Wereldsysteem - v456

Wereldsysteem - v456

Wereldsysteem

Introductie

Sommige landen hebben een overheersende rol in de wereldeconomie, andere landen juist een ondergeschikte. Die landen staan bekend als ontwikkelingslanden en zijn afhankelijk van de landen uit de eerste groep. Ten slotte zijn er landen die een positie innemen tussen deze twee groepen landen in. Ook binnen de groep toonaangevende landen, binnen landen afzonderlijk en binnen steden is deze indeling naar economische macht te zien.

De groep economisch machtige landen is vanaf halverwege de twintigste eeuw steeds groter geworden. Economische macht verschuift ook in de loop van de tijd, landen die economisch weinig in de melk te brokken hadden, zijn opgeschoven richting macht. Ook deze ontwikkeling is vaak te zien op de schaal binnen de groep van toonaangevende landen, van landen afzonderlijk en van steden.

Profiteert iedereen ervan als een land, gebied binnen een land of stadsdeel meer economische macht weet te verkrijgen? Of kent deze ontwikkeling ook verliezers?
Dat is het onderwerp van deze opdracht.

Wat ga je leren?

Hoofdvraag

  • Is het altijd gunstig voor burgers als hun land, gebied of stadsdeel opschuift in het wereldsysteem van periferie richting centrum?

Deelvragen

  • Hoe zit het wereldsysteem in elkaar?
  • Op welke andere geografische schalen dan op wereldschaal is de economische machtsverdeling in het wereldsysteem terug te vinden?
  • Welke ontwikkeling heeft de economische machtsverdeling vanaf halverwege de twintigste eeuw doorgemaakt op wereldschaal en op andere geografische schalen?
  • Wat voor positieve en negatieve gevolgen heeft het voor burgers in landen, gebieden en steden in het wereldsysteem die opschuiven richting centrum en soms het centrum ook helemaal bereiken?

Begrippen

  • Wereldsysteem
  • Centrum
  • Periferie
  • Semi-periferie
  • Spread- en backwash-effecten
  • Cumulatieve causatie
  • Wallerstein

Wat ga je doen?

Activiteiten

Vooraf

Wat kun je al?

Maak de instaptoets.

Aan de slag

Stap 1

Je leest hoe het wereldsysteem in elkaar zit: centrum, periferie en semi-periferie. Je bekijkt een video over het ontstaan en de werking van dit systeem. Je maakt een oefening.

Stap 2

Bekijk hoe een land of gebied kan 'opschuiven' van periferie naar centrum en waaraan je dat kunt herkennen. Je bekijkt een video en beantwoordt vragen hierover met een kaart uit de Bosatlas.

Stap 3

Het opschuiven naar centrum is niet altijd een zegen voor de burgers. Lees over cumulatieve causatie en de effecten. Lees een tekst en beantwoord vragen.

Afronding

Samenvattend

Omschrijf de begrippen. Vergelijk ze met een klasgenoot.

Eindopdracht A

Maak de eindtoets.

Eindopdracht B

Onderzoek samen cumulatieve causatie op meerdere schalen met een casus.

Examenvragen

Oefen de eindexamenvragen.

Terugkijken

Kijk terug op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht is de studiebelasting ongeveer 3 SLU.

Wat kun je al?

Maak de instaptoets.

Aan de slag

Stap 1: Verdeling van de wereld

Economische machtsverdeling op verschillende schalen

Centrumwijk in Afrika

Hoe zit de wereldeconomie, of beter, het wereldsysteem, in elkaar en hoe werkt het? Welke rollen spelen landen afzonderlijk hierin?
De grondlegger van de wereldsysteemtheorie met een centrum, een semi-periferie en een periferie is de Amerikaanse socioloog Immanuel Wallerstein (1930-2019).

Hoe het wereldsysteem volgens Wallerstein werkt en hoe het is ontstaan, zie je in de video.

 

De video geeft niet aan dat deze economische machtsverdeling ook op kleinere schaal te zien is, namelijk binnen het centrum, binnen landen afzonderlijk en binnen grote steden. Op deze schaal wordt alleen onderscheid gemaakt tussen centrum en periferie.

Van het wereldsysteem op landelijke schaal zie je een voorbeeld in de volgende video.
Deze video zal ook van pas komen als je docent besluit dat jullie Eindopdracht B maken.

 

Stap 2: Opschuiven naar het centrum

Bekijk eerst deze video: van 0:51 min. “Now, in 1920" tot 7:10 min. “developing countries is growing."

Maak daarna de oefening.

 

Gaan alle landen die in beweging zijn altijd dezelfde kant op?
Kijk naar deze twee videofragmenten:
Van 0:54 min. “Alicante, Spanje” tot 2:28 min. “die alleen maar crisis uitademt."
Van 8:09 min. “Namens Archipel van harte welkom" tot 9:00 min.

Hoe herken je een land, gebied of stad dat richting centrum opschuift?

  • Aan een snelgroeiende middenstand (= eigenaren van winkels en kleine bedrijven).
  • Aan vermindering van het aandeel in de economie van de landbouw en het groter worden van het aandeel van industrie en dienstensector. Dat is vooral het werk van multinationale ondernemingen die investeringen doen en de productie opvoeren.
  • Aan groeiende aanvoer van grondstoffen door het land, het gebied of de stad van plekken die nog in de periferie zitten. Het speelt dus steeds meer de rol die het centrum als geheel speelt ten opzichte van de periferie als geheel (zie de video in Stap 1).
  • Snelle groei van het deel van de bevolking dat in steden woont, van de verstedelijkingsgraad dus. Dat komt omdat steeds meer plattelandsbewoners naar steden verhuizen om een (beter betaalde) baan te zoeken.

Dit alles zorgt voor een stijging van het BBP van een land, gebied of stad, ook per hoofd van de bevolking. Angola bijvoorbeeld begon in 2003 op te schuiven naar de semi-periferie en kende tussen dat jaar en 2014 een jaarlijkse groei van het BBP tot ruim 10%. Het wordt om die reden gerekend tot de opkomende markten.

Ook verandert door dit alles de samenstelling van de beroepsbevolking in het land of het gebied tijdens en door het opschuiven richting centrum.

Zoek in de Bosatlas de kaart De Wereld - Economie:

GB55 Kaart 58F - Ontwikkeling samenstelling beroepsbevolking (1960-2012)

 

Stap 3: Niet altijd een zegen

Niet altijd een zegen voor burgers

Als een land, gebied of stad vanuit de periferie richting centrum schuift of zelfs tot het centrum gaat behoren, betekent dat voor de bewoners meer productiviteit, meer banen en steeds meer winkels en bedrijven. Je zou zeggen: alle bewoners gaan erop vooruit.
Maar volgens de Zweedse econoom Gunnar Myrdal (1898-1987) ligt het niet zo simpel. In 1957 stelde hij de theorie van de cumulatieve causatie op. Volgens deze theorie groeit de economie van het centrum ten koste van die in de periferie. Het centrum ontwikkelt zich economisch voorspoedig, het krijgt een betere concurrentiepositie, de infrastructuur wordt verbeterd, het wordt nog aantrekkelijker voor bedrijven, kapitaal en werknemers.
Die aanzuigende werking gaat ten koste van de periferie, waar werkgelegenheid en welvaart afnemen. Hoewel Myrdal zowel positieve als negatieve effecten onderscheidde van cumulatieve causatie.

  • Spread effecten: positieve gevolgen voor mensen in de periferie omdat de economische ontwikkeling in het centrum bedrijven stimuleert in de periferie te investeren vanwege bijvoorbeeld lagere kosten.
  • Backwash effecten: negatieve gevolgen voor mensen in de periferie. Volgens Myrdal trekt de versterking van het centrumgebied kapitaal, grondstoffen en arbeidskrachten (braindrain of kennisvlucht) van de periferie naar het centrum. Deze effecten zijn slecht voor de welvaart in de periferie.

Lees deze tekst en beantwoord de vragen.

Legendarische Benguela-spoorlijn volgt de route van de slavenhandel

Toen de Schot Sir Robert Williams in 1902 grote hoeveelheden koper ontdekte in wat toen de provincie Katanga was van Belgisch Congo, tegenwoordig Congo-Kinshasa, en het toenmalige Britse Noord-Rhodesië, tegenwoordig Zambia, wilde men een spoorlijn aanleggen om het koper naar zee te kunnen vervoeren. Kort daarna begon de aanleg van deze 1344 kilometer lange spoorlijn. Die liep van de Angolese kustplaats Lobito via Benguela en Huambo naar de Angolese grensplaats Luau. De verbinding, die de naam Benguela-spoorlijn kreeg, volgde grotendeels een oude route van de slavenhandel.

In 1929 kwam de spoorlijn gereed en werd hij op 6 juni van dat jaar met een grootse receptie in Luau officieel geopend. Vertegenwoordigers van de Britse, Portugese en Belgische regeringen werden in de meest moderne treinrijtuigen aangevoerd. In 1932  kwam er een spooraansluiting met de kopergebieden in Lubumbashi en Ndola. Dat bekortte het transport van koper naar Europa met 480 kilometer over land en 4.800 kilometer over zee.

De spoorlijn bood toegang tot het achterland van Angola. Naast koper bracht de trein ook maïs, katoen, koffie, suiker en vee van het binnenland naar de kust. De trein reed een deel van de route op hout. Voor de brandstofvoorziening werden uitgestrekte bossen met snelgroeiende eucalyptusbomen aangelegd.

Door de burgeroorlog die in 1975 uitbrak, werd de spoorlijn op steeds meer plaatsen vernield. Na het einde van de oorlog ontstonden al snel plannen voor de wederopbouw van de lijn.

Naar een artikel in NRC Handelsblad.


TIP: Op de website Slideshare vind je veel bruikbare informatie om de volgende vragen te beantwoorden.

 

Afronding

Samenvattend

Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.

​Wereldsysteem  
Centrum  
Periferie  
Semi-periferie  
Spread effecten  
Backwash effecten  
Cumulatieve causatie  
Wallerstein  


Bespreek de begrippen met een klasgenoot.

Eindopdracht A: Toets

Eindopdracht B: Onderzoek

Onderzoek naar cumulatieve causatie op meerdere schalen

  1. Wie hebben profijt van opschuiven van periferie via semi-periferie naar centrum?
  2. Wie ondervinden er juist nadeel van?

Je gaat beide vragen onderbouwen aan de hand van de begrippen uit Stap 3.
Je doet samen met enkele klasgenoten onderzoek aan een van de volgende casussen:

  • Casus op mondiale schaal
    Bekijk de video: vanaf 1:10 min. tot einde.

 

  • Casus op schaal binnen centrum
    Bekijk de video helemaal.

 

Hoe gaan jullie te werk?

Je docent deelt de klas in vier groepen in. Iedere groep krijgt een van de vier casussen toegewezen. Dan gaan jullie aan de slag:

  • Kijk eerst naar de video die bij de casus hoort.
  • Ga op internet na of er nog andere spread- en backwash effecten zijn die niet in de video of in Stap 3 worden genoemd.
  • Bereid je presentatie voor.
  • Spreek af wie de presentatie aan de klas gaat tonen.
  • Toon de presentatie.

Beoordeling

Je docent zal jullie presentatie op de volgende punten beoordelen:

  • Is het geheel goed verzorgd?
  • Ondersteunen foto’s en ander beeldmateriaal die je gebruikt het verhaal in je verslag goed?
  • Is herkenbaar welke casus jullie hebben besproken?
  • Is de presentatie helder en duidelijk verwoord?

 

Presentatie maken

Jezelf op een goede manier presenteren is een belangrijke vaardigheid in deze maatschappij. Je laat zien waar je mee bezig bent geweest, waar je je in hebt verdiept en welke kennis je hebt opgedaan. Powerpoint of Prezi zijn programma's die jou kunnen helpen om informatie te presenteren.

 

Examenvragen

Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.

Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.

VWO 2017-TV1

VWO 2017-TV1 Vraag 31

VWO 2017-TV2

VWO 2017-TV2 Vraag 1
VWO 2017-TV2 Vragen 5-8

VWO 2019-TV2

VWO 2019-TV2 Vraag 5

VWO 2021-TV3

VWO 2021-TV3 Vraag 23

 

Meer oefenen?
Ga naar ExamenKracht en oefen ook met de nieuwste examens.

Terugkijken

Intro

  • Lees de Introductie van de opdracht nog eens door.
    Vind je dat de tekst van de introductie goed bij de opdracht past?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de hoofdvraag en deelvragen nog eens door.
    Wat voor positieve en negatieve gevolgen heeft het voor burgers in landen, gebieden of steden als ze 'opschuiven' van periferie naar centrum? Noem minimaal twee gevolgen.

Hoe ging het?

  • Inhoud
    In de opdracht kijk je naar de indeling van het wereldsysteem en naar de economische machtsverdeling.
    Waren er zaken, die nieuw voor je waren of die je opvielen? Schrijf twee dingen op.
  • Eindopdrachten
    Heb je de eindtoets gemaakt en ben je tevreden met je score?
    Heb je meegewerkt aan (de presentatie van) de casussen?
    Heb je voldoende spread- en backwash effecten kunnen vinden?
  • Examenvragen
    Heb je de examenvragen gemaakt? Ging het goed?

Bronnen

Websites:

Video's:

  • Het arrangement Wereldsysteem - v456 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-02-21 17:17:18
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Wereld" wordt het thema ''Wereldsysteem" besproken. Het wereldsysteem volgens de theorie van Immanuel Wallerstein bestaat uit een centrum, semi-periferie en periferie. Landen verschuiven naar het centrum door groeiende middenstand, verminderde landbouw en toenemende industrie en diensten. Ze halen meer grondstoffen uit de periferie, urbaniseren sneller en zien hun BBP stijgen. Deze overgang beïnvloedt ook de beroepsbevolking. Volgens Gunnar Myrdal's cumulatieve causatie groeit het centrum ten koste van de periferie. Het centrum verbetert economisch, trekt bedrijven en werknemers aan, terwijl de periferie werkgelegenheid en welvaart verliest door kapitaal- en kennisvlucht. Spread-effecten zijn positief, stimuleren investeringen in de periferie, terwijl backwash-effecten negatief zijn, waarbij het centrum hulpbronnen uit de periferie wegtrekt.
    Leerniveau
    VWO 6; VWO 4; VWO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Globalisering; Aardrijkskunde;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    6 uur en 0 minuten

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Gereedschapskist. (2019).

    Gereedschapskist activerende werkvormen

    https://maken.wikiwijs.nl/105906/Gereedschapskist_activerende_werkvormen

    VO-content Aardrijkskunde. (z.d.).

    Template opdracht - v456

    https://maken.wikiwijs.nl/141201/Template_opdracht___v456