IBS Onderhouden: bodem, bemesting en grondbewerking

IBS Onderhouden: bodem, bemesting en grondbewerking

LEERDOELEN & SUCCESCRITERIA

Op moderne veehouderijbedrijven is het belangrijk zo veel mogelijk voer van een goede kwaliteit op eigen bedrijf te winnen. Daarmee spaar je aankoop van duur (kracht)voer uit en stijgt het rendement van je bedrijf. Sommige veehouders halen al 12 ton ds van een ha grasland en 20 ton ds van een ha mais! Dat lukt alleen als je bodem in topconditie is! Daar gaat deze leereenheid over: hoe breng ik en hoe houd ik mijn bodem in een goede conditie.

Succes met het doorwerken van de lesstof!

Leerdoelen:
  • Heeft kennis van bodemstructuren, -processen en –leven en past deze toe.
  • Heeft basale kennis van de bemesting.
  • Heeft basale kennis van de grondbewerking en onkruidbestrijding
Succescriteria:
  • Je benoemt aan de hand van een bodemprofiel minimaal 4 verschillende bodemstructuren.
  • Je benoemt per bodemstructuur minimaal 3 processen die zich in de bodem afspelen.
  • Je benoemt minimaal 5 soorten organismen die in de bodem voorkomen.
  • Je legt uit waarom planten bemest moeten worden.
  • Je kan minimaal 3 soorten grondbewerking benoemen en toelichten.
  • Je kan minimaal 3 soorten onkruidbestrijding benoemen en toelichten.

LESPLANNING

TOETSING

Dit onderdeel van de IBS wordt getoetst door middel van een praktijkopdracht. Deze opdracht staat onderaan deze pagina. In de les wordt de opdracht uitgelegd.
 
Inleveren:
- Maandag 21 januari voor 12.00 uur naar het emailadres (d.dejong@helicon.nl).
 
Feedback:
- Voor vrijdag 25 januari ontvang je feedback op je praktijkopdracht. Tijdens de presentatie krijg je de gelegenheid om de feedback in je presentatie te verwerken.
 
Presentatie:
- Maandag 28 januari 2019 tijdens de regulier lesuren.

 

1. Bodemvorming

Wat bedoelen we met bodem, aarde en grond. 

Maak aan de hand van de volgende bronnen onderstaande vragen.

vragen (antwoorden invullen in het werkdocument):

  1. Wat verstaan we onder de bodem?
  2. Zijn aarde, grond en bodem drie omschrijvingen van hetzelfde? Geef met behulp van bovenstaande bronnen een omschrijving van deze drie begrippen.
  3. De bodem ligt er nu eenmaal en verandert niet. Is dat zo? Leg uit.
  4. ‘Nederland is vlak en plat.’ Is dat zo? Zoek de hoogte op waarop jij woont. Zoek via de viewer je woonplaats op en klik voor de hoogte.
  5. Hoogste punt van Nederland is Vaals en laagste: Nieuwerkerk aan de IJssel. Hoe hoog liggen deze 2 steden?

 

 

bodem en landschap
bodem en landschap

De nederlandse bodem is het resultaat van een langdurig proces. Wind, IJs, Rivieren, de Zee en bewegingen in de aardkorst hebben allemaal een rol gespeeld bij deze bodemvorming. Met als gevolg een land waar veel verschillende bodemsoorten dichtbij elkaar kunnen zitten. We zullen de bodemvorming bekijken aan de hand van de volgende bodemvormende processen:

  1. ijs
  2. stromend water(rivier en zee)
  3. wind
  4. aardkundige bewegingen (tektoniek)
  5. leven
  6. mens

Bestudeer het document bodemvorming. Hierin worden de bodemprocessen uitgelegd. Hierna ga je de subpagina's bekijken waar de verschillende processen in beeld worden gebracht.

IJs

Lees over de rol van IJs eerst het volgende artikel : IJs als bodemvormer

Vragen/opdrachten:

  1. Schrijf van bovenstaand artikel 5 steekwoorden op en omschrijf deze steekwoorden.
  2. Geef van elke video aan: wat het "Proces van bodemvorming" is.
  3. Geef van elke video aan welke gevolgen het bodemproces voor het daaruit ontstane Landschap heeft.

Maak de vragen in je werkdocument.

gletsjer

stuwwallen

Stromend water

Lees over de rol van rivieren eerst het volgende artikel : Rivieren, stromende kracht

Vragen/opdrachten:

  1. Schrijf van bovenstaand artikel 5 steekwoorden op en omschrijf deze steekwoorden.
  2. Geef van de video aan: wat het "Proces van bodemvorming" is.
  3. Geef van de video aan welke gevolgen het bodemproces voor het daaruit ontstane Landschap heeft.

Maak de vragen in je werkdocument.

rivierkleigebied

Wind

Lees over de rol van de wind eerst het volgende artikel : Wind

Vragen/opdrachten:

  1. Schrijf van bovenstaand artikel 5 steekwoorden op en omschrijf deze steekwoorden.
  2. Geef van de video aan: wat het "Proces van bodemvorming" is.
  3. Geef van de video aan welke gevolgen het bodemproces voor het daaruit ontstane Landschap heeft.

Maak de vragen in je werkdocument.

 

stuifzand

Bodembewegingen

Lees over de rol van bewegingen in de aardkorst eerst het volgende artikel : Tektoniek     

Vragen/opdrachten:

  1. Schrijf van bovenstaand artikel 5 steekwoorden op en omschrijf deze steekwoorden.
  2. Geef van de video aan: wat het "Proces van bodemvorming" is.
  3. Geef van de video aan welke gevolgen het bodemproces voor het daaruit ontstane Landschap heeft.

Maak de vragen in je werkdocument.

aardbeving

Leven

leven: levende kracht

vorming van kalksteen

Vragen/opdrachten:

  1. Schrijf van bovenstaand artikel 5 steekwoorden op en omschrijf deze steekwoorden.
  2. Geef van de video aan: wat het "Proces van bodemvorming" is.
  3. Geef van de video aan welke gevolgen het bodemproces voor het daaruit ontstane Landschap heeft.

Maak de vragen in je werkdocument.

vorming van kalksteen

Mens

Mens: handige kracht

Vragen/opdrachten:

  1. Schrijf van bovenstaand artikel 5 steekwoorden op en omschrijf deze steekwoorden.
  2. Geef van de video aan: wat het "Proces van bodemvorming" is.
  3. Geef van de video aan welke gevolgen het bodemproces voor het daaruit ontstane Landschap heeft.

Maak de vragen in je werkdocument.

invloed mens op bodem

2. Grondsoorten

Grondsoorten worden ingedeeld op basis van de grootte van de deeltjes. Een maat om de deeltjesgrootte weer te geven is mu, dit is 1/1000 mm.

Het resultaat van de bodemvormende processen uit het verleden is een landschap waarin een grote variatie aan bodemtypen te zien is. Zand, klei, hoogveen, laagveen, löss en allerlei tussensoorten.

We zullen deze grondsoorten met behulp van video's bekijken. Te beginnen met zandgronden. Daarna de veengronden, vervolgens de kleigronden en tenslotte löss. Bekijk steeds een video en ga dan de vragen daarover maken in je werkdocument.

 

 

Zandgrond

Maak in je werkdocument de volgende vragen na het bekijken van de film en lezen van het document Dekzand:

1. Hoe zijn dekzanden ontstaan?
2. Hoe werden ze door de mensen gebruikt?
3. Hoe werden (gedeelten) van de grond geschikt gemaakt voor akkerbouw?
4. Hoe noemen we deze gronden en hoe herken je ze in het landschap?
5. Waar in Nederland tref je dekzanden aan?

dekzand

Maak de volgende vragen in je werkdocument na het bekjken van de film en lezen van het document duinlandschap:

  • 6. Waar tref je duinen aan in Nederland?
  • 7. Wat zijn de functies van duinen?
  • 8. Hoe ontstaan duinen?
  • 9. Wat is de functie van begroeiing?

ontstaan van duinen

 Maak in je werkdocument de volgende vragen na het bekijken van de film.

  • 10. Hoe zijn geestgronden ontstaan?
  • 11. Verklaar de naam "geestgronden".
  • 12. Hoe worden de gronden klaargemaakt voor bloembollenteelt?

geestgronden

Hoogveen

Maak de vragen in je werkdocument na het bekijken van de film en lezen van het document Hoogveen

  1. Wat zijn veengronden? 
  2. Hoe zijn deze gronden ontstaan?
  3. Waarom worden planten in water niet goed afgebroken?
  4. Waar in Nederland tref je het aan?

ontstaan van hoogveen

5. Noem vier kenmerken van hoogveen.

kenmerken hoogveen

    6.  Wat is turf?

    7.  Waarom werd het veen ontgonnen?

wat is turf

landschap hoogveen

8. Hoe zijn veengronden ontgonnen? Leg dat uit in vier stappen.

Stap 1:

Stap 2:

Stap 3:

Stap 4:

9. Hoe zijn dalgronden ontstaan? Hoe herken je deze gronden in het landschap?

Laagveen

Bekijk onderstaande films en het document veenbodem maak daarna de vragen in je werkdocument:

  • 1. Hoe is laagveen ontstaan?
  • 2. Hoe herken je laagveen in het landschap?
  • 3. Noem een aantal kenmerken van laagveen.
  • 4. Hoe ging het droogmaken van laagveen in zijn werk?

 

droogmaken laagveen

van moeras tot laagveen

landschap laagveen

Zeeklei

Maak na het bekijken van de films en lezen van de documenten zeekleigrond , kwelder en zeekleiafzettingen de volgende vragen in je werkdocument:

  • 1. Waar tref je zeeklei aan?
  • 2. Hoe is zeeklei ontstaan? 
  • 3. Bekijk de video "van kwelder tot landbouwgrond" en beschrijf hoe dit proces verloopt. 

ontstaan van zeeklei

van kwelder tot landbouwgrond

Rivierklei

Maak na het kijken van de 3 video's en lezen van de documenten rivierkleibodem , komgrond en uiterwaarden de volgende vragen in je werkdocument:

  • 1. Hoe ontstaat rivierklei?
  • 2. Verklaar hoe het komt dat de bochten in de rivier steeds groter worden.
  • 3. Hoe zijn "kommen" en "oeverwallen" ontstaan?
  • 4. Oeverwallen worden gebruikt voor . . . . . . . .  en kommen voor . . . . . . . ..  Verklaar dat vanuit de bodemkundige verschillen.
  • 5. Wat zijn uiterwaarden? Waar worden ze voor gebruikt?

ontstaan van rivierklei

uiterwaarden

rivierklei-landschap

Lössgrond

Maak de volgende vragen na bekijken van de film en het lezen van de documenten Lössgronden en Löss in je werkdocument:

  • 1. Waar tref je deze grondsoort aan?
  • 2. Hoe is deze ontstaan?
  • 3. Waarom zijn ze gevoelig voor erosie in de vorm van wegspoelen?
  • 4. Wat deed men om dit te voorkomen? Noem drie maatregelen

bodem van nederland

Kleur de bodem van Nederland. Gebruik de volgende kleuren:

 

 

1. lichtbruin            2. donkerbruin        

3. groen/bruin         4. donkergroen       

5. lichtgroen           6. paars                 

7. roze

 

 

Hoe is de verdeling over de provinciën? Zet dat in de volgende tabel:

 

 

 

PROVINCIE

 Grondsoorten

1

 

 

 

2

 

 

 

3

 

 

 

4

 

 

 

5

 

 

 

6

 

 

 

7

 

 

 

8

 

 

 

9

 

 

 

10

 

 

 

11

 

 

 

12

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vergelijk je resultaat met de kaart uit de Atlas van Nederland.

 

Grondsoortenkaart

Welke grondsoorten komen bij jou in de regio voor? Je kunt dat bekijken met de interactieve kaart hieronder. Klik hier  of op de kaart en een overzichtskaart wordt ingeladen. Op die kaart kun je kaarten per gebied openen.

opdracht: Ga 4 kaarten bekijken en schrijf op welke grondsoorten er op voorkomen.

Kaart nummer: ......

Grondsoorten:

  1. ...................
  2. ...................
  3. ...................
  4. ...................

Werk dit uit in je werkdocument.

grondsoortenkaart per regio, onderstaande kaart in nieuw scherm
grondsoortenkaart in pdf per regio

grondsoortenkaart

Boer en bunder: via googlemaps zie je gegevens van elk perceel in Nederland
Boer & Bunder is een applicatie die open data visualiseert op perceelsniveau. De app toont voor alle 1,9 miljoen hectare landbouwgrond in Nederland een aantal open datasets. Een bunder is een oude oppervlaktemaat voor een hectare. Met de app kan een akkerbouwer met één klik beschikbare open data over zijn percelen oproepen. Boeren kunnen aangeven welke percelen hun eigendom zijn en een Boer & Bunder profiel aanmaken. Ook kunnen zij eventueel extra data toevoegen. Alle zoekresultaten binnen de applicatie zijn makkelijk via social media te delen.

3. Bodemleven

Maak bij het bijgevoegde bestand van elk hoofdstuk de volgende opdrachten:

1. schrijf alle termen op die je niet kent.

2.  Maak per hoofdstuk 2 vragen met daarop antwoorden.

Mail bovenstaande opdracht naar de lesgevende docent.

4. Bodemstructuur

Wat is bodemstructuur.
Theorie over bodemstructuur.

Bodemstructuur
omschrijving bodemstructuur

Wat is structuur?                                

Onder structuur van de grond wordt verstaan:

- de onderlinge rangschikking en samenhang van gronddeeltjes.

De samenhang van de gronddeeltjes is zeer verschillend. Het is vooral de samenhang van de grond die haar meer of minder geschikt maakt voor plantengroei. De samenhang bepaalt voor een groot gedeelte de structuur van de grond. De structuur van de grond kan alleen bekeken worden in ongeroerde staat. Dus grond die in een plastic zakje vervoerd is, is niet goed meer te beoordelen.

Om de structuur van de grond te kunnen beoordelen, om te kunnen zeggen of ze goed of slecht is, is het belangrijk te weten welke eisen de plant aan de grond stelt.

1.         De wortels moeten ruimte hebben om in te groeien.

2.         De wortels moeten lucht opnemen voor de ademhaling.

3.         De wortels moeten water opnemen omdat de plant water verdampt en omdat water voedsel oplost en transporteert.

 

Maar ook de boer stelt eisen aan de grond:

1.         De bewerking mag niet te zwaar gaan.

2.         Zware machines (en ook het vee) moeten er op kunnen, ook vroeg in het voorjaar en laat in de herfst (liefst ook in de winter).

3.         Overtollig water moet snel weg kunnen stromen.

Een grond voldoet aan deze eisen, is dus pas een goede grond, als het de volgende kenmerken heeft:

1.         Een groot totaal poriën volume. Ongeveer 50 %  van de grond moet holten en gaatjes zijn.

2.         Een goede verhouding tussen grote en kleine poriën.De grote zorgen voor afvoer van water en aanvoer van lucht terwijl                 de kleine water vasthou­den in de grond.

3.         Een goede binding tussen de deeltjes. Dit in verband met een goede (ook niet te grote) stabiliteit.

 

 

Structuur beoordelen

Structuurvormen
structuurvormen

Beoordeling bodemstructuur: waar let je op

De structuur in het veld kun je onderzoeken door:

Stap 1 : stevig over een stuk grond te lopen 

• Voelt de grond hard aan en geeft ze een dof geluid dan is de structuur dicht en vast. 

• Zak je wat weg of voelt de grond bij het lopen verend zacht aan, dan zal de structuur van die grond goed zijn (mits de grond voldoende droog is) 

Stap 2: Steek een kluit grond uit de bouwvoor van een kleigrond, een betere zandgrond en neem ook een schep zand uit een berg metselzand. Laat de grond achtereenvolgens van + 100 cm hoogte vallen op een vaste ondergrond. Bekijk nu de samenhang van de grond. De drie grondsoorten vallen zeer verschillend uiteen. 

Bekijk de grond die van 1 meter hoogte is neergevallen nog eens nader. Door de val is de grond in zijn natuurlijke deeltjes, structuurelementen uiteengevallen. Dit gebeurt langs zijn natuurlijke breukvlakken. Nu kan de vorm en grootte van de kluitjes en kruimels worden bestudeerd.

Kruimelstructuur is gemakkelijk bewortelbaar.  Afgerond blokkig kunnen als ze genoeg poriën hebben doorwortelen.  Scherpblokkig is moeilijk doorwortelbaar

 

De breukvlakken van de kluitjes geven aanwijzingen voor de structuur. 

  • Kruimels 

Dit zijn losse kruimels van 0,3 tot 1 cm groot. Wortels kunnen gemakkelijk in deze kruimels en tussen de kruimels doorgroeien. Kruimels hebben voldoende gangen en zijn altijd goed doorwortelbaar 

  • Afgeronde structuurelementen 

Dit zijn blokjes grond van wisselende grootte, van 1 tot 10 cm groot. De zijkanten zijn niet vlak, de hoeken zijn rond. Bij doorbreken heeft het breukvlak vaak een andere glans of kleur dan de buitenkant. Bij een enigszins ruwe behandeling kunnen ze makkelijk in kruimels overgaan. Let er goed op of dit in de grond ook zo was of dat het werkelijk 

grotere elementen zijn. 

Afgeronde structuurelementen hebben voldoende gangen en zijn altijd goed doorwortelbaar

  • Scherpblokkige structuurelementen 

• Deze zijn hoekig en compact. 

• De wanden zijn glad. 

• Scherpblokkige structuurelementen zijn in het algemeen niet doorwortelbaar. 

 

Stap 3 : het graven van een profielkuil. 

Bestudeer de link hieronder en bekijk het filmpje. We gaan uitgebreid stil staan bij profielkuil bij onderdeel Praktijkonderzoek bodem.

Brochure De kuil
Maak de vragen hierover in je werkdocument, vraag 20

profielkuil beoordelen

Beoordelen structuur

Kenmerken van een slechte structuur

Kenmerken die wijzen op een slechte structuur zijn: 

➡ Scherpe, hoekige breukvlakken; 

➡ Grote, dichte structuurelementen; 

➡ Geheel los uiteenvallen van de structuurelementen; 

➡ Weinig holten; 

➡ Losse kale wortels; afbuigen van wortels; 

 

 

Bodemstructuur

5. Bodemanalyse

6. Bemesting

7. Bodembewerking

Bodembewerking

8. Onkruiden

Onkruiden in het grasland en bouwland

9. Gewasbescherming

INFORMATIE

Bodemstructuur