Wat is een levensbeschouwing?
Wat is levensbeschouwing?
Stelling
|
Wat denk je?
|
Wat zou jij doen?
|
1. Je weet dat je klasgenoot, jouw beste vriend(in), regelmatig gepest wordt.
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
2. Je buurman is thuis met een gebroken been. Hij kan de deur niet uit om boodschappen te doen.
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
3. Je vindt een splinternieuwe telefoon.
De telefoon die jij zo graag wilde hebben!
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
4. Je weet dat je broer/zus elke avond stiekem afspreekt met zijn/haar vrienden.
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
5. Beide ouders werken fulltime. Jij bent om half 3 vrij. Je merkt dat je moeder tot ’s avonds laat met het huishouden bezig is.
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
___________________
___________________
___________________
___________________
___________________
|
Mandala ontwerpen en kleuren
Wat is een mandala? 
Mandala betekent letterlijk magische cirkel. Het woord stamt uit het Sanskriet. Een mandala is een cirkelvormige, symmetrische afbeelding met daarin andere symmetrische afbeeldingen, maar het is veel meer dan dat. De mandala is een symbool en een symbool verwijst naar een verborgen inhoud die men niet meteen herkent. Daardoor kan de mandala een middel zijn om kennis over te dragen, of men zich daarvan bewust is of niet. Door de mandala in gedachten binnen te gaan kan men kennis over zichzelf verwerven. Maar natuurlijk is een mandala ook gewoon mooi om te zien en te maken. Vooral het laatste werkt meditatief, en verschaft grote zelfkennis. Je kunt de mandala dus in feite zien als een soort plattegrond van ons menselijk bewustzijn. Daarom wordt het tekenen van mandala’s vaak als therapie voorgeschreven.
Op zich lijkt een mandala makkelijker te maken dan hij is. Zeker als je hem zo symmetrisch mogelijk wilt maken. Alles wat getekend wordt vanuit een cirkelomtrek en weer terug, kan een mandala worden. Het werkelijke middelpunt van een cirkel is een punt. De punt symboliseert eenheid, heelheid, volmaaktheid en is bijna in alle vormen het symbool voor het Goddelijke. De punt is het begin van alles.
Oorsprong
De mandala vindt zijn oorsprong in het de oosterse religies boeddhisme en hindoeisme. Hoewel de mandala van oorsprong Oosters is, heeft het zijn wortels in bijna iedere cultuur. In veel oude culturen komen we het gebruik van de cirkel tegen. Ook als symbool voor de zon, de wereld en de kosmos. Op allerlei rotstekeningen, graven en muren vinden we de cirkel als symbool. Over de hele wereld zijn er dan ook mandala's te vinden. De Indianen hebben het medicijnwiel, het Oosten heeft het Yin-Yang teken en de Kelten hebben hun Keltische knopen en vlechtwerk. Vooral deze laatste zijn erg populair in de vorm van tatoeages en sieraden.
De Aboriginals tekenen mandala-achtige vormen in het zand om met hun voorouders in contact te komen. In het Westen zijn de prachtige roosvensters in de Gotische kerken en kathedralen te bewonderen. In de Islamitische wereld is het verboden om levende wezens uit te drukken en om toch uitdrukking te geven aan gevoelens ontstonden er o.a. veel prachtige mandala’s. Ook in de natuur zijn er ontelbare voorbeelden van mandala's te vinden. Soms denken we niet meteen aan een mandala, maar ze zijn het wel. Enkele bekende natuurlijke mandala’s zijn: de doorsnede van vruchten, bloemen, spinnenwebben, slakkenhuizen, vogelnestjes, ijskristallen, wervelwinden, onze hersenen, de kosmos, de planeten, kristallen, atomen, etc..
De cirkel heeft door de eeuwen heen een bijzondere plaats ingenomen in de symboliek en is het meest bekende geometrische symbool dat er is. Ook in de architectuur, kunst en rituelen is en wordt de cirkel veelvuldig toegepast.
Meditatief
De meeste bekende mandala’s zijn de Boeddhistische mandala's uit Tibet en India. Daar is de mandala een belangrijk middel is om zich te concentreren bij het mediteren, maar hij wordt ook gebruikt bij de inwijding van Boeddhistische monniken. Meestal worden ze door Boeddhisten met gekleurd zand gemaakt. Deze zandmandala's worden al eeuwen lang volgens vaststaande regels gemaakt en is een actieve vorm van meditatie. Als de mandala klaar is wordt hij ritueel teruggegeven aan de aarde door het zand in een stromende rivier te gooien. Het maken van de mandala is een oefening in onthechting, het gaat om de weg die je volgt en niet om het eindresultaat.
Zelf een mandala maken
- Op een a4 papier teken je met je passer een cirkel die precies op het papier past (dus zo groot mogelijk)
- In deze cirkel teken je vervolgens heel licht nog drie cirkels die hetzelfde middenpunt hebben. Dit zijn hulplijnen.
- Vervolgens ga je met je passer en je geodriehoek er lijnen intekenen zodat je een regelmatig patroon in de cirkel krijgt.
- Wanneer je mandala af is kleur je hem mooi in.

mandala maken en kleuren
Teken zelf of kies een mandala uit om in te kleuren.
Leg uit waarom je juist deze mandala hebt gemaakt of gekozen.
Je mag hier maximaal 2 lesuren aan werken.
Je mag gebruik maken van potlood of kleurpotloden of stiften en zorgt dat je die bij je hebt wanneer we aan deze opdracht werken.
Levensboek maken
Levensboek
Voor deze opdracht ga je verhalen schrijven over je familie en over jezelf.
In de onderstaande opdrachten lees je hoe je dit moet gaan aanpakken.
Het is de bedoeling dat je uiteindelijk een mooi boek(je) maakt, met illustraties / foto’s.
TIP: Vraag je ouders, opa’s, oma’s, tantes, buren etc. naar informatie en gebruik baby- of fotoboeken van vroeger
Alle hoofdstukken mag je natuurlijk voorzien van foto’s of andere documenten/herinneringen. Zorg wel dat het een LEESboek(je) wordt en niet alleen een fotoboek.
Inleiding
Voornaam, achternaam, klas, datum, foto.
Hoofdstuk 1: Verleden: Waar kom ik vandaan?
Hoofdstuk 1: Verleden: Waar kom ik vandaan?
Maak een familie-stamboompje :voor- en achternamen van jezelf tot en met je overgrootouders(4 generaties)
Beschrijf je levensgeschiedenis tot nu toe (gebeurtenissen en ervaringen, die mijn leven hebben beïnvloed, hoogtepunten en dieptepunten (bijv: geboorte, lagere school, sportverenigingen, vrienden en vriendinnen, woonplek , vakanties etc).
Voorbeelden van een stamboom




Hoofdstuk 2: Heden: Hoe gaat het mij op dit moment in het leven?
Gebruik de volgende onderwerpen om je verhaal te kunnen schrijven:
- Wat zijn voor mij belangrijke data. (bijv: verjaardagen, familiedagen, sterfdagen, godsdienstfeesten etc)
- Bij welke groepen voel ik mij thuis (biiv. gezien, familie, vrienden, sportvereniging, clubs etc)
- Waarover kan ik mij erg boos maken( kwaad om worden) en waar wordt erg blij van (GEEF VOORBEELDEN)
- Welke muziek/gedichten/boeken vind ik (erg) mooi of word ik stil van.
- Wat zou mijn lijfspreuk of motto kunnen zijn (zoek eventuueel op Goolge onder LOESJE en leg je keuze uit.
Hoofdstuk 3: toekomst
Gebruik de volgende onderwerpen om je verhaal te schrijven:
- Wat wil ik later worden ( mijn beroepskeuze en waarom ik dat beroep zou willen uitoefenen wat ik er allemaal voor over heb om mijn doel te bereiken)
- Mijn toekomstbeeld als het gaat om mijn leven. Waar, met wie en hoe woon ik.
- Waar ik het meest bang voor ben en/of wat ik verschrikkelijk zou vinden
- Mijn toekomstbeeld als het gaat om de wereld waarin ik leef hoe de wereld er volgens mij uit zou moeten zien wat er dan allemaal zou moeten veranderen en welke bijdrage ik (samen met andere mensen) hieraan zou kunnen leveren.
Hoofdstuk 4: slotwoord
De ontmoeting
De ontmoeting
Ik werk alleen of samen met .................... (naam)
Ontmoeting met ....................
Ik of wij hebben deze persoon uitgekozen omdat :
Plaats en datum van de "ontmoeting":
Jij of eventueel met je maatje gaat met iemand praten die voor jullie groepje bijzonder is. Sommige mensen ontmoeten iemand op school, anderen gaan naar iemand toe. Na de ontmoeting gaan jullie een presentatie over de ontmoeting voorbereiden. Aan het eind gaan jullie de ontmoette personen aan elkaar presenteren en wat jullie gezien en geleerd hebben.
Wat gaan jij/jullie doen?
- Wie willen proberen te ontmoeten en waarom.
- 15 vragen bedenken die jullie willen stellen.
- Afspreken waar en wanneer de ontmoeting plaats vindt .
- afspreken wie er foto ('s) maakt
- Afspraken maken over de te maken powerpointpresentatie.
TON HGN
7. Helpen, wie helpt
8. vluchtelingen
9. levensvragen
10. Zes groepen levensvragen
11. Leerdoelen
- Je hebt kennis gemaakt met de zes groepen levensvragen
- Je hebt inzicht in het gegeven dat iedere levensbeschouwing (voorlopige) antwoorden geeft op de zes groepen levensvragen (kernvragen)
- Je hebt heeft inzicht in het gegeven dat de werkelijkheid vanuit verschillende 'kijken' benaderd kan worden
- Je hebt inzicht in het gegeven dat levensbeschouwing een steeds veranderend proces is
- Je hebt inzicht in het verschil tussen een persoonlijk en een gemeenschapplijke levensbeschouwing
- Je hebt kennis gemaakt met verschillende gemeenschappelijke levensbeschouwingen
12. Inleiding
Je maakt allerlei soorten zaken mee in het leven. Je sport, je zit op school, je hebt thuis een familie, een gezin en huisdieren, vrienden en vriendinnen en ga zo maar door. Over al deze zaken kun je levensvragen hebben en krijgen. Levensvragen zijn bijzondere vragen, je hebt namelijk je levensvisie nodig om er antwoord op te geven. Alle levensvragen zijn verdeeld over zes groepen levensvragen. De zes groepen levensvragen hebben allemaal een kernvraag.
De zes kernvragen zijn:
- Wat is belangrijk in het leven?
- Wie is de mens?
- Hoe leven mensen met elkaar samen?
- Wat is de betekenis van lijden en dood?
- Wat is tijd?
- Wat is de natuur?
De twee lessen gaan we de zes kernvragen verkennen. Dit doe je door verschillende opdrachten te maken. Voor deze opdrachten maak je een wordbestand aan. Deze sla je op in je map voor LEVO op je computer. Je maakt deze opdrachten individueel, maar je mag uiteraard soms ook met je klasgenoten overleggen.
13. Opdrachten
1. Wat is belangrijk in het leven?
Wat is belangrijk in het leven? Dat is de eerste groep levensvragen die we gaan behandelen. Levensvragen die je hierbij kunt bedenken zijn:
Hoe belangrijk is vriendschap voor jou?
Geloof jij in God?
Draait alles om geld in het leven?
Vind ik mijn vriendje of sport belangrijker?
Mensen over de hele wereld proberen antwoorden te vinden op dit soort vragen. Als iemand voor zichzelf een antwoord heeft gevonden op deze vraag dan noemen we dat een standpunt. Een ander woord voor standpunt is mening of visie. Het mag duidelijk zijn dat niet iedereen dezelfde mening of visie heeft op de vraag wat belangrijk is in het leven.
Naast de persoonlijke mening of visie van mensen is er ook nog een gemeenschappelijke mening of visie. Bijvoorbeeld in een levensbeschouwing. Zo hebben de religies christendom en islam als visie dat je op moet komen voor je medemens. Het humanisme vindt de eigen verantwoordelijkheid van de mens heel belangrijk.
Samengevat:
Een antwoord op deze levensvraag wordt een standpunt, mening of visie genoemd. Dit antwoord kan persoonlijk maar ook gemeenschappelijk zijn. Bijvoorbeeld in religies.
Opdracht 1:
We gaan oefenen met het herkennen van de levensvragen die bij de kernvraag: 'Wat vind ik belangrijk in het leven?' horen. Hieronder staan drie oefeningen. Schrijf de antwoorden in een word-documentje. (Vergeet het bestandje niet op te slaan!!!)
1a. Wat vinden Fat Joe en Lil Wayne belangrijk in het leven? Wat vind jij daar van?
1b. Wat vinden deze man en vrouw belangrijk in het leven? Wat vind jij daar van?
1c. Zoek zelf een filmpje wat aangeeft wat jij belangrijk vindt in jouw leven.
2. Wie is de mens?
En dat is nu precies de volgende levensvraag wie is de mens?
Deze vraag stellen mensen niet alleen over elkaar maar ook over zichzelf. Wat voor karakter heb ik? Ben ik meegaand of drijf ik graag mijn eigen zin door? En wat ook belangrijk is, wat voor mens wil ik eigenlijk zijn?
Levensvragen die je hierbij kunt bedenken zijn:
Ben ik een klier?
Hoe zien andere mensen mij?
Waarom word ik zo snel boos?
Wie is de mens? Wie ben je zelf? Waarin zijn mensen hetzelfde? Wat voor mens wil je zijn? Daar gaat bij deze groep vragen over.
Opdracht 2:
Maak de onderstaande testjes. Vertel van elke test de uitslag. Geef aan of jij het daar wel of niet mee eens bent en waarom.
Test: Ben jij geduldig? en Ben jij bot?
Leerling, havo/vwo, deel 1, Hoofdstuk 1, paragraaf 3 zes groepen levensvragen
3. Hoe leven mensen met elkaar samen?
Iedereen is vrij
Mijn vriendin Olga heeft moeite met hoe nieuwe Nederlanders zich in Nederland gedragen. Ze vindt dat ze zich onvoldoende aanpassen, zoals andere kleding dragen, geen Nederlands praten, meisjes die niet hun eigen huwelijkspartner kunnen kiezen, enzovoorts. Olga vindt dat de overheid strenger moet zijn voor deze mensen.Ik vind dat nieuwe Nederlanders zich aan de Nederlandse wet moeten houden. Dat moet iedereen. Maar voor de rest moet iedereen in Nederland vrij kunnen zijn. Iedereen mag doen en laten wat hij wil. De een laat zijn haar groeien, de ander scheert zich kaal en een derde draagt een hoofddoek. Dat moet kunnen want we leven in een vrij land. Sommige van hun waarden en normen kunnen voor ons een voorbeeld zijn, zoals de manier waarop veel jongeren met hun ouderen omgaan. Jongeren in Nederland kijken neer op ouderen en hebben er geen respect voor. Bij nieuwe Nederlanders is dat vaak anders, beter. Op een aantal punten kunnen wij veel leren van mensen met een buitenlandse achtergrond, en op een paar punten kunnen nieuwe Nederlanders veel leren van ons.
Overal waar mensen samenleven, worden levensvragen gesteld. Als mensen vanuit verschillende culturen samen gaan leven dan krijg je vanzelf levensvragen krijgen over de kernvraag: hoe moeten mensen met elkaar samenleven?
Voorbeelden van de levensvragen die voortkomen uit deze groeps levensvragen zijn;
- Vertel je je grootste geheimen aan je beste vriendin?
- Mag je discrimineren?
- Moeten wij hulp geven aan mensen in arme landen?
- Hoe kunnen we het best met elkaar samenleven?
- Is democratie beter dan een koninkrijk/monarchie?
Opdracht 3:
A: Zoek of schrijf een gedicht over samen leven.
B: Leg uit waarom je dit gedicht hebt gekozen (minimaal 50 woorden).
4. Wat is de betekenis van lijden en dood?
Eén van de ergste dingen die leerlingen kunnen overkomen is gepest worden. Dit voelt voor personen alsof ze er niet toe doen, soms gaat het zo ver dat leerlingen het leven niet meer zien zitten en zichzelf dood maken. Als je een dergelijke ervaring meemaakt ga je jezelf levensvragen stellen. Waarom wordt ik gepest? Waarom pesten mensen? Waarom doet pesten zo een pijn? Dit zijn levensvragen die voortkomen uit de groeps levensvragen; wat is de betekenis van lijden en dood?
Met lijden bedoelen we de negatieve gevoelens die mensen kunnen hebben naar aanleiding van bepaalde ervaringen. Het gaat dan om gevoelens als onvrede, pijn, onmacht en teleurstelling. Een belangrijk onderscheid is dat tussen lichamelijk - en geestelijk lijden. Een voorbeeld van lichamelijk lijden is de pijn die je voelt als je je knie stoot. Bij geestelijke pijn kun je denken aan het verliezen van een goede vriend of vriendin door een ongeluk.
Lijden en dood horen bij de mens, niemand ontkomt eraan. We krijgen in ons leven allemaal te maken met lijden, verdriet en dood. Daaruit vloeien levensvragen voort waar we geen antwoord op kunnen vinden.
Ook binnen de grote levensbeschouwingen tref je antwoorden aan op vragen over lijden en dood. Zo ziet een moslim lijden en dood vaak als een beproeving van Allah. Christenen geloven dat er eens een tijd komt waarin er geen lijden meer zal zijn. Een christen noemt dat het Rijk van God.
De vragen die voortvloeien uit ervaringen van lijden en dood vallen onder de groeps levensvragen; wat is de betekenis van lijden en dood?
Opdracht 4.
Bekijk het filmpje hierboven en beantwoord de onderstaande vragen.
a. Wat is het verschil tussen direct en indirect pesten?
b. Hoeveel procent van de jongeren pest zelf?
c. Wat zijn de gevolgen als je vaker gepest wordt?
d. Iedereen vindt dat pesten niet goed is. Waarom denk jij dat er dan toch nog gepest wordt?
5. Wat is tijd?
Typ in youtube eens de volgende termen in:
apocalypse
armageddon
Je zult zien dat je filmpjes krijgt die allemaal gaan over het einde van de wereld gaan. Het einde van de wereld is een thema wat in veel gemeenschappelijke levensbeschouwingen terug komt. Zo geloven christenen en moslims dat de wereld een keer ophoudt te bestaan en de gelovigen dan dichter bij God zullen leven. Hindoes en boeddhisten geloven dat er geen begin en geen eind bestaat. Elke levensbeschouwing heeft weer een ander antwoord op de groep levensvragen; wat is tijd? Vragen over verleden, heden of toekomst vormen samen de vijfde groep levensvragen: de vragen over tijd.
Enkele voorbeelden van vragen over tijd zijn:
Waar kom ik vandaan?
Hoe is de wereld ontstaan?
Waarom gaan leuke momenten zo snel voorbij?
Is er leven na de dood?
Zal er ooit een einde aan de wereld komen?
Bekijk en beluister op You Tube een aantal iedjes van Stef Bos
5. Schrijf zelf een gedichtje over tijd (minimaal 10 regels)
6. Wat is de natuur?
De laatste groep levensvragen gaat over de kernvraag: wat is natuur? Onder natuur verstaan we alles wat niet is gemaakt door de mens. Oerwouden, dieren, planten, de zee en ga zo maar door. Bij het zien en ervaren van de natuur, bijvoorbeeld tijdens een lange wandeling op vakantie stellen mensen zichzelf vragen over de natuur. Bijvoorbeeld;
Waarom is de natuur toch zo mooi?
Hoe moeten we omgaan met de natuur?
Is de natuur door (een) God geschapen?
Ook op een ander gebied bestaan er levensvragen over de natuur. Denk aan bijvoorbeeld de dieren. Op dit moment gaan we nogal respectloos om met dieren. Ook ervaringen met dieren roepen levensvragen bij ons op, denk aan vragen als;
Waarom eten we zoveel vlees?
Waarom zorgen we zo slecht voor dieren?
Is er een verschil tussen huisdieren en vee?
Is de mens een dier of staat hij daarboven?
B: Hoeveel aardbollen is er voor jouw levenstijl nodig? Wat vind je daarvan?
C:Hoe denk jij dat het komt dat de mens niet goed voor de aarde zorgt?
13. Opdrachten
Check of je alle opdrachten hebt gemaakt!!
De opdrachten maak je in een worddocument. Sla dit bestand op in je mapje: Levensbeschouwing.
Heb je nog geen mapje gemaakt, maak deze dan nu nog aan.
Vergeet het bestandje niet op te slaan!
Opdracht 1:
1a. Wat vinden Fat Joe en Lil Wayne belangrijk in het leven?
Wat vind jij daar van?
1b. Wat vinden deze man en vrouw belangrijk in het leven?
Wat vind jij daar van?
1c. Zoek zelf een filmpje wat aangeeft wat jij belangrijk vindt in jouw leven.
Opdracht 2:
Maak de testjes.
Vertel van elke test de uitslag.
Geef aan of jij het daar wel of niet mee eens bent en waarom.
Opdracht 3:
Zoek of schrijf een gedicht over samen leven. Leg uit waarom je dit gedicht hebt gekozen (50 woorden).
Opdracht 4.
Bekijk het filmpje beantwoord de onderstaande vragen.
a. Wat is het verschil tussen direct en indirect pesten?
b. Hoeveel procent van de jongeren pest zelf?
c. Wat zijn de gevolgen als je vaker gepest wordt?
d. Iedereen vindt dat pesten niet goed is. Waarom denk jij dat er dan toch nog gepest wordt?
Opdracht 5:
Bekijk en beluister een aantal filmpjes van Stef Bos op You Tube.
Schrijf zelf een kort gedichtje over tijd (minimaal 10 regels)
Opdracht 6:
Hoeveel aardbollen is er voor jouw levenstijl nodig? Wat vind je daarvan?
Hoe denk jij dat het komt dat de mens niet goed voor de aarde zorgt?