertrouwen band op?
Hoe signaleer/observeer en interpreteer je gedragingen in relatie tot fysieke ongelijkheden?
Hoe leer je een client (persoonlijke verzorging) vaardigheden aan?
Wat is regie op eigen leven?
Hoe en wanneer gebruik je aangepaste materialen en ruimtes?
Hoe ga je om met intieme situaties? hoe maak je intieme situaties bespreekbaar?
Hoe waarborg je de privacy van een client?
Hoe sluit je je aan bij de mogelijkheden en belevingen van de client?
B1-K1-W3
Hoe ga je in gesprek met de client?
Vanuit welk methodiek ga je het gesprek voeren?
Hoe zet je de client in eigen kracht?
Wat is een optimaal ( huishoudelijk ) leefklimaat?
Welke vaardigheden heb je nodig om te kunnen wonen en het huishouden te kunnen doen?
Welke mogelijkheden zijn er om een client te kunnen ondersteunen/begeleiden
Hoe realiseer/stimuleer je ander gedrag bij een client?
Hoe geef je feedback?
B1-K1-W4
Hoe ondersteun je bij mogelijkheden, wensen en behoeften?
Wat is regie ten aanzien van dagbesteding?
Hoe begeleidt en coach je bij het voeren van eigen regie?
Hoe maak je een plan van aanpak gericht op dagbesteding?
Welke activiteiten voeg je toe aan het plan van aanpak?
Hoe motiveer je een client?
welke motivatietechnieken zijn er?
Hoe ondersteun je de client bij het omgaan met gevoelens en veranderingen?
Wat zijn ontwikkelingsgerichte activiteiten?
hoe begeleid je de client bij ontwikkelingsgerichte activiteiten?
Welk methodiek kun je hiervoor toepassen?
B1-K1-W5
Hoe signaleer ik onvoorziene- en crisissituaties als gevolg van gedragsproblemen?
welke preventieve acties kan ik doen om crisissituaties en verdere escalaties te voorkomen?
Hoe schat ik gevaar in voor de client en anderen zodat het gevaar voorkomen kan worden?
Hoe blijf ik tijdens een crisissituatie in contact met mijn client?
Hoe maak ik een risicoanalyse?
Hoe hanteer ik mijn gevoelens tijdens en na een crisissituatie?
Hoe geef ik tijdig mijn grenzen aan bij onredelijke reacties/ongewenst gedrag?
Hoe signaleer ik tijdig of er sprake is van gevaar voor de client, de groep, collega's
Hoe pass ik op een respectvolle en duidelijke manier de uitgangspunten toe die er zijn gesteld?
Hoe observeer ik mijn client als er signalen zijn van dreigende agressie?
Hoe communiceer ik ook in onduidelijke of stressvolle situaties?
Hoe handel ik onvoorziene- en crisissituaties snel en adequaat?
Hoe bespreek ik achteraf iets achteraf op een constructieve manier met de client?
B1-K1-W6
Welke overlegnormen zijn er? Hoe stem ik informatie op een adequate wijze af?
Wat is effectief communiceren?
Hoe streef ik doelbewust naar overeenstemming tussen verschillende partijen?
Hoe voer ik tijdig een regelmatig overleg met alle betrokkenen?
Hoe sta ik open voor meningen, ideeen en feedback van anderen?
Hoe formuleer ik duidelijke en haalbare doelen?
Hoe houd ik rekening met de haalbaarheid van werkzaamheden in tijd en kwaliteit?
Hoe bouw ik professioneel aan de onderlinge band en optimale samenwerking?
B1-K1-W7
B1-K2-W1
Ik heb kennisgenomen van de protocollen, procedures en wettelijke richtlijnen
ik weet wat mijn vakgebied inhoud
ik verdiep mij in de route van signalen naar melden en informeren
Ik verdiep mij in de werkwijze van collega's m.b.t kwaliteitsverhouding
Ik durf knelpunten aan te geven
Ik ben op de hoogte van de ARBO en de daarbij behorende regels
Ik kan verbeterpunten overtuigend overbrengen
Ik zet eigen expertise in voor het verbeteren van de werkzaamheden
pers. info
Ik breng mijn eigen kwaliteit m.b.t mijn werkzaamheden in kaart
Ik maak het bespreekbaar als collega's niet werken volgens protocollen
B1-K2-W2
P6-K1-W1
P6-K1-W2
P6-K1-W3
P6-K1-W4
P6-K1-W5
P6-K1-W6
ik boek
