Thema: Milieu vmbo BB2

Thema: Milieu vmbo BB2

Thema Milieu

Thema

Je gaat aan de slag met het thema 'Duurzaamheid'.
Dit thema bevat vijf opdrachten en de afsluiting.
Je hebt de opdracht 'Heel veel mensen';
in die opdracht kijk je naar de invloed van de groei van de bevolking op het milieu.
Er is een opdracht over de invloed van de economie op het milieu.
Je leert wat wordt bedoeld met de 'ecologische voetafdruk' en het broeikaseffect.
En je gaat in een opdracht aan de slag met de term duurzaamheid.

Het thema rond je af met het maken van een poster met als titel 'Milieuvriendelijk gedrag'.

Genoeg te doen. Aan de slag!

Leerdoelen

Leerdoelen

Aan het eind van het thema:

  • kun je verschillende milieuvraagstukken beschrijven.
  • kun je voorspellen welke milieuvraagstukken zich in de toekomst mogelijk voor zullen doen.
  • kun je je eigen milieugebruiksruimte beschrijven en vergelijken met die van anderen.
  • kun je het verband tussen welvaart en milieugebruiksruimte toelichten.
  • kun je de draagkracht in relatie tot bevolkingsgroei omschrijven.
  • kun je voorbeelden van duurzaam energiegebruik omschrijven.
  • kun je de gevolgen van het broeikaseffect voor de mens in verschillende gebieden omschrijven.

Planning

Het thema 'Milieu' bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Tijd Eindproduct
Inleiding 0,5 lesuur -
Heel veel mensen 2 lesuren Collage
Economie en milieu 2 lesuren Eigen keuze
Voetafdruk 1 lesuur Berekenen voetafdruk
Broeikaseffect 2 lesuren Cartoon
Duurzaamheid 1 lesuur Eigen keuze
Afsluiting 2 lesuren Poster
Totaal 10 lesuren  

Werkplan

Het thema milieu bestudeer je door vijf opdrachten en de afsluiting te maken.
In iedere opdracht wordt een ander aspect van het milieu belicht.

Het is belangrijk dat je goed bijhoudt wat je gedaan hebt.
Om je hierbij te helpen is er een werkplan gemaakt.
Op dat werkplan kun je bijhouden welke onderdelen je al gedaan hebt.

Download hier het Werkplan Thema Milieu.

Heel veel mensen

Vooraf

Welke problemen van de groei van de bevolking zie jij?
Overleg je antwoord met een klasgenoot.

Leerdoel
Aan het eind van deze opdracht kun je uitleggen welk effect de groeiende bevolking heeft op het milieu.

Eindproduct
Aan het einde van deze opdracht maak je een collage
met als titel 'Milieuvraagstukken door de groei van de bevolking'.
Op de collage staan afbeeldingen die passen bij de belangrijkste milieuvraagstukken,
waar de wereld mee te maken krijgt als gevolg van de groei van de bevolking.

Activiteiten

 Activiteiten

Stap Groepsgrootte  Activiteit

Stap 1   
Alleen Filmpje over hoeveel mensen er nog op deze aarde bij kunnen kijken en een grafiek downloaden en invullen op basis van gegevens uit het filmpje.
Stap 2 Samen Lijst maken met milieuvraagstukken die mogelijk door de groei van de wereldbevolking kunnen komen.
Stap 3 Samen Collage maken over de milieuvraagstukken door de groei van de wereldbevolking en laat het door de docent nakijken.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1

Zeven miljard mensen
In het NOS-journaal van 31 oktober 2012 was aandacht voor de geboorte van de zeven miljardste aardbewoner.
Bekijk het volgende videofragment:

Video: Hoeveel mensen kunnen er nog bij op deze aarde?

De groei van de bevolking kun je weergegeven in een grafiek.
Download de bijlage Grafiek groei wereldbevolking.
Maak de grafiek van de groei van de wereldbevolking af op basis van de gegevens uit het videofragment.

Opdracht:
Beantwoord ook de volgende vragen:

 

  • In hoeveel jaar groeide de bevolking van 1 miljard naar 2 miljard?
  • In hoeveel jaar groeide de bevolking van 6 naar 7 miljard?
  • In hoeveel jaar groeit de bevolking waarschijnlijk van 8 naar 9 miljard?
  • In welk continenten groeit de wereldbevolking het hardst.
  • Is de groei van de wereldbevolking een fysiek probleem voor de aarde?
    Licht je antwoord toe.
  • Wat bepaalt volgens de demograaf of de groei van de wereldbevolking een probleem is?

Stap 2

Groei menselijke populatie
Sinds 2017 wonen er 7 miljard (7.500.000.000) mensen op aarde en er komen er nog steeds bij.
Meer mensen betekent meer behoefte aan woningen,
meer ruimte nodig voor het verbouwen van voedsel en meer plek nodig voor ontspanning.
Maar meer mensen betekent ook meer behoefte aan energie,
meer behoefte aan schoon water, meer verkeer en meer afval.
Kortom meer mensen betekent een grotere belasting voor de aarde;
een grotere belasting van het milieu.

Opdracht:
Maak samen een zo lang mogelijke lijst met milieuproblemen (vraagstukken) die het gevolg zijn van de groei van de wereldbevolking. Probeer de vraagstukken die met elkaar te maken hebben bij elkaar te zetten. Denk daarbij aan lucht, aarde en water.

Vergelijk jullie lijst met de lijst van een ander tweetal.
Hebben jullie dezelfde milieuvraagstukken benoemd?
Bespreek eventuele verschillen.

 

Stap 3

Collage
Kijk in de gereedschapskist hoe je een collage maakt en ga daarna op internet op zoek naar korte tekstjes en afbeeldingen,
die passen bij de lijst met milieuvraagstukken die je in stap 2 hebt gemaakt.

Maak met deze tekstjes en afbeeldingen en met de grafiek die je in stap 1 gemaakt hebt een collage met als titel: 'Milieuvraagstukken door de groei van de bevolking'.

Collage maken

Een collage bestaat uit knipsels die op een ander papier geplakt zijn en samen een nieuwe afbeelding vormen.

 

Economie en milieu

Vooraf

Zou jij extra voor producten betalen als ze daardoor beter zijn voor het milieu?
Bespreek je antwoord met een klasgenoot.

Leerdoelen
Na deze opdracht kun je:
  • voorbeelden geven van natuurlijke grondstoffen.
  • omschrijven welk effect de winning en verwerking van grondstoffen kan hebben op het milieu.
  • de begrippen vervuiling, aantasting en uitputting omschrijven.
  • vier vormen van milieuvervuiling noemen.

Eindproduct
Jullie maken een eindproduct met als titel 'Economie en milieu'.
Jullie mogen zelf bedenken wat voor soort eindproduct jullie maken.
Jullie kunnen bijvoorbeeld een fotoreportage maken over milieuvervuiling
of een quiz over verschillende soorten vervuiling door bedrijven,
of ......

Activiteiten

Stap Groepsgrootte  Activiteit

Stap 1     
Alleen Filmpje 'van plant naar kledingfabriek' kijken en vragen beantwoorden.
Stap 2 Alleen Uitleggen hoe het rekening houden met het milieu door bedrijven voor een verlaging in de verkocht producten kan zorgen.
Stap 3 Alleen Filmpje over Linfen kijken en woorden bij een tekst invullen.
Stap 4 Samen Kennisbank over vervuiling bestuderen en van verschillende milieuproblemen bepalen of het gaat om uitputting, vervuiling of aantasting.
Stap 5 Alleen Eindproduct maken waarin duidelijk wordt dat het produceren van goederen negatieve effecten op het milieu kan hebben en die door de docent laten nakijken.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1: Grondstoffen

Onder grondstoffen worden materialen verstaan die worden gebruikt om een product te maken.
Natuurlijke grondstoffen zijn stoffen die in de natuur worden gevonden, zoals aarde, gas,
olie, koper en ijzererts. Ook gewassen en hout zijn voorbeelden van natuurlijke grondstoffen.

Bekijk het volgende filmpje van SchoolTV.


Hieronder zie je een aantal producten.
Welke grondstof is gebruikt voor het maken van het product?

Spijkerbroek
Benzine
Plastic
Brood
Verf
Waterleiding
Krant
Baksteen

Leg uit dat de winning van natuurlijke grondstoffen negatieve effecten op het milieu kan hebben.

Stap 2: Milieuvervuiling

De productie van goederen en diensten kan nadelige gevolgen hebben voor het milieu.
Je kunt verschillende vormen van milieuvervuiling onderscheiden:

  • luchtvervuiling
  • watervervuiling
  • bodemvervuiling
  • horizonvervuilling

Weet je wat wordt bedoeld met horizonvervuiling? Nee? Zoek het dan op.

Bedrijven kunnen tijdens het produceren rekening houden met het milieu.
Ze kunnen bijvoorbeeld een waterzuiveringsinstallatie of een luchtfilter plaatsen.
Dat heeft dan wel extra kosten tot gevolg en die extra kosten kunnen er toe leiden,
dat er minder producten verkocht worden. Kun je dat uitleggen?

Stap 3: Linfen, China

Volgens een rapport van de Wereldbank liggen 16 van de 20 meest vervuilde steden in China.
De lijst wordt aangevoerd door de Chinese stad Linfen.
De luchtkwaliteit in deze stad is zo slecht,
dat één dag rondlopen in Linfen gelijk staat aan het roken van drie pakjes sigaretten.

Bekijk de onderstaande video:


Lees nu tekst 1.

Tekst 1

In Linfen wonen 4.000.000 mensen die allemaal werken in de ...1... .
Als je de stad binnenrijdt kom je eerst langs een kilometers lange file van kolenvrachtwagens,
die de rest van China moeten voorzien van ...2... .
Steenkool is de belangrijkste energiebron in China.
De zware kolenindustrie in Linfen zorgt ervoor dat de stad continu gehuld is in een dikke laag ...3...
Natuurlijk heeft dit grote gevolgen voor de ...4... van de mensen die er wonen.
Maag- en ...5... gevallen zijn er aan de orde van de dag.

 

In de tekst ontbreken nog een aantal woorden.
Die woorden zie je hieronder. Selecteer de tekst uit de popup.
Plaats de tekst in een tekstdocument en vul de vijf ontbrekende woorden in.

a gezondheid
b kolen
c smog
d kolenindustrie
e leverkanker

Stap 4: Vervuilen/aantasten/uitputten

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je ook een onderdeel over vervuiling.
Bestudeer dit onderdeel.

KB: Vervuiling

Milieuverontreiniging kun je onderverdelen in uitputting, aantasting en vervuiling.
Bepaal samen met een klasgenoot voor de milieuproblemen hieronder of het gaat over uitputting,
vervuiling of aantasting.

1.
Een probleem is de illegale houtkap.
Door de illegale houtkap verandert het landschap met als gevolg dat er meer lawines en
overstromingen in het gebied voorkomen.

2.
De waterkwaliteit in veel gebieden is alarmerend.
Rioolwater en vervuild industriewater wordt in de rivieren en meren geloosd.

3
Er is een tekort aan water: de rivieren staan een groot deel van het jaar droog.
Boeren gaan grondwater gebruiken voor de landbouw.
Het grondwaterpeil is hierdoor in sommige gebieden wel 50 meter gezakt.

Hieronder zie je drie omschrijvingen.
Welke omschrijving past bij vervuiling?
Welke bij uitputting en welke bij aantasting?

1.
Het overmatig onttrekken van stoffen aan het milieu,
zonder dat het milieu zich voldoende kan herstellen.

2.
Stoffen aan het milieu toevoegen die niet in het milieu thuishoren.

3.
Verandering aan de omgeving waardoor het leefgebied (ecosysteem) verandert.

Stap 5: Eindproduct

Ter afsluiting van deze opdracht,
maak je samen met een klasgenoot een eindproduct over economie en milieu.
In het eindproduct moet duidelijk zijn,
dat het produceren van goederen negatieve effecten op het milieu kan hebben.

Jullie mogen zelf bedenken wat voor soort eindproduct jullie maken.
Kijk voor ideeën in de gereedschapskist van StudioVO

Klaar?
Laat jullie eindproduct beoordelen door jullie docent.
Bij de beoordeling wordt gelet op:

  • de inhoud: het eindproduct laat zien dat er duidelijke relatie is tussen economie en milieu.
  • de vorm: het eindproduct origineel is en met zorg gemaakt is.

Gereedschapskist

Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!

 

Begrippen

Fossiele energiebron
Energie uit organisch materiaal (dierlijke materie en/of (dode) planten) dat in eerdere geologische tijdvakken door fotosynthese is vastgelegd en sinds die tijd bewaard is gebleven. Bijvoorbeeld aardolie, steenkool en aardgas.
Vervuiling
Het brengen van schadelijke of andere ongewenste stoffen in onze leefomgeving.
 
Zure regen
Neerslag met een laag zuurstofgehalte die veroorzaakt wordt door allerlei vormen van industrie. Daarnaast dragen ook automobilisten bij aan het verzuren. De neerslag bestaat uit onder andere stikstofoxiden opgelost in regenwater.
Temperatuur
De mate van warmte (of kou) uitgedrukt in graden.
 
Atmosfeer
De lucht om de aarde die door zwaartekracht aan de aarde gebonden is.
 
Emissie
Uitstoot van bijvoorbeeld schadelijke stoffen met als gevolg vervuiling van de lucht.
Koolstofdioxide
In zuivere toestand een reukloos en kleurloos gas dat van nature in de aardatmosfeer voorkomt.
 
Stikstofoxide
Verzamelnaam voor verbindingen van stikstof en zuurstof. Deze ontstaan bij alle vormen van verbranding op hoge temperatuur.

Voetafdruk

Vooraf

De hoeveelheid bruikbare grond die iemand verbruikt, noem je zijn ecologische voetafdruk. Als ieder mens op aarde een even groot stuk bruikbare grond zou krijgen, zou ieder mens een voetafdruk van drie voetbalvelden hebben. Dat is echter niet zo...
In deze opdracht staat de ecologische voetafdruk centraal.

Bekijk het volgende filmpje:



Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • het begrip ecologische voetafdruk omschrijven.
  • minimaal drie factoren noemen die invloed hebben op de grootte van iemands voetafdruk.


Eindproduct
Je berekent in deze opdracht je eigen ecologische voetafdruk.
En je maakt een lijstje met factoren die veel invloed hebben op de grootte van je ecologische voetafdruk.

 

Activiteiten

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1   Alleen + samen Filmpje over de ecologische voetafdruk kijken opdrachten maken.
Stap 2 Alleen Je eigen ecologische voetafdruk berekenen.
Stap 3 Alleen + samen Bij verschillende categorieën bedenken welk gedrag invloed heeft op de grootte van je voetafdruk.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 1 uur nodig.

Stap 1

Ecologische voetafdruk
Bekijk onderstaande Engels filmpjes over de ecologische voetafdruk.


De ecologische voetafdruk vergelijkt de beschikbare ruimte met het verbruik.

Video: Mondiale voetafdruk

Opdracht:
Beantwoord onderstaande vraag.

Mondiale voetafdruk Duurzaam consumeren
Verspilling van voedsel is een vorm van energieverspilling. Dat doen we allemaal. Door duurzaam te consumeren sparen we het milieu. Iedereen veroorzaakt uitstoot van het broeikasgas CO2 door de gewone dingen te doen, zoals het huis verwarmen, in bad gaan, het gebruik van elektrische apparaten of bijvoorbeeld met je brommer of in een auto te rijden. Van de ...1 … kilo voedsel die elke Nederlander jaarlijks koopt gaat zo’n 10% ongebruikt de vuilnisbak in. Het loont de moeite om dat te voorkomen, want we gooien geld en energie weg! Verspilling van voedsel is een vorm van energieverspilling. Het produceren, verpakken, koelen en vervoeren van voedingsmiddelen kost namelijk energie. Gooi je één kilo voedsel weg, dan gooi je in feite een …..2 … liter benzine aan energie in de prullenbak! Door duurzaam te consumeren sparen we het milieu. Ieder mens gebruikt een gedeelte van de ruimte op aarde. Hoeveel ruimte hangt af van iemands consumptie. Met behulp van de mondiale voetafdruk, kortweg “voetafdruk”, zijn we in staat om met een getal uitgedrukt in hectares aan te geven hoeveel oppervlakte aarde per persoon dat is. Als alle bruikbare ruimte op aarde verdeeld wordt over alle mensen en we geven de natuur voldoende ruimte om te overleven, dan is er voor elke bewoner gemiddeld …. 3 ….hectare beschikbaar. Als je de voetafdrukken van verschillende landen naast elkaar legt, zal je al snel één ding opvallen: de voetafdruk van de rijke landen is veel groter dan die van de arme landen. Als iedereen op aarde zou leven als de gemiddelde Noord-Amerikaan, dan zouden we vier extra wereldbollen nodig hebben!

    1. 300
    2. 1600
    3. 600
    4. 900
       
    1. hele liter
    2. anderhalve liter
    3. halve liter
    4. tweeëneenhalve liter
       
    1. 1,8
    2. 1,6
    3. 1,18
    4. 8,1

De ecologische voetafdruk vergelijkt de beschikbare ruimte met het verbruik.

Beschikbare ruimte
Om de totale hoeveelheid beschikbare ruimte te kunnen berekenen, moet je kijken naar de landschappen op aarde die mensen kunnen gebruiken.
Er worden soms zes soorten bruikbaar landschap onderscheiden: bos, weiland, akkerland, visgrond, bouwgrond en 'energieland'. Welke producten leveren de verschillende landschappen op?

Opdracht:
Verbruik
Wat bepaalt het verbruik? Welke factoren bepalen, volgens jou, of je een grote of een kleine ecologische voetafdruk hebt? Schrijf samen met een klasgenoot zoveel mogelijk factoren.

Stap 2

Bereken je eigen voetafdruk
Je kunt op verschillende websites je ecologische voetafdruk berekenen.
Bereken eerst je ecologische voetafdruk op de site van duurzaamheidinactie.nl

Opdracht:
Vul de antwoorden op de vragen zo nauwkeurig mogelijk in.
Als je een antwoord niet weet, kies dan voor een gemiddeld antwoord.
Wat is je score? Is je score hoger of lager dan de gemiddelde score in Nederland.

Je kunt je voetafdruk ook berekenen op de site het Wereld Natuur Fonds.
Hoeveel aardbollen heb jij nodig?

Beantwoord de 23 vragen. Hoe is je score bij deze test?
Is je score hoger of lager dan bij de test op duurzaamheidinactie.nl.
Vergelijk de tests met elkaar. Lijken de vragen op elkaar?
Zijn er duidelijke verschillen?
Spelen de factoren die jullie in stap 1 bedacht hadden een rol bij het bepalen van de voetafdruk?

 

Stap 3

Wat bepaalt de grootte van je voetafdruk?
Als je kijkt naar de vragen die worden gesteld om je voetafdruk te berekenen,
zou je die vragen kunnen indelen in de volgende categorieën.

  • Eten en drinken
  • Kopen van kleding
  • Vervoer
  • Vakantie
  • In en om huis

Opdracht:
Neem deze categorieën over.
Noteer bij iedere categorie welk gedrag invloed heeft op de grootte van je voetafdruk.

Klaar?
Bespreek de grootte van je voetafdruk met een klasgenoot.
Welk gedrag bepaalt hoe groot jullie afdruk is?
Hoe zou jij dat kunnen beïnvloeden? Noem twee voorbeelden.

Broeikaseffect

Vooraf

De temperatuur op aarde wordt steeds een beetje hoger.
Dat lijkt je misschien een fijn idee, maar de gevolgen zijn erger dan je denkt.

In deze opdracht kijk je naar de gevolgen van de opwarming van de aarde als gevolg van het broeikaseffect.

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • het begrip versterkt broeikaseffect omschrijven.
  • een oorzaak en een gevolg van het versterkt broeikaseffect noemen.

Eindproduct
Je maakt een cartoon of spotprent met als titel 'Deventer aan zee'.
In de cartoon laat je op een humoristische manier zien wat de gevolgen zijn van een stijging van zeespiegel voor een stad die nu niet aan zee ligt.

Wat weet je al over het broeikaseffect?
Overleg met je klasgenoot.

Video: CO2 en het broeikaseffect

Vraag:
CO2 is een gas en is overal om ons heen. Het is namelijk een vast bestanddeel van de ..1... Toen de aarde nog niet zo lang bestond, was er veel meer CO2 in de atmosfeer dan nu. Al het groen dat op aarde is gaan groeien zoals ..2.. hebben heel veel CO2 opgenomen en opgeslagen. De bomen gebruiken de energie uit de CO2 om te groeien. Als de bomen worden gekapt en verbrand komt al die vastgelegde CO2 weer vrij in de atmosfeer. Samen met andere gassen, zoals ..3.., zorgt CO2 ervoor dat de warmte van de zon op aarde goed wordt vastgehouden en het niet te koud wordt. Het maakt van onze aarde eigenlijk een grote broeikas. Maar door het vrijkomen van steeds meer CO2 door ..4.. wordt het broeikaseffect steeds meer versterkt. Daardoor stijgt de temperatuur op aarde, smelt het poolijs en stijgt de zeespiegel.

  1. Waterdamp en methaan
  2. Atmosfeer
  3. Verbranding
  4. Planten, algen en bomen

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Je docent zal bij de beoordeling letten op:

  • de inhoud: gaat de cartoon over de stijging van zeespiegel?
  • de inhoud: is de cartoon humoristisch?
  • de originaliteit: is de cartoon verrassend?
  • de vormgeving: is de cartoon netjes vormgegeven?

Activiteiten

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1   Alleen Video's bekijken en vragen beantwoorden over de opwarming van de aarde.
Stap 2 Alleen Informatie opdoen op de website van 'flood.firetree.net'.
Stap 3 Alleen Cartoon 'Deventer aan zee' maken.


Benodigdheden

  • een papier
  • (kleur) potloden

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1: Opwarming van de aarde

Opdracht:
Bekijk op de website van schooltv het filmpje over het broeikaseffect.

Video: Wat is het broeikaseffect

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je ook een onderdeel over het broeikaseffect.
Bestudeer alleen dat gedeelte.

KB: Het broeikaseffect

In onderstaand filmpje zie je wat de invloed van de opwarming van de aarde op het leven op de Noordpool kan zijn.

Video: Pinguïns en het broeikaseffect

Ook in Nederland gaan wij het merken als de aarde opwarmt.
Bekijk het filmpje hieronder.

Video: Nederland en het broeikaseffect

Opdracht:
Opwarming van de aarde
De inhoud van de filmpjes kun je omschrijven met onderstaande zinnen.
De zinnen staan nog niet in de goede volgorde.

In welke volgorde vertellen de zinnen een logisch verhaal?
De eerste zin (zin A) staat al goed.

  1. Het broeikaseffect maakt leven op aarde mogelijk.
  2. Door een toename van CO2 in de dampkring blijft er meer warmte hangen in de dampkring.
  3. Eén van de broeikasgassen is CO2.
  4. Het broeikaseffect wordt veroorzaakt door broeikasgassen in de dampkring.
  5. Door een stijging van de zeespiegel kan een deel van Nederland onder water komen te staan.
  6. Doordat mensen veel energie opwekken, komt er veel CO2 vrij.
  7. Hierdoor neemt de temperatuur toe en stijgt de zeespiegel.

De goede volgorde is: A - .... - .... - .... - .... - .... - ....

Stap 2: Hoe snel stijgt het water?

Als de temperatuur op aarde stijgt, stijgt de zeespiegel. Dat is zeker. Hoe snel dat zal gaan wet niemand precies. De ene wetenschapper heeft het over millimeters per jaar. Anderen praten over enkele of zelfs tientallen centimeters. Het is moeilijk te meten, omdat het zeespiegelniveau sowieso op elk moment anders is. Het is ook niet helemaal duidelijk hoe snel de opwarming van de aarde gaat. Als het ijs op Groenland smelt, zou de zeespiegel met ongeveer 7 meter stijgen, denkt men.

Hogere temperaturen, een sneller stijgende zeespiegel, nattere winters, heftigere buien en kans op drogere zomers. Daar moeten we volgens de KNMI, in de toekomst in Nederland rekening mee houden.
Een nieuw ijskapmodel uit juni 2017 van het KNMI laat als worst case scenario een zeespiegelstijging in Nederland door het smelten van de ijskappen van zo’n drie meter in het jaar 2100 zien, en misschien wel zes tot acht meter in het jaar 2200. We weten niet precies welke gevolgen dat heeft voor Nederland.

Op de website van flood.firetree.net/ kun je zien welke delen van de wereld onder water komen te staan bij verschillende stijgingen van de zeespiegel.

Opdracht:

  • Ga naar de website http://flood.firetree.net/ .
  • Zorg dat je Nederland in beeld hebt.
  • Stel links bovenaan de stijging van de zeespiegel in.
    Begin met een stijging van de zeespiegel van 7 m.
  • Bekijk bij verschillende stijgingen van de zeespiegel,
    welke delen van Nederland onder water komen te staan.

Houd jij het nog droog in de toekomst?

Stap 3: Eindproduct

Raadpleeg eerst de gereedschapskist hieronder.
Een cartoon of een spotprent is een humoristische afbeelding.
In veel cartoons spelen bekende personen een belangrijke rol.
Maar een cartoon kan ook een komische situatie weergeven.

Je gaat een cartoon maken met als titel 'Deventer aan zee'.
Je mag Deventer eventueel ook voor een je eigen woonplaats vervangen.
In de cartoon moet duidelijk zijn wat de gevolgen van de stijging van de zeespiegel zijn voor een stad als Deventer.

Cartoon maken

Een cartoon is een spotprent, oftewel een humoristische tekening.

 

Begrippen

Broeikaseffect
Het vasthouden van warmte van de zon door de atmosfeer.
Versterkt broeikaseffect
Het versterken van het vasthouden van de zonnewarmte door de atmosfeer door de mens.
Broeikasgas
Gassen die warmte van de zon opnemen en dit weer uitstralen.

 

 

Duurzaamheid

Vooraf

De term duurzaamheid hoor je tegenwoordig vaak. Duurzaam bouwen, duurzaam eten, duurzame kleding, duurzaam ondernemen, duurzame visserij, enz. Wat betekent dit eigenlijk? Dat is de vraag die in deze opdracht centraal staat.

Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • het begrip duurzaamheid omschrijven.
  • drie voorbeelden van fossiele brandstoffen geven.
  • drie voorbeelden van duurzame grondstoffen/duurzame energiebronnen noemen.

Eindproduct
Jullie maken een eindproduct over ‘duurzaamheid’. Jullie mogen zelf bedenken wat voor soort eindproduct jullie maken. In het eindproduct wordt duidelijk wat wordt bedoeld met duurzaamheid en wat het gebruik van hulpbronnen en energiebronnen daarmee te maken heeft.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Jullie eindproduct wordt beoordeeld op:

  • de inhoud: het eindproduct laat zien wat wordt bedoeld met duurzaamheid.
  • de vorm: het eindproduct is origineel en is met zorg gemaakt.

Activiteiten

Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit

Stap 1      
Alleen + samen Bespreken met een klasgenoot wat wel en wat niet duurzaam is.
Stap 2 Alleen Filmpjes over ijzererts en aardolie kijken en van een aantal grondstoffen en energiebronnen bepalen of ze uitputbaar, onuitputbaar of vernieuwbaar bij verstandig gebruik zijn.
Stap 3 Alleen Filmpje over biomassa kijken, kennisbank over duurzame energiebronnen bestuderen en vragen beantwoorden.
Stap 4 Alleen + samen Tekst lezen en bespreek met klasgenoot.
Stap 5 Samen Een vorm van duurzaamheid kiezen, daar een eindproduct over maken en door de docent laten nakijken.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap1

Duurzaam

Er zijn vele definities van de term duurzaam.
Een ervan is: 'duurzaamheid is de mate waarin een samenleving in staat is in haar eigen behoeften te voorzien zonder toekomstige generaties de kans te ontnemen in hun behoeften te voorzien' ofwel `niet meer natuurlijke hulpbronnen gebruiken dan dat er bijkomen, zodat mensen ze ook in de toekomst nog kunnen gebruiken’.

Hieronder wordt iets over de productie van een aantal goederen verteld.
Geef per productieproces aan of het volgens jou wel of niet duurzaam is.

  • Voor de productie van kozijnen wordt hardhout uit Brazilië gebruikt.
  • Kartonnen dozen worden gemaakt van gerecycled papier.
  • Voor de productie van één kilo kipfilet is 4300 liter water nodig.
  • Uit één boom worden 15 pakken A4-papier gemaakt.
  • Als je in de winter aardbeien eet, zijn die afkomstig uit Egypte of Israël.
  • Gerecycled plastic wordt gebruikt voor de productie van vuilniszakken.

Opdracht:
Bespreek je antwoorden met een klasgenoot.
Zijn jullie het met elkaar eens? Praat met elkaar over de verschillen.

Stap2

Duurzame hulpbronnen
Voor de fabricage van producten die je dagelijks gebruikt zijn grondstoffen en energie nodig.
IJzererts is een voorbeeld van zo'n grondstof en aardolie wordt gebruikt voor de opwekking van energie.
Bekijk onderstaande clips van de site van schooltv.

Video: IJzererts

Video: Aardolie

Hulpbronnen worden soms ingedeeld in uitputbare hulpbronnen en onuitputbare hulpbronnen.
Soms is de grens tussen deze twee soorten hulpbronnen niet zo duidelijk.
Het ligt er aan hoe je met de hulpbron omgaat.

Opdracht:
Hieronder zie je een aantal grondstoffen en energiebronnen.
Zijn ze volgens jou uitputbaar, onuitputbaar of vernieuwbaar bij verstandig gebruik?

IJzererts
Vis
Katoen
Hout
Tarwe
Regenwater
Windenergie
Aardolie
Bodemwarmte

Stap3

Duurzame energie
Veel van onze energie komt van fossiele brandstoffen, zoals aardolie, gas en kolen.
Het kan ook anders.
Kijk naar de volgende filmpjes op schooltv.

Video: Zonne en windenergie in Nederland

De vraag naar elektriciteit neemt toe. Er worden steeds meer windmolens en zonnepanelen gebouwd om alle huishoudens in Nederland op een duurzame manier te kunnen voorzien van elektriciteit.

Video: Kunnen we volledig leven van de zon

De zon is een bron van energie en warmte. Met behulp van zonnepanelen zou iedereen in Nederland de benodigde stroom op kunnen wekken. Maar dat doen we nog niet. In Europa lopen we erg achter met het opwekken van zonnestroom. Op Ameland geven ze het goede voorbeeld, daar streeft men naar 100% zonne-energie.

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je ook een onderdeel over duurzame energiebronnen.
Bestudeer dit onderdeel.

KB: Duurzame energiebronnen

Beantwoord de volgende vragen.

 

Toets:Biomassa

Stap 4

Duurzaam
De term duurzaamheid hoor je tegenwoordig vaak.

  • duurzaam bouwen, duurzaam eten, duurzame kleding, duurzaam ondernemen
  • Duurzaam vissen, enz.

Kies één van deze onderwerpen uit of bedenk zelf nog een andere vorm van duurzaamheid.
Over dat onderwerp gaan jullie een eindproduct maken.
Jullie mogen zelf kiezen wat voor soort eindproduct jullie maken.
In het eindproduct vertellen jullie iets over de grondstoffen die worden gebruikt, over de productiemethoden en over het transport van de grondstoffen en het eindproduct.

Gebruik de gereedschapskist om te zien welke manier je wilt gebruiken om je eindproduct vorm te geven!


Klaar?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent. Jullie eindproduct wordt beoordeeld op:

  • de inhoud: het eindproduct laat zien wat wordt bedoeld met duurzaamheid.
  • de vorm: het eindproduct is origineel en is met zorg gemaakt.

Gereedschapskist

Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!

 

Begrippen

Duurzame energie
Energie uit hernieuwbare energiebronnen.
Zonne-energie
Energie opgewekt vanuit de kracht van de zon.
Windenergie
Energie opgewekt uit wind.
Waterkracht
Het benutten van stromend of vallend water om energie op te wekken.
Stuwdam
Een obstakel in een rivier waarachter een stuwmeer ontstaat.
Biobrandstof
Het opwekken van energie uit biomassa.
Aardwarmte
Op zeer grote diepte (vanaf 500 meter) zit bruikbare aardwarmte. IJsland gebruikt deze voor verwarming.
Bodemwarmte
Halen we tot 100 meter diepte uit de bodem, en wordt gebruikt voor verwarming van woningen, gebouwen en bijvoorbeeld kassen.
Waterstof
Met elektriciteit kan waterstof uit water gemaakt worden (elektrolyse).
Duurzaamheid
Niet meer natuurlijke hulpbronnen gebruiken dan dat er bijkomen, zodat mensen ze ook in de toekomst nog kunnen gebruiken.
Hulpbronnen
De natuurlijke rijkdommen van onze planeet, zoals delfstoffen, water en lucht.

 

 

Afsluiting

Inleiding

Je hebt alle opdrachten gemaakt. Tijd voor de afsluiting.
Je gaat samen met een klasgenoot een poster maken met als titel 'Milieuvriendelijk gedrag'.

Op je poster komen tekstjes en afbeeldingen met voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag.
Op je poster komt ook minimaal één voorbeeld,
waaruit blijkt dat de overheid milieuvriendelijk gedrag stimuleert.

Stap 1

Milieuvriendelijk gedrag

Als je consumeert, produceer je afval. Afval vervuilt het milieu.
Milieuvriendelijk gedrag is gedrag dat erop gericht is de afvalberg niet te groot te laten worden.

Bekijk de volgende clip op SchoolTV:

Verzamel nu samen met een klasgenoot zoveel mogelijk voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag
en tips voor het verkleinen van je voetafdruk.
Verdeel de voorbeelden en tips over de volgende categorieën:

 

  • Eten en drinken
  • Kopen van kleding
  • Vervoer
  • Vakantie
  • In en om huis

Stap 2

De overheid

De overheid neemt allerlei maatregelen die bijdragen aan duurzaamheid.
Het beleid van de overheid is er op gericht om milieuvervuilende productie tegen te gaan en milieuvriendelijk gedrag te stimuleren.

Vormen van milieubeleid door de overheid zijn:

  • het heffen van milieubelasting op vervuilende activiteiten.
  • het verbieden van milieuverontreinigende producten of productiemethoden.
  • het stimuleren van milieuvriendelijk gedrag.

Bespreek samen tot welke vormen van milieubeleid de volgende voorbeelden horen:

  • subsidie geven op het laten isoleren van woningen.
  • het verbod op gloeilampen.
  • het (extra) laten betalen voor het ophalen van restafval.
  • voorlichting geven over carpoolen.

Stap 3

Eindproduct

Kies minimaal vijf voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag.
Kies voorbeelden uit verschillende categorieën (wonen, kleding, voedsel, reizen, .....).
Zoek bij ieder voorbeeld een of enkele passende afbeeldingen.
Schrijf bij ieder voorbeeld ook een kort tekstje (maximaal 3 regels).

Maak met afbeeldingen en tekstjes een poster met als titel 'Milieuvriendelijk gedrag'.

Klaar?
Laat je poster beoordelen door je docent.
Bij de beoordeling wordt gelet op:

  • de inhoud: de poster bevat minimaal vijf voorbeelden van milieuvriendelijk gedrag.
  • de vorm: de poster origineel is en met zorg gemaakt is.

Poster maken

Op een informatieve poster kun je laten zien wat de belangrijkste delen van de lesstof zijn. Ook kun je weergeven hoe bepaalde delen zich tot elkaar verhouden.

 

  • Het arrangement Thema: Milieu vmbo BB2 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2018-09-11 15:18:55
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie.

    Het thema 'Duurzaamheid' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.

    Fair Use
    In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Meer informatie: Fair use

    Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 2; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 1; VMBO gemengde leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 2; VMBO basisberoepsgerichte leerweg, 2;
    Leerinhoud en doelen
    Mens en maatschappij;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    10 uur en 0 minuten
    Trefwoorden
    leerlijn, rearrangeerbare

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content M&M. (2019).

    Thema: Milieu - vmbo12

    https://maken.wikiwijs.nl/62167/Thema__Milieu___vmbo12

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Biomassa

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.