Sommige landen hebben een overheersende rol in de wereldeconomie, andere landen juist een ondergeschikte. Die landen staan bekend als ontwikkelingslanden en zijn afhankelijk van de landen uit de eerste groep. Ten slotte zijn er landen die een positie innemen tussen deze twee groepen landen in. Ook binnen de groep toonaangevende landen, binnen landen afzonderlijk en binnen steden is deze indeling naar economische macht te zien.
De groep economisch machtige landen is vanaf halverwege de twintigste eeuw steeds groter geworden. Economische macht verschuift ook in de loop van de tijd, landen die economisch weinig in de melk te brokken hadden, zijn opgeschoven richting macht. Ook deze ontwikkeling is vaak te zien op de schaal binnen de groep van toonaangevende landen, van landen afzonderlijk en van steden.
Profiteert iedereen ervan als een land, gebied binnen een land of stadsdeel meer economische macht weet te verkrijgen? Of kent deze ontwikkeling ook verliezers?
Dat is het onderwerp van deze opdracht.
Wat ga je leren?
Hoofdvraag
Is het altijd gunstig voor burgers als hun land, gebied of stadsdeel opschuift in het wereldsysteem van periferie richting centrum?
Deelvragen
Hoe zit het wereldsysteem in elkaar?
Op welke andere geografische schalen dan op wereldschaal is de economische machtsverdeling in het wereldsysteem terug te vinden?
Welke ontwikkeling heeft de economische machtsverdeling vanaf halverwege de twintigste eeuw doorgemaakt op wereldschaal en op andere geografische schalen?
Wat voor positieve en negatieve gevolgen heeft het voor burgers in landen, gebieden en steden in het wereldsysteem die opschuiven richting centrum en soms het centrum ook helemaal bereiken?
Begrippen
Wereldsysteem
Centrum
Periferie
Semi-periferie
Spread- en backwash-effecten
Cumulatieve causatie
Wallerstein
Wat ga je doen?
Activiteiten
Vooraf
Wat kun je al?
Maak de instaptoets.
Aan de slag
Stap 1
Je leest hoe het wereldsysteem in elkaar zit: centrum, periferie en semi-periferie. Je bekijkt een video over het ontstaan en de werking van dit systeem. Je maakt een oefening.
Stap 2
Bekijk hoe een land of gebied kan 'opschuiven' van periferie naar centrum en waaraan je dat kunt herkennen. Je bekijkt een video en beantwoordt vragen hierover met een kaart uit de Bosatlas.
Stap 3
Het opschuiven naar centrum is niet altijd een zegen voor de burgers. Lees over cumulatieve causatie en de effecten. Lees een tekst en beantwoord vragen.
Afronding
Samenvattend
Omschrijf de begrippen. Vergelijk ze met een klasgenoot.
Eindopdracht A
Maak de eindtoets.
Eindopdracht B
Onderzoek samen cumulatieve causatie op meerdere schalen met een casus.
Examenvragen
Oefen de eindexamenvragen.
Terugkijken
Kijk terug op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht is de studiebelasting ongeveer 3 SLU.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Economische machtsverdeling op verschillende schalen
Hoe zit de wereldeconomie, of beter, het wereldsysteem, in elkaar en hoe werkt het? Welke rollen spelen landen afzonderlijk hierin?
De grondlegger van de wereldsysteemtheorie met een centrum, een semi-periferie en een periferie is de Amerikaanse socioloog Immanuel Wallerstein (1930-2019).
Hoe het wereldsysteem volgens Wallerstein werkt en hoe het is ontstaan, zie je in de video.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De video geeft niet aan dat deze economische machtsverdeling ook op kleinere schaal te zien is, namelijk binnen het centrum, binnen landen afzonderlijk en binnen grote steden. Op deze schaal wordt alleen onderscheid gemaakt tussen centrum en periferie.
Van het wereldsysteem op landelijke schaal zie je een voorbeeld in de volgende video.
Deze video zal ook van pas komen als je docent besluit dat jullie Eindopdracht B maken.
Stap 2: Opschuiven naar het centrum
Bekijk eerst deze video: van 0:51 min. “Now, in 1920" tot 7:10 min. “developing countries is growing."
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Gaan alle landen die in beweging zijn altijd dezelfde kant op?
Kijk naar deze twee videofragmenten: Van 0:54 min. “Alicante, Spanje” tot 2:28 min. “die alleen maar crisis uitademt."
Van 8:09 min. “Namens Archipel van harte welkom" tot 9:00 min.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Hoe herken je een land, gebied of stad dat richting centrum opschuift?
Aan een snelgroeiende middenstand (= eigenaren van winkels en kleine bedrijven).
Aan vermindering van het aandeel in de economie van de landbouw en het groter worden van het aandeel van industrie en dienstensector. Dat is vooral het werk van multinationale ondernemingen die investeringen doen en de productie opvoeren.
Aan groeiende aanvoer van grondstoffen door het land, het gebied of de stad van plekken die nog in de periferie zitten. Het speelt dus steeds meer de rol die het centrum als geheel speelt ten opzichte van de periferie als geheel (zie de video in Stap 1).
Snelle groei van het deel van de bevolking dat in steden woont, van de verstedelijkingsgraad dus. Dat komt omdat steeds meer plattelandsbewoners naar steden verhuizen om een (beter betaalde) baan te zoeken.
Dit alles zorgt voor een stijging van het BBP van een land, gebied of stad, ook per hoofd van de bevolking. Angola bijvoorbeeld begon in 2003 op te schuiven naar de semi-periferie en kende tussen dat jaar en 2014 een jaarlijkse groei van het BBP tot ruim 10%. Het wordt om die reden gerekend tot de opkomende markten.
Ook verandert door dit alles de samenstelling van de beroepsbevolking in het land of het gebied tijdens en door het opschuiven richting centrum.
Zoek in de Bosatlas de kaart De Wereld - Economie:
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Als een land, gebied of stad vanuit de periferie richting centrum schuift of zelfs tot het centrum gaat behoren, betekent dat voor de bewoners meer productiviteit, meer banen en steeds meer winkels en bedrijven. Je zou zeggen: alle bewoners gaan erop vooruit.
Maar volgens de Zweedse econoom Gunnar Myrdal (1898-1987) ligt het niet zo simpel. In 1957 stelde hij de theorie van de cumulatieve causatie op. Volgens deze theorie groeit de economie van het centrum ten koste van die in de periferie. Het centrum ontwikkelt zich economisch voorspoedig, het krijgt een betere concurrentiepositie, de infrastructuur wordt verbeterd, het wordt nog aantrekkelijker voor bedrijven, kapitaal en werknemers.
Die aanzuigende werking gaat ten koste van de periferie, waar werkgelegenheid en welvaart afnemen. Hoewel Myrdal zowel positieve als negatieve effecten onderscheidde van cumulatieve causatie.
Spread effecten: positieve gevolgen voor mensen in de periferie omdat de economische ontwikkeling in het centrum bedrijven stimuleert in de periferie te investeren vanwege bijvoorbeeld lagere kosten.
Backwash effecten: negatieve gevolgen voor mensen in de periferie. Volgens Myrdal trekt de versterking van het centrumgebied kapitaal, grondstoffen en arbeidskrachten (braindrain of kennisvlucht) van de periferie naar het centrum. Deze effecten zijn slecht voor de welvaart in de periferie.
Lees deze tekst en beantwoord de vragen.
Legendarische Benguela-spoorlijn volgt de route van de slavenhandel
Toen de Schot Sir Robert Williams in 1902 grote hoeveelheden koper ontdekte in wat toen de provincie Katanga was van Belgisch Congo, tegenwoordig Congo-Kinshasa, en het toenmalige Britse Noord-Rhodesië, tegenwoordig Zambia, wilde men een spoorlijn aanleggen om het koper naar zee te kunnen vervoeren. Kort daarna begon de aanleg van deze 1344 kilometer lange spoorlijn. Die liep van de Angolese kustplaats Lobito via Benguela en Huambo naar de Angolese grensplaats Luau. De verbinding, die de naam Benguela-spoorlijn kreeg, volgde grotendeels een oude route van de slavenhandel.
In 1929 kwam de spoorlijn gereed en werd hij op 6 juni van dat jaar met een grootse receptie in Luau officieel geopend. Vertegenwoordigers van de Britse, Portugese en Belgische regeringen werden in de meest moderne treinrijtuigen aangevoerd. In 1932 kwam er een spooraansluiting met de kopergebieden in Lubumbashi en Ndola. Dat bekortte het transport van koper naar Europa met 480 kilometer over land en 4.800 kilometer over zee.
De spoorlijn bood toegang tot het achterland van Angola. Naast koper bracht de trein ook maïs, katoen, koffie, suiker en vee van het binnenland naar de kust. De trein reed een deel van de route op hout. Voor de brandstofvoorziening werden uitgestrekte bossen met snelgroeiende eucalyptusbomen aangelegd.
Door de burgeroorlog die in 1975 uitbrak, werd de spoorlijn op steeds meer plaatsen vernield. Na het einde van de oorlog ontstonden al snel plannen voor de wederopbouw van de lijn.
Naar een artikel in NRC Handelsblad.
TIP: Op de website Slideshare vind je veel bruikbare informatie om de volgende vragen te beantwoorden.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Onderzoek naar cumulatieve causatie op meerdere schalen
Wie hebben profijt van opschuiven van periferie via semi-periferie naar centrum?
Wie ondervinden er juist nadeel van?
Je gaat beide vragen onderbouwen aan de hand van de begrippen uit Stap 3.
Je doet samen met enkele klasgenoten onderzoek aan een van de volgende casussen:
Casus op mondiale schaal
Bekijk de video: vanaf 1:10 min. tot einde.
Casus op schaal binnen centrum
Bekijk de video helemaal.
Jezelf op een goede manier presenteren is een belangrijke vaardigheid in deze maatschappij. Je laat zien waar je mee bezig bent geweest, waar je je in hebt verdiept en welke kennis je hebt opgedaan. Powerpoint of Prezi zijn programma's die jou kunnen helpen om informatie te presenteren.
Examenvragen
Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.
Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.
Meer oefenen?
Ga naar ExamenKracht en oefen ook met de nieuwste examens.
Terugkijken
Intro
Lees de Introductie van de opdracht nog eens door.
Vind je dat de tekst van de introductie goed bij de opdracht past?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de hoofdvraag en deelvragen nog eens door.
Wat voor positieve en negatieve gevolgen heeft het voor burgers in landen, gebieden of steden als ze 'opschuiven' van periferie naar centrum? Noem minimaal twee gevolgen.
Hoe ging het?
Inhoud
In de opdracht kijk je naar de indeling van het wereldsysteem en naar de economische machtsverdeling.
Waren er zaken, die nieuw voor je waren of die je opvielen? Schrijf twee dingen op.
Eindopdrachten
Heb je de eindtoets gemaakt en ben je tevreden met je score?
Heb je meegewerkt aan (de presentatie van) de casussen?
Heb je voldoende spread- en backwash effecten kunnen vinden?
Examenvragen
Heb je de examenvragen gemaakt? Ging het goed?
Het arrangement Wereldsysteem - v456 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Wereld" wordt het thema ''Wereldsysteem" besproken. Het wereldsysteem volgens de theorie van Immanuel Wallerstein bestaat uit een centrum, semi-periferie en periferie. Landen verschuiven naar het centrum door groeiende middenstand, verminderde landbouw en toenemende industrie en diensten. Ze halen meer grondstoffen uit de periferie, urbaniseren sneller en zien hun BBP stijgen. Deze overgang beïnvloedt ook de beroepsbevolking. Volgens Gunnar Myrdal's cumulatieve causatie groeit het centrum ten koste van de periferie. Het centrum verbetert economisch, trekt bedrijven en werknemers aan, terwijl de periferie werkgelegenheid en welvaart verliest door kapitaal- en kennisvlucht. Spread-effecten zijn positief, stimuleren investeringen in de periferie, terwijl backwash-effecten negatief zijn, waarbij het centrum hulpbronnen uit de periferie wegtrekt.
Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor VWO leerjaar 4, 5 & 6. In het domein "Wereld" wordt het thema ''Wereldsysteem" besproken. Het wereldsysteem volgens de theorie van Immanuel Wallerstein bestaat uit een centrum, semi-periferie en periferie. Landen verschuiven naar het centrum door groeiende middenstand, verminderde landbouw en toenemende industrie en diensten. Ze halen meer grondstoffen uit de periferie, urbaniseren sneller en zien hun BBP stijgen. Deze overgang beïnvloedt ook de beroepsbevolking. Volgens Gunnar Myrdal's cumulatieve causatie groeit het centrum ten koste van de periferie. Het centrum verbetert economisch, trekt bedrijven en werknemers aan, terwijl de periferie werkgelegenheid en welvaart verliest door kapitaal- en kennisvlucht. Spread-effecten zijn positief, stimuleren investeringen in de periferie, terwijl backwash-effecten negatief zijn, waarbij het centrum hulpbronnen uit de periferie wegtrekt.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Wereldsysteem
Verdeling van de wereld
Opschuiven naar het centrum
Rol van Spanje
Ontwikkeling samenstelling beroepsbevolking
Niet altijd een zegen voor burgers
Wereldsysteem
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.