Vanaf ongeveer 1500 hebben Europese ontdekkingsreizigers Zuid-Amerika verkend en in kaart gebracht. Gaandeweg werd duidelijk dat het werelddeel rijk is aan delfstoffen en volop gelegenheid biedt om er landbouw te bedrijven. Dat is de reden voor het ontstaan van kolonies, vooral gesticht door Spanjaarden en Portugezen. Ze moesten vooral waardevolle producten leveren aan het moederland.
Ook nadat de kolonies zelfstandige landen waren geworden, bleven ze hun producten uitvoeren, niet meer alleen naar hun voormalige kolonisatoren, maar ook naar de Verenigde Staten en andere rijke industrielanden. De uitvoer van Zuid-Amerikaanse landen bestond vooral uit onbewerkte grondstoffen en hun economieën draaiden grotendeels op de opbrengsten daarvan.
Vanaf 1930 kwam er verandering in het exportbeleid van de voormalige kolonies en was het streven gericht op grotere onafhankelijkheid van de grondstoffenmarkt.
Hoe pakten de Zuid-Amerikaanse naties dat aan en met hoeveel succes? Hadden ze er allemaal evenveel succes mee? En hoe zijn de vooruitzichten in de komende jaren?
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Hoe is de samenstelling van de import en export van landen in Zuid-Amerika veranderd vanaf de kolonisatie in de 16e eeuw?
Deelvragen
Welke binnenlandse factoren droegen bij aan de veranderingen in samenstelling van de import en de export?
Welke factoren buiten Zuid-Amerika droegen bij aan veranderingen in de samenstelling van de import en de export?
Welke veranderingen in de samenstelling van de import en de export droegen bij aan de welvaart in de landen van Zuid-Amerika?
Welke veranderingen in de samenstelling van de import en de export deden juist afbreuk aan de welvaart in de landen van Zuid-Amerika?
Welke invloed heeft de verandering in de samenstelling van de import en export op de inrichting van de economieën in de landen van Zuid-Amerika en dan vooral op de samenstelling van de beroepsbevolking?
Wat voor invloed hebben veranderingen in de samenstelling van hun import en export op de rol van de Zuid-Amerikaanse landen in het wereldsysteem?
Begrippen
Exportvalorisatie
Importsubstitutie
Food crops
Cash crops
Wat ga je doen?
Activiteiten
Vooraf
Wat kun je al?
Bestudeer de Kennisbanken en maak de instaptoets.
Aan de slag
Stap 1
Je leest over de periode dat landen in Zuid-Amerika kolonies waren en als grondstoffenleveranciers dienden. Na het zelfstandig worden van de Spaanse kolonies in Zuid-Amerika verdiende de bevolking met mijn- en landbouw. Je kijkt een video, maakt een onderzoeksvraag en twee oefeningen over deze periode.
Stap 2
Je krijgt uitleg over het beleid van importsubstitutie en bekijkt de voor- en nadelen van dat beleid. Je bekijkt een video en beantwoordt vragen.
Stap 3
Je krijgt uitleg over exportvalorisatie en de invloed van o.a. Chinese bedrijven op de Zuid-Amerikaanse vrije markt. Je leest een tekst en maakt oefeningen. Ook doe je onderzoek naar het wel/niet slagen van het exportvalorisatiebeleid.
Afronding
Samenvattend
Omschrijf de begrippen uit deze opdracht. Vergelijk je omschrijvingen met die van een klasgenoot.
Eindopdracht A
Maak de eindtoets.
Eindopdracht B
Schrijf een artikel en maak samen een dossier Import Export.
Examenvragen
Oefen met oudere examenvragen.
Terugkijken
Kijk terug op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht is de studiebelasting ongeveer 3 SLU.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Toen Zuid-Amerika in de zestiende eeuw gekoloniseerd werd, ontstond er een economie die draaide op landbouw, nijverheid en mijnbouw. Er werden landbouwbedrijven gevestigd in de gebieden rondom de steden om de bewoners van landbouwproducten en nijverheidsproducten te voorzien. En net als de stedelingen aten ook de boeren zelf van wat de akkers aan voedsel opleverden. Hun productie is laag en vooral gericht op zelfvoorziening. Daarnaast worden vaak gewassen verbouwd voor de verkoop, om over geld te kunnen beschikken. Dit zijn cash crops, maar dan op het schaalniveau van de individuele boer.
De landbouw in de rond de steden liggende gebieden produceerden food crops, gewassen bestemd voor binnenlands gebruik.
Dat lag anders voor de delfstoffen uit de mijnbouwgebieden en voor de landbouw op grote plantages, eigendom van Europese landeigenaren. De delfstoffen waren bestemd voor de uitvoer naar het moederland. Dat gold ook voor de gewassen van de plantages; dat waren dus cash crops, op het schaalniveau van het land. De inkomsten uit deze uitvoer gingen vooral naar de eigenaren van de mijnen of de plantages die daar rijk van werden, vaak westerse bedrijven. In tegenstelling tot de werknemers van mijnen en plantages, die weinig loon kregen en bovendien vaak onder zware omstandigheden werkten.
Raadpleeg bij het beantwoorden van de vragen en de onderzoeksopdracht in deze stap onderstaande bronnen:
Video: van begin tot 2:10 min. "Brazil gains full independence".
Zelfstandig
Tussen 1820 en 1825 werden Brazilië en alle Spaanse kolonies in Zuid-Amerika zelfstandig (Suriname maakte zich in 1975 los van Nederland). Hun economie bleef tot 1930 vergelijkbaar met die in de koloniale tijd.
Wel legden steeds meer bedrijven uit vooral de Verenigde Staten zich toe op grootschalige land- of mijnbouw. Zo begon een Amerikaans bedrijf langs de noordkust van Zuid-Amerika met bananenplantages. De bananen van deze plantages waren vooral bestemd voor de Amerikaanse markt. Ook exporteerden de VS en andere industrielanden steeds meer van hun producten naar Zuid-Amerika.
In de eerste eeuw na de onafhankelijkheid verdienden de meeste Zuid-Amerikanen de kost in de landbouw en in de mijnen. Van industrie was vrijwel geen sprake, wel van een dienstensector, waarin onder meer ambtenaren en winkeliers werkten.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Om hun economieën minder kwetsbaar te maken voor wat er in het buitenland gebeurt met de wereldhandel, voerden de regeringen van onder meer Argentinië, Chili, Brazilië en Uruguay vanaf 1930 een beleid gebaseerd op importsubstitutie. Dat betekent dat in eigen land geproduceerd gaat worden wat daarvoor uit het buitenland werd geïmporteerd. Instrumenten voor een dergelijk beleid: het opwerpen van handelsbarrières en stimulering van eigen industrie.
Dankzij dit beleid ontstond in Brazilië het grootste industriegebied van geheel Zuid-Amerika en kreeg ook Argentinië veel industrie. Steeds meer industrie betekent ook steeds meer banen en dus meer welvaart voor meer mensen.
Maar er zijn echter niet alleen maar voordelen. Beantwoord de vragen en ontdek waarom.
Oefening 2: Eigen industrie voor binnenlandse markt
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Na het fiasco van het beleid van importsubstitutie en in ruil voor hulp van het IMF en de Wereldbank werd de economie in onder meer Argentinië en Brazilië geliberaliseerd: de vrije markt kreeg meer ruimte. Buitenlandse producten kregen gemakkelijker toegang op de binnenlandse markt en buitenlandse bedrijven werden aangemoedigd om te investeren.
Ook werd er meer werk gemaakt van exportvalorisatie. Hiervan is sprake als grondstoffen niet langer onbewerkt worden uitgevoerd, maar in eigen land worden verwerkt tot halffabricaten (staal bijvoorbeeld i.p.v. ijzererts) of eindproducten (auto’s bijvoorbeeld i.p.v. staal).
De prijzen voor halffabricaten en eindproducten zijn uiteraard een stuk hoger dan die van de grondstoffen die in de producten zijn verwerkt.
Die meerwaarde van onder meer de toegevoegde arbeid, levert niet alleen meer banen op, maar maakt ook de export waardevoller, levert deviezen op en vergroot de welvaart.
Dit beleid leidde ertoe dat in bijvoorbeeld Brazilië en Chili de welvaart steeg en het BBP aanzienlijk toenam. Landen die het economisch goed doen, zijn nog aantrekkelijker voor multinationale ondernemingen op zoek naar uitbreiding van hun markten. Het gaat om producenten van consumentengoederen, ICT-bedrijven, banken, verzekeraars, luchtvaartmaatschappijen, producenten van chemicaliën, mijnbouwbedrijven, olie- en gasbedrijven en landbouwbedrijven die grote stukken land gebruiken om diverse gewassen te telen.
Multinationale bedrijven die een deel van hun productie in Zuid-Amerika onderbrengen, werven hiervoor personeel onder de plaatselijke bevolking. Daarmee zorgen ze voor werkgelegenheid en voor meer inkomsten uit werk.
In steeds grotere mate doen ook Chinese bedrijven zaken in Zuid-Amerikaanse landen. Deze bedrijven leggen infrastructuur aan of breiden die uit in ruil voor het recht er grondstoffen op te kopen. Daarbij laten ze echter eigen personeel uit China overkomen. Ze werven nauwelijks of helemaal geen werknemers onder de plaatselijke bevolking. Zodra de bedrijven klaar zijn met hun werk, gaan hun Chinese werknemers weer weg. Veel extra werkgelegenheid in de landen zelf leveren deze activiteiten niet op, niet rechtstreeks. Een betere infrastructuur kan wel gevolgen hebben voor economische ontwikkeling.
Lees het volgende artikel over een recent voorbeeld van een Chinees bedrijf dat zaken doet in een Zuid-Amerikaans land.
China en de langzame verovering van Zuid-Amerika
In het Zuid-Amerikaanse Bolivia is een waterkrachtcentrale in gebruik genomen. De centrale werd gebouwd door het Chinese staatsbedrijf Sinohydro dat zich specialiseert in de bouw van waterkrachtcentrales. Het project is een van de vele regionale projecten waarbij de Chinezen betrokken is.
China wil van Bolivia het energetisch hart van Zuid-Amerika maken, zei de Chinese ambassadeur in aanwezigheid van de Boliviaanse president Evo Morales. China heeft alvast grote plannen voor Bolivia, ondanks dat het land het armste van het Zuid-Amerikaanse continent is. Bolivia zit ook op ’s werelds grootste reserves aan lithium. Dat is een basiselement voor de batterijen van elektrische wagens. Niet minder dan de helft van de wereldreserves van deze delfstof bevinden zich in Bolivia, wat het land de naam van ‘het Saoedi-Arabië van het Lithium’ heeft opgeleverd.
China is nu al de grootste markt voor elektrische wagens wereldwijd. Het land heeft vorig jaar bijna 1 op 2 elektrische wagens geproduceerd die in de wereld werden gemaakt. Dat blijkt uit cijfers van het Internationale Energie Agentschap (IEA).
Het gaat om een doelbewuste en geconcentreerde inspanning. Die wordt door de centrale regering geleid en op provinciaal niveau gesteund.
Argentinië, Brazilië, Chili en Peru
Onder president Xi Jinping bouwt het land zijn invloed in Zuid-Amerika stilaan maar zeker uit. Zo bouwen de Chinezen ook wegen in Argentinië en maken ze treinen voor de Argentijnse spoorwegmaatschappij.
China is ondertussen de belangrijkste handelspartner van drie van de grootste Zuid-Amerikaanse economieën: Brazilië, Chili en Peru. Die landen exporteren veelal grondstoffen naar China. Het gaat dan om koper, ijzererts, olie en sojabonen. China geeft deze landen ook ongeveer ongelimiteerd krediet voor het invoeren van Chinese goederen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Bij de ontwikkeling van de import en export van Brazilië zijn vier periodes te onderscheiden:
de periode tussen de kolonisatie en 1930
de periode 1930-1982
de periode van 1982 tot 2000 en
de periode van 2000 tot nu met een vooruitblik naar de nabije toekomst.
Jullie schrijven een artikel over elke periode voor een dossier over Brazilië en de handelsbetrekkingen met de rest van de wereld en met name met de landen in het centrum van het wereldsysteem.
De docent deelt de klas in vier groepen in. Iedere groep krijgt een periode te behandelen.
Elk artikel moet ongeveer 500 woorden bevatten en is een analyse van de werking van de economie aan de hand van de samenstelling van de import en de export. Overleg van tevoren met de docent hoe lang jullie de tijd krijgen voor het maken van deze opdracht.
Je kunt de Gereedschapskist raadplegen voor het schrijven van een artikel.
Elk artikel is een analyse van de werking van de economie aan de hand van de samenstelling van import en export. Schenk bij het schrijven van het artikel aandacht aan:
samenstelling van de beroepsbevolking;
hoogte en verdeling van welvaart;
hoe vrij de binnenlandse markt is;
hoe gunstig het ondernemersklimaat is;
welke plaats Brazilië inneemt in het wereldsysteem.
Stel in het artikel over de periode na 2000 de vraag of de Braziliaanse industrie, desnoods met hulp van de regering, de Chinese concurrentie zal doorstaan of niet. Formuleer je antwoord op de vraag aan de hand van kennis van de Braziliaanse economie en de Chinese bemoeienis daarmee.
Beoordeling
Zodra jullie hiermee klaar zijn, zal je docent de artikelen beoordelen. Hierbij let hij erop dat ze overzichtelijk en helder zijn en gebaseerd op goede informatie.
Een artikel is een goede manier om informatie te presenteren of een gebeurtenis te beschrijven.
Examenvragen
Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Meer oefenen?
Ga naar ExamenKracht en oefen ook met de nieuwste examens.
Terugkijken
Intro
Lees de Introductie van de opdracht nog eens door.
Geeft de introductie een indruk over wat er besproken wordt in deze opdracht over Zuid-Amerikaanse landen?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de hoofdvraag en deelvragen nog eens door.
Kun je uitleggen hoe import en export in de Zuid-Amerikaanse landen zich ontwikkeld hebben na de periode van kolonisatie? Welke invloed hebben andere (rijke) centrumlanden gehad op deze ontwikkeling?
Hoe ging het?
Tijd
Voor deze opdracht staat ongeveer 3 SLU.
Heb je de opdracht binnen de geschatte tijd kunnen doen?
Inhoud
In de opdracht bekijk je ook de periode van importsubstitutie.
Waarom is dit beleid, achteraf gezien, geen succes geweest? Schrijf twee dingen op die je opmerkelijk vond.
Samenvattend
Was het eenvoudig om de genoemde begrippen te omschrijven?
Vond je het zinvol om de begrippen met een klasgenoot te bespreken?
Eindopdrachten
Heb je de eindtoets gemaakt en ben je tevreden met het resultaat?
Heb je een duidelijk artikel geschreven voor het dossier over import en export? Heb je genoeg informatie kunnen halen uit de theorie en bronnen van deze opdracht?
Het arrangement Import en export - v456 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Zuid-Amerika" wordt het thema ''Import en export" besproken. In de zestiende eeuw ontwikkelde Zuid-Amerika een economie gebaseerd op landbouw, nijverheid en mijnbouw. Terwijl boeren rondom steden vooral gewassen voor zelfvoorziening en verkoop verbouwden (cash crops op individueel niveau), waren mijnbouwgebieden en grote plantages gericht op uitvoer van delfstoffen en gewassen als cash crops op nationaal niveau, wat vaak meer opbrengsten opleverde voor eigenaren dan voor arbeiders. Vanaf 1930 voerden Zuid-Amerikaanse landen zoals Argentinië, Chili, Brazilië en Uruguay importsubstitutiebeleid in de vorm van handelsbarrières en industriestimulering, wat resulteerde in groei van de industrie en werkgelegenheid, maar ook nadelen met zich meebracht. Na het mislukken van importsubstitutiebeleid liberaliseerden landen als Argentinië en Brazilië hun economieën, moedigden buitenlandse investeringen aan en bevorderden exportvalorisatie, wat leidde tot welvaartsgroei en BBP-stijging. Multinationals en ook Chinese bedrijven spelen een rol, waarbij de eersten lokale arbeid in dienst nemen en de laatsten vaak eigen personeel inzetten en meer gericht zijn op infrastructuur en grondstoffen.
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Zuid-Amerika" wordt het thema ''Import en export" besproken. In de zestiende eeuw ontwikkelde Zuid-Amerika een economie gebaseerd op landbouw, nijverheid en mijnbouw. Terwijl boeren rondom steden vooral gewassen voor zelfvoorziening en verkoop verbouwden (cash crops op individueel niveau), waren mijnbouwgebieden en grote plantages gericht op uitvoer van delfstoffen en gewassen als cash crops op nationaal niveau, wat vaak meer opbrengsten opleverde voor eigenaren dan voor arbeiders. Vanaf 1930 voerden Zuid-Amerikaanse landen zoals Argentinië, Chili, Brazilië en Uruguay importsubstitutiebeleid in de vorm van handelsbarrières en industriestimulering, wat resulteerde in groei van de industrie en werkgelegenheid, maar ook nadelen met zich meebracht. Na het mislukken van importsubstitutiebeleid liberaliseerden landen als Argentinië en Brazilië hun economieën, moedigden buitenlandse investeringen aan en bevorderden exportvalorisatie, wat leidde tot welvaartsgroei en BBP-stijging. Multinationals en ook Chinese bedrijven spelen een rol, waarbij de eersten lokale arbeid in dienst nemen en de laatsten vaak eigen personeel inzetten en meer gericht zijn op infrastructuur en grondstoffen.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Import en export
Zelfstandig
Eigen industrie voor binnenlandse markt
De buitenlandse markt
Import en export
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.