Maatwerk voor nieuwkomers met behulp van ict

Maatwerk voor nieuwkomers met behulp van ict

Welkom

Welkom bij het stappenplan
'Maatwerk voor nieuwkomers
met behulp van ict'

 

Doel

 

 

Dit stappenplan is bedoeld voor nieuwkomersscholen die effectief devices willen inzetten om maatwerk te kunnen bieden aan leerlingen. Onder nieuwkomersscholen verstaan we azc-scholen, taalscholen, taalklassen en reguliere scholen die opvang bieden aan nieuwkomers.

Doorloop

 

 

Dit stappenplan is circulair opgebouwd, waardoor je regelmatig kunt bekijken in welke implementatiefase jouw school zich momenteel bevindt en welke vervolgstappen mogelijk zijn. De test vormt de basis van het stappenplan. Op basis van jouw huidige situatie kun je vervolgens het stappenplan doorlopen en aan de slag gaan met fase Plan, Do, Check of Act. Informatie over het werken volgens de PDCA-cyclus, de randvoorwaarden van het Vier in balans-model en voorbeelden van andere nieuwkomersscholen zijn elk moment te raadplegen.

Duur




De tijdsinvestering voor dit stappenplan hangt af van de implementatiefase van ict waarin jouw school zich bevindt. Voor een korte inventarisatie van deze fase en inspiratie geldt ongeveer een uur. Indien je echt aan de slag gaat met de stappen van de PDCA-cyclus loopt deze tijdsinvestering op naar enkele dagen.


Voor vragen kun je contact opnemen met Boudien Bakker
via b.bakker@lowan.nl of 0652858732.

PCDA-cyclus

De test op de volgende pagina vormt de basis van dit stappenplan. Het stappenplan is opgedeeld in vier concrete stappen volgens de PDCA-cyclus. De PDCA-cyclus is een model dat besturen, scholen en teams helpt het implementatieproces van ict in het onderwijs goed te doorlopen, door de fasen Plan, Do, Check, en Act te omschrijven en uit te voeren.

Afhankelijk van de fase waarin jouw school zich bevindt, ga je naar de stappen Plan, Do, Check, of Act. De PDCA-cyclus is een circulair model, waarbij inzet van devices in de loop van plannen, uitvoeren, evalueren, bijstellen en plannen wordt bekeken. Deze cyclus kan variëren in duur, het is echter gebruikelijk om een visie, doelen en plan te ontwikkelen voor 3-4 jaar.

Stappen

In de stappen vind je de volgende informatie:

1. PLAN: Wat wil je bereiken? Dit staat centraal in de Plan-fase van de PDCA-cyclus. Met behulp van dit hoofdstuk ontwikkel en formuleer je een visie en plan op het gebied van ict in het onderwijs.

2. DO: In de Do-fase van de PDCA-cyclus leer je om meer uit inzet van ict in nieuwkomeronderwijs te halen door aandacht te besteden aan de pijlers deskundigheid, leermiddelen & toepassingen en ict-infrastructuur.

3. CHECK: Met behulp van deze set vragen kun je inzet van ict in jouw school evalueren en kom je erachter of de activiteiten en opgestelde doelen op elkaar aansluiten.

4. ACT: In deze laatste stap kom je er aan de hand van een aantal vragen achter of je je plan voor de volgende cyclus (varierend van 1 tot 4 jaar) wilt bijstellen of behouden.

Test jouw school

Voor scholen die ict willen inzetten in het onderwijs aan nieuwkomers maakte Kennisnet samen met ervaringsdeskundigen dit stappenplan en de bijbehorende test. Beantwoord 25 vragen en ontdek in welke implementatiefase van ict jouw school zich bevindt: Plan, Do, Check of Act. Per fase vind je advies over het inzetten van ict in het nieuwkomersonderwijs en voorbeelden van hoe je dat kunt aanpakken.

 

Test:Bereid je voor op de inzet van ict

Ter inspiratie: Haarlem

Hoe het onderwijs met ict voor nieuwkomers precies gestalte krijgt, verschilt per school. Laat je inspireren door collega-scholen, zoals op deze en de hierop volgende pagina. Deze scholen vertellen je niet alleen hun succesverhalen, maar ook hun valkuilen, tips en trucs.

 

Klanken

De Internationale Taalklas in Haarlem is een school waarop alle leerlingen welkom zijn die uit de omgeving komen, nieuw zijn in Nederland en tussen 4-12 jaar zijn. Elke dag beginnen er nieuwe leerlingen op deze school.

De leerlingen leren elke dag klanken aan. Ze leren lezen, en nieuwe woorden in het Nederlands en zinnen maken. Iedere leerling heeft een programma op zijn eigen niveau. Ze leren veel taal binnen thema's. Iedere maand staat een ander thema centraal. Denk aan de natuur en dieren, de school of het lichaam.

Het is heel belangrijk dat een leerling zich goed, veilig en gerespecteerd voelt op school. Als een leerling goed in zijn vel zit, dan komt hij tot leren. Om dit te bereiken, organiseert de school onder meer veel groepsactiviteiten. Op deze school zitten leerlingen uit meer dan 60 verschillende landen. Zij leren veel van en over elkaars cultuur. Daarbij ziet de school een kans in gebruik van ict om beter te kunnen differentiëren.  

Differentiatie en ict

In onderstaande video vertelt Marieke Postma over differentiatie en ict in het nieuwkomeronderwijs:

Ter inspiratie: Luttelgeest

De Wissel geeft les aan kinderen van het asielzoekerscentrum en nieuwkomers in Nederland. Zij gaan voor een goede vertrouwde basis. De leerlingen krijgen een stevige basis in Nederlandse taal aangeboden en ook de Nederlandse cultuur neemt in de dagelijkse onderwijspraktijk een grote plaats in.


Volwaardig en veilig

De school doet er alles aan om de kinderen voor te bereiden op een volwaardige plek in de Nederlandse maatschappij. Veiligheid en vertrouwen spelen naast de Nederlandse taal en cultuur een grote rol. Het leren kan pas beginnen als de leerlingen, die allemaal een andere achtergrond, een ander verhaal en een ander schoolverleden hebben, zich veilig voelen.

Het team is er volledig op ingespeeld om de leerlingen zo snel mogelijk een veilige basis te bieden, zodat het leren van de Nederlandse taal en cultuur direct kan starten. De Wissel vindt het gebruik van ict belangrijk om te zorgen dat leerlingen op een zelfstandige, veilige manier in de zone van naaste ontwikkeling kunnen leren.

Invoering tablets

In onderstaande video vertelt Sandra van der Tempel over de invoering van tablets op AZS De Wissel in Luttelgeest:

1. PLAN


In de planfase stel je een plan op met daarin een visie op onderwijs en ict. Hoe verbind je de visie van de school op onderwijs aan de inzet van ict? Welke ambities wil je bereiken? Hoe ga je dat doen?

 

Doorvertalen

In je plan houd je rekening met eventuele kaders die als randvoorwaarde aan het proces zijn opgelegd, bijvoorbeeld de begroting. Definieer elke ambitie precies aan de hand van bepaalde doelstellingen of normen.

Het is van belang dat een school haar visie op onderwijs doorvertaalt naar de andere drie pijlers van het Vier in balans-model (deskundigheid, inhoud en toepassingen, ict-infrastructuur). Hierbij gaat het erom dat een schoolbestuur weet waar de school staat op deze gebieden, en welke veranderingen er nodig zijn om de opgestelde visie te realiseren.

Onderstaande video laat zien dat de wereld continu in verandering is. Een belangrijke vraag die hierbij speelt is: Wat hebben leerlingen nodig voor het leven, leren en werken in de toekomst? Het formuleren van een toekomstgerichte visie op onderwijs en ict is één van de vier randvoorwaarden om tot effectieve inzet van ict te komen.

Instrumenten

Ten slotte is het van belang dat een school de opgestelde visie vertaalt naar de praktijk. Hiervoor reiken we instrumenten aan: zoals de Ict-puzzel voor het onderwijs, SMART doelen formuleren, en het Implementatie- en investeringsplan.

Onderwijsdoelen opstellen


​Zes nieuwkomerscholen hebben onderwijsdoelen geformuleerd die impact hebben op de inzet van ict. Op deze pagina bespreken we ze in het kort.

 

Onderwijsdoelen

1. Als school willen we differentiatie toepassen zodat we kunnen werken in en aansluiten op de zone van naaste ontwikkeling van elk kind dat zich daardoor zelfstandig kan ontwikkelen op het eigen startniveau, tempo, diepgang en interesse.

2. Als leerkracht wil ik beschikken over een compleet beeld van de voortgang/ontwikkeling van elk kind zodat we kunnen werken in doorlopende leerlijnen met aansluiting tussen het specifieke taalonderwijs voor nieuwkomers en het ‘reguliere’ onderwijs en ik kan (blijven) aansluiten op de naaste zone van ontwikkeling van het kind.

3. Als school willen we kinderen laten werken binnen een betrouwbare, ‘onzichtbare’ ict-infrastructuur zodat leerplezier, zelfredzaamheid, veiligheid en voortgang van leerlingen geborgd is zonder dat ze de leerkracht (voortdurend) nodig hebben.

In gesprekken met de deelnemende scholen kwam daarnaast naar voren dat het voor leraren en schoolleiding van belang is dat leerlingen uit het nieuwkomersonderwijs worden voorbereid op het leven in de maatschappij, en zij zich hier zelfstandig in kunnen redden en doorontwikkelen. Deze wensen sluiten aan bij regulier primair onderwijs, waar momenteel veel aandacht wordt besteed aan 21ste eeuwse vaardigheden, en aan de rol van leerlingen in de maatschappij. In deze visies staan ontwikkeling en veiligheid van leerlingen centraal.

Sandra van der Tempel van De Wissel in Luttelgeest: "Wij hebben een visie hier op school. Deze visie is eigenlijk stichtingsbreed. We vinden het belangrijk dat alle kinderen in aanraking komen met ict in brede zin, dat ze weten wat ze met ict kunnen doen. Daarbij zou ict ook ondersteunend moeten zijn in het leerproces, en zou het zelfstandig werken mogelijk moeten maken."

Marieke Postma van de Internationale Taalklas in Haarlem: "Wij willen graag aan de slag met ict  om te zorgen dat kinderen meer op hun eigen niveau kunnen werken. In het nieuwkomeronderwijs zijn zoveel verschillende type leerlingen: geletterd in het Latijnse schrift, een ander schrift, of niet-geletterd. Ict kan hen maximale ondersteuning bieden."

Visie opstellen

​De ‘Ict-puzzel voor het onderwijs’ is een model dat bestaat uit 3 pijlers (onderwijs, middelen, organisatie) met elk 8 bouwstenen. Samen vormen die bouwstenen het fundament van een doordachte inzet en implementatie van ict in het onderwijsproces.

 

Strategisch plan

Een goede inzet van ict vereist dat je als school bepaalt:

  • wat je met onderwijs wilt bereiken (onderwijs);
  • wat je daarvoor inzet (middelen);
  • op welke manier je dit inzet en organiseert om het resultaat in het onderwijsproces terug te zien (organisatie).

In een strategisch plan zoals het implementatie- en investeringsplan onderwijs en ict formuleert een school hoe die de in de visie opgestelde inzichten en doelstellingen kunt bereiken. Voor deze plannen zijn doorgaans het bestuur of de schoolleiding verantwoordelijk. Zorg er dus voor dat het bestuur of de schoolleiding betrokken is bij het maken van de visie.

Drie stappen

Stap 1 - Pols binnen het schoolbestuur en de school wie deel wil nemen aan een sessie met de ict-puzzel. Zorg dat in de uiteindelijke groep sowieso een combinatie van directie (bestuurder/schoolleider), ict-coördinatoren en leerkrachten aanwezig zijn. Kies iemand uit die de sessie wil organiseren. Deze persoon kan hier de benodigde informatie vinden om een sessie te organiseren.

Stap 2 - Maak een dagdeel vrij om de ict-puzzel te leggen om tot een gedeelde visie over ict in het onderwijs te komen. Hierbij bepaalt de groep in het programmaonderdeel 'Van zicht naar inzicht' bepalen welke bouwstenen relevant zijn en komt tot een gedeelde visie. In het tweede programmaonderdeel 'Van inzicht naar inzet' brengt de groep prioritering aan en maakt plannen om tot inzet te komen. De groep sluit af met een evaluatie over verloop van de sessie en de uitkomsten. Dit doen ze onder leiding van een gespreksleider.

Stap 3 - De afspraken en prioritering die uit de sessie met de ict-puzzel komen, zijn ingrediënten voor het formuleren van SMART-doelen en een gedegen plan van aanpak.

Van visie naar plan van aanpak

Een visie op onderwijs en ict is stap 1. De volgende stap is de visie te vertalen naar de praktijk.

 

SMART

Stel je hebt deze visie opgesteld binnen school: Wij willen op maat onderwijs aanbieden met behulp van devices, zodat onze leerlingen zelfstandiger en beter voorbereid op de 21ste eeuw in de maatschappij terecht komen. Dit is een mooie visie, maar nog erg lastig te vertalen naar de praktijk. Om deze reden is het belangrijk om SMART-doelen te formuleren, die zijn afgeleid van de visie.

SMART houdt in:

  • Specifiek
  • Meetbaar
  • Acceptabel
  • Realistisch
  • Tijdgebonden

Strategisch plan

In een strategisch plan zoals het implementatie- en investeringsplan onderwijs en ict formuleer je hoe je de in de visie opgestelde inzichten en doelstellingen kunt bereiken. Dit doe je door een inventarisatie te maken van de huidige en gewenste situaties, en de activiteiten, personen en middelen die nodig zijn om deze verandering te bewerkstelligen.

Een strategisch plan heeft veel voordelen. Bijvoorbeeld een betere coördinatie, resultaat normen voor controle van voortgang, en het voorzien van veranderingen. Daarbij is een strategisch plan overdraagbaar. Voor de continuïteit en kwaliteit van ict-inzet is het goed om een strategisch plan voor 4 jaar te maken.

Implementatie- en investeringsplan

Het implementatie- en investeringsplan onderwijs en ict is bedoeld om schoolbesturen op weg te helpen bij het vastleggen van een strategisch meerjarenbeleid over ict-inzet, waarbij gebruikt wordt gemaakt van instrumenten zoals het Vier in balans-model en de PDCA-cyclus.

Klaar voor de volgende fase?

Onderstaande test geeft je inzicht in waar je staat. Heb je een visie op onderwijs en ict geformuleerd, en heb je een praktische vertaalslag naar doelen gemaakt? Of zijn er nog onderdelen die je beter kunt uitwerken? Doe de test, en kom erachter of je door kunt naar de volgende stap van de PDCA-cylus.

Test:Plan-fase

2. DO

​In de do-fase vinden alle uitvoerende activiteiten van het proces plaats. Denk aan het verdelen en uitvoeren van taken en het registreren van de voortgang. De opgestelde visie, doelen en het plan uit de vorige fase vormen hierbij het uitgangspunt.

 

Naast visie is het van belang om ook aandacht te schenken aan de andere drie pijlers van het Vier in balans-model, namelijk deskundigheid, inhoud en toepassingen, en ict-infrastructuur. In dit hoofdstuk vind je praktische tips, voorbeelden en verwijzingen naar publicaties die je helpen om ook deze pijlers op orde te brengen.

Het Vier in balans-model is afkomstig uit de Vier in balans-monitor

Wees 'ict-bekwaam'

​In de do-fase vinden alle uitvoerende activiteiten van het proces plaats. Denk aan het verdelen en uitvoeren van taken en het registreren van de voortgang. De opgestelde visie, doelen en het plan uit de vorige fase vormen hierbij het uitgangspunt.

 

Competentieprofiel

Het is belangrijk dat je als leraar in het nieuwkomeronderwijs over genoeg kennis en vaardigheden beschikt om goed onderwijs te kunnen bieden aan leerlingen. Uit gesprekken met de betrokken scholen blijkt dat het zorgen voor een veilig leerklimaat en het op maat kunnen aanbieden van leerstof belangrijke vaardigheden zijn. Een volledig competentieprofiel voor leraren NT2 vind je in het competentieprofiel Docent Nederlands als tweede taal.

Ict-competenties

Hieronder staan enkele competenties die belangrijk zijn als je ict goed wilt inzetten in de klas en in de school:

  1. Didactische competentie - Als leraar NT2 heb je voldoende didactische en vakinhoudelijke kennis en vaardigheden om een krachtige leeromgeving tot stand te brengen.

  2. Pedagogische competentie - Geef op een bezielende manier leiding, schep een vriendelijke coöperatieve sfeer en zorgt voor een open communicatieve leeromgeving. Schep een veilig klimaat in de klas en bevorderd de emancipatie van de leerlingen.

  3. Organisatorische competentie - Zorg voor een overzichtelijke, ordelijke, taakgerichte en stimulerende sfeer en wees systematisch in het bijhouden en ordenen van gegevens.

Ben je daarnaast ook in staat om deskundig ict in het onderwijs in te zetten? Dan ben je ict-bekwaam. Met ict-bekwaamheid bedoelen we de vaardigheden die nodig zijn om tot goede inzet van ict te komen. Ict-bekwaamheid biedt je ondersteuning bij differentiatie en bij het registreren en volgen van de taalontwikkeling van je leerlingen. Vier bekwaamheidsgebieden zijn belangrijk om ict-bekwaam te kunnen handelen in de klas en in de school:

Inzet van devices en digitale toepassingen biedt nieuwe mogelijkheden. Maar het kan soms ook uitdagend zijn om in te zetten. Wil je ict goed inzetten? Dan is het belangrijk dat je technologie op een didactische wijze weet in te zetten in een leersituatie. En dat je je pedagogische vaardigheden gebruikt om het gesprek te voeren over gebruik van social media.

Ook veilig en verantwoord werken en communiceren met ict in de organisatie is een belangrijk onderdeel van ict-bekwaamheid. Tenslotte is professioneel gebruik van ict en uitwisseling met collega’s essentieel om effectief ict in te zetten in de klas en de school.

Aan de slag met ict-bekwaamheid

Effectieve inzet van ict staat of valt bij het vakmanschap van jou als leraar. Daarom is het belangrijk dat je je op individueel niveau en in teamverband bezighoudt met ontwikkeling van ict-bekwaamheid. Meer informatie over de bekwaamheidsgebieden leersituatie, digitale geletterdheid, organisatie en professionalisering vind je in de publicatie ‘Ict-bekwaamheid van leraren’. De directie kan deze publicatie ook gebruik om beleid op te stellen en gestructureerd aan de slag te gaan met dit onderwerp. Ondertussen kun je ook al zelfstandig of samen in je team aan de slag door onderstaande middelen te raadplegen:

  • Aanpak IBP. Dit is een workshop die geschikt is voor directies en teams die aan de slag willen gaan met privacy en veiligheid, of die hier gewoon meer over willen weten.

  • Mediawijsheid. Dit is een workshop die bestaat uit verschillende modules (bijvoorbeeld ‘Vluchtelingen’). De workshop laat zien hoe je met beeldvorming om kunt gaan.

  • Informatievaardigheden. Dit is een workshop waarin je leert omgaan met de enorme hoeveelheid informatie door gebruik van media en ict en hoe je dit kunt vertalen naar goede lessen.

  • TPack-model en –spel. Om aan de slag te gaan met devices in de klas is het belangrijk om te weten op welke technologie je het beste kunt gebruiken in een leersituatie. T-pack combineert technologie, inhoud en didactiek om tot een betekenisvolle inzet van ict in de klas te komen.

  • Weten wat werkt-kaarten. Deze kaarten zijn geschikt om met vaardigheden van het bekwaamheidsgebied leersituatie aan de slag te gaan. In de kaarten staan wetenschappelijke onderzoeken centraal, zodat je weet wat werkt als om ict-inzet in de les gaat.

  • Onze les is een app van Stichting Leerkracht die ondersteuning biedt in professionalisering. Je kunt daar ook zelf mee aan de slag door feedback te geven op elkaars functioneren.

Tips van ervaringsdeskundigen

In een schoolteam zijn er altijd leraren die meer of minder affiniteit en ervaring hebben met het gebruik van devices in de klas en zich dus minder vertrouwd voelen met de inzet ervan. Enkele tips van de betrokken scholen om leraren meer bekwaam te maken:

  • Zorg voor goede voorbeelden in het team
  • Vertel wat goed gaat en wat beter kan
  • Breng de vaardigheden van teams in kaart met behulp van matrices of gesprekken
  • Maak duidelijke afspraken en verwerk deze in de standaard HR-cyclus en POP-gesprekken
  • Bespreek de inzet van devices periodiek zodat het belangrijk blijft (bijvoorbeeld door stand-up sessies)
  • Organiseer een inspiratiesessie waarin handige ict-toepassingen worden getoond
  • Geef feedback op elkaar
  • Durf te vragen

Digitaal leermateriaal

Wat weten we uit onderzoek over leermiddelen en ict-middelen in het nieuwkomeronderwijs? We laten je een korte inventarisatie met beschikbaar digitaal leermateriaal voor nieuwkomers zien. En, omdat het aanbod van digitaal leermateriaal NT2 beperkt is, leggen we uit hoe je zelfstandig materiaal kunt maken en delen.

 

Onderzoek

Wat zijn effectieve methoden om geïmmigreerde kinderen in het basisonderwijs Nederlands te leren? En welke ict-middelen kunnen daaraan bijdragen? Deze vragen zijn zeer relevant en heeft de Kennisrotonde recent beantwoord. Dit zijn de direct bruikbare tips die uit het verkorte antwoord volgen:

  • Wanneer leerlingen Nederlands als tweede taal leren, is het belangrijk dat leraren en ouders de opbouw van woordenschat in zowel de eerste als in de tweede taal maximaal ondersteunen.

  • Geanimeerde prentenboeken en digitale taalspelletjes zijn vormen van multimedia waarvan onderzoekers effecten hebben gevonden op de ontwikkeling van lees- en taalvaardigheden van NT2-leerlingen.

  • Belangrijke criteria bij het kiezen van een digitaal leermiddel voor een NT2-leerling zijn de motiverende werking en de kwaliteit van het programma en de inhoudelijke aansluiting tussen verschillende informatiebronnen (verbale en non-verbale elementen).

  • Digitale leermiddelen hebben het meest effect als leerlingen er meerdere keren mee werken en als een leraar of een andere volwassene het gebruik ervan monitort.

  • Beperk het gebruik van programma’s met veel interactieve opties voor NT2-leerlingen zoveel mogelijk.

De Kennisrotonde verwijst in haar onderzoek ook naar de ‘Handreiking effectieve digitale leermiddelen voor taal en Nederlands voor het primair en voortgezet onderwijs’. Hierin staat een uitgebreide lijst met toepassingen waarvan de effectiviteit door onderzoek is onderbouwd.

Digitaal leermateriaal

Op de volgende websites kun je digitaal leermateriaal vinden:

  • Op de LOWAN website staat een overzicht van veelgebruikte applicaties die op de tablets uit de pilot staan en getest worden.

  • Daarnaast staat bij  LOWAN een overzicht van lesmateriaal geschikt voor NT2-onderwijs.  Hier kun je echter (nog) niet filteren op digitaal materiaal of materiaal ‘geschikt voor tabletonderwijs’.

  • Op wikiwijs kun je zoeken op lesmateriaal voor Nederlands als tweede taal (onder meer zoekopties - Vakgebied - Nederlands als tweede taal).

  • Op Leefenleer.nl kun je digitaal leermateriaal vinden, waarbij veel verwezen wordt naar oefenen.nl.

Apps

Er zijn daarnaast ook veel apps beschikbaar die digitale werkvormen mogelijk maken die los staan van de taligheid van educatieve content en die kansen bieden op het gebied van digitale didactiek. Denk aan toepassingen voor het maken van quizzes, het toevoegen van content bij video’s of het maken van mindmaps:

Ter inspiratie is met een aantal experts in digitale didactiek een inventarisatie gedaan van apps en lesideeën die interessant kunnen zijn voor tabletonderwijs voor nieuwkomers.

Maken en delen

Omdat veel digitale leermiddelen talig zijn, is er nog onvoldoende aanbod van geschikt materiaal. Dit kun je opvangen door beschikbaar materiaal en lesideeën zoveel mogelijk te delen of desnoods zelf te ontwikkelen. Er bestaan diverse gratis en betaalde omgevingen specifiek voor het maken en delen van digitaal leermateriaal. Bijvoorbeeld:

  • Wikiwijs maken: gratis en open omgeving om leermateriaal te maken en te delen.

  • Gynzy software om zelf interactieve niet-talige digibord lessen maken.

  • EduApp voor het delen van apps en lesideeën.

  • ZuluBook is een tool om content en leerlijnen te maken of verrijken. Deze kan de contenteigenaar eventueel vermarkten.  

  • Symbaloo voor het maken en delen van lesplannen.

Let bij het zelf maken en delen van materiaal wel op auteursrechten. In de online brochure Auteursrecht en internet wordt duidelijk gemaakt wat je wel en niet mag doen.

Praktijkvoorbeeld

Vertel een prentenboek en laat je leerlingen er tekeningen bij maken. Film de leerlingen voor een groene wand (greenscreen) en laat ze het verhaal vertellen. De tekeningen kun je als achtergrond gebruiken:

De juiste toepassingen

Scholen binnen het nieuwkomeronderwijs maken vooral gebruik van reguliere leerlingvolg- en administratiesystemen. Uit gesprekken met nieuwkomerscholen blijkt dat deze reguliere systemen niet altijd werken, in verband met afwijkende groepsgrootte, het niveau van leerlingen en de regelmatige doorstroom naar vervolgscholen.


Dit hoofdstuk is met name interessant voor bestuurders, directieleden en (bovenschools) ict-ers. Hierin bespreken we eisen voor leermiddelen en toepassingen in de cloud in relatie tot privacy. Daarnaast besteden we aandacht besteed aan het opstellen van leermiddelenbeleid.

Leerlingvolgsysteem

LOWAN en de PO-Raad hebben een aanvullend digitaal leerlingvolgsysteem ontwikkeld voor het nieuwkomeronderwijs. Dit bestaat sinds april 2017.  Het systeem monitort resultaten van nieuwkomers op verschillende niveaus: leerling, groep, school en bestuur. De gegevens zijn eenvoudig over te dragen naar een vervolgschool. Het systeem monitort daarbij op leerlijnen en leerdoelen. De ontwikkelingen van iedere afzonderlijke leerling zijn op elk moment te bekijken.

Dit leerlingvolgsysteem kan een school naast andere systemen gebruiken, zoals Parnassys of Esis. Je hoeft gegevens niet afzonderlijk en opnieuw in te vullen. De gegevens zijn digitaal overdraagbaar: het systeem wisselt deze gegevens uit met het bestaande andere systeem. Dat maakt het eenvoudig om een overdracht te realiseren als een leerling van school wisselt.

Cloud en privacy

Scholen gebruiken bijna alle leer-, volg- en administratiesystemen vanuit de Cloud. De toepassing vanaf een server wordt dan op het internet aangeboden en gebruikt. Ook de digitale leermiddelen worden vrijwel allemaal op die manier benaderd.

De informatie die is opgeslagen in de systemen staan dus ook in de cloud, op servers van de leverancier. Dit vraagt om heldere afspraken over het eigendom en de toegang tot deze informatie. Vooral ook omdat de dossiers van leerlingen privacygevoelige informatie bevatten. Hiervoor dragen scholen de verantwoordelijkheid en zijn wettelijke verplichtingen van toepassing. Meer informatie over de voor- en nadelen van cloudcomputing is beschikbaar in sectie 1.1 van het Kennisnet Trendrapport 2016-2017.

Leermiddelenbeleid

In het nieuwkomeronderwijs is er een tekort aan geschikte digitale leermiddelen vanwege de taligheid van veel leermiddelen. De inzet van tablets zorgt voor een extra beperking omdat dit extra eisen aan leermiddelen stelt. Denk aan digitale beschikbaarheid en geschikt voor bediening via een (specifiek merk) tablet.

Daarbij zorgen licentiemodellen van digitale leermiddelen die berekend zijn op een vast bedrag per leerling per jaar voor een kostenprobleem. De kosten zijn soms driemaal zo hoog in verhouding tot het gemiddelde gebruik vanwege de hoge doorstroom van leerlingen in een nieuwkomersschool. Een school kan aan het begin van een schooljaar starten met bijvoorbeeld 90 leerlingen, dit loopt op tot 220 gedurende het schooljaar en eindigt met 120 leerlingen.

Landelijk niveau

Een gezamenlijk leermiddelenbeleid op landelijk niveau kan mogelijk uitkomst bieden om sturing te geven aan de markt. Richt je daarbij op de aspecten die besturen/scholen niet of moeilijk afzonderlijk met marktpartijen kunnen afspreken en/of op voorwaarden waarbij een verscheidenheid aan marktpartijen betrokken is. Voorbeelden van eisen die scholen voor nieuwkomersonderwijs gemeenschappelijk kunnen stellen aan leveranciers:

  • niet-talige ondersteuning van digitaal leermateriaal;

  • een variabel licentiemodel, waarbij je betaalt naar daadwerkelijk gebruik per leerling;

  • uitwisselbaarheid van voortgangsgegevens over diverse systemen volgens standaarden (dataportabiliteit). Ook in relatie tot het wisselen van school.

Bij het formuleren van basiseisen en wensen op het gebied van digitale leermiddelen kan het Programma van Eisen Sectorale Vraagsturing Leermiddelen input bieden om regie te voeren op en sturing te geven aan de markt. Al eerder is geconstateerd dat er onvoldoende aanbod is van geschikt digitaal leermateriaal voor onderwijs aan nieuwkomers. Omdat de markt klein is, blijft aanbod vanuit marktpartijen beperkt.

Er is op 31 januari 2017 een nieuwe versnellingsvraag toegekend om te komen tot meer geschikt digitaal leermateriaal voor nieuwkomers. Op 23 februari is er een advies gepubliceerd vanuit de Onderwijsraad waarin de overheid geadviseerd wordt om te investeren in deskundigheid en leermaterialen.  

Netwerkinfrastructuur

Bij de inzet van flinke aantallen nieuwe devices is het raadzaam na te gaan of de netwerkinfrastructuur in de school daarop aangepast moet worden. In het overzicht hieronder vind je de vijf 'netwerkschakels' die van belang zijn als je devices wilt inzetten om digitaal leermateriaal en toepassingen te gebruiken.

 

  1. (Persoonlijke) Devices zoals tablets, laptops en digiborden waarmee leraren gebruik kunnen maken van online leeromgevingen, administratiesystemen of digitaal leermateriaal.

  2. Het wifi netwerk op school verbindt de devices draadloos met het vaste schoolnetwerk. Op de plekken in school waar leerlingen werken met devices hangen access points waarvan het beheer centraal is ingericht.

  3. Het lokale, bekabelde netwerk binnen de school, ook wel LAN (local area network) genoemd, verbindt de access points en de vaste netwerkaansluitpunten binnen de school met bekabeling en switches.

  4. De internetverbinding (bijvoorbeeld Ziggo, KPN of XS4ALL) verbindt het lokale schoolnetwerk met het internet via een router waarop je kunt instellen welk netwerkverkeer de school in en uit mag.

De (draadloze) netwerkinfrastructuur

Zet je als school flinke aantallen nieuwe devices in? Dan is het verstandig om na te gaan of je de netwerkinfrastructuur in de school daarvoor moet aanpassen.

Omdat een dergelijke infrastructuur altijd maatwerk is, kun je deze check het beste
door een professionele marktpartij laten doen. De inzet van tablets zal niet snel directe impact op netwerkbekabeling hebben, maar natuurlijk wel op de draadloze verbinding (wifi) met het netwerk.

In de handreiking wifi lichten we uitgebreid toe waar een betrouwbare wifi installatie aan moet voldoen.

De internetverbinding

Een flink aantal devices met daarop digitale leermiddelen die alle gebruik maken van het internet zorgen voor een flinke extra belasting van de internetverbinding. In de handreiking externe internetconnectiviteit is onder andere een hulpmiddel opgenomen zodat je de benodigde capaciteit zelf kunt inschatten.

Houd daarbij ook rekening met de groei in de komende drie jaar. Samen met enkele andere adviezen (bijvoorbeeld de beveiliging van de verbinding, bandbreedtegaranties en afspraken over probleemoplossing) uit de handreiking kan de school zelf beoordelen of de huidige internetverbinding voldoet en met internetproviders in gesprek over wat er in de komende jaren nodig is en of zij dat kunnen bieden.

 

Devices

Meer informatie over devices, het lokale netwerk, de draadloze netwerkinfrastructuur (wifi) en de internetverbinding. Of het investeren in nieuwe technologieën: hoe kun je de toekomstvastheid ervan bepalen met behulp van de Hype Cycle en slim investeren met behulp van de Strategic Technology Map.

 

Keuzehulp

Omdat de focus in de pilot op de inzet van tablets ligt beperkt de scope van dit advies zich tot tablets. Deze keuze is ingegeven door de lage drempel van gebruik (kinderen snappen het meteen) en het eenvoudige beheer (werkt altijd, vraagt weinig (beheer)aandacht). Raadpleeg je zelf nog andere typen devices? Raadpleeg dan deze keuzehulp.

https://maken.wikiwijs.nl/userfiles/95a337d0a786848639e623bc53221bdefb89e608.jpg

Mobile Device Management

Het beheer van devices noemen we ook wel MDM, Mobile Device Management. Uit de gesprekken met scholen binnen het nieuwkomeronderwijs blijkt dat inrichting van het MDM cruciaal is. Om devices goed in te kunnen zetten is het zelfstandig kunnen selecteren en installeren van apps, en het kunnen uitschakelen van de schermen essentieel. Ook een simpele login van apps en digitaal leermateriaal is noodzakelijk in het nieuwkomeronderwijs.

Veel leerlingen in het nieuwkomeronderwijs kunnen nog niet goed lezen en schrijven. Een school moet hier rekening mee houden bij bijvoorbeeld wachtwoorden en beveiliging van devices. Sandra van De Wissel uit Luttelgeest vertelt in onderstaande video over haar ervaringen met beheer en het belang van een goede inrichting.

Gedeeld gebruik

Leerlingen delen de tablets omdat ze beperkt beschikbaar zijn. Hierdoor moet een school de voortgang en resultaten van leerlingen ‘buiten’ het device om vastleggen. De inrichting van de tablet moet gestandaardiseerd zijn om de inzet ervan voor de leraar te vereenvoudigen. Hierdoor zijn alle mogelijk benodigde toepassingen op elk device beschikbaar zijn en kan elke leerling een willekeurige device gebruiken.

De volgende tips zijn handig als je een tablet inzet:

Geef leerkrachten (eerder) tablets om zelf te leren en (leermiddelen) uit te proberen

Als de leerkrachten zelf ervaring kunnen opdoen met de tablets bevordert dat later een vlotte inzet in de klas. Een leraar-tablet biedt idealiter mogelijkheden om zelf nieuwe apps te installeren om nieuw interessant materiaal te kunnen uitproberen.

Beperk het aantal beschikbare applicaties op de leerlingtablets tot het minimaal benodigde, zodat de leerlingen niet afgeleid worden door een overdaad aan mogelijkheden.

Zorg voor kindbestendige koptelefoons

Aangezien het aanleren van de Nederlandse taal een belangrijk onderdeel is van nieuwkomers- onderwijs, is het goed om te beschikken over stevige koptelefoons.

Zorg voor kindbestendige bescherming van de devices

Voor tablets zijn stevige hoezen met een goede hoekbescherming belangrijk. Kies afhankelijk van het verwacht gebruik - leeftijd kinderen, ruimte, mate van toezicht - voor schokabsorberende siliconen randen en een extra kras- en waterbestendige laag voor het scherm.

Zorg voor een veilige opslaglocatie voor devices, liefst gecombineerd met opladen

Een set tablets vertegenwoordigt een flinke financiële waarde. Zorg dat je deze (buiten schooltijden) op een veilige plek kan opslaan. Dit is ook het uitgelezen moment om de batterij op te laden. Let daarbij op de extra belasting van de elektriciteitsvoorziening in de school om mbrandgevaar te voorkomen.

Zet Mobile Device Management (MDM) in voor klassenmanagement (leraar) en beheer (ICT-er)

MDM biedt ruime mogelijkheden voor het beheer van (mobiele) devices. Denk daarbij aan de automatische installatie/uitrol van nieuwe applicaties, wijziging van instellingen (onder andere beveiliging) en preventief onderhoud (bijvoorbeeld signaleren van ruimtegebrek of lege batterij).

Veel MDM-software biedt ook mogelijkheden die het klassenmanagement van de leerkracht ondersteunen. Denk aan app-locking (leerling kan alleen werken binnen 1 of meer apps of websites), het delen van schermen en andere werkvormondersteuning.

Het beleggen van het beheer van devices binnen het bestuur of de school biedt meer flexibiliteit dan als een externe partij dit uitvoert.

Toekomstbestendige technologie

Bepaal wat voor jouw organisatie het juiste moment is voor het toepassen van bepaalde technologie door gebruik te maken van de Hype Cycle. Kom tot een visie op en strategie voor de inzet van ict in het onderwijs bij bestuur en school met de Strategic Technology Map.

 

De Hype Cycle

De Hype Cycle is een instrument dat effectief in kaart brengt hoe een nieuwe technologie zich ontwikkelt van belofte tot geaccepteerd product. Het biedt een momentopname van de relatieve volwassenheid van technologie en het potentieel daarvan in de toekomst. Dit helpt beslissen wat het juiste moment is om technologie toe te passen binnen de organisatie. De risicoanalyse van technologie vindt plaats op basis van marktadoptie, (eerste) ervaringen, beschikbare kennis en onderzoek naar de effectiviteit.

Op de verticale as van de Hype Cycle is de verwachting van technologie van gebruikers uitgezet tegen de tijd op de horizontale as. Elke Hype Cycle onderscheidt fasen van ontwikkeling die elke technologie doormaakt, niet noodzakelijk lineair en ook niet in hetzelfde tempo. Bekijk het filmpje hieronder voor de volledige uitleg.

Strategic Technology Map

De STM is een hulpmiddel om gezamenlijk te komen tot een gedragen visie op en strategie voor de inzet van ict in het onderwijs bij bestuur en school. Het gesprek start met een onderwijsdoel waar iedereen al achter staat en waarbij ondersteuning van technologie wenselijk is. Zowel voor de persoonlijke betrokkenen als de school in het geheel.

Hieronder staat een filmpje van een STM die beschrijft wat de wenselijke technologie inzet voor nieuwkomeronderwijs is. Het filmpje is de samenvatting van een STM-sessie van de zes pilotscholen. Hierbij ook het schriftelijke verslag.

Klaar voor de volgende stap?

Met onderstaande test kom je erachter of de deskundigheid, leermaterialen en ict-toepassingen, en ict-infrastructuur genoeg op orde zijn in jouw nieuwkomersschool. En of je door kunt naar de volgende stap van de PDCA-cyclus. 

Test:Do

3. CHECK

​In de check-fase worden werkelijk behaalde resultaten vergeleken met de resultaten die gepland waren. Dit wordt gedaan door het plan van aanpak en de doelen tegen de voorlopige resultaten in de school te houden. De verschillen worden geëvalueerd en oorzaken van opgetreden verschillen achterhaald.

 

In dit hoofdstuk staat het controleren van zowel resultaten als proces centraal. Hoe verloopt de inzet van ict momenteel? Worden de geplande tussendoelen behaald en klopt de planning nog? Hoe wordt het gebruik van devices ervaren door het schoolteam?

Image result for evaluatie

Controleren

​In de check-fase worden werkelijk behaalde resultaten vergeleken met de resultaten die gepland waren. Dit wordt gedaan door het plan van aanpak en de doelen tegen de voorlopige resultaten in de school te houden. De verschillen worden geëvalueerd en oorzaken van opgetreden verschillen achterhaald.

 

Onderstaande test laat zien of je klaar bent om door te gaan naar de Act-fase, of dat je nog meer aandacht moet besteden aan het evalueren van de voorlopige resultaten en het proces.

Test:Check

4. ACT

De act–fase valt uiteen in twee delen; de re–act en de pro–act fase. Als de resultaten nog niet naar verwachting zijn dan kan je in de re–act fase bijsturen. Neem maatregelen om het oorspronkelijk geplande resultaat alsnog te behalen. Als je tevreden bent over de resulaten, dan kun je in de pro-act bekijken welke resultaten je wilt behouden en als basis wilt nemen voor een volgend plan.  

 

In de Act-fase bekijk je waar je staat na het uitvoeren van de plannen en het controleren van de voortgang. Ben je tevreden waar je nu staat? En sluit dit aan op de doelen die zijn opgesteld? De Act-fase is een periode van evaluatie en vormt de basis van innoveren. Dit komt omdat je actief kijkt welke resultaten gewenst zijn en welke je dus wilt behouden. Maar ook welke resultaten eigenlijk niet zo gewenst zijn of essentieel zijn.

Evaluatie van de overeenkomsten en verschillen tussen de opgestelde doelen en behaalde resultaten laten je zien welke dingen je wilt blijven doen in school, en welke niet. En welke resultaten je verder uit wilt werken voor de komende jaren. Op deze manier biedt de evaluatie van de Act-fase ook weer input voor de komende jaren, en voor opstellen van een nieuw plan in de Plan-fase van de volgende cyclus. De Innovatieversneller is een tool die je daarbij kan helpen.
 

Image result for innovatieversneller

Bijstellen of behouden?

De act–fase valt uiteen in twee delen; de re–act en de pro–act fase. Als de resultaten nog niet naar verwachting zijn dan kan je in de re–act fase bijsturen. Neem maatregelen om het oorspronkelijk geplande resultaat alsnog te behalen. Als je tevreden bent over de resulaten, dan kun je in de pro-act bekijken welke resultaten je wilt behouden en als basis wilt nemen voor een volgend plan.  

 

Test:Act

Meer weten?

Randvoorwaarden

Het Vier in balans-model van Kennisnet laat zien hoe scholen optimaal rendement kunnen halen uit de inzet van ict. Het model beschrijft de randvoorwaarden die met elkaar in balans moeten zijn om ict goed te gebruiken en zo de gewenste opbrengsten te bereiken.

 

Vier in Balans

Deze randvoorwaarden zijn:

  • Visie: een gedragen visie op onderwijs en ict.

  • Deskundigheid: alle medewerkers binnen een school moeten beschikken over de benodigde competenties om ict goed in te zetten. Dit geldt zowel in het leerproces als bij de ondersteunende processen. Deze competenties worden ook wel ict-bekwaamheid genoemd. De competenties zijn te verdelen in 3 categorieën: didactisch handelen, werken in de schoolcontext, en pedagogisch handelen.

  • Inhoud en toepassingen: de aanwezigheid van zowel de juiste informatie, geschikte educatieve content als de software die gebruikt worden in een school. We hebben het hierbij over digitaal leermateriaal zoals oefenprogramma’s, video, apps, games, et cetera, maar ook over ondersteunende toepassingen als (gemeenschappelijke) elektronische leeromgevingen, leerlingvolg- en administratiesystemen, algemene kantoortoepassingen en apps, roosterpakketten en HRM-tools.

  • Ict-infrastructuur: de beschikbaarheid van een passende infrastructuur waaronder devices (digitale schoolborden, pc’s, laptops en tablets), vaste en draadloze netwerkverbindingen, internetverbinding en waar nodig servers.

Rendement

Het rendement van ict is optimaal als er een juiste balans is tussen elk van deze vier pijlers. Als je je teveel richt op een pijler zonder de andere pijlers daarin mee te nemen dan neemt de faalkans van de ict-inzet toe.

Heb je bijvoorbeeld alleen aandacht voor de devices en de infrastructuur, dan faalt de implementatie omdat er een tekort is aan deskundigheid, geschikt leermateriaal of een gebrek aan visie waardoor de inzet niet effectief is. Zijn alle vier randvoorwaarden goed ingevuld, dan kan ict-inzet renderen.

Toolbox

​​​In deze toolbox staan handige links naar bronnen en instrumenten die je zelfstandig als aanvulling op de module kunt gebruiken om tot goede inzet van ict in nieuwkomeronderwijs te komen gerangschikt volgens Vier in Balans en de PDCA-cyclus.

 

Plan - Visie

Do - Deskundigheid

Do - Leermiddelen en toepassingen

Do - Ict-infrastructuur

Check

Act

Versnellingsvraag

Sinds april 2015 is het voor schoolbesturen in het primair onderwijs (PO) mogelijk om versnellingsvragen te stellen bij de PO-Raad en Kennisnet. Versnellingsvragen zijn vragen waar diverse schoolbesturen tegenaan lopen bij de ontwikkeling of implementatie van ict in het onderwijs.

 

Meerdere besturen

Het gaat om vragen die meerdere besturen gemeen hebben en die belemmeren dat de sector op grote schaal ict inzet voor het geven van onderwijs. De PO-Raad en Kennisnet helpen deze vragen te beantwoorden en blokkades weg te nemen zodat schoolbesturen niet meer ieder voor zich het wiel hoeven uit te vinden.

Het project versnellingsvragen maakt onderdeel uit van het programma Slimmer Leren met ICT van de PO-Raad, met Kennisnet als uitvoerder. Dit programma is zelf weer onderdeel van het Doorbraakproject Onderwijs & ICT van de PO-Raad, VO-raad, het ministerie van OC&W en het ministerie EZ.

Ict-inzet voor nieuwkomersscholen

Wat is de visie van scholen voor kinderen van vluchtelingen op onderwijs en ict? Welke vaardigheden en leermiddelen zijn noodzakelijk? En welke inrichting van ict-infrastructuur is minimaal nodig om devices functioneel in te kunnen zetten? Die vragen onderzochten 6 nieuwkomerscholen naar aanleiding van de versnellingsvraag 'Ict-inzet voor nieuwkomers' (link). De 6 scholen gingen in 2016 van start met het gebruik van tablets in de klas.

De vraag naar een advies rondom de inzet van ict voor nieuwkomersscholen is in mei 2016 toegekend als versnellingsvraag. Daarvoor is het volgende resultaat gespecificeerd:

Resultaat
Een Vier in Balans-advies en een stappenplan voor de inzet van ict bij onderwijs aan nieuwkomers, in dit geval specifiek met betrekking tot tabletonderwijs.

Proces
Dit stappenplan is tot stand gekomen op basis van een aantal sessies met teamleden van de zes nieuwkomerscholen waar vanaf september 2016 een pilot met tablets van start gaat:

  1. Een visiesessie aan de hand van de Ict-puzzel voor het onderwijs op 29 juni 2016.

  2. Een sessie waarin specifiek over de technologie-inzet is nagedacht aan de hand van het Kennisnet Trendrapport op 6 juli 2016.

  3. Rondleiding en gesprek bij de Internationale Taalklas in Haarlem op 12 september 2016, en bij Daltonschool De Valkenburg in Driebergen op 29 september 2016.

  4. Rondleiding en bijeenkomst bij De Wissel in Luttelgeest.

  5. Evaluatiebijeenkomst op 11 mei 2017.

Meer informatie over ict in nieuwkomersonderwijs kun je vinden op de site van LOWAN.

FAQ


Het kan zijn dat je bepaalde vragen hebt, wanneer je de checklist invult. Onderstaand vind je een aantal veelgestelde vragen.

 

Veelgestelde vragen:

Q: Vanuit welke rol moet ik de checklist invullen?
A: Vul de checklist in vanuit verschillende rollen (leerkrachten, (bovenschoolse) ict-coördinator, schoolleider, bestuurder). Dat kan individueel of gezamenlijk. Ook is het nuttig om de checklist na verloop van tijd opnieuw in te vullen.


Q: We zijn nog niet gestart met een activiteit, maar zijn jullie het wel van plan. Welk antwoord moet ik geven?
A: voer dan toch 'niet waar' in, omdat het gaat om de huidige situatie.


Q: Wat levert het invullen van de test me op?
A: Na het doorlopen van de test en het volgen van het stappenplan:

  • weet je in welke fase jouw school en jij zich momenteel bevinden (plan, do, check, act).

  • weet je welke vier pijlers van belang zijn bij implementatie van ict

  • heb je inspiratie gekregen door te zien hoe andere nieuwkomerscholen ict implementeren

  • heb je geleerd om een grondige visie op onderwijs en ict te formuleren

  • weet je welke vaardigheden van belang zijn bij inzet van ict in nieuwkomeronderwijs

  • heb je een overzicht gekregen van goed NT2 leermateriaal en ict-toepassingen die gebruikt kunnen worden in nieuwkomeronderwijs

  • heb je door middel van de Hype Cycle inzicht gekregen in welke fase de technologie staat en weet je door het plotten op de Strategic Technology Map welke technologie voor zowel leerling/leraar als organisatie interessant is, en welke vooral ondersteunend nodig is (cold case/enabler)

  • Weet je dat je meer informatie ict in nieuwkomeronderwijs kunt vinden op de site van LOWAN en de PO-Raad.


Q: Voor wie is de test/het stappenplan?

A: De test vormt de basis van een stappenplan. In het stappenplan (link) delen 6 nieuwkomersscholen de lessen en inzichten die zij hebben opgedaan bij hun deelname aan de versnellingsvraag 'Ict-inzet voor nieuwkomers'. Hierdoor is het stappenplan geschikt voor iedereen die zich bezighoudt met onderwijs aan nieuwkomers, op onder meer:

  • taalscholen (type 1)
  • azc-scholen (type 2)
  • reguliere scholen met taalklassen (type 3)
  • reguliere scholen met nieuwkomers (type 4)

In de versnellingsvraag 'Ict-inzet voor nieuwkomers' werkten scholen mee van type 1, 2, en 3. Daarnaast is het stappenplan op onderdelen geschikt voor reguliere scholen die de inzet van devices overwegen, omdat het te doorlopen proces overeenkomt.

  • Het arrangement Maatwerk voor nieuwkomers met behulp van ict is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Laatst gewijzigd
    2018-02-27 13:35:47
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

    Dit stappenplan is ontwikkeld door PO-Raad en Kennisnet. Samen werken wij aan Slimmer leren met ICT. Zodat scholen ICT op hun eigen manier makkelijk kunnen inzetten voor onderwijs, leerlingen meer op maat kunnen leren en we zo het beste uit ieder kind kunnen halen. Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door het Doorbraakproject Onderwijs & ICT.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Eindgebruiker
    leraar
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    Stichting Kennisnet. (z.d.).

    Maatwerk voor nieuwkomers met behulp van ict - oude versie

    https://maken.wikiwijs.nl/94052/Maatwerk_voor_nieuwkomers_met_behulp_van_ict___oude_versie