Waarom hangt Mondriaan in een museum?

Waarom hangt Mondriaan in een museum?

Introductie

Kijk deze introductie voordat je aan de quest begint

Tijdbesteding

Mate van vrijheid

Dit is een gestructureerde quest. Je bepaalt zelf wanneer en waar je deze quest doet. Het onderwerp, de vraagstelling en de uitwerking zijn bepaald door de docent.

Leerspier

Centraal in deze quest staat de leerspier verbeelden. Je gaat letterlijk verbeelden omdat je je eigen Mondriaan gaat maken. Maar verbeelden gebruik je ook figuurlijk als effectieve tool bij het leren.

Verbindingen

De informatica quest 'Hoe programmeer ik mijn eigen Mondriaan schilderij'. Hier ga je ook met Mondriaan aan de slag maar dan via programmeren.

Gemeentemuseum Den Haag: in de expo week gaan we naar het gemeentemuseum in Den Haag. Daar hangt de grootste collectie Mondriaan's en is het atelier van Mondriaan, zoals hij dat in Parijs had, nagebouwd.

Introductie inhoud

Als een lijstje moet worden opgesteld van de tien meest opvallende Nederlandse kunstenaars uit de kunstgeschiedenis, dan staat Piet Mondriaan (1872-1944) er zeker bij. Voor velen is hij zelfs de onbetwiste nummer een, voor weer anderen zijn dat Van Gogh, Willem de Kooning, Rembrandt van Rijn of Johannes Vermeer.

Mondriaan maakte in zijn carrière een unieke en spectaculaire stijlontwikkeling door. Hij ontwikkelde zich vanuit het impressionisme, via het symbolisme en het kubisme, naar een persoonlijke vorm van abstracte schilderkunst. Hij geldt samen met de Fransman Robert Delaunay en de Russen Kazimir Malevich en Wassily Kandinsky als de uitvinder van de pure abstractie.

 

Motivatiemotor

Passie uitoefenen

Naar een doel streven

Nieuwsgierigheid

Iets totaal nieuws leren

"Ik vind de schilderijen van Mondriaan geweldig." "Ik wil later een beroemd beeldend kunstenaar worden." "Wat als hij andere kleuren had gebruikt?" "Begrijpen waarom dit soort schilderijen in een museum hangen."

 

Zet in Seesaw welke van deze vier pijlers jou het meest motiveert om deze quest tot een goed einde te brengen en waarom. Plaats je blog in het mapje Kunst en geef het de naam: MM Mondriaan.

Verderkijker

De kunst quest 'Waarom hangt Mondriaan in een museum' eindigt met de vraag:

'Hoe ziet jouw eigen late Mondriaan eruit?'

Om die te kunnen beantwoorden zijn er drie onderwerpen waarover je kennis moet verzamelen:

Wie was Piet Mondriaan?

Welke kleuren gebruikte hij en wat is de betekenis daarvan?

Waarom is Victory Boogie Woogie het hoogtepunt van zijn oeuvre?

 

Routeplanner

Route planning

Tijd Onderdelen

0. Motivatiemotor Kunst

  • Seesaw: motivatiemotor

1. Wie is Piet Mondriaan: lees de tekst en/of kijk de filmpjes

2. Kunst analyseren: de begrippen

3. De kunst van kleur: lees de tekst en/of kijk de filmpjes

4. Een van de duurste schilderijen aller tijden: lees de tekst en kijk de filmpjes

5. Show: Jouw eigen late Mondriaan maken

  • Seesaw: jouw late Mondriaan (show)

6. Terugkijker

  • Seesaw: terugkijker

 

 

Reis(blog)

Wie is Piet Mondriaan?

En hoe kreeg hij het verzonnen om van landschappen naar rechte lijnen en rood, blauw en geel te gaan? Hij begon met het schilderen van een dode haas en eindigde met een van de radicaalste stijlen ooit bedacht: in rechte lijnen en de kleuren rood, blauw en geel.

Wat gebeurde er in de wereld en in de kunsten ten tijde van Mondriaan?

Wie is Piet Mondriaan?

De geschoten Haas, 1891, Gemeentemuseum Den Haag
De geschoten Haas, 1891, Gemeentemuseum Den Haag

Piet Mondriaan werd in 1872 geboren. Zijn beroep was kunstschilder. Piet Mondriaan zocht zijn hele leven naar een nieuwe schilderkunst. Hij hoopte dat in de toekomst de kunst op zou gaan in een vrolijke gekleurde omgeving, die de mensen zelf hadden gemaakt. In 1944 overleed Piet Mondriaan, maar zijn schilderijen zijn er nog.

Piet Mondriaan en de natuur

Toen Piet Mondriaan nog een kleine jongen was, leerde hij al schilderen van zijn oom Frits, die zelf kunstschilder was. Met een tas vol tubes verf, kwasten en boterhammen trokken ze samen de natuur in om landschappen te schilderen. Later ging Mondriaan naar de kunstacademie. Daar leerde hij alles zo precies mogelijk na te schilderen. De eerste jaren dat Mondriaan echt kunstenaar was, schilderde hij nog steeds graag landschappen. Maar hij vond de natuur zo mooi, dat hij het zonde vond om te proberen die precies na te schilderen. Zo mooi als in het echt werd het toch niet. Daarom ging hij de natuur een beetje anders schilderen. Met andere vormen en kleuren, maar wél de vormen en kleuren die hij er goed bij vond passen.

De natuur en de stad

Ook al schilderde Mondriaan de natuur op een nieuwe manier, al snel was dat toch niet meer nieuw genoeg voor hem. Hij wilde schilderijen maken die nóg moderner en nieuwer waren. Daarvoor verhuisde hij naar Parijs. Daar woonden meer kunstenaars die op zoek waren naar iets nieuws. In de stad is bijna alles anders dan in de natuur. Er zijn bijvoorbeeld veel gebouwen. De meeste gebouwen zijn niet kronkelig, zoals een boom. Ze zijn recht. Zou het daardoor komen dat Mondriaan rechte lijnen ging schilderen?

Net echt... of niet?

Sommige schilderijen zijn net echt. Je ziet meteen wat het voorstelt. Zo schilderde Piet Mondriaan eerst ook. Maar dat veranderde. De schilderijen die Mondriaan maakte, leken steeds minder op de wereld die je om je heen ziet. Hij vond het steeds minder belangrijk dat je kunt zien wat zijn schilderijen voorstellen. Maar hij wilde wel dat de vormen er goed opstonden. Op een gegeven moment maakte Mondriaan geen schilderijen meer die iets voorstellen. Wat het voorstelt is wat er op het schilderij staat: lijnen, kleuren en vlakken van verf. Dat heet abstract. Veel mensen moesten daar aan wennen, want zulke schilderijen hadden ze nog nooit gezien. Het was een soort schilderkunst van de toekomst. Nog steeds zien zijn schilderijen er modern uit.

Piet Mondriaan in zijn atelier in Parijs met rechts Nelly van Doesburg. Amsterdam, privéverzameling.
Piet Mondriaan in zijn atelier in Parijs met rechts Nelly van Doesburg. Amsterdam, privéverzameling.

De Stijl

De kunstenaars van ‘De Stijl’ vonden dat je als kunstenaar alleen de drie ‘primaire’ kleuren – rood, blauw en geel – mocht gebruiken. Deze drie kleuren vulden ze aan met zwart, grijs en wit, de drie ‘niet- kleuren’. Verder moesten alle lijnen en hoeken recht zijn.
De Stijlgroep werd opgericht in 1917. Na de chaos van de Eerste Wereldoorlog wilde iedereen rust en harmonie. De kunstenaars wilden die harmonie laten zien. Volgens hen heb je er strakke lijnen en heldere kleuren voor nodig.

De groep kunstenaars die samen De Stijl vormden, was nooit een heel vaste groep. Kunstenaars kwamen erbij en gingen weer weg. Het is zelfs zo dat twee heel belangrijke Stijlleden elkaar nooit in het echt hebben ontmoet: dat waren de architect Gerrit Rietveld en de schilder Piet Mondriaan.

Als Mondriaan naar Parijs verhuist leert hij daar het kubisme kennen. Mondriaan maakt zijn schilderijen steeds eenvoudiger. Bij bomen bijvoorbeeld schildert hij alleen de stam en takken. Uiteindelijk werkt hij alleen nog maar lijnen, kleuren en vlakken van verf. Na Parijs woont hij even in Londen en verhuist dan naar New York. De rechte straten van de stad inspireren hem. Ook houdt hij van de jazzmuziek die hij daar leert kennen: Boogie Woogie. Zijn laatste schilderij dat hij helemaal af kreeg heet Broadway Boogie Woogie. Het ritme van de stad en de muziek heeft hij vertaald in een compositie van lijnen die zijn opgebouwd uit felgekleurde vlakjes.

1872

Op 7 maart wordt Pieter Cornelis Mondriaan in Amersfoort geboren.

1880

De familie Mondriaan verhuist naar Winterswijk (Gelderland).

1886-1888

Piet krijgt tekenlessen van zijn vader en schilderlessen van zijn oom Frits.

1889

Hij haalt zijn diploma om op de basisschool tekenles te geven.

1892-1894

Hij studeert aan de Rijksacademie van Amsterdam.

1908

Piet werkt in Zeeland (Domburg) onder andere met Jan Toorop.
Hij raakt geinteresseerd in het pointillisme*.

1912-1914

Piet werkt in Parijs. Hij verandert zijn naam in Mondrian en raakt geinteresseerd in het kubisme*.

1914-1919

Omdat hij door de Eerste Wereldoorlog niet naar Parijs terug kan, werkt Piet in Laren en Amsterdam. Hij heeft contact met Theo van Doesburg en schrijft regelmatig in het tijdschrift De Stijl*.

1919-1938

Piet is weer terug in Parijs. Hij heeft contact met kunstenaars en architecten over de hele wereld.In 1920 schildert Mondriaan Compositie met geel, rood, zwart, blauw en grijs, zijn eerste neoplastische schilderij waarmee hij grootse bekendheid haalt. Vanaf dit moment werkt hij alleen nog met rechte lijnen, primaire kleuren en de non-kleuren zwart, wit en grijs.

1938-1940

Hij werkt in Londen tot zijn vertrek naar New York.

1940-1944

In New York vindt Piet een wereld die openstaat voor zijn denkbeelden. Hij is actief in het sociale  leven van New York en heeft veel Avant-Garde kunstenaars om zich heen. Hij houdt erg van dansen en jazz. Hij begint aan de schilderijen Victory Boogie Woogie en Broadway Boogie Woogie.

1944

Op 1 februari sterft Mondriaan in New York.

 

Kunst analyseren

Bij het analyseren van beeldende kunst wordt gebruik gemaakt van een vast begrippenapparaat. Je zult horen dat deze begrippen ook gebruikt worden in de filmpjes die je bekijkt en in de teksten die je leest. Zelf ga jij deze begrippen in je show gebruiken.

BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING. Uitwerking van de analyse elementen:

  • Beeldende kunst of autonome kunst: schilderkunst, beeldhouwkunst, fotografie, video etc.

  • Vormgeving of toegepaste kunst: architectuur, design, affiches, mode etc.

  • BEELDENDE KUNST, ARCHITECTUUR EN VORMGEVING

  • I. Voorstelling: Wat is er te zien op een schilderij? Wat geeft een sculptuur weer? Wat is er te zien op een object?
  • I. Inhoud: waar gaat het werk over: wat is het onderwerp, het verhaal, het thema, het idee of concept? Wat is de boodschap of (diepere) betekenis?
  • II. Vormgeving: hoe wordt de voorstelling vormgegeven door middel van beeld? Hoe wordt het gebouw/object/affiche vormgegeven?
  • III. Materiaal/techniek: waarmee, met welke materialen en technieken, wordt de voorstelling/het gebouw/object/affiche vormgegeven?
  •  
  • I. Voorstelling Wat is er te zien op een schilderij? Wat geeft een sculptuur weer? Wat is er te zien op een object, zoals een servies of op een kledingstuk? De voorstelling is een beschrijving van de ‘dingen’ die zijn weergegeven op het schilderij, in de sculptuur of op het object. Bijvoorbeeld: een mens, een interieur, een landschap, (kleur)vlakken of een combinatie daarvan.
  •  
  • I. Inhoud Waar gaat het werk over: wat is het onderwerp, het verhaal, het thema, het idee of concept? Wat is de boodschap of (diepere) betekenis? Een onderwerp of thema kan bijvoorbeeld bijbels, mythologisch, historisch, literair, maatschappelijk of politiek zijn. Een idee of concept kan bijvoorbeeld het uitdrukken van evenwicht en harmonie zijn (zoals bij Mondriaan). Als het onderwerp verhalend is, kun je het werk analyseren aan de hand van de 5 w’s uit Drama. wie Wie zijn de personages in het stuk? Een personage kan een type zijn, bijvoorbeeld Batman en de Joker (personages met één of hoogstens twee karaktereigenschappen) of een karakter zoals Gijsbrecht van Amstel of Mutter Courage (personages met meerdere karaktereigenschappen, vaak met een karakterontwikkeling). wat Wat zijn de personages aan het doen, wat gebeurt er in het stuk? Het gaat hier het plot, het conflict, de spanningsopbouw (bijvoorbeeld: inleiding, opbouw, climax, afloop). waar Waar speelt het stuk of de scène zich af? Het gaat om de plaats, ruimte, locatie waar het stuk zich afspeelt. Bijvoorbeeld: buiten op een berg, in een kamer in een huis of op de maan. De locatie kan ook onbestemd of abstract zijn. wanneer Wanneer speelt het stuk of de scène zich af, in welke tijd? Het gaat over plaatsing in de historische tijd en over de tijdsverloop in het stuk. Bijvoorbeeld: chronologisch, fragmentarisch, tijdsprongen, flash back, flash forward. waarom Wat is het motief van de personages? Het gaat over de beweegreden van de handeling. Bijvoorbeeld: waarom is de Joker de eeuwige vijand van Batman? Waarom wil Mutter Courage geen vrede? (Ze verdient namelijk haar geld met de oorlog.) De beweegreden kan ook onduidelijk of zelfs afwezig zijn. Bijvoorbeeld in het stuk Wachten op Godot van Samuel Beckett is het onduidelijk waarom twee mannen wachten op Godot. De boodschap of (diepere) betekenis kan gezocht worden in de cultuurhistorische context van het kunstwerk en/of in de intentie van de maker. In het geval van een voorstelling van een (bedroefde) vrouw met een liggende man op schoot, kan het onderwerp Maria en Jezus zijn, of specifieker nog een piëta of een beweningsscène. De boodschap of (diepere) betekenis van dit onderwerp is vaak (mede)lijden of verdriet.
  •  
  • II. Vormgeving Hoe wordt de voorstelling vormgegeven door middel van beeld? Aspecten van beeldende vormgeving zijn vorm, ruimte, licht, kleur en compositie.
    • vorm Denk daarbij aan tweedimensionale (vlak, plat) en driedimensionale vormen (ruimtelijk, plastisch), abstracte of figuratieve vormen, schematische, gestileerde, organische, geometrische vormen (zoals Mondriaan gebruikte) etc.
    • ruimte Dit gaat over ruimtelijkheid en plasticiteit bij driedimensionale vormen en de suggestie van dieptewerking of plasticiteit in tweedimensionale werken. Suggestie van dieptewerking ontstaat vooral door overlapping en (lijn)perspectief (met als bijzondere varianten het vogelvlucht- en het kikvorsperspectief). Suggestie van plasticiteit ontstaat door licht en schaduw.
    • licht Dit gaat over de werking van echt licht op driedimensionale vormen en de effecten van licht bij architectuur (glas) en over de suggestie van licht in tweedimensionale werken: natuurlijk licht, kunstlicht (kaars, lamp); licht-donkercontrasten (clair-obscur, bijv. bij Rembrandt), schaduw, plasticiteit, stofuitdrukking (suggestie van textuur van stoffen als fluweel, marmer, glas etc. door virtuoze lichtbehandeling).
    • kleur Denk daarbij aan kleursoort (primaire kleuren, gemengde kleuren), kleurhelderheid, kleurverzadiging, kleurcontrasten, kleursymboliek, verschillende soorten van kleurmening, kleurencirkel
    • compositie Dit is de ordening/plaatsing/groepering van vormgevingsaspecten tot een beeldend geheel (bijvoorbeeld een symmetrische compositie, een dynamische compositie), of de plaatsing van driedimensionale vormen binnen een installatie
    •  
  • III. Materiaal en techniek
    • materiaal Met welke materialen is het schilderij/ de sculptuur/het gebouw/het object gemaakt? De kunstenaar/architect of vormgever heeft gewerkt met bijvoorbeeld: verf, hout, klei, marmer, metaal, glas, (bak)steen, drukinkt, textiel. Het materiaal betreft ook de gereedschappen waarmee de kunstenaar heeft gewerkt zoals hamer, kwast, poltood etc.
    • techniek Met welke technieken is het schilderij/ de sculptuur/het gebouw/het object (bijvoorbeeld servies of kledingstuk) vormgegeven? De techniek is de manier waarop (met gereedschap) het materiaal wordt verwerkt. Bijvoorbeeld: schilderen, tekenen, hakken, boetseren, metselen, drukken, naaien of breien.
    • hanteringswijze De hanteringswijze is de manier waarop de kunstenaar zijn gereedschap en materiaal gebruikt, bijvoorbeeld: grof of fijn, glad of ruw, snel of doordacht.

De kunst van kleur

Een van de onderdelen van de kunstanalyse wordt hier verder uitgewerkt.

Licht

Je ziet kleuren doordat het licht op een voorwerp gebroken wordt. Licht bestaat uit alle kleuren gebundeld. Als licht niet gebroken is, kun je die kleuren echter niet zien. Maar zodra het licht iets raakt, wordt het gebroken en komen de kleuren vrij. Een voorwerp absorbeert sommige kleuren en kaatst anderen terug. Als we bijvoorbeeld een rode bal zien, is het licht op het oppervlak van de bal gebroken. De bal heeft alle kleuren geabsorbeerd, behalve rood, deze heeft hij teruggekaatst. Als een oppervlak alle kleuren terugkaatst, zie je het als wit. Als een voorwerp alle kleuren absorbeerd, zie je het als zwart.

Johannes Itten

Aan kleuren valt zo veel te ontdekken dat het mogelijk is je hele leven er aan te wijden. Er zijn verschillende kunstenaars en wetenschappers geweest die dit ook gedaan hebben. De kunstenaar Johannes Itten (1888-1967) schreef in 1960 zijn boek Kunst der Farbe, De kunst van kleur. Dit boek is zo compleet dat kunstenaars en grafici over de hele wereld het gebruiken. Er zijn twee belangrijke onderdelen in de kleurenleer van Itten. Het ene is de zogenaamde kleurencirkel, en het andere gaat over kleurcontrasten.

Primaire kleuren, secondaire kleuren en tertiare kleuren in de kleurencirkel

Primaire kleuren zijn de drie hoofdkleuren: rood, blauw en geel. Deze kleuren kun je nooit zelf mengen. Met de primaire kleuren kan je de secundaire kleuren mengen. De primaire kleuren zijn zuiver/verzadigd. Dat houdt in dat ze al hun pigment nog hebben. Ze zijn fel en niet gemengd met wit, zwart of grijs(niet-kleuren).

Secundaire kleuren zijn de kleuren die je kan mengen met de primaire kleuren. Alle tinten die je mengt met twee primaire kleuren zijn secundaire kleuren. In de kleurencirkel vindt je een secundaire kleur altijd tussen de twee primaire kleuren waaruit hij ontstaan is. Secundaire kleuren zijn ook zuiver/verzadigd.

Tertiare kleuren zijn de kleuren die ontstaan als de drie primaire kleuren met elkaar mengt. Je noemt iets ook een primaire kleur als hij gemengd is met zwart, wit of grijs(niet-kleuren). Een tertiare kleur is onzuiver/onverzadigd.

Zuiver en niet zuiver

Verzadigd is een synoniem voor het woord "zuiver" in deze context.

  • Zuivere/verzadigde kleuren zijn ongemengde kleuren. De primaire en secundaire kleuren worden zuiver/verzadigd genoemd. Een zuivere kleur weerkaatst meer licht dan een onzuivere kleur en "knalt" daardoor meer.
  • Een onzuivere/onverzadigde kleur is een kleur die gemengd is met wit, zwart of grijs(niet kleuren). Ook zijn kleuren die uit meer dan 2 kleuren gemengd zijn onzuiver. Deze kleuren weerkaatsen minder licht en zijn daardoor minder fel/knallend.
  • Er bestaan meer en minder zuivere/verzadigde kleuren van één kleur. Zo is blauw meer zuiver/verzadigd als donkerblauw.

 

Verdonkerd en verhelderd

Je hebt verdonkerde en verhelderde kleuren.

  • Verdonkerde kleuren zijn tinten van een kleur gemengd met zwart. Hoe meer zwart er aan de kleur toegevoegd is, hoe meer verdonkerd de kleur is.
  • Verhelderde kleuren zijn tinten van een kleur gemengd met wit. Hoe meer wit er aan de kleur toegevoegd is, hoe meer verhelderd de kleur is. Kleuren die heel erg verhelderd zijn, noemen we vaak pastelkleuren.

 

Kleurcontrasten

Een kleurcontrast is een effect dat ontstaat door een combinatie van kleuren of tinten. Kleurcontasten kunnen gebruikt worden bij dieptewerking, maar ook om een gevoel op te roepen. Er zijn 6 belangrijke kleurcontrasten:

  • Licht-donkercontrast
  • Warm-koudcontrast
  • Kleur-tegen-kleurcontrast
  • Complimentair kleurcontrast
  • Kwaliteitscontrast
  • Kwantiteitscontrast

Licht-donkercontrast:

Bij een licht-donkercontrast wordt een lichte kleur(toon) naast een donkere kleur(toon) gezet. Door een licht-donkercontrast toe te wordt de aandacht gevestigd op (meestal) de lichte kleur. Deze lijkt naast de donkere kleur naar voren te komen. Ook het combineren van een felle en een minder felle kleur geeft dit effect.

Warm-koudcontrast:

Bij een warm-koudcontrast wordt een warme kleur (van rood tot geel) gecombineerd met een koude kleur (blauw en paars). Het effect van een dergelijke compinatie is de optische illusie dat de warme kleur naar de voorgrond komt en de koude kleur naar de achtergrond.

Kleur-tegen-kleurcontrast:

Bij een kleur-tegen-kleurcontast plaats je twee bonte kleuren naast elkaar. Hierdoor ontstaat een knallende compositie. Zwart naast wit kan ook een kleur-tegen-kleurcontrast zijn.

Complimentair kleurcontrast:

Bij een complimentair kleurcontrast plaats je twee kleurden die in de kleurencirkel tegenover elkaar staan naast elkaar. Ze lijken soms te vloeken, maar eigenlijk hebben ze een ander effect op elkaar: ze versterken elkaar. Zo lijkt rood bijvoorbeeld roder als je het naast groen plaatst.

Kwaliteitscontrast:

Bij een kwaliteitscontrast staan een zuivere/verzadigde en onzuivere/onverzadigde toon van een kleur naast elkaar. Je hebt een kwaliteitscontrast wanneer zuivere/verzadigde en onzuivere/onverzadigde tinten van één kleur naast elkaar gezet worden en wanneer zuivere/verzadigde en onzuivere/onverzadigde kleuren naast elkaar gebruikt worden.

Kwantiteitscontrast:

Bij een kwantiteitscontrast gaat het om de hoeveelheden. Er wordt bijvoorbeeld heel veel van de ene kleur gebruikt naast heel weinig naast de andere.

In dit filmpje wordt alles nog een keer uitgelegd:

Als je nog meer over het gebruik van de kleurencirkel wilt weten kijk dan naar dit filmpje:

Kleurgebruik

  • Tonaal: Bij tonaal kleurgebruik worden alleen verschillende tinten van één kleur gebruikt.
  • Expressief: Bij expressief kleurgebruik worden kleuren gebruikt om gevoelens en emoties die een voorstelling bij de schilder opriep weer te geven. (Bijvoorbeeld: Rood voor een portret van iemand die boos is)
  • Impressief: Bij impressief kleurgebruik worden de kleuren van een voorstelling letterlijk weergeven zoals je ze in de de omgeving ziet.
  • Symbolisch: Bij symbolisch kleurgebruik hebben bepaalde kleuren een bepaalde betekenis. (zie hieronder)

 

Kleurensymboliek

  • Zwart: de dood, negativiteit, slechtheid.

  • Wit: de hemel, het goddelijke, het goede, rust, vrede.
  • Rood: agressie, maar ook warmte en liefde.
  • Blauw: onschuld, de hemel, trouw, Maria.
  • Geel: licht, leven, zon, maar soms ook vijandschap.
  • Groen: fris, nieuw, hoop.
  • Paars: rouw, soberheid.
  • Roze: liefde, lief.

Wil je zelf een kleurencirkel maken?

en in verf:

Een van de duurste schilderijen aller tijden

Altijd te zien - Victory Boogie Woogie van Mondriaan

Als schilder Piet Mondriaan naar New York verhuist, komt hij in aanraking met jazzmuziek. Zijn laatste schilderij Victory Boogie Woogie is geïnspireerd op die muziekstroming. In het schilderij dat bestaat uit stukjes rood, geel en blauw plakband probeert hij het ritme van de stad New York te vangen.

Piet Mondriaan (Amersfoort, 1872-New York, 1944) is een pionier van de abstracte kunst. Zijn oeuvre is getuige van de weg die hij aflegt van figuratie naar abstractie. Vooral zijn latere geometrisch-abstracte werk met de kenmerkende horizontale en verticale lijnen en primaire kleurvlakken in rood, geel en blauw is wereldberoemd. Victory Boogie Woogie (1942-44) is zijn laatste werk. Het groeit uit tot een icoon van de moderne tijd, van de vrijheid van de abstracte kunst. Het schilderij vormt het eindpunt in het oeuvre van een van de belangrijkste kunstenaars van de twintigste eeuw.

Victory Boogie Woogie wordt in 1998 door een gift van 82 miljoen gulden van De Nederlandsche Bank verworven door de Stichting Nationaal Fonds Kunstbezit en aan de staat der Nederlanden geschonken, als zichtbare herinnering aan de periode 1814-2002 toen De Nederlandsche Bank verantwoordelijk was voor de gulden als betaalmiddel. Sindsdien is het in langdurig bruikleen in het Gemeentemuseum Den Haag en vormt daar de kroon op de grootste verzameling Mondriaans ter wereld.

‘Velen weten de prijs van iets, en de waarde van niets,’ zei toenmalig staatssecretaris van cultuur Rick van der Ploeg toen in 1998 de Victory Boogie Woogie naar Nederland kwam. Hij had de situatie goed doorzien: Nederland had voor tweeëntachtig miljoen gulden volgens Van der Ploeg ‘een soort Nachtwacht van de twintigste eeuw’ gekocht, iets waar de nationale kunstwereld bijzonder blij mee was. Maar waarom was dat in het geheim gebeurd? Had dat geld niet beter aan iets anders besteed kunnen worden? En als we dan toch kunst moeten kopen, waarom kopen we dan uitgerekend zo’n lelijk ding?

OPTIONEEL: Als je hier meer over wilt weten kijk dan naar deze aflevering van Andere Tijden.

 

Afmetingen hoogte 127,5 cm breedte 127,5 cm

Materiaal olieverf, tape, papier, houtskool en potlood op doek

Datum 1942-1944

Plaats vervaardiging New York (Verenigde Staten)

Objectnummer 0810747

Ruitvormig met 574 vlakjes, geometrisch abstract werk, horizontale en verticale lijnen, primaire kleurvlakken, vrij en asymmetrisch, uitdrukking van ritme (Jazz, NY), moest tegenstellingen in beeld brengen (chaos & orde, groot & klein, snel & langzaam)

Show

Voorbeeld Hoe begin je aan je eigen Mondriaan

Stappenplan SHOW Maak jouw eigen late Mondriaan.

1. Maak jouw eigen late Mondriaan.

2. Maak een goede foto van jouw Mondriaan en plaats deze in Keynote.

3. Beschrijf in Keynote met verwijzingen naar jouw compositie wat je geleerd hebt over Mondriaan en zijn kleurgebruik. Gebruik hierbij de begrippen uit kunstanalyse die je in deze quest geleerd hebt. Denk hierbij aan de onderdelen licht, kleur, vorm, ruimte, textuur en compositie.

4. Leg uit wat jouw compositie een Mondriaan maakt en waar jij afwijkt van de stijl van Mondriaan. Ook weer door gebruik van de begrippen uit de kunstanalyse.

5. Lever deze Keynote in als PFD.

Toelichting: je gaat zelf aan het werk in de stijl van Mondriaan. De compositie die je gaat maken bestaat uit lijnen, vierkanten en rechthoeken. Deze vormen orden je horizontaal en verticaal. Probeer veel afwisseling toe te passen in grote en kleine vormen, ritme, herhaling en het kleurgebruik en kleurcontrast.

Het woord compositie komt van componeren. Dat betekent 'orde scheppen in de chaos'.

Op een wit vel tekenpapier bouw je met gekleurd papier en tape aan jouw compositie. Elementen voor jouw compositie knip je uit het gekleurde papier (rood, geel en blauw) in vierkanten en rechthoeken in verschillende grootten en kleuren. Hiervan stel je je compositie samen in horizontale en verticale lijnen. Laat het wit van de ondergrond meespelen in het geheel van de compositie. Later kun je of het papier vastplakken of zelf kleuren met potlood, stift of verf. Het wordt dus een echt fysiek zelfgemaakt kunstwerk!

Alle composities komen aan de muur bij HVX te hangen, dus zorg dat jouw Mondriaan op school is!

Ga eerst zoeken door te schuiven met losse vormen voordat je begint met vastplakken, kleuren of schilderen. Mondriaan werkte al 2 jaar aan Victory Boogie Woogie en het was nog steeds niet af! Denk aan Austin's Butterfly, kijk evt. het filmpje nog terug.

Misschien luister je ook naar muziek om een bepaald ritme in jouw Mondriaan te laten zien.

Werken aan jouw eigen Mondriaan doe je op de Plaza!

 

Seesaw: Plaats de PDF in Seesaw in het mapje Kunst bij de activity met de naam Show Mondriaan

 

Terugkijker

Plaats in Seesaw een reflective journal met daarin antwoord op de volgende vragen:

  • Heeft je motivatiemotor gewerkt, waarom wel/niet?
  • Heb je gepresteerd op het niveau dat je voor ogen had?
  • Wat vond je moeilijk? Wat heb je toen gedaan?
  • Hoe ben je uitgekomen met de geplande tijd?

  • Hoeveel sterren geef jij jouw show & waarom geef je deze beoordeling (check met de stappen)?