Koolhydraten in ons lichaam

Koolhydraten in ons lichaam

Koolhydraten leveren bij verbranding 4 Kcal (17 KJ) per gram. Alle verteerbare koolhydraten uit ons voeding moeten uiteindelijk worden omgezet in enkelvoudige suikers, de monosachariden. Van een enkelvoudige suiker kan het lichaam alleen glucose gebruiken als brandstof. Fructose en galactose moeten eerst in de lever worden omzet als glucose. De glucose die niet direct voor energielevering nodig is word in de spiercellen en lever opgeslagen die spieren bevatten normaal gesproken genoeg glycogeen voor circa 2 uur lichamelijke arbeid. In je bloed zit ongeveer 0,8 gram glucose per liter, dit schommelt vaak tussen de 0,6 en 1,4 gram per liter. Dit is wel afhankelijk van je laatst genoten maaltijd. Als je te weinig glucose in je bloed hebt is dit nadelig voor de hersencellen, de hersencellen zijn voor energie totaal afhankelijk van glucose ze gebruiken ongeveer 20 procent van de totale glucose in je bloed. je lichaam heeft per dag 200 gram koolhydraten afhankelijk van je lichaamsgewicht. Als hier een tekort aan is gaat je lichaam vet gebruiken om energie uit te halen. Is hier ook een tekort aan dan zal je lichaam eiwitten gaan gebruiken om haar energie uit te halen, dit is zeer ongewenst hiermee zul je namelijk spiermassa verliezen. Glycogeen is een meervoudig vertakt polymeer van glucose, waarbij de glucose-eenheden, via glycogenese, aan weerszijden aan elkaar zijn gekoppeld. Glycogeen werkt als energieopslag in dieren en schimmels, vergelijkbaar met zetmeel in planten. bloedsuikerspiegel staat voor de hoeveelheid insuline in het bloed van het lichaam. Men kan zowel een te laag als een te hoge bloedsuikerspiegel hebben, wat uiteindelijk voor de ziekte diabetes kan zorgen. Het lichaam haalt de bloedsuiker vooral uit het voedsel dat men eet.

Insuline is een hormoon. Na een maaltijd stijgt de bloedglucose, en dat stimuleert bij gezonde mensen de afgifte van insuline. Insuline zorgt er voor dat glucose wordt vervoerd naar de cellen, en dat de cellen open gaan, zodat glucose naar binnen kan om te worden verbrand tot energie Diabetes mellitus ''letterlijk honingzoete doorstroming'' is een aandoening die wordt gekenmerkt door herhaaldelijk verhoogde bloedglucosewaarden (hyperglykemie). De Nederlandstalige aanduiding suikerziekte. alvleesklier (synoniem: pancreas) is een orgaan in de bovenbuik. Produceert een aantal belangrijke spijsverteringsenzymen en een aantal hormonen, waarvan de belangrijkste insuline is, het hormoon dat de suikerstofwisseling reguleert. Boterzuur is een primair carbonzuur met een zeer onaangename geur. Het hoort bij de verzadigde vetzuren met een korte keten. Het bevat 4 koolstofatomen. Speksel Speeksel helpt de mond schoon te houden. Speeksel bevat een enzym dat de vertering direct bij het kauwen al start, door zetmeel om te zetten in suiker. Speeksel helpt om het eten door te slikken, het glijdt nietgoed naar binnen als het droog is. Dikke darm In de dikke darm worden voedselresten in het lichaam opgenomen die de dunne darm niet heeft kunnen verwerken. Dit is bijvoorbeeld het geval bij bestanddelen die niet de juiste vorm hebben of die eerst nog moeten worden afgebroken door darmbacteriĆ«n. Er wordt vooral veel water met voedingszouten geabsorbeerd.

Dunne darm of het intestinum tenue is een onderdeel van het spijsverteringsstelsel dat tussen de maag en de dikke darm ligt. De dunne darm is het langste deel van het spijsverteringsstelsel. De dunne darm is bij mensen zo'n 5 tot 6 meter lang en haalt de belangrijkste voedingsstoffen uit het genuttigde voedsel. Colibacterien E-coli is een bacterie die van nature voorkomt in de darmen van alle mensen en warmbloedige dieren. De bacterie beschermt tegen andere schadelijke bacteriĆ«n. De e-coli staat ook wel bekend als de poepbacterie.