Voeding

Voeding

Koolhydraten

Koolhydraten zijn onmisbare bestandelen van een goede voeding en vormen samen met eiwiten en vetten de drie belangerijkste bouwstoffen van je lichaam. Ook zijn koolhydraten de belangerijkste energiedragers. Het is namelijk zo dat koolhydraten de directe energie leveren die het lichaam nodig heeft, zo kan het lichaam fuctioneren!

Koolhydraten in de vorm van glucose zijn direct beschikbaar als brandstof. rode bloedlichaampjes, de hersenen, en zenuwcellen. deze drie kunnen eigenlijk alleen maar glucose als energiebron gebruiken.

Fotosynthese formule: Koolstofdioxide + water + zonlicht = glucose + zuurstof. gebeurd in de bladgroenkorrels van een plant. Fotosynthese is een vorm van biosynthese waarbij lichtenergie wordt gebruikt om koolstofdioxide om te zetten in koolhydraten, zoals glucose. Hier komt ook zuurstof bij vrij. dit proces komt voor in planten en sommige bacteriën.Voedingstoffen eiwitten, vetten en koolhydraten worden ook wel macrovoedingsstoffen of macronutriënten genoemd. Het lichaam heeft er veel van nodig: de hoeveelheden eiwitten, vet en koolhydraten worden dan ook gemeten in grammen. Deze voedingsstoffen zijn de brandstof voor het lichaam dat zonder deze energie niet kan werken. Koolzuurgas Koolstofdioxide, ook kooldioxide of koolzuurgas genoemd, is een anorganische verbinding van koolstof en zuurstof, met als brutoformule CO₂. In zuivere toestand is het een kleurloos en geurloos gas dat van nature in de aardatmosfeer voorkomt. Bladgroen Chlorofyl/bladgroen is het biologisch pigment in de blad cellen van planten, dat plantenbladeren de groene kleur geeft. Chlorofyl bevindt zich in chloroplasten van bladcellen. Chlorophyl vangt zonlicht op, en zet de energie daarvan om in chemische energie, die vervolgens wordt gebruikt voor fotosynthese. Fructose, ook levulose of vruchtensuiker, is een monosacharide. Fructose komt onder andere voor in zoete vruchten. In sacharose is fructose gebonden aan glucose. Lactose ook wel melksuiker genoemd, is een suiker die voorkomt in de melk van alle zoogdieren, koemelk bevat 4 tot 6 procent lactose. Lactose zit dus ook in de meeste zuivelproducten. Lactose komt ook voor in enkele tropische planten. Verder komt het niet voor in plantaardige producten. Zetmeel is een koolhydraat die in het lichaam wordt omgezet in glucose. Zetmeel zit voornamelijk in aardappelen en graanproducten. In de natuur dient zetmeel als voedsel opslag voor planten

Sacharide

Monosacharide Kleinst mogelijke koolhydraatmoleculen. Monosachariden zijn de eenvoudigste koolhydraten. suikers met één ringstructuur in het molecuul. Kleinst mogelijke koolhydraten glucose, fructose. Disacharide Opgebouwd uit twee met elkaar verbonden monosachariden. bijvoorbeeld glucose fructose vormt suiker, suiker is hier de disacharide. Ook lactose is een disacharide. Polysacharide Bestaat uit een groot aantal monosachariden Niet oplosbaar in water. zetmeel, glycogeen en voedingsvezels.

 Waterstof is een chemisch element met symbool H. Het element komt als dusdanig niet in geïsoleerde vorm voor in normale omstandigheden. Oplosbaar in water pectine, insuline, guargom. Niet oplosbaar in water  cellulose, hemiceluilose, lignine. Glucose is de bouwsteen van alle koolhydraten, dit kan ook niet door het lichaam worden aangemaakt. Wel is het lichaam instaat om uit sommige eiwitten kleine hoeveelheden glucose te halen, dit kan ook uit melkzuur en glycerol. Dit is echter wel te weining om op dagelijkse basis te kunnen leven. Echter kan een gebrek aan koolhydraten een verstoring van de stofwisseling veroorzaken.  Het vrijmaken van energie uit glucose kan op twee manieren Oxidatieve omzetting van glucose Bij een oxidatieve (verbranding) van glucose ontstaan koolzuurgas en water, wanneer energie vrijkomt. Oxideren is het verbinden van een stof met zuurstof (latijns voor zuurstof is oxigenium) Inoxidatieve omzetting van glucose bij een inoxidatieve omzetting van glucose ontstaat melkzuur, ook hierbij komt energie vrij. Wel is dit minder dan bij oxidatieve omzetting.Een inoxidatieve omzetting van glucose en dus melkzuur merkt men vaak vermoeidheid en kramp, ook wel een soort spierpijn genoemd. Galactose is een van de twee monosacharide waaruit lactose bestaat. Deze word als enige suiker gevormd in de melkklier van mens en dier. Melkproducten zijn de enige bron van galactose, alleen zuigelingen zijn in staat lactose in het darmkanaal te splitsen door de aanwezigheid van grote hoeveelheden van het enzym lactase. Voedingsvezel. Dit zijn een verzameling stoffen die niet door de dunne darm kunnen worden verteerd. In de wetenschap is er een discussie over de definitie van voedingsvezel. We kunnen dit ook het best omschrijven als alle voor mensenlijke lichaam onverteerbare polysacharide. In vezelrichtlijn van gezondheidsraad worden de volgende stoffen als voedingsvezel aangemerkt: cellulose, hemicellulose, pectine, chitine, lignine, gommen, inuline, beta-glucanen, oligosacchriden en poly-dextrose

 

Koolhydraten in ons lichaam

Koolhydraten in ons lichaam

Koolhydraten leveren bij verbranding 4 Kcal (17 KJ) per gram. Alle verteerbare koolhydraten uit ons voeding moeten uiteindelijk worden omgezet in enkelvoudige suikers, de monosachariden. Van een enkelvoudige suiker kan het lichaam alleen glucose gebruiken als brandstof. Fructose en galactose moeten eerst in de lever worden omzet als glucose. De glucose die niet direct voor energielevering nodig is word in de spiercellen en lever opgeslagen die spieren bevatten normaal gesproken genoeg glycogeen voor circa 2 uur lichamelijke arbeid. In je bloed zit ongeveer 0,8 gram glucose per liter, dit schommelt vaak tussen de 0,6 en 1,4 gram per liter. Dit is wel afhankelijk van je laatst genoten maaltijd. Als je te weinig glucose in je bloed hebt is dit nadelig voor de hersencellen, de hersencellen zijn voor energie totaal afhankelijk van glucose ze gebruiken ongeveer 20 procent van de totale glucose in je bloed. je lichaam heeft per dag 200 gram koolhydraten afhankelijk van je lichaamsgewicht. Als hier een tekort aan is gaat je lichaam vet gebruiken om energie uit te halen. Is hier ook een tekort aan dan zal je lichaam eiwitten gaan gebruiken om haar energie uit te halen, dit is zeer ongewenst hiermee zul je namelijk spiermassa verliezen. Glycogeen is een meervoudig vertakt polymeer van glucose, waarbij de glucose-eenheden, via glycogenese, aan weerszijden aan elkaar zijn gekoppeld. Glycogeen werkt als energieopslag in dieren en schimmels, vergelijkbaar met zetmeel in planten. bloedsuikerspiegel staat voor de hoeveelheid insuline in het bloed van het lichaam. Men kan zowel een te laag als een te hoge bloedsuikerspiegel hebben, wat uiteindelijk voor de ziekte diabetes kan zorgen. Het lichaam haalt de bloedsuiker vooral uit het voedsel dat men eet.

Insuline is een hormoon. Na een maaltijd stijgt de bloedglucose, en dat stimuleert bij gezonde mensen de afgifte van insuline. Insuline zorgt er voor dat glucose wordt vervoerd naar de cellen, en dat de cellen open gaan, zodat glucose naar binnen kan om te worden verbrand tot energie Diabetes mellitus ''letterlijk honingzoete doorstroming'' is een aandoening die wordt gekenmerkt door herhaaldelijk verhoogde bloedglucosewaarden (hyperglykemie). De Nederlandstalige aanduiding suikerziekte. alvleesklier (synoniem: pancreas) is een orgaan in de bovenbuik. Produceert een aantal belangrijke spijsverteringsenzymen en een aantal hormonen, waarvan de belangrijkste insuline is, het hormoon dat de suikerstofwisseling reguleert. Boterzuur is een primair carbonzuur met een zeer onaangename geur. Het hoort bij de verzadigde vetzuren met een korte keten. Het bevat 4 koolstofatomen. Speksel Speeksel helpt de mond schoon te houden. Speeksel bevat een enzym dat de vertering direct bij het kauwen al start, door zetmeel om te zetten in suiker. Speeksel helpt om het eten door te slikken, het glijdt nietgoed naar binnen als het droog is. Dikke darm In de dikke darm worden voedselresten in het lichaam opgenomen die de dunne darm niet heeft kunnen verwerken. Dit is bijvoorbeeld het geval bij bestanddelen die niet de juiste vorm hebben of die eerst nog moeten worden afgebroken door darmbacteriën. Er wordt vooral veel water met voedingszouten geabsorbeerd.

Dunne darm of het intestinum tenue is een onderdeel van het spijsverteringsstelsel dat tussen de maag en de dikke darm ligt. De dunne darm is het langste deel van het spijsverteringsstelsel. De dunne darm is bij mensen zo'n 5 tot 6 meter lang en haalt de belangrijkste voedingsstoffen uit het genuttigde voedsel. Colibacterien E-coli is een bacterie die van nature voorkomt in de darmen van alle mensen en warmbloedige dieren. De bacterie beschermt tegen andere schadelijke bacteriën. De e-coli staat ook wel bekend als de poepbacterie.

 

Koolhydraten vertering

Koolhydraatvertering

Verteerbare koolhydraten kan het lichaam openemen en gebruiken als energiebron. Monosachariden en koolhydraten die in de dunne darm kunnen worden afgebroken tot monosachariden vallen onder de verteerbare koolhydraten. Koolhydraten die wij niet kunnen verteren zijn voedingsvezels door dat het lichaam dit niet kan openemen ziet het lichaam dit niet als energiebron. Daarin tegen zijn ze wel heel belangerijk voor de werking van de darmen, enzymen in speeksel en in de dunne darm breken koolhydraten af tot monosachariden. Op de darmwand zitten enzymen die disachardiden splitsen tot monosachariden, deze worden dan via de darmcellen opgenomen en via de bloedbaan vervoerd door het lichaam.

Direct opneembaar Van de koolhydraten zijn monosachariden direct opneembaar alle overige koolhydraten moeten eerst worden omgezet in glucose.

Onverteerbare  koolhydraten  Dit noemen wij ook wel voedingsvezels. Voedingsvezels kunnen niet door het mensenlijk lichaam verteerd worden, omdat we een belangerijk enzym missen voor de vertering hiervan.

De vertering van koolhydraten begint al in de mondholte. Door goed te kauwen word het voedsel verkleind, vermalen en met speeksel gemengd. Het speeksel versmeert het voedsel, zodat het gemakkelijk gekauwd en doorgeslikt kan worden. Het speeksel bevat een enzym amylase dat de lange ketens van de gare zetmeel eerst afbreekt in brokstukken met een ketenlengte van tien tot twintig glucosemoleculen (dextrinen) en vervolgens in maltose ( een disacharide van twee moleculen glucose). Door de korte tijd dat het zetmeel zich in de mond bevind, wordt slechts een klein gedeelte van het zetmeel afgebroken. In de maag is het enzym door een vijandige zure milieu onwerkzaam.  De afbraak van koolhydraten vind dan ook hoofdzakelijk plaats in de dunne darm. In de twaalfvingerige darm (het eerste gedeelte van de dunne darm) en de dunne darm vind de volledige afbraak van koolhydraten plaats. Maltase is een enzym dat de disacharide maltose afbreekt door middel van hydrolyse in twee moleculen alfa glucose. Maltose reageert hierbij met een watermolecuul. Het wordt in allerlei soorten organismen gevonden, van planten tot bacteriën en gist tot mensen. Darmsap Het darmsap zorgt er dus voor dat ons voedsel verder verteerd wordt, een proces dat in de mond begint en mede geholpen wordt door het pancreassap en de sappen uit de gal die de lever produceert. Sacharase is een enzym dat sacharose afbreekt (hydrolyseert) tot fructose en glucose. Sacharase komt voor in verschillende eencelligen zoals biergist en wordt bij de mens, evenals lactase en maltase, aangemaakt in de nuchtere darm. Lactase is het enzym dat betrokken is bij de hydrolyse van lactose tot galactose en glucose. Poortader een ader die zuurstofarm bloed van een orgaan naar een ander orgaan (niet het hart) transporteert. Mensen (en de meeste zoogdieren) hebben twee poortaders: De leverpoortader vervoert zuurstofarm, voedingsstofrijk bloed van de darmen, maag en milt naar de lever. Lever De lever is een belangrijk en veelzijdig orgaan bij gewervelde dieren en dus ook bij de mens. Ze speelt een belangrijke rol in het metabolisme. In het menselijk lichaam is de lever beveiligd door de onderste ribben van de borstkas, rechtsboven in de buikholte.

 

 

Voedingsmiddelen

Voedingsmiddelen zijn alle soorten voedsel die door mensen kunnen worden genuttigd. In het geval van voedsel ten behoeve van huis- en landbouwdieren spreekt men van voer. Op de verpakking van industriële voedingsmiddelen staat een, binnen de Europese Unie wettelijk verplichte, ingrediëntendeclaratie.

Tegenwoordig hebben wij te maken met zichtbare en onzichtbare suikers, het verschil is niet heel groot behalve dat de een zichtbaar is en de andere onzichtbaar. Zichbaar: hier word bijvoorbeeld een suikerklontje bedoeld of honing. Onzichtbare sukers: hier word bijvoorbeeld Fanta bedoeld je ziet het suiker niet maar er zitten misschien wel 15 suikerklontjes in een fles.

Consumptieniveau voor voedingsvezels Hoewel enige mate van onzekerheid blijft bestaan over het optimale consumptieniveau, acht de commissie 3,4 gram voedingsvezel per megajoule (14 gram per 1000 kilocalorieën) geschikt als Nederlandse richtlijn voor volwassenen.

Richtlijn voor kinderen
Voor kinderen heeft de commissie gekozen voor een geleidelijke toename van de richtlijn voor voedingsvezel met de leeftijd: van 2,8 gram per megajoule voor de leeftijdsgroep van 1 tot en met 3 jaar, via 3,0 gram per megajoule voor de leeftijdsgroep van 4 tot en met 8 jaar en 3,2 gram per megajoule voor de leeftijdsgroep van 9 tot en met 13 jaar naar dezelfde waarde als voor volwassenen (3,4 gram per megajoule) voor de leeftijdsgroep van 14 tot en met 18 jaar.

Goede bronnen van voedingsvezels zijn: Groenten en fruit, volkorenbrood en volkoren graanproducten, producten van noten en peulvruchten.

 

Granen

Wat zijn granen

Granen zijn zaden van gecultiveerde grassen. De graankorrel is de basis van brood. Het is juist de gehele korrel die alle belangerijke voedingsstoffen bevat. Het overgrote deel van de voedingsvezels, vitamines en mineralen, bevindt zich in de buitenste laag van de graankorrel, de zemel. Een ander onderdeel van het buitenste gedeelte van de graankorrel is de kiem, deze bevat voornamelijk onverzadigde vetzuren, vitamines en mineralen. Het binnenste deel van de korrel,  meellichaam bestaat voornamelijk uit koolhydraten en bevat ook eiwitten.

De belangerijkste graansoorten zijn:         

Tarwe                                             Mais       

Rogge                                            Rijst

Gerst                                              Gierst

Haver                                             Boekweit

Tarwe is de oudste en bekendste eetbare grassoort. word gebruikt in brood maar ook in koekjes. Dit is omdat tarwe van zich zelf een hoog eiwiten gehalte heeft een daarom goed kneedbaar is en erg luchtig blijft. Tarwe komt voornamelijk voor in China, India, Verenigde Staten, Rusland, Duitsland, Frankrijk en Nederland

-Harde tarwe: Hoog eiwitgehalte, brood

-Zachte tarwe: Laag eiwitgehalte, deeg

Rogge word ook wel winterhard ontkruid genoemd, hiervan word het wel bekende roggebrood gemaakt. Rogge kwam vroeger vor als grasachtig onkruid in tarwevelden. later bleek dat rogge bestand was tegen ongunstige klimaat omstandigheden. Rogge word vaak gecombineerd met tarwe zodat het beter verteerbaar is. Rogge word voornamelijk vebouwd in de sovjet-unie, Polen, Duitsland, China, Canada en Spanje

Gerst is Samen met tarwe een van de oudste grassoorten, die al ongeveer 10.000 jaar word verbouwd. Gerst is rijk aan vitamine B, E en K gerst bevat geen glutanine en weinig gluten eiwitten. Hierdoor kan je er slecht platte broden van bakken. De productie van gerst vind plaats in Rusland, China, Canada en Frankrijk.

-Groeit snel

-Bier, maar ook platbroden en pap.

Haver komt oorsprongkelijk uit Azie, haver is binnen de granen een vrij jong gewas. Voorkomen is midden Europa en Azie. Haver word vooral gebruikt in het veevoer dit is omdat haver zeer voedzaam is vanwege de grote hoeveelheid eiwit en een hoger vetgehalte.

-Erg jong gewas, havermout

-hiervan word pap maar bijvoorbeeld ook havermelk.

Mais komt voornamelijk voor in Canada, Chili en zuid-Amerika. Mais was het belangerijkste eten van de maya's er werden al maaltijden gemaakt van mais 5000 v.chr. 90% van de wereldproductie wordt veevoer omdat mais een goede voedingwaarde heeft en het veel word verbouwd. Ook groeit mais goed op natte regios dit maakt het nog aantrekkelijker om het te verbouwen.

Rijst word is Zuid-Oost Azie het meeste aangetroffen, 90% van de wereld bevolking heeft rijst als voeding nummer 1 dit is voornamelijk in India en China. Hoofdbestandsdeel maaltijd voor de helft van de wereldbevolking. Dit is omdat rijst per 100 gram begint met 60 gram koolhydraten, dit wil zeggen dat rijst veel energie geeft bij een kleine portie. Ook word rijst heel veel verbouwd in India en China om hun eigen bevolking eten te geven.

-Moerrasrijst

-Landrijst

Gierst Word gebruikt voor onder anderen  Sorghum, pap en platte broden. Gierst komt het meeste voor in Duitsland, India, Frankrijk, Polen en Finland. Gierst word gebruikt voor onder anderen pap, en platte broden. In china word ook suikergierst verbouwd, de stengel van gierst bestaat voor wel10 procent uit suiker, naast suiker word van gierst ook weer bier gemaakt.

-vervanger suikerriet, dit is dus een alternatief voor suiker.

Boekweit is geen grassoort maar duizendknoop. Komt het meeste voor in het midden-oosten, Rusland en Polen. Boekweit is niet geschikt om brood van te maken tenzij je het mengd met anderen granen. Het geeft aan brood wel een apparte smaak die niet door iedereen word gewaardeerd.

-Alleen geschikt voor brood in combinatie met andere granen.

Graan en graanproducten

De werking van een korenmolen.

  1. De wieken draaien.
  2. De koningsspil begint te draaien.
  3. De steenspil begint te draaien.
  4. Het graan word tussen de molenspil gegoten.
  5. De granen worden fijn gemalen.
  6. Het gemalen graan word gezeeft.

Het verkrijgen van meel uit graankorrels.

Meel word verkregen door het malen van granen, dit kan bijvoorbeeld tarwe zijn. Een andere graan zoals mais of een vergelijkbaar zetmeelrijk product zoals boekweit. Het fijnste maalsel, zonder zetmelen of kiem, wordt bloem genoemd. Fabrieksmeel is meel wat word gemaakt in een fabriek. Dit proces gaat wel het zlefde alleen veen sneller en met betere machines. 

  • Oogsten
  • zeven
  • Controleren op vochtgehalte. bij een te hoog. vochtgehalte word het graan gedroogd tijdens het transpoort naar de tussenopslag toe.
  • Meleren verschillende graansoorten worden gemengd om een product te krijgen met de gewenste eigenschappen.
  • Het graan word nogmaals gereinigd door een rond draaiende cilinder met gaatjes ter grootte van een tarwekorrel.
  • Conditioneren het vochtgehalte van het graan word omhoog gebracht naar 17% hierdoor worden de zemellagen van de korel iets taaier en het endospem zachter en hierdoor versplinterd. 
  • malen dit proces van malen en zeven word meerdere keren herhaald.Met walsenstoelen wordt het graan gemalen. Walsenstoelen zijn twee tegen elkaar indraaiende walsen met diepe ribbels in de lengterichting.

Tarwebloem

Bloem is meel waarin kiemen en zemelen niet te zien zijn. De uitmalingsgraad is 75%, dat wil zeggen dat 75% van de korrel in de bloem is verwerkt. De overige 25% wordt eruit gezeefd. TarweBloem is het binnenste van de tarwekorrel ongeveer 75% van de korrel. Bloem bevat geen kiemen en weinig tot geen zemelen. Hoe beter de kwaliteit van de bloem, hoe witter de bloem is. Een goede kwaliteit bloem bevat geen zemeldeeltjes en is mooi wit van kleur.

Volkorenmeel

Volkorenmeel bevat alles van de graankorrel, dus het meelkern, de kiem en de zemel.

Patentbloem

Het verschil tussen patentbloem en tarwebloem is dat patentbloem per killo zeker twee keer zo duur is. het bak resultaat is tevens wel het zelfde, je kunt eigenlijk altijd als ze tarwebloem voorschrijven ook patentbloem gebruiken. Het bak resultaat zal zelfs nog iets beter zijn.

 

De verwerking tot graanproducten

Wat zijn gluten:

Gluten zijn eiwitten die voorkomen in sommige granen, dit zorgt er voor dat het deeg elastisch en rekbaar is.

Het nut van kneden:

Wanneer je deeg maakt voor een brood dan zal door de invloed van water en het kneden, de eiwitten in het meel gluten gaan vormen.

Basis broodbakken:                                          

Water                        Kneden

Gist                           Rijzen

Zout                          Oprollen

Bloem                       Narijzen en Bakken

Basis koekjesbakken:

Ei                              Kneden

Boter                         Baken

Suiker

Bloem

                               

Recept Brood

Brood 4 personen

Ingredientenlijst 

  1. 500 gram bloem
  2. 5 gram droge gist
  3. 10 gram zout
  4. 300 ml warm water
  5. liefde

Beingswijzereid

Kneden van het deeg, doe alle ingredienten in een kom tot al het bloem bevochtigd is. Stort de broodmix op je werkblad en kneed het deeg in je handen tot soepel deeg. Al vind je dit te veel werk dan kan je dit ook doen in een keukenmachine. Vorm het deeg tot een bal en leg dit in een ingevette kom. Dek de kom af en laat dit ongeveer 60 minuten reizen.

Als dit klaar is druk het lucht eruit en bol het deeg losjes, laat dit weer 15 - 30 minuten liggen. Leg het deeg in een bebloemd rijsmandje met de goede kan naar beneden.

Oven voorverwarmen

Verwarm de oven, met hierin een broodbaksteen, verwarm de oven op 230 graden doe dit een uur voordat je het brood erin doet. zet de laatste 10 minuten en glaze ovenschaal op de bodum van de oven. Laat het deeg 45 - 65 minuten tot bijna in volume verdubbelen, het deeg is genoeg gerezen als het deeg langzaam terug veert als je er met vinger op drukt.

Nabereiding

Snijd het brood met een scherp mes in en schuif het op een hete steen. Doe in de meeverwarmde schaal wat ijsblokjes en sluit vervolgens direct de ovendeur. besproei na 2 minuten het brood en de zijwanden van de oven met wat water.

Recept koekjes

Recept koekjes 

Voor het deeg:

250 gr bloem

Een half ei

Een halve tl zout

185 gr boter, op kamertemperatuur

125 gr witte basterdsuiker

Een halve citroen, rasp, optioneel en/of

1 tl vanille-extract

Verder nodig

bloem, voor het werkblad

Een half ei, losgeklopt

Bereidingswijze:

Doe alle ingrediënten voor het deeg bij elkaar en kneed ze tot een samenhangend deeg. Verpak het deeg in plasticfolie en laat het minimaal 1 uur met rust in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 175 °C en kneed het deeg nog eventjes door, zodat het makkelijker uit te rollen is. Rol het op een bebloemd werkblad uit tot een dikte van 4-6 millimeter. Steek of snijd de koekjesvormen uit en plaats deze met voldoende tussenruimte op een met bakpapier beklede bakplaat. Het deeg dat overblijft kun je opnieuw uitrollen.

breng een laagje van het eiwit op de koekjes en bak ze in 15-20 minuten goudbruin en gaar. Laat de koekjes afkoelen op een rooster.

Aardappelen, Groenten en fruit

Het verschil tussen groeten en fruit Fruit is een verzamelnaam voor eetbare vruchten. Onder fruit kan bijvoorbeeld worden verstaan alle suikerhoudende eetbare vruchten die rauw gegeten kunnen worden. Groente omvat dan alle andere eetbare delen van planten. Maar soms worden vruchten gezien als groente, ook als ze rauw gegeten kunnen worden zoals de tomaat en de komkommer De tomaat bevat bovendien suiker.

chlorofyl of bladgroen is het biologisch pigment in de bladcellen van planten, dat plantenbladeren hun groene kleur geeft. Chlorofyl bevindt zich in chloroplasten van bladcellen. Chlorophyl vangt zonlicht op, en zet de energie daarvan om in chemische energie, die vervolgens wordt gebruikt voor fotosynthese.

Functie onderdelen plant:

  • bloem: Een bloem is het deel van een plant waarin de organen voor geslachtelijke voortplanting bij elkaar staan.
  • meristeem: Bij planten bevindt het primaire meristeem zich aan de groeitoppen van stengel en wortel. Zij zorgen voor de lengtegroei van de plant, met name in de stengels en bladeren, en in de bloemen en de wortels
  • Stengel: tengels zijn belangrijk voor de boom of kruidachtige plant. Door de stengels lopen de vaatbundels van wortel naar de bladeren. Door deze vaatbundels vervoert de plant water van de wortels naar de bladeren en glucose van de bladeren naar de wortels. In de stengels zijn de vaatbundels niet te zien
  • Knop: In de knop van een plant zit het groeibeginsel van een stengel, een blad of een bloem, of een combinatie daarvan.
  • Zijstengel: De stengel geeft aan de plant stevigheid en zorgt voor transport van water, mineralen en assimilaten. Daarnaast zorgt de stengel voor de groei van de plant zowel door groei in de lengte als in de dikte.
  • Bladsteel: Het blad vervult meerdere functies, waarvan de twee belangrijkste de fotosynthese en de verdamping van water zijn.
  • Blad: De bladeren vormen gezamenlijk de bebladering van de plant.
  • Hoofdwortel: De wortel is een deel van een plant dat onder de grond zit. Hij zuigt water en voedingsstoffen op uit de grond voor de plant. De wortel zorgt er ook voor dat de plant of boom niet omvalt.​

 

 

Samenstelling en voedingswaarde

Er zitten veel vezels en koolhydraten in groeten en fruit, maar niet genoeg vetten en eiwitten. En dat zijn twee van de belangrijkste onderdelen van je dieet. Vet is nodig voor een gezonde geest, energie, stofwisseling. Eiwitten zijn nodig voor sterke spieren en een robuust immuunsysteem. Als je alleen op fruit en groente zou leven, ga je waarschijnlijk spiermassa en kracht verliezen. Groenten en fruit zijn belangerijk voor onze dagelijkse behoefte omdat het veel vezels bevat en daarnaast ook vitamine die je niet kan krijgen uit andere producten. Groente staat in de Schijf van Vijf. Groente geeft weinig calorieën en veel voedingsstoffen. Groente geeft veel voordelen voor de gezondheid en hangt samen met een lager risico op chronische ziekten. Fruit levert weinig calorieën en veel voedingsstoffen. Fruit is goed voor de gezondheid en hangt samen met een lager risico op hart- en vaatziekten. Planten hebben natuurlijk ook de nodige macronutrienten zo bevat de wortel en de zaden de meeste eiwitten/vetten en bevatten de vruchten van planten de meeste koolhydraten. Natuurlijk is dit ook best wel vanzelfsprekend een plant heeft natuurlijk in het begin van zijn groei de meeste eiwitten nodig dit haalt hij dan ook uit zijn zaden. Er zijn verschillende Kleurstoffen zo is de kleur rood afkomstig uit bladluizen (E120) is dus een natuurlijke kleurstof wat afkomstig is uit bladluizen. Karmijn heeft een paars rode kleur en word in veel voedingsmiddelen gebruikt zoals roze muisjes, tompoucen, rode koeken maar word ook gebruikt in verf.

 

Aardappelen teelt

De aardappel behoort tot de nachtschadefamilie, net als de tomaat, paprika en tabak. De aardappel is een plant die ondergronds een energievoorraad aanlegt in de vorm van zetmeel. Het zetmeel slaat de plant op in een eetbare stengelknol, die net als de plant zelf aardappelen worden genoemd. Aardappelen zijn een bron van vezels en vitamine B6. Ze geven energie en helpen voor een goede darmwerking. Hier heb je het proces van de aardappelteelt. Persoonlijk leek het mij leuk om dit op kleine schaal te doen (thuis/tuin)

Grondbewerking

  • Spit zandgrond in Januari/februari 
  • Spit kleigrond voor de winter

Bemesting

  • Wees zuinig met kippenmest dit spul is niet goedkoop

Pootgoed

  • Koop poters half maart
  • Grote poters geven veel knollen, kleine poters geven grotere knollen
  • Tussen de rijen adviseert Tristan ongeveer 70 centimeter. Reken aan de hand hiervan uit hoeveel je nodig hebt.
  • Vroege en sterke rassen (Frieslander, Amora, Willem van Oranje) zijn het beste tegen phytophthora (aardappelziekte). Ze worden meestal geoogst voor de ziekte toeslaat.

Voorkiemen

  • Kiem voor in maart
  • Kiem voor in kistjes
  • Leg de poters in het daglicht

Begin voorkiemen in huiskamer

  • Topkiem verwijderen
  • Poters met 1,5 centimeter kiem naar buiten
  • Verder kiemen op beschutte, droge plaats

Poten

  • Begin April eind Mei poten
  • Tegen phytophthora (aardappelziekte)  70 centimeter ruimte tussen rijen
  • Bij dreigende nachtvorst: afdekken met plastic

Ruggenteelt

  • In ruggen telen heeft als voord
  • Bouw rug geleidelijk op tijdeneel dat de grond sneller opwarmt dan op vlakke grond. 

Verzorging

  • Geef niet te snel water, alleen als het heel droog is. Bevloei dan de grond in plaats van sproeien.
  • Zodra er omstreeks juni zwarte vlekjes verschijnen (phytophthora) moet je het loof verwijderen. Trek het van de plant en gooi het in de afvalcontainer en niet op de composthoop, of verbrand het. Laat de aardappels nog een paar weken zitten.
  • Als het loof geel wordt en afsterft zijn de aardappels klaar om te rooien.

Rooien

  • Rooi de aardappels bij droog weer
  • Wip de knollen omhoog met een greep
  • Trek de aardappels uit de grond.
  • Zorg dat je alle knollen de grond uit haalt, om besmetting met ziekten en aaltjes te voorkomen.

Opslag

  • Sla de piepers droog, koel en luchtig op, bijvoorbeeld afgedekt onder een afdak
  • Isoleer opgeslagen aardappels tegen vorst
  • De temperatuur moet tussen 2 en 10 graden liggen.

Wisselteelt

  • Pas teeltwisseling toe. Poot niet opnieuw aardappels op hetzelfde stuk land, maar wacht een aantal jaar.
  • Wat ook kan is na de piepers afrikaantjes inzaaien, teeltwisseling in een jaar.
  • Wissel regelmatig van ras om ziektes te voorkomen.

 

Aardappelen verwerking

Aardappelen kunnen op versschillende manieren worden verwerkt tot frieten. Dit kan door middel van frituren of door een airfryer te gruiken ook kun je ze gewoon in de oven gooien wel zal de friet dan mindel knapperig zijn.

vaak worden aardappelen op de volgende manier verwerkt tot friet:

Eerst worden de aardappelen schoongemaakt vervolgens worden ze door een pers geduwd en krijgen ze een friet vorm. Hierna worden de aardappelen in de frituur gedaan hier laat je de frieten circa 6 min in, als je dit alles hebt gedaan kun je nog wat kruiden en zout aan de friet toevoegen dit geeft de friet nog wat extra smaak.

Aardappelen worden op verschillende manieren verwerkt tot Aardappelvlokken zelf heb ik voor deze manier gekozen. Eerst ga je de aardappelvloken snijden en koken wanneer dit gebeurd is gaan de aardappelen door de pureepers. Hier worden ingredienten ter verbetering van kleur, geur en smaak toegevoegd. De puree word verdeeld op gechromeerde droogwalsen waar ook de stoom door heen gaat. Hier worden ze gedroogd en vervolgens uitgerekt om een gewenste densiteit te krijgen. De aardappel komt in een droogtrommel terecht om vervolgens de vlokken te krijgen.

Aardappel tot aardappelpuree: eerst moeten de aardappelen worden gewassen en geschild en in gelijke stukken worden gensneden. Vervolgens moeten de aardappelen worden gekookt en daarna 2 minuten droogkoken. De aardappelen worden daarna gestampt met een pureestamper en word de warme melk en boter toegevoegd. Dit word rustig doorgeroerd tot alles een supstantie is (de aardappelpuree) 

Aardappel tot chips: Om te beginnen maak je de aardappel goed schoon en snijd je de aardappel in plakjes van 3 mm (de schil hoeft er niet af) als je de aardappel hebt gesneden moeten ze worden ingevet met olie (dit kan bijvoorbeeld in een grote bak zorg wel dat ze niet over elkaar heen liggen) kruid de ingevette aardappel naar de smaak die jij wil. Leg vervolgens de schijfjes 20 minuten in de oven en keer ze dan halverwege eventueel om.

Aardappel tot aardappelzetmeer: Begin met de aardappel wasssen en rasp dit vervolgens. roer de aardappelrasp 5 minuten met 800 ml watar de zetmeelkorrels worden tijdens het wassen uit de aardappelrasp gewassen. het waswater zal ook oranje kleuren door het afwezige eiwit in de aardappel, stukjes wefsel en zetmeelkorrels kun je na het roeren van elkaar scheiden door te filtreren. (voor het filtreren kun je een kaasdoek of een stuk katoen gebruiken)

  • Doe het kaasdoek op een trechter en de trechter op de erlenmayer.
  • Giet de suspesie in de trechter en druk het residu op het eind stevig aan.
  • Laat het troebel fitraat ongeveer 15 minuten liggen.
  • Giet het af na het bezinken van de waterlaag.
  • Meng het zetmeel met een beetje water en giet de suspensie in een beker
  • Laat ze zetmeel drogen door de lucht.

Groenten teelt

Groenten kunnen wel op meerdere manieren telen dit kan op opengrond ook wel ''vollegrond genoemd'' of in een kas de voordelen van groenteteelt op vollegrond is dat de planten veel groter en sterker kunnen worden en hierdoor meer produceren. Dit heeft te maken met dat de wortels zich meer kunnen verspreiden in de grond. door deze groei ruimte kunnen de wortels zich beter ontwikkelen. Natuurlijk heeft het ook wel wat nadelen planten die in het open staan heb meer last van ziektes en ongediertje ook kunnen ze niet worden verplaatst. Naast teelt in vollegrond is er dus ook teelt in een kas dit zijn de voordelen met teelt in een kas. Een kas bied planten bescherming tegen weer omstandigheden je kan dus eigenlijk zelf bepalen wat je wil in je kas. Ook kun je natuurlijke bestrijdingsmiddlen kan gebruiken zoals lieveheersbeestjes. Nadelen van teelt in een kas zijn minder groei ruimte de planten zullen dus ook minder vruchten krijgen.

                               

 

 

 

 

Stokslabonen zijn bonen die rond de taken hangen deze worden ook wel staakbonen genoemd en kunnen 2,5 meter hoog worden. De stamslaboon is een soort dubbele slaboon met rode peulen in een soort tros deze bonen worden ook wel lange sperzieboon genoemd. Stamsla bonen hebben een kortere groei duur dan stamslabonen. Stamslabonen kunnen ook onder glas worden geteelt. Als natuurlijke vijanden om ongedierte in een kas tegen te gaan worden lieveheersbeestjes, roofmijten, sluipwespen, loopkevers en spinnen gebruikt. bij het bestuiven in een kas worden bijen gebruikt in sommige landen gebruiken ze ook kinderen of goedkope aarbijders hiervoor. soms laten ze planten express niet bevruchten om zo het jaar daarna extra te kunnen oogsten.

Groenten verwerking

Veiling van groeten, hier worden de groeten op grote schaal verkocht en gekocht dit is bijna altijd B2B. De veilingklok is de kern van veiling. Vijf dagen in de week s ochtends om zes uur beginnen drie grote veilingklokken te draaien. Met een druk op de knop kopen mensen groenten of fruit die ze willen hebben. Het werkt net zoals op een gewone veiling als er veel vraag is, zijn de prijzen hoger, als er weinig vraag is, zijn de prijzen lager. Hun zorgen ervoor dat er elke dag een mooi assortiment groenten en fruit  van hoge kwaliteit aanwezig is

Proces groenten snijden, Eerst heb je het voorwerk hier verwijder je de bladeren en stronk dit doe je omdat dat natuurlijk heel veel werk bespaard en zorgt dit voor een beter product. hierna ga je het product Snijden dit is maakt het verdere proces veel makkelijker hierdoor kun je het product makkelijker wassen en drogen. Wassen doe je om het product schoon te maken, dit doe je in een dompelbad van 0-1 graden. Drogen doen we door het product in een centrifuge of luchtdroger te doen als een product droog is zal het minder snel bederven. Mengen is belangerijk zodat je een gelijke verhouding is het zakje hebt, als je dit niet doet heb je dadelijk alleen maar de rode blaatjes en niet de groene. Verpakken is het laatste gedeelte in het proces dit doen we om het product te veilig te vervoeren vaak zijn verpakkingen van groenten en fruit open dit heeft te maken met dat het moet ademen. Voor sommige groenten is het beter als dit niet open verpakt is bijvoorbeeld wanneer er nog een stronk aan de sla zit.

Om een product houdbaar houden kan op verschillende manieren een van de meeste gebruikte is pasteuriseren. Dit doen we door een product kort te verhitten zonder het product te veel te veranderen. Dit proces dood bacterien die voor bederf kunnen zorgen. Naast pasteuriseren kun je een product ook invriezen hierdoor kunnen micro-organisme nauwelijks groeien als je een product invriest kun je dit soms wel meerdere jaren bewaren. Drogen is een andere manieren van iets conserveren als je een product droogt dan haal je het water uit een product hierdoor kunnen micro-organisme niet meer groeien kijk maar naar drogeworst.

Blancheren is een techniek bij het koken waarbij voedsel meestal groente of fruit, een korte tijd word gekookt waarna het in koud water word gelegd of door koud water wordt gespoeld zodat het kookproces word gestopt. Blancheren gebeurt  zonder deksel.

 

Fruit

Steenfruit is een verzamelnaam voor vruchten met een harde pit. Het zaad van de vrucht in omringd met een hout achtig omhulsel de pit kan bijna zo hard zijn als steen er zit dus geen steen in. Een steenvrucht kun je een vrucht noemen waar pit in zit. In de maanden juli, augustus en september geven Nederland en ook België het lekkerste steenfruit. Dat maakt steenfruit dan ook een zomerfruit in Europa voorbeelden van steenfruit zijn kersen, abrikozen en pruimen.Hardfruit heeft een dunne schil en vaak sappig vruchtvlees in het midden zit een klokhuis met pitten. Deze fruitsoort is dan ook langer houdbaar. voorbeelden van hardfruit zijn appels en peren. Houtig kleinfruit dit is fruit wat vaak weinig ruimte vraagd hiermee word de aalbes bedoeld de framboos en de braambes deze vruchten kun je zelf makkelijk verbouwen. Appels en peren worden gekweekt op Onderstammen. Door traag groeiende onderstammen te grebruiken word de groei ook beperkt. Hierdoor is de boom ook vruchtbaarder een sterk groeiende boom steekt namelijk het grootste deel van zijn energie in de groei in plaats van de ontwikkeling van de vruchten. De boomkwekers oculeren vervolgens het appel en perenras op de juiste onderstam. 

Er zijn twee belangerijke soorten Kersen rassen dit zijn de zoete kers en de zure kers. Kersen worden oorspronkelijk gesteeld aan hoogstambomen, kersenboomgaarden vind je vooral in Limburg en in het zuiden van de provincie Utrecht dit is wel de zoete kers. De kersenteelt is wel een zeer intensieve teelt dit is omdat op het moment dat een kers rood word ze beschermt moeten worden tegen vogels. Ook zijn kersen erg gevoelig voor regen kersen kunnen bij slecht weer makkelijk kapot gaan. Pruimen groeien aan middel groten bomen ook kunnen sommige rassen in een kas worden geteeld, de meeste pruimen worden geteeld is Noord-Holland en kunnen wij van juli tot oktober eten van Nederlandse bodem. Blauwe bessen eten wij in Nederland ook graag, Blauwe bessen worden verbouwd is Noord-Limburg het zuiden van Brabant en Drenthe. De blauw bes is nauw verwant aan de de grote veenbes bekend als de Amerikaanse veenbes. Frambozen horen net als de braam en de aardbei en andere verschillende bessen soorten tot de roosachtigen. Er zijn twee soorten frambozen de zomer en de herfst framboos de ontwikkeling is zo dat elke stengel twee groei seizoenen leeft. Frambozen zijn zeer kwetsbaar en worden daarom vaak in een kas geteeld. Zomer frambozen worden geteeld in vollegrond maar altijd met kunstof regenschermen om de frambozen te beschermen. Bramen worden zowel buiten als in kunstoftunnels geteeld of in kassen. Door verwarming in de kassen kunnen bramen al eind mei in de veiling en kan dit in de juiste omstandigheden doorlopen tot eind december. Bramen worden voornameijk in Noord-Branbant geteeld de streken rond Breda zijn het centrum van de Nederlandse aardbeienteelt. De aardbei is een overblijvend kruidachtig gewas waarvan de planten vele jaren oud kunnen worden. Bij traditionele aardbeienteelt worden in de volle grond ieder jaar in de loop van Augustus nieuwe planten uitgezet. Voor vers consumptie bestemde aardbeien worden geplukt met kelk en steeltje, de aardbeien voor de verwerkende industrie worden zonder steeltje geplukt. Aardbeien worden geplukt op het moment dat ze nog net niet rijp zijn en rijpen dus na in de verpakking. Onder glas of in verwarmde tunnels worden aardbeien geteeld voor de vroege oogst in het voorjaar. De aarbeien worden vaak geteeld op substraatmatten bestaande uit veen. Deze manier is wel erg duur maar toch rendabel door de hogere prijzen. 

 

  • Het arrangement Voeding is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Tristan Huizinga Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2020-03-22 23:11:47
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Grannen

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    4 uur en 0 minuten
  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.