Allemaal even rijk? - h45

Allemaal even rijk? - h45

Allemaal even rijk?

Introductie

São Paulo

In Brazilië zijn er altijd mensen geweest die met vrijwel niets moeten zien rond te komen, mensen die ruim voldoende verdienen en mensen die een luxe leven kunnen leiden. Of anders gezegd: de inkomens onder de Braziliaanse bevolking zijn altijd ongelijk verdeeld geweest. Ook per deelstaat is er sprake van inkomensverschillen.

Vooral na de (her)invoering van de democratie in 1985 en in het bijzonder onder het bewind van president Lula da Silva heeft de Braziliaanse regering geprobeerd om die inkomensverschillen kleiner te maken met de bedoeling dat op den duur ook mensen met de laagste inkomens in al hun basisbehoeften kunnen voorzien.
Zover is het nog niet, maar zal het op den duur wel gebeuren?

 

Wat ga je leren?

Hoofdvraag

  • Hoe kan men ervoor zorgen dat de vaak enorme inkomensverschillen in Brazilië kleiner worden en dat het punt wordt bereikt dat alle burgers in dit werelddeel uit de armoede raken?

Deelvragen

  • Waarom zijn er inkomensverschillen tussen burgers in Brazilië?
  • Waarom zijn er inkomensverschillen tussen deelstaten binnen Brazilië?
  • Hoe probeerden en proberen de landelijke of federale bestuurders in Brazilië de inkomensverschillen in hun land kleiner te maken?
  • Welke organisaties proberen deze inkomensverschillen te verkleinen?
  • Wat doen burgers zelf om ervoor te zorgen dat iedereen voldoende verdient om goed van rond te komen?

Begrippen

  • Gini-coëfficiënt / Lorenzcurve
  • Regionale ongelijkheid
  • Elite
  • BBP/BBR per hoofd
  • Informele sector

 

Wat ga je doen?

Activiteiten

Vooraf
Voorkennis Lees de Kennisbank en maak de instaptoets.
Aan de slag
Stap 1 Je leert hoe je met het Gini-coëfficiënt en de Lorenzcurve de inkomens- en vermogensongelijkheid onder de Braziliaanse bevolking kunt berekenen. Ook de BBP en BRP per hoofd van de bevolking zijn nodig voor een berekening van het gemiddelde. Je onderzoekt de verdeling ook aan de hand van Bosatlaskaarten.
Stap 2 Je leest over de opkomst van de industrialisatie (sociaal beleid van de overheid) en over sociale programma's die armoede moeten helpen bestrijden. Je beantwoordt vragen.
Stap 3 Door het aantrekken van buitenlandse bedrijven in allerlei bedrijfstakken komt er meer werkgelegenheid voor de Brazilianen en wordt de economie versterkt. Je maakt twee oefeningen.
Stap 4 Vakbonden werden opgericht om op te komen voor de belangen van arbeiders. Maatschappelijke organisaties bestrijden inkomensverschillen en NGO's komen met microkredieten. Je leest een aantal teksten om de vragen te kunnen beantwoorden.
Stap 5 Je leest wat de informele sector inhoudt; de creatieve bijverdiensten van burgers. Je leest een tekst en maakt een oefening.
Afronding
Samenvattend Maak een begrippenlijst. Vergelijk deze met een klasgenoot.
Eindopdracht A Maak de eindtoets.
Eindopdracht B Maak in groepen een beleidsadvies voor de Braziliaanse regering.
Examenvragen Oefen de eindexamenvragen.
Terugkijken Kijk terug op de opdracht.


Tijd
Voor deze opdracht staat een belasting van ongeveer 3 SLU.

Wat kun je al?

Bestudeer de Kennisbank.

Ontwikkelingslanden


Maak nu de instaptoets.

Aan de slag

Stap 1 - Rijk, armer en armst

Elke samenleving kent zijn elite, een economische, culturele, militaire en/of politieke bovenklasse, ook die in Brazilië. Vanaf de jaren 80 zouden overal ter wereld de rijken rijker zijn geworden en armen armer. Bovendien zouden de meeste mensen, de mensen die niet tot een elite behoren, er qua inkomen weinig op vooruitgegaan zijn of minder zijn gaan verdienen.
Was dat ook in Brazilië het geval? Is het verschil in rijkdom tussen elite en massa almaar groter geworden?

Gini-coëfficiënt en Lorenzcurve

In de economie wordt de Gini-coëfficiënt gebruikt om ongelijkheid in inkomen en vermogen aan te geven. De Gini-coëfficiënt is een waarde tussen nul en één. Nul betekent volkomen gelijkheid, iedereen heeft hetzelfde inkomen of vermogen, één betekent volkomen ongelijkheid, één persoon heeft alle inkomen of vermogen en de rest heeft niets.
De Gini-coëfficiënt wordt berekend met behulp van de Lorenzcurve (zie afbeelding). Deze geeft de verhouding aan tussen inkomen van de bevolking en het deel van de bevolking dat het inkomen bezit. De diagonaal laat een gelijke verdeling zien: 25% van de bevolking heeft 25% van het inkomen, 50% van de bevolking heeft 50% van het inkomen, enz.
De curve geeft aan hoe het in werkelijkheid zit: 50% van de bevolking bezit bijvoorbeeld 28% van het inkomen. Hoe dichter de curve bij de diagonaal zit, hoe gelijker de verdeling.

Bekijk de video.

BBP en BRP per hoofd van de bevolking

Is Brazilië een rijk land, een arm land of zit het ertussen in? Dat is na te gaan met het BBP per hoofd van de bevolking van het land in vergelijking met andere landen.
Ga naar CIA – The World Factbook en lees het hoofdstuk over de economie van Brazilië.

Het BBP per hoofd van de bevolking is het landelijk gemiddelde en laat dus niet de regionale ongelijkheid zien in het BBP per hoofd van de bevolking. Daarom wordt ook per regio, deelstaat of provincie het BRP per hoofd van de bevolking vastgesteld.
Zoek op in de Bosatlas de kaarten Bruto Regionaal Product en Natuurlijke Hulpbronnen en Industrie:

GB54 Kaart 207F / GB55 Kaart 230F

GB54 Kaart 207A / GB55 Kaart 230A


Vergelijk deze twee kaarten met elkaar.

De rijkdom van een land is ook af te meten aan het BNI van dat land gedeeld door het aantal inwoners. Wat je dan krijgt is een landelijk gemiddelde. Maar dat gemiddelde zegt niets over inkomensverschillen binnen de bevolking van het land. Die verschillen zijn weer te geven met een Lorenzcurve. Hoe langer het bijna horizontale deel van de curve en hoe steiler het tweede gedeelte, hoe ongelijker de inkomensverdeling is en hoe kleiner de Gini-coëfficiënt, een andere maatstaf voor het meten van inkomensverschillen.

Zoek op in de Bosatlas de kaarten Zuid-Amerika - Bruto Binnenlands Product en Brazilië - Sociale Ongelijkheid:

GB54 Kaart 204F / GB55 Kaarten 225F en 230H

Inkomensongelijkheid

Ten slotte wordt beweerd dat vanaf de jaren 80 overal ter wereld de rijken rijker zijn geworden en de armen armer. Bovendien zouden de meeste mensen er qua inkomen weinig op vooruitgegaan zijn of zelfs minder zijn gaan verdienen.

Ook in Brazilië bestaat een elite van rijken (vooral ondernemers en grootgrondbezitters) en een grote groep armen. Zijn ook in dit land rijken rijker geworden, armen armer en de meeste mensen nauwelijks meer of zelfs minder gaan verdienen?

Zoek op in de Bosatlas de kaart Zuid-Amerika - Verandering inkomensongelijkheid:

GB54 Kaart 204G / GB55 Kaart 225G

Stap 2 - Beleid van de overheid

(Sociaal) beleid van de overheid

Fernando Henrique Cardoso

De inkomensongelijkheid heeft op de eerste plaats te maken met het beleid dat de Braziliaanse politici vanaf 1930 hebben gevoerd als het gaat om inkomens en vermogens.

Industrialisatie
In 1930 werd Getúlio Vargas (1883-1954) na een staatsgreep door de legerleiding benoemd tot president. Zijn regering hield zich onder meer bezig met de opbouw van de industrie in het land, vooral in het zuidoosten. Die industrie moest producten leveren voor de binnenlandse markt zodat Brazilië minder producten hoefde in te voeren. Daarnaast liet de regering havens aanleggen of vergroten, spoorlijnen en wegen aanleggen en waterkrachtcentrales bouwen aan de Paraná en andere rivieren. Deze centrales wekten stroom op voor de steden in het zuidoosten. Zijn opvolgers zetten het beleid van industrialisatie voort.

Dit industriebeleid en daarna ook de opkomst van de dienstensector droegen ertoe bij dat talloze arme en werkloze landarbeiders naar steden in het zuidoosten van het land trokken. Sommigen van hen vonden werk in een kantoor of fabriek, anderen richten een eigen (winkel)bedrijf op. Zo groeiden twee bevolkingsgroepen in steden als Rio de Janeiro en São Paulo, arbeiders en middenstanders. Maar veel van de voormalige plattelandsbewoners vonden geen werk en kampten met armoede.  

Het beleid van Vargas leidde in periodes tot snelle economische groei en tot groei van de welvaart. Vooral de stedelijke middenklasse en de elite van ondernemers profiteerden en de inkomensverschillen werden groter. Toen de economie achteruitging, wat bijvoorbeeld gebeurde tussen 1977 en 1990, nam de armoede toe.
In 1995 werd Fernando Henrique Cardoso de nieuwe president. Hij probeerde de armoede en economische teruggang te keren door overheidsbedrijven aan particulieren te verkopen. Dat beleid maakte de tegenstelling tussen arm en rijk er niet beter op en zijn opvolger, Lula da Silva, die in 2003 tot president werd gekozen, draaide deze maatregel terug.

Sociale programma’s

Lula da Silva zette zich als president vooral in op armoedebestrijding. De minimumlonen gingen herhaaldelijk omhoog en hij startte 'Bolsa Família', een sociaal programma dat door zijn opvolgster Dilma Rousseff (in 2011) omgedoopt werd tot 'Brasil sem Miseria'.

In cultuur brengen van natuurgebieden

Vanaf de jaren 70 laat de regering land in cultuur brengen in dunbevolkte natuurgebieden. Zo werd in het Amazonegebied Rondônia ingericht, een compleet nieuwe deelstaat. De grond kwam onder meer beschikbaar voor mensen uit het arme noordoosten van Brazilië en voor landloze boeren uit het zuiden.
Met de aanleg van nieuwe wegen werden tot dan moeilijk bereikbare gebieden toegankelijk gemaakt.

Stap 3 - Bedrijfsleven in Brazilië

In eerste instantie was de industrialisatie van Brazilië vooral een binnenlandse aangelegenheid. Na 1994 werden ook steeds meer buitenlandse bedrijven, uit Europa, de VS en China, overgehaald zich in Brazilië te vestigen.
De komst van buitenlandse bedrijven heeft ook te maken met het economisch en buitenlands beleid onder president Cardoso. De regering maakte werk van het opruimen van handelsbelemmeringen in een poging om de economie weer op gang te krijgen.
Van een gesloten markt, de eigen binnenlandse markt, ging Brazilië over naar een vrije internationale markt. Brazilië werd achtereenvolgens lid van Mercosur en van UNASUR.

De aangetrokken buitenlandse bedrijven in allerlei bedrijfstakken - denk aan de teelt van landbouwproducten (zoals sojabonen) en de productie van machines, kleding, auto’s en andere industriële artikelen – zorgden voor meer werkgelegenheid en hebben de economie in Brazilië flink aangejaagd.

Daar staat tegenover dat buitenlandse bedrijven met vestigingen in Brazilië de winsten, die ze in Brazilië maken, wegsluizen naar het land waar hun hoofdvestiging staat of naar een land waar ze weinig belasting over die winst hoeven te betalen. De regering heft wel belasting op de winst die bedrijven met een hoofdvestiging in Brazilië maken.

Stap 4 - Inkomensverschillen bestrijden

Maatschappelijke organisaties bestrijden inkomensverschillen

Logo van de Arbeiderspartij

Al voor 1930 voerden landarbeiders gezamenlijk actie tegen hun werkgevers. Niet lang nadat president Vargas in 1930 zijn beleid van industrialisatie begon, richtten fabrieksarbeiders de eerste vakbonden op. Die voerden eveneens acties (vooral stakingsacties) voor meer loon en betere werkomstandigheden.

Een van de bekendste vakbondsleiders is Lula da Silva. Hij was een metaalarbeider toen hij zich bij een vakbond aansloot. Daarna werd hij leider van zijn vakbond en tenslotte richtte hij in 1979 een nieuwe politieke partij op, speciaal om de belangen van arbeiders te behartigen, de Arbeiderspartij: Partido dos Trabalhadores (PT).

Lees de teksten:
 'Vakbonden in Brazilië'
 ‘Braziliaanse melkveehouders dumpen melk vanwege staking’

Burgers in actie

Burgers in Brazilië organiseren zich om radicale sociale acties te voeren die een einde moeten maken aan armoede en uitsluiting. Zo werd in 1984 een beweging opgericht die in het hele land actief werd en een eigen agenda had.

Lees hierover de paragraaf ‘Ontstaansgeschiedenis’ van het artikel ‘Beweging landloze boeren MST Brazilië bestaat 30 jaar’.

Non-gouvernementale organisaties of NGO’s

Sommige NGO’s bestrijden armoede door ondernemers met microkredieten te steunen.
Lees de tekst ‘Succesverhalen: Tereza Rebelato Delesposte, boerin in Brazilië’.

Andere NGO’s doen dat door zich met eerlijke handel bezig te houden. Hoe dat in zijn werk gaat, zie je bijvoorbeeld in deze video over een uitvoerproduct dat voor de Braziliaanse economie van groot belang is: koffie.

Kijk de video: van begin tot 3.00 min. ‘Koffie is het bekendste fairtradeproduct’.

Stap 5 - Creatief (bij)verdienen

Creatief (bij)verdienen door burgers

Armoede in Brazilië in beeld:
Favela in Rio de Janeiro

Veel van de Brazilianen die in de loop van de jaren van het platteland naar de stad trokken, vonden er geen werk. Ze moesten hoe dan ook de kost zien te verdienen en deden dat door op straat snoep, sigaretten of andere kleine dingen te verkopen, als schoonmaker, of door een bedrijfje te starten door bijvoorbeeld zelf groente en fruit te telen en de oogst te verkopen.
Over die activiteiten wordt geen belasting betaald en de waarde van hun producten en diensten werd niet gemeten of meegeteld met het BBP of BRP per hoofd van de bevolking. Daarom worden al die activiteiten samen de informele sector genoemd. Inmiddels neemt de informele sector een groot deel van de economie van Brazilië in beslag.

Lees de tekst ‘Economie herstelt, werkgelegenheid blijft achter’

Deze tekst gaat over werkloosheid in de informele sector in geheel Midden- en Zuid-Amerika, maar wat erover gezegd wordt, is volledig van toepassing op Brazilië.

Afronding

Samenvattend

Bij 'Wat ga je leren?' worden de volgende begrippen genoemd.
Geef zelf een omschrijving van deze begrippen.

​Lorenzcurve  
Gini-coëfficiënt  
Elite  
BBP per hoofd  
Informele sector  
NGO's  


Bespreek de begrippen met een klasgenoot.

Eindopdracht A: Toets

Eindopdracht B: Beleidsadvies

In Brazilië zijn inkomensverschillen nog steeds groot. Wel zijn ze de afgelopen tientallen jaren kleiner geworden onder meer door inspanningen van de overheid. Maar er is nog heel wat werk te doen om ervoor te zorgen dat ook de mensen met de laagste inkomens rond kunnen komen met wat ze verdienen.
Daarom stellen jullie een beleidsadvies op voor de Braziliaanse regering met deze doelstelling voor ogen.

Werkwijze

Je docent verdeelt de klas in vier werkgroepen en geeft iedere groep een van de volgende onderwerpen:

  • Vakbondswezen
  • Belangen van werkgevers
  • Belastingen en sociale voorzieningen
  • Ontwikkelingssamenwerking tussen de EU en Brazilië.

Eerst verzamel je aanvullende informatie over het onderwerp dat je is toegewezen. Je kunt ook gebruikmaken van de informatie in de stap Bronnen.

Daarna wijzen jullie iemand aan die de groep vertegenwoordigt en gaat meeschrijven aan het advies. Hij of zij zorgt ervoor dat de verzamelde informatie in het advies terecht komt.
Je kunt voor tips voor het schrijven van een goed advies ook terecht op deze site: '17 schrijftips voor leesbaar en overtuigend beleid'.

De vertegenwoordigers van de werkgroepen stellen samen het advies op. Om een helder en samenhangend betoog te maken is het van belang dat jullie in goed overleg met elkaar te werk gaan en dat ieders inbreng voldoende tot zijn recht komt.

Beoordeling

Je docent zal je bijdrage aan deze serie op de volgende punten beoordelen:

  • Zijn de teksten duidelijk en goed verzorgd?
  • Is duidelijk dat alle onderwerpen in het advies zijn verwerkt?
  • Vullen afbeeldingen en ander beeldmateriaal die je hebt verwerkt de tekst van je bijdrage goed aan?

 

Examenvragen

Op deze pagina vind je examenvragen van ExamenKracht van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij de opdracht die je net hebt afgerond.

Maak bij het beantwoorden ook gebruik van dat wat je al eerder geleerd hebt. Als je de vraag niet kunt beantwoorden, probeer het dan later opnieuw. Nadat je een vraag beantwoord hebt, kun je deze zelf nakijken en je score aangeven.

HAVO 2021-TV2

HAVO 2021-TV2 Vragen 17-20

HAVO 2021-TV3

HAVO 2021-TV3 Vraag 23

HAVO 2019-TV1

HAVO 2019-TV1 Vragen 21-24

 

Meer oefenen?
Wil je met meer examenvragen oefenen? Log dan in op ExamenKracht.

Terugkijken

Intro

  • Lees de Introductie van de opdracht nog eens door.
    Kreeg je een indruk over wat in deze opdracht besproken wordt?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de hoofdvraag en deelvragen nog eens door.
    Welke organisaties proberen de inkomensverschillen in Brazilië te verkleinen?
    Op welke manier dragen ze bij?

Hoe ging het?

  • Tijd
    Voor deze opdracht staat ongeveer 3 SLU.
    Had je voldoende tijd voor het maken van deze opdracht?
  • Inhoud
    In de opdracht vergelijk je inkomensverschillen tussen burgers en ook tussen deelstaten.
    Ben je opmerkelijke verschillen tegengekomen of vond je de verschillen wel logisch?
    Licht je antwoord toe.
  • Samenvattend
    Was het eenvoudig om een goede omschrijving van de begrippen te geven?
    Waren de omschrijvingen van je klasgenoot vergelijkbaar?
  • Eindopdrachten
    Had je een goede score voor de eindtoets?
    Zijn jullie tot een zinvol beleidsadvies gekomen voor de Braziliaanse regering?
    Vond je het leuk hier aan mee te werken?
  • Examenvragen
    Heb je de examenvragen gemaakt?

Bronnen

Teksten:


Video's:

  • Het arrangement Allemaal even rijk? - h45 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2022-02-15 10:31:31
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor HAVO leerjaar 4 & 5. In het domein "Ontwikkelingsland" wordt het thema ''Allemaal even rijk" besproken. In dit onderdeel wordt armoede in Brazilië besproken, waarbij de verdeling van welvaart binnen het land wordt gemeten met behulp van de Gini-coëfficiënt, berekend met de Lorenzcurve. Daarnaast worden de begrippen BBP (Bruto Binnenlands Product) en BRP (Bruto Regionaal Product) uitgelegd en het verschil ertussen toegelicht. Het economisch beleid van de Braziliaanse overheid heeft een aanzienlijke invloed gehad op de economische groei van het land. Dit beleid omvatte onder andere een industriebeleid en de implementatie van het sociale programma 'Bolsa Familia' om armoede te bestrijden. Gedurende de jaren 90 trokken steeds meer bedrijven naar Brazilië, wat heeft bijgedragen aan de economische groei, maar tegelijkertijd de inkomensongelijkheid vergrootte. Veel mensen zijn van het platteland naar de steden getrokken, maar vonden daar moeilijk werk, waardoor de informele sector aanzienlijk is gegroeid. Deze sector bestaat uit niet-geregistreerde banen en activiteiten die buiten de formele economie vallen. De groei van de informele sector is een reactie op de uitdagingen van het vinden van werk en het overleven in stedelijke gebieden. Al met al geeft deze context inzicht in de economische situatie in Brazilië en de uitdagingen waarmee het land te maken heeft bij het bevorderen van economische groei en het verminderen van armoede en inkomensongelijkheid.
    Leerniveau
    HAVO 4; HAVO 5;
    Leerinhoud en doelen
    Arm en rijk; Aardrijkskunde;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    6 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    aardrijkskunde, arrangeerbaar, bbp, bolsa familia, brazilie, economische groei, gini-coefficient, havo45, lorenzcurve, stercollectie

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content - Kennisbanken. (2019).

    Kennisbank Aardrijkskunde - h45

    https://maken.wikiwijs.nl/151069/Kennisbank_Aardrijkskunde___h45

    VO-content Aardrijkskunde. (z.d.).

    Template opdracht - h45

    https://maken.wikiwijs.nl/141193/Template_opdracht___h45