Thema: Burgerschap hv123

Thema: Burgerschap hv123

Thema Burgerschap

Thema

Dit thema gaat over burgerschap en behandelt de volgende onderwerpen:

  1. Leefbaarheid
    Wat zorgt ervoor dat burgers prettig wonen in straat, wijk, dorp en stad?
     
  2. Multiculturele samenleving
    In Nederland wonen mensen uit (bijna) alle landen van de wereld. Deze mensen hebben allemaal stukjes van hun eigen cultuur meegenomen naar Nederland. Hoe leven mensen van verschillende culturen in Nederland samen?
     
  3. Wereldburgerschap
    Als inwoner van Nederland ben je burger van een gemeente, provincie, land en Europa. Maar je bent ook onderdeel van een (internationale) samenleving. Op welke manier zie je dat in jouw eigen omgeving terug?

Leerdoelen

Aan het eind van dit thema kan ik:

  Opdracht
uitleggen waarom voorzieningen van belang zijn voor de leefbaarheid in een regio en waarom er verschillen zijn in voorzieningen tussen regio's. Leefbaarheid
uitleggen welke maatregelen genomen kunnen worden om de leefbaarheid in woonwijken te bevorderen. Leefbaarheid
de spreiding van verschillende bevolkingsgroepen in Nederland verklaren en de ruimtelijke verdeling in steden beschrijven. Multicultureel
onderscheid maken bij vestiging van bevolkingsgroepen  tussen segregatie en integratie. Multicultureel
omschrijven wat suburbanisatie betekent en uitleggen van de gevolgen ervan zijn. Als huizen konden praten
omschrijven wat de voordelen zijn een 'open economie' . Wereldplaats
uitleggen wat wordt bedoeld met ontwikkelingssamenwerking en hoe overheid, bedrijven en burgers bijdragen aan ontwikkelingssamenwerking. Wereldburger
je eigen standpunt formuleren over mondiale kwesties, zoals ontwikkelingssamenwerking. Wereldburger
omschrijven wat wordt bedoeld met 'fair trade' en aan welke criteria eerlijke handel moet voldoen. Wereldburger

Planning

Planning
De module 'Burgerschap' bestaat uit de volgende onderdelen:

Onderdeel Tijd Eindproduct
Inleiding 0,5 lesuur  
Opdracht: Leefbaarheid 4 lesuren Affiche
Opdracht: Multicultureel 2 lesuren Digitaal straatgidsje
Opdracht: Als huizen konden praten 3 lesuren Verhaal
Opdracht: Wereldplaats 2 lesuren Wereldwandelroute
Opdracht: Wereldburger 2 lesuren Brief
Afsluiting 2 lesuren Zes afbeeldingen + tekst
Totaal 15 à 16 lessen  

Werkplan

Het thema burgerschap bestudeer je door zes opdrachten en de afsluiting te maken. In elke opdracht ga je met een ander aspect van het burgerschap aan de slag.
Het is belangrijk dat je goed bijhoudt wat je gedaan hebt. Om je hierbij te helpen is er een werkplan gemaakt. Op dat werkplan houd je bij welke onderdelen je al gedaan hebt.

Download hier het Werkplan Thema Burgerschap

Buurtinitiatief

Vooraf

Woon jij in een saaie of een supergezellige buurt? Misschien woon je in een 'spookdorp'?
Wat bepaalt het karakter van de woonomgeving?

In deze opdracht denk je na over wat jij in jouw buurt veranderd en verbeterd zou willen zien.
En mocht je in een perfecte buurt wonen: bedenk dan een zinvol initiatief voor mensen die het minder getroffen hebben.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • omschrijven wat een spookdorp is.
  • aangeven waar in Nederland waarschijnlijk spookdorpen gaan ontstaan.
  • een reden noemen waarom jongeren verhuizen van de dorpen naar de steden.

 

Eindproduct

Je maakt een affiche om een zelfbedacht buurtinitiatief onder de aandacht te brengen.
 

Beoordeling
Het affiche moet in een oogopslag zichtbaar maken:

  • Waar jouw initiatief over gaat.
  • Voor wie het bedoeld is.
  • Wat het belang ervan is.
  • Let ook op een verzorgde vormgeving.

 

Behalen leerdoelen
Door het maken van het affiche laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.


Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen + samen Video bekijken over een kunstproject in de buurt.
Stap 2 Alleen + samen Enquête invullen over je eigen buurt.
Stap 3 Alleen + samen Informatie lezen over spookdorpen in Nederland.
Stap 4 Samen Affiche maken voor een zelfbedacht buurtinitiatief.

 

Benodigdheden

  • Word of Excel
  • een printer
  • kleurstiften


Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

 

Stap 1

Kunstproject in de buurt: wat vindt u er van?

Bekijk het onderstaande filmfragment.


Wat vind jij van dit project, zou dat bij jullie in de buurt uitvoerbaar zijn?
Waarom wel of niet?
Wat zouden je buurtgenoten ervan vinden?

Vergelijk jouw antwoorden met de antwoorden van een klasgenoot die in een andere buurt woont.
Heeft hij/zij hele andere antwoorden? Bespreek de verschillen.

Stap 2

Geef je buurt een cijfer!

Omcirkel per vraag steeds het getal dat je als rapportcijfer wilt geven voor jouw buurt. Kijk aan de hand van jouw scores of je duidelijk kunt krijgen waar vooral nog behoefte aan is in jouw buurt.
Download de enquête, print deze uit en vul hem in!

Kijk kritisch naar het rapport dat je aan jouw buurt gegeven hebt.

  • Waar zitten de verbeterpunten?
  • Welk verbeterpunt is voor jou het belangrijkst?
  • Voor welk punt zou jij je buurtgenoten in beweging krijgen?

Bespreek je antwoorden met dezelfde klasgenoot als waarmee je de antwoorden uit stap 1 hebt besproken. Kijk weer naar eventuele verschillen.

Stap 3

Spookdorpen (krimpgemeenten) in Nederland

Lees de onderstaande tekst.

De meeste mensen wonen in de grote steden en dat aantal groeit nog steeds. Ook in Nederland. Dat komt onder meer doordat mensen wegtrekken van het platteland naar de stad. Het klinkt onwerkelijk, maar over 30 jaar zijn er dorpen in Nederland waar bijna geen mensen meer wonen: spookdorpen.

De leegloop van dorpen gebeurt vooral aan de rand van Nederland met name in de provincies Groningen, Limburg en in Zeeland. Daar vinden we dus deze krimpgemeenten. Veel mensen trekken hier weg en gaan naar grote steden in de buurt of naar de Randstad.

Vooral jongeren verhuizen van de dorpen naar de stad, om naar school te gaan of om te werken. Er blijven vooral ouderen over die geen kinderen meer krijgen. Het dorp vergrijst. Dit betekent dat er in weinig kinderen bijkomen terwijl de groep ouderen groeit. De gemiddelde leeftijd van de inwoners van het dorp wordt daardoor steeds hoger.

Dorpen zijn niet hetzelfde als steden. In de dorpen zijn veel minder voorzieningen, zoals winkels, scholen, restaurants enzovoort dan in een stad. Als de mensen verdwijnen, verdwijnen ook de winkels. Er zijn simpelweg te weinig klanten om te kunnen blijven bestaan. Het dorp wordt daardoor weer minder aantrekkelijk en meer mensen trekken weg.

Het dorp wordt door die leegloop steeds leger en stiller. Voor de mensen die er blijven wonen is er steeds minder te doen. En als er nog meer mensen vertrekken kan het dorp veranderen in een ‘spookdorp’.

 

Bekijk nu de onderstaande videofragmenten.
     
Bespreek na het bekijken van de videofragmenten wat je hebt gezien.
Zijn er in jouw buurt ook soortgelijke projecten aanwezig of woon je in dorp dat langzaam leegloopt en waar niets meer gebeurt.

Stap 4

Eindproduct

Jullie hebben geïnventariseerd wat de sterke en zwakke punten zijn in je eigen buurt of wijk.
En je weet inmiddels wat er gebeurt als voorzieningen onder druk komen te staan of zelfs geheel verdwijnen. De video's hebben je misschien wel geïnspireerd en op ideeën gebracht.
Nu wordt het tijd om aan de slag te gaan: jullie bedenken een actie om de leefbaarheid in de buurt te verbeteren.

  • Kies een verbeterpunt uit waarvoor je steun van buurtgenoten denkt te kunnen krijgen.
  • Schrijf op wat het doel is van de actie. Wat wil je precies bereiken?
  • Bedenk met zijn tweeën een actie om dat doel te bereiken.
    Wat moet er gebeuren?
  • Ontwerp een affiche om de actie zo wervend mogelijk te presenteren.

Kijk nog even bij Eindproduct - Beoordeling hoe jullie docent het affiche gaat beoordelen.
 

Klaar en tevreden?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.

Buurtvoorzieningen

Vooraf

De dichtstbijzijnde supermarkt of buurtwinkel weet jij vanaf jouw schoolgebouw waarschijnlijk moeiteloos te vinden. Schoolgebouw, buurtwinkel, apotheek, parkeerplaats of bushalte zijn zichtbare voorzieningen in onze ingerichte leefomgeving.
Hoe is de omgeving van jouw school ingericht? Met welke voorzieningen? Wat zijn de dichtstbijzijnde voorzieningen?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • voorbeelden noemen van voorzieningen die van belang zijn voor de leefbaarheid in een dorp.
  • uitleggen wat er gebeurt als het aantal voorzieningen in een dorp afneemt.


Eindproduct

In deze opdracht inventariseer je de voorzieningen in de omgeving van de school. Je selecteert minimaal vijf voorzieningen, die volgens jou de belangrijkste zijn. Bedenk daarbij steeds aan welke behoefte een bepaalde voorziening tegemoet komt en voor wie dat bedoeld is of belangrijk zou kunnen zijn.
Je tekent deze voorzieningen in op een plattegrond die de school als middelpunt heeft. Deze plattegrond bestaat uit een kaartje en een legenda. Het kaartje print je uit via Google Maps op een A3 vel, zoomschaal 200meter. De legenda maak je zelf (zie stap 1 en 4) en plaats je op de overblijvende witruimte van het A3 vel.

 

Je krijgt een goede beoordeling voor je plattegrond als het volgende hierin is verwerkt:

  • De voorzieningen die je aantreft in de directe omgeving van jouw school.
  • Waar zijn deze voorzieningen te vinden.
  • De door jou geselecteerde, belangrijkste voorzieningen, met een toelichting waarom.


Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Video's 'Kijk op kaart' en 'Belang voorzieningen' bekijken.
Stap 2 Samen Vragen beantwoorden over voorzieningen in de buurt.
Stap 3 Samen Plattegrond maken met voorzieningen.

 

Benodigdheden

  • een kleurenprinter
  • een pen
  • een potlood
  • een ruitjespapier


Tijd

Voor deze opdracht heb je 3 uur nodig.

 

Stap 1

Verkennen

Je begint deze opdracht met het bekijken van een Geoclip.

Bekijk ook onderstaande video.

.

Stap 2

De buurt van de school
Beantwoord samen met een klasgenoot de volgende vier vragen.
Bespreek samen bij iedere vraag waarom jullie kiezen voor die beoordeling.

  1. Wat vinden jullie van de groenvoorzieningen in de buurt van jullie school?
    • slecht
    • goed
  2. Wat vinden jullie van de voorzieningen voor de jeugd in de buurt van de school?
    • slecht
    • goed
  3. Wat vinden jullie van het aanbod en de kwaliteit van openbaar vervoer in de buurt van de school?
    • slecht
    • goed
  4. Wat vinden jullie van het aanbod en de kwaliteit van winkels in de buurt van de school?
    • slecht
    • goed

Heeft de vragenlijst je op ideeën gebracht?

Zorg dat je in ieder geval minstens vijf voorzieningen kunt kiezen om op je plattegrond weer te geven! Dus maak er een mooie lijst van en schrijf zoveel mogelijk op. Als de lijst compleet is zet je de voorzieningen in volgorde van belangrijkheid.

Schrijf ook op hoe je tot die rangorde komt, welke kenmerken de doorslag gaven. De eerste vijf komen op je plattegrond. Bedenk daar pictogrammen voor of symbooltjes. Handig voor de legenda.

Stap 3

Eindproduct.

Hebben de vragen jullie op ideeën gebracht? Hebben jullie al een aardige lijst met voorzieningen rondom de school? Ga nu naar Google Maps en zoek jullie school op.
Kies voor een zoomniveau van 200 m. Print de kaart uit, als het kan op A3-papier. Zet een titel bovenaan de plattegrond. Welke voorzieningen zijn er rondom jouw school? Welke vinden jullie het belangrijkst?
Geef die vijf voorzieningen aan op de kaart. Bedenk voor iedere voorziening een pictogram of symbooltje. Bij de kaart moet een legenda komen. In de legenda staat wat alle gebruikte pictogrammen, symbooltjes en tekens betekenen. Maak de legenda. Schrijf bij de plattegrond een korte toelichting.
In de toelichting leggen jullie uit voor wie de vijf gekozen voorzieningen bedoeld zijn en waarom jullie deze voorzieningen belangrijk vinden.

Klaar?
Laat de plattegrond met legenda en de toelichting beoordelen door jullie docent. Hoe jullie docent de plattegrond beoordeelt, lees je onder Eindproduct - Beoordeling.

www.lvoorl.nl

Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.

Hieronder een video die goed past bij deze opdracht.
Bekijk de video.
Leg je buurman/buurvrouw uit waarom deze video goed bij deze opdracht past.
Wijken van de stad

Multicultureel

Vooraf

De Willemsweg in Nijmegen is in de loop der jaren uitgegroeid tot het winkelhart van het Willemskwartier. Het Willemskwartier was van oorsprong een blanke volkswijk. Maar Anno 2012 omschrijven de ondernemers van de restaurants en winkels de Willemsweg als internationaal en multicultureel. Klopt deze omschrijving? En waarom? Daar ga je aan de hand van filmpjes en Google streetview onderzoeken.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • de begrippen etniciteit en segregatie omschrijven.
  • uitleggen waardoor en hoe de bevolkingssamenstelling in een wijk kan veranderen.


Eindproduct

Als eindproduct maken jullie een wervend digitaal straatgidsje met afbeeldingen en namen van een aantal winkels en/of eethuizen in de Willemsweg. Het gidsje heeft een kort voorwoord dat aangeeft hoe de Willemsweg haar multiculturele karakter heeft gekregen.
In het eindproduct laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door elkaar en door jullie docent.
Het gidsje wordt beoordeeld met de volgende vragen:

  • Maakt het voorwoord van het gidsje duidelijk hoe het multiculturele karakter van de Willemsweg is ontstaan?
  • Illustreert het gidsje het multiculturele karakter van de Willemsweg?
  • Nodigt het gidsje uit tot een bezoek aan de Willemsweg?


Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Samen Virtuele wandeling maken met google streetview.
Stap 2 Alleen Video 'Willemsweg' bekijken.
Stap 3 Alleen + samen Geschiedenis lezen van het Willemskwartier.
Stap 4 Alleen + samen Informatie lezen over het Willemskwartier in de lift.
Stap 5 Alleen + samen Informatie lezen over segregatie in het Willemskwartier.
Stap 6 Alleen Toets Multicultureel maken.
Stap 7 Samen Een straatgidsje van de Willemsweg maken.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1

Virtuele wandeling

Jullie beginnen deze opdracht met een korte virtuele wandeling door de Willemsweg te Nijmegen. Deze straat vormt het winkelhart van het Willemskwartier.

Ga naar Google-streetview . Ga met Pegman, de Google-streetviewgids, naar de kruising van de Genestetlaan en de Jan Luykenstraat.

Loop op de Willemsweg in de richting van de Tollensstraat en weer terug tot aan de kruising met de Genestetlaan.
Onderweg krijgen jullie trek in een snack en gaan jullie bij een van de cafetaria's of eethuizen naar binnen. Aan jullie de keuze.

Onder het genot van een virtueel hapje of een drankje maken jullie alvast wat aantekeningen over de winkels en restaurants waar je bent langsgelopen.

Stap 2

Na de virtuele wandeling bekijken jullie het filmpje ‘Willemsweg’.
Het filmpje gaat over de opknapbeurt voor de Willemsweg rond 2006. Maar als ontwerpers van een straatgidsje zijn jullie voornamelijk geïnteresseerd in het multiculturele karakter van de straat. Daar geeft het filmpje ook een overzicht van. Houd pen en papier klaar om aantekeningen te maken.
Let daarbij op:

  • de namen van de ondernemers.
  • wat voor soort zaak zij runnen.
  • hun opmerkingen over het multiculturele karakter van hun winkelstraat.
  • hun wensen voor de toekomst van de winkelstraat.

Bekijk het volgende filmpje:


Wat noemt Meneer Reingoud van het Surinaamse eethuis als verbeterpunt van de Willemsweg?

Stap 3

Een beetje geschiedenis

Lees het verhaaltje over de geschiedenis van het Willemskwartier.

Het Willemskwartier is van oudsher een volksbuurt. Oorspronkelijk wonen er voornamelijk laagbetaalde en niet hoogopgeleide mensen. Zo rond 1950 begint de bevolkingssamenstelling te veranderen. Met de groeiende welvaart gaan steeds meer kinderen naar het voortgezet onderwijs en vervolgens naar de universiteit. Na hun opleiding willen ze vaak niet meer in hun oude volkswijk wonen.
Tegelijkertijd verouderden de huizen, een reden voor bewoners om te verhuizen naar modernere woningen in andere gedeeltes van de stad. Met het vertrek van de voormalige Willemskwartierders komt er plek voor de groeiende groep Nederlanders met een migratieachtergrond. Zij komen hier als gastarbeiders en de lage huren zijn aantrekkelijk voor hen.
Anno 2012 wonen in het Willemskwartier meer dan 20% Nederlanders met een migratieachtergrond. Het Willemskwartier heeft slechte tijden gekend. Een mix van laag opleidingsniveau van de bewoners, hoge werkeloosheid en slecht onderhoud van de huizen veroorzaakte overlast en criminaliteit. Daardoor kreeg de wijk een slechte naam.   Maar na een grondige opknapbeurt – de sloop van oude huizen en vervangende nieuwbouw, gekoppeld aan inspanningen om de gemeenschapszin te bevorderen – zit de buurt nu weer in de lift.

 

Kijk samen of je antwoord kunt geven op de volgende vragen.

  • Waarom veranderde de bevolkingssamenstellling in het Willemskwartier rond 1950?
  • Waarom was de buurt aantrekkelijk voor Nederlanders met een migratieachtergrond?
  • Waardoor zit de buurt de laatste jaren in de lift?

Het Willemskwartier heeft slechte tijden gekend. Een mix van laag opleidingsniveau van de bewoners, hoge werkeloosheid en slecht onderhoud van de huizen veroorzaakte overlast en criminaliteit. Daardoor kreeg de wijk een slechte naam.  Maar na een grondige opknapbeurt –de sloop van oude huizen en vervangende nieuwbouw, gekoppeld aan inspanningen om de gemeenschapszin te bevorderen -zit de buurt nu weer in de lift.

  • Wat is een iftar?

Stap 4

Winkels in de lift

Lees nu ook het volgende verhaal:

Dat de wijk weer in de lift zit, wordt aangetoond door de vestigingen van allerlei nieuwe winkels in de Willemsstraat.

Er is een markt voor hun producten en het zijn niet alleen de allochtone Willemskwartierders die plezier hebben van het gevarieerde aanbod. Boven de islamitische slagerijen, Turkse bakkers en Surinaamse eethuizen wonen veel studenten. Joyce Goverde, scholiere Communicatie aan de HAN zegt er dit over:

‘Het is een goede plek om te wonen. Door de aanwezigheid van allerlei etniciteiten is hier van alles te koop. Ik heb veel waardering voor de winkeleigenaren in de Willemsweg. Ze verdienen weinig geld, maar werken zich uit de naad. Door de overvloed aan plaatselijke grutters hoeven de meeste studenten voor boodschappen de straat niet uit. Het is net een klein dorp.’


Ook de ondernemers zelf zijn tevreden over de ontwikkelingen.
Luister maar eens naar de interviews met Tugay Yilmaz van Eethuis Anil, Mw. Kailey van New India Kleding en Mimi Schoots van Gaertner Wonen.

Bekijk de volgende interviews:

In het verhaaltje gebruikt de scholiere het woord etniciteiten.
Weten jullie wat dat woord betekent?
Zoek het zonodig op of bestudeer het onderdeel van de Kennisbank hieronder dat over etniciteit gaat.

KB: Etniciteit

Zorg dat je elkaar uit kunt leggen wat etniciteit te maken heeft met nationaliteit, religie, taal of cultuur.

Stap 5

Segregatie in het Willemskwartier?

In de Kennisbank Aardrijkskunde vind je ook een onderdeel over segregatie. Bestudeer dat gedeelte.

KB: Segregatie

Segregatie heeft te maken met afzondering, apart houden, afgescheiden houden. Uit de geschiedenis kennen we de segregatie tussen blank en zwart, de apartheid. Daarbij werd de ene bevolkingsgroep door de andere bevolkingsgroep onderdrukt. Het gescheiden houden was een onderdeel van die onderdrukking.
In het hedendaagse Nederland wordt  het begrip segregatie gebruikt voor het verschijnsel dat bevolkingsgroepen met vergelijkbare afkomst, opleiding en inkomen in een bepaalde stadswijk gaan samenwonen. Segregatie wordt ook wel het tegenovergestelde van integratie genoemd.  Een groep mensen zondert zich af van de rest van de mensen en probeert binnen het eigen gebied bepaalde waarden en normen te handhaven. Ze mengen zich dus bewust niet met de omringende bevolkingsgroepen.

Beantwoord nu samen de volgende vraag:
Komt volgens jullie segregatie veel voor in het Willemskwartier?
Leg jullie antwoord uit.

 

Stap 6

Toets

Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'Multicultureel'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
De score wordt opgenomen in het volgsysteem.

Klik op de knop 'Toets' om te beginnen:

Toets:Multicultureel

Stap 7

Eindproduct

Tijd voor het eindproduct. Jullie gaan samen in Word of in Publisher een straatgidsje maken met afbeeldingen en namen van vijf winkels en/of eethuizen in de Willemsweg. In het gidsje komt een kort voorwoord om de Willemsweg bij de lezer te introduceren. In het voorwoord vertellen jullie hoe de Willemsweg haar multiculturele karakter heeft gekregen.
 

Beoordeling
Kijk nog even bij Eindproduct - Beoordeling naar de beoordelingscriteria.
 

Klaar en tevreden?
Laat het straatgidsje beoordelen door je klasgenoten en door jullie docent.
Natuurlijk beoordelen jullie ook een of meerdere gidsjes van klasgenoten. Geef op een goede manier feedback.

 

www.lvoorl.nl

Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.

Hieronder twee video's die goed passen bij deze opdracht.
Bekijk de video's.

Probleemwijken
Vluchtelingen - asielzoekers

Als huizen konden praten

Vooraf

Soms hoor je oudere bewoners van een buurt klagen dat ze zich er niet meer prettig voelen.
Vooral in grote steden als Amsterdam, Rotterdam en Den Haag kun je die geluiden horen. De samenstelling van de bevolking is daar in veel buurten in de loop van de jaren enorm veranderd.
Hoe dat zo gekomen is, daarover gaat deze opdracht.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • uitleggen waardoor en hoe de bevolkingssamenstelling in een wijk kan veranderen.
  • omschrijven wat wordt bedoeld met stadsvernieuwing.


Eindproduct

Je schrijft een verhaal (max.1 A4-tje) waarin de 'hoofdpersoon' een huis is dat al meer dan 50 jaar in een oude volkswijk van een grote stad staat.
Het huis vertelt: Wie hebben er in die jaren allemaal gewoond? Wat voor mensen waren dat? Waarom kwamen ze er wonen? Waarom verhuisden ze weer?
In je verhaal gebruik je de informatie uit de bronnen over de veranderingen in zo'n wijk. Laat je fantasie de vrije loop, maar gebruik ook de geleerde begrippen, zodat je de leerdoelen behaalt. Bij elkaar geven jullie verhalen een mooi beeld van de veranderingen in zulke wijken in de loop der jaren.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door jullie docent.
Jullie krijgen een goede beoordeling als:

  • Het verhaal een duidelijk beeld geeft van de veranderingen in bevolkingssamenstelling in een oude volkswijk.
  • Het verhaal leesbaar en boeiend geschreven is.
  • Het verhaal in goed Nederlands is geschreven.


Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen + samen Video's bekijken en vragen beantwoorden over suburbanisatie.
Stap 2 Alleen Video 'Witte vlucht' bekijken.
Stap 3 Alleen Berichtjes lezen over leven in aandachtswijken.
Stap 4 Alleen Verhaal schrijven met een huis uit een oude volkswijk als 'hoofdpersoon'.

 

Benodigdheden
Geen bijzonderheden.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1

Verhuizen
Een buurt is constant in verandering. Mensen vertrekken en er komen nieuwe mensen voor terug.
In bepaalde wijken is de samenstelling van de bevolking de laatste 60 jaar enorm veranderd.
Het gaat dan vooral om wijken in grote steden waar vroeger veel arbeiders woonden in goedkope huizen. Met de stijging van de welvaart in de vorige eeuw en de opkomst van de auto konden meer en meer mensen zich een huis buiten de stad veroorloven. Ze trokken naar het omringende platteland, waar flink wat huizen werden gebouwd. Deze trek vanuit de stad naar het omringende platteland heet suburbanisatie.

Bekijk nu de onderstaande filmfragmenten:

Migratie binnen de Nederlandse grenzen (bekijken tot 11 min 31)

Nieuwkomers (bekijken tot 13 min 09)

Bespreek samen met een klasgenoot wat je hebt gezien in de filmpjes.
Gebruik daarbij de volgende vragen:

  • Bedenk enkele redenen waarom mensen, die het konden betalen, wegtrokken uit de oude binnensteden.
  • Waarom bleven ook de ouderen achter in de oude wijken?
  • Kun je verklaren waarom deze wijken in een neergaande spiraal terechtkwamen?

Het resultaat van de suburbanisatie lijkt te zijn dat bepaalde bevolkingsgroepen bij elkaar komen te wonen. De rijken bij de rijken, in wijken met dure huizen. De minder rijke mensen in wijken met minder dure huizen. Ook zie je wijken die 'verkleuren'. De oorspronkelijke bewoners, 'witte' Nederlanders maken plaats voor gekleurde nieuwe Nederlanders van bijvoorbeeld Turkse of Marokkaanse oorsprong. Het gaat vaak om buurten met goedkopere huizen. En omdat veel nieuwe Nederlanders vaak een laag inkomen hebben is het logisch dat zij in die wijken een huis zoeken. Daarnaast krijgen zij gemiddeld meer kinderen dan de witte Nederlanders, waardoor de buurt steeds verder verkleurt.

 

Stap 2

Witte Vlucht

Bekijk het onderstaande videofragment.
Het videofragment is afkomstig uit een aflevering van Rondom 10.


De vrouw in het videofragment voelt zich duidelijk een vreemde in haar
eigen buurt. Dergelijke verhalen kun je in meer volkswijken in grote steden horen.
Hoe komt het dat er in deze wijken nog maar zo weinig Nederlanders wonen?

Lees de volgende informatie:

Witte vlucht
De meeste oude stadswijken zijn ooit ontstaan dicht bij fabrieken. Het waren vaak kleine eenvoudige huizen. Toen de welvaart steeg, kregen veel arbeiders behoefte aan een groter huis. Ze verhuisden naar nieuwbouwwijken aan de rand van de stad. De mensen die geen huis in een nieuwbouwwijk konden betalen of heel erg gehecht waren aan hun buurt bleven achter.

In dezelfde periode kwamen er veel gastarbeiders naar Nederland omdat hier een tekort was aan arbeidskrachten. Een gastarbeider is iemand die tijdelijk naar een ander land gaat om er te werken. Maar voor veel gastarbeiders werd Nederland een tweede thuis. Ze bleven en lieten vrouw en kinderen overkomen. Ze trokken vervolgens naar de naoorlogse wijken waar goedkope woningen beschikbaar waren.

Door deze ‘verkleuring’ van de oude wijken zijn de achtergebleven oorspronkelijke bewoners alsnog naar de voorsteden verhuisd. Dit verschijnsel noem je “witte vlucht”.


Kun je nu antwoord geven op de vraag waarom er in volkswijken in grote steden nog maar weinig Nederlanders wonen?

Stap 3

Aandachtswijken

De samenstelling van de bevolking in een wijk verandert voortdurend. Maar als de problemen in bepaalde wijken zich opstapelen, dan moet er wat gebeuren. Dan moet de overheid ingrijpen. In 2007 heeft de regering 40 wijken aangewezen die extra aandacht nodig hebben. Ze worden aandachtswijken of ook wel Vogelaarwijken genoemd, naar de toenmalige minister van Wonen, Wijken en Integratie, Ella Vogelaar.
Bij de problemen in die wijken moet je denken aan overlast, onveiligheid en verloedering. Met gerichte maatregelen wordt geprobeerd om de leefsituatie in deze wijken te verbeteren. Bijvoorbeeld door beter onderhoud aan de huizen en het bouwen van duurdere nieuwe huizen. Op die manier komen er weer andere mensen in de buurt wonen, krijg je een andere "mix", waardoor de buurt verbetert.

Lees de volgende twee berichtjes over het wonen in zo'n aandachtswijk.

Student naar Vogelaarwijk
Woningcorporaties moeten studenten gaan huisvesten in leegstaande wooncomplexen in zogeheten Vogelaarwijken. Dat stelt D66-Kamerlid Kees Verhoeven. Op dit moment staan er in achterstandswijken honderden flats leeg van wel vier of vijf verdiepingen hoog. Het is de bedoeling dat die wooncomplexen allemaal worden gerenoveerd, maar door geldgebrek bij woningcorporaties zijn deze projecten op grote schaal uitgesteld.

"Deze woningen zijn voor gezinnen veel te klein, maar goed genoeg om drie studenten in te kunnen huisvesten. Zo kun je op zeer korte termijn duizenden studenten aan een woonruimte helpen”, zegt Verhoeven. Bovendien ziet hij voordelen voor de wijk: "Studenten hebben relatief meer te besteden en er komt wat meer evenwicht in de wijk als je kijkt naar het gemiddelde opleidingsniveau en culturele achtergronden."

 

Politicus verhuist van Barneveld naar achterstandswijk
Afgelopen zomer verruilde Roel Kuiper, Eerste Kamerlid voor de ChristenUnie, samen met zijn vrouw Tjitske en hun 14-jarige dochter een prachtige twee-onder-een-kapwoning in Barneveld, voor een eenvoudig rijtjeshuis in Amsterdam-Noord. Het was een bewuste keuze om het christelijk bolwerk Barneveld te verlaten vertelt Tjitske Kuiper. '

In Barneveld woonden we in een ruim comfortabel huis. Toch hadden we er geen vrede mee. Als christen willen we een licht in de wereld zijn. Dan moet je niet in het veilige Barneveld blijven zitten. We willen wat betekenen voor deze wijk.'

De familie Kuiper laat zich niet afschrikken door een gestolen fiets. Ook het feit dat de kentekenplaten van de auto werden geschroefd is geen reden om terug te keren naar het Veluwse platteland. Tjitske Kuiper is al flink aan de slag om in de wijk de handen uit de mouwen te steken. 'Via een stichting heb ik een mevrouw uit de wijk naar het ziekenhuis gereden omdat ze geen vervoer had. Je merkt dat mensen verbaasd zijn dat je dat belangeloos doet. Op deze manier kun je iets van Gods liefde laten zien.'

 

 

Stap 4

Eindproduct

Het eindproduct van deze opdracht maak je alleen.
Je schrijft een verhaal van max.1 A4-tje, waarin de 'hoofdpersoon' een huis is dat al meer dan 50 jaar in een oude volkswijk van een grote stad staat.
Het huis vertelt:

  • Wie hebben er in die jaren allemaal gewoond?
  • Wat voor mensen waren dat?
  • Waarom kwamen ze er wonen?
  • Waarom verhuisden ze weer?

In je verhaal gebruik je de informatie uit de bronnen over de veranderingen in zo'n wijk.
Laat je fantasie de vrije loop, maar gebruik ook de geleerde begrippen, zodat je de leerdoelen behaalt.
Bij elkaar geven jullie verhalen een mooi beeld van de veranderingen in zulke wijken in de loop der jaren.

Kijk nog even naar de beoordelingscriteria bij Eindproduct - Beoordeling.

Klaar en tevreden?
Laat het verhaal beoordelen door je docent.

Wereldplaats

Vooraf

Honderd jaar geleden woonden er in Nederland bijna alleen mensen die hier of in één van onze buurlanden geboren waren. Nu vind je in Nederland mensen uit (bijna) alle landen van de wereld. In deze opdracht zoek je naar sporen van ‘ver weg’.

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • uitleggen waarom Nederland een multiculturele samenleving is.
  • omschrijven wat wordt bedoeld met een open economie.


Eindproduct

Het eindproduct van deze opdracht is een wereldwandeltocht.
De wandeltocht voert langs minimaal vijf plekken in de stad waar je woont of naar school gaat, die iets vertellen over een ander deel van de wereld.

Beoordeling
Het eindproduct laten jullie beoordelen door de docent. Jullie krijgen een goede beoordeling als jullie:

  • een wandeling hebben uitgezet met ten minste vijf 'wereldplekken';
  • hebben aangegeven wat de Nederlandse relatie is met die plekken;
  • de wandelroute met zorg hebben gemaakt;
  • de teksten op de kaart hebben nagekeken op taalfouten.


Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Video bekijken en vragen beantwoorden over de herkomst van producten.
Stap 2 Alleen + samen Lijstje met door jou gebruikte producten uit derde wereld landen opstellen.
Stap 3 Alleen + samen Plekken in eigen omgeving zoeken die verwijzen naar een ander land of werelddeel.
Stap 4 Alleen Wereldkaart met legenda maken.
Stap 5 Samen Wereldwandeltocht maken met bijbehorende toelichting.

 

Benodigdheden

  • een pen
  • een potlood
  • een ruitjespapier
  • een zelfgetekende of bestaande kaart van het wandelgebied


Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig plus de tijd voor de wandeltocht.

 

Stap 1

Producten van overal
De wereld is dichterbij dan je denkt, vaak zonder het zelf te weten.
Kijk naar dit filmpje op SchoolTV.nl.


Multiculturele samenleving en open economie
De Nederlandse samenleving is een multiculturele samenleving. In Nederland wonen mensen uit (bijna) alle landen van de wereld. Deze mensen hebben allemaal stukjes van hun eigen cultuur meegenomen naar Nederland.

Nederland heeft een open economie. Dat betekent dat Nederland veel handelt met het buitenland. In Nederland kom je daarom allerlei buitenlandse producten tegen veelal afkomstig uit de ons omringende landen, maar vaak van verre bestemmingen.

Gebruik de informatie uit het filmpje van SchoolTV voor het beantwoorden van de volgende drie vragen.
Kies steeds het juiste antwoord.

  1. Uit welk werelddeel komt de meeste kleding?
    • Afrika
    • Azië
    • Australië
       
  2. Hoe kan je zien waar jouw kleding vandaan komt?
    • Aan de opdruk op de buitenkant van de kleding.
    • Aan het materiaal waarvan de stof gemaakt is.
    • Aan het etiket aan de binnenkant van de kleding.
       
  3. Waarom noemen we een oma-fiets een Nederlands product?
    • Omdat de fiets in Nederland in elkaar gezet is.
    • Omdat Nederlanders het meeste fietsen.
    • Omdat de fiets in Nederland bedacht is.
       

Stap 2

Producten uit de derde wereld

Sta je wel eens stil bij de vraag hoeveel producten je gebruikt die uit derde wereldlanden of ontwikkelingslanden komen?

Maak een lijstje met vijf producten die jullie thuis regelmatig gebruiken en die afkomstig zijn uit ontwikkelingslanden. Kijk eventueel even op de website van bijvoorbeeld de wereldwinkel .

Vergelijk jouw lijstje met een lijstje van een klasgenoot.

  • Hebben jullie veel dezelfde producten?
  • Heeft hij/zij producten op het lijstje waarvan jij niet wist dat ze uit een ontwikkelingsland komen?

In een spotje van Postbus 51 uit de jaren '80 van de vorige eeuw werd de volgende slogan gebruikt: 'De derde wereld is afhankelijk van ons, maar wij ook van de derde wereld. We hebben mekaar nodig, elke dag'

  • Zijn jullie het eens met deze slogan? Leg uit waarom wel of waarom niet.

Stap 3

Op zoek

Zoek vijf plekken in het centrum van je eigen (of dichtstbijzijnde) stad die verwijzen naar een plek of een land in een ander werelddeel.
Denk bijvoorbeeld aan een Chinees restaurant of een straatnaam die verwijst naar een koloniaal verleden. Een groentewinkel met exotische vruchten of een winkel met parket van tropisch hardhout.

Wat kun je gebruiken om vijf verschillende plekken te vinden: Google maps, Streetview, Straatnamenregister, (online) telefoongids etc.
Keuze is aan jullie welke hulpmiddelen jullie gebruiken. Om meer over de gevonden plekken te weten te komen kun je bijvoorbeeld Wikipedia gebruiken. Vergeet niet de gevonden informatie te checken op betrouwbaarheid.

Als je vijf plekken hebt gevonden, geef je die plekken aan op een zelfgetekende of bestaande kaart van de door jou gekozen stad (Google maps).
Zorg er ook voor dat de gekozen plekken niet al te ver uit elkaar liggen.
Als je vijf plekken hebt aangegeven op je kaart, teken je met stippeltjes een route, zodat anderen jouw route kunnen nalopen.

Stap 4

De wereld ver en dicht bij

Voor deze stap heb je de wereldkaart nodig uit de bijlage .
Print deze kaart uit.

Je hebt in stap 3 vijf plekken gevonden in jouw stad.
Deze plekken hebben een verwijzing naar een ander land of werelddeel.
Noteer deze landen/werelddelen onder elkaar in het kader onder het geprinte kaartje.

Teken voor de landen/werelddelen een vakje en geef deze verschillende kleuren: je legenda is gemaakt!

Kleur op de kaart de genoemde landen/werelddelen, de kleur zoals je hebt aangegeven in de legenda.

Stap 5

Eindproduct
In stap 3 heb je de plekken van jouw eigen 'wereldwandeltocht' opgezocht en uitgestippeld op de kaart.
Je hebt in stap 4 gekeken wat de verwijzing is naar andere landen/werelddelen.

Je gaat nu de wereldwandeltocht compleet maken met een toelichting.
Bij elke gevonden plek schrijf je wat deze plek zo bijzonder maakt en hoe deze 'wereldplek' in Nederland terecht is gekomen.
Verder zoek je bij elke plek een afbeelding (foto of tekening).

Ben je klaar en tevreden over de wandeltocht en de bijbehorende toelichting?
Laat het eindproduct beoordelen door jullie docent.

Debat derde wereld

Vooraf

De Nederlandse regering gaf jarenlang via Postbus 51-spotjes aan dat we mensen in de Derde Wereld moeten steunen. Tegenwoordig wordt er flink bezuinigd op ontwikkelingssamenwerking.

Jullie gaan debatteren over de vraag:
Is ontwikkelingshulp nodig of is het geldverspilling?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

  • omschrijven wat wordt bedoeld met ontwikkelingssamenwerking.
  • ontwikkelingssamenwerking op verschillende manieren indelen (incidenteel versus structureel, gebonden versus ongebonden en bilateraal versus multilateraal).


Eindproduct

Het slot van deze les is een debat over de stelling:
'Geld voor ontwikkelingshulp is weggegooid geld'.

Het debat wordt gevolgd door een peiling van het publiek: 'voor' of 'tegen' ontwikkelingssamenwerking.
Gedurende deze les vind je informatie om je argumenten te onderbouwen. De stemming vindt plaats na afloop van het debat, als iedereen alle argumenten heeft gehoord, gewikt en gewogen.

Beoordeling
De docent is de voorzitter in het debat. Hij beoordeelt hoe jullie het gedaan hebben. Hij/zij let daarbij op:

  • De inhoud: jullie hebben laten zien dat jullie snappen waar het om gaat.
  • De vorm: hebben jullie een goed debat gevoerd?


Activiteiten

Stap Groepsgrootte Activiteit
Stap 1 Alleen Video 'discussie ontwikkelingssamenwerking' bekijken.
Stap 2 Alleen Argumenten voor en tegen ontwikkelingssamenwerking bedenken.
Stap 3 Samen Debat over ontwikkelingssamenwerking voeren.

 

Benodigdheden
Voor stap 2 heb je het bestand met tips voor het houden van een goed debat nodig.

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Stap 1

Bekijk het volgende videofragment van ‘on Topic’.
In het fragment discussieren vier jongeren onder leiding van een discussieleider over ontwikkelingssamenwerking.


De centrale stelling in het debat is:
'Ontwikkelingssamenwerking is weggegooid geld!'.

Hieronder nog een aantal 'stellingen' uit het programma:
  • Ontwikkelingssamenwerking houdt de derde wereld lui.
  • De derde wereld is afhankelijk van onze hulp, geld geven is onze plicht.
  • De derde wereld moet minder afhankelijk worden.
  • Je kunt mensen in de derde wereld beter leren zelf te vissen dan hen een vis te geven.
  • Noodhulp moet!

Bedenk alvast met welke stellingen je het eens bent en met welke stellingen je het niet eens bent.

Stap 2

Bestudeer nu het onderdeel ontwikkelingssamenwerking uit de Kennisbank.

KB: Ontwikkelingssamenwerking

Bekijk nogmaals de 'stellingen' over ontwikkelingssamenwerking bij stap 1.

  • Ontwikkelingssamenwerking houdt de derde wereld lui.
  • De derde wereld is afhankelijk van onze hulp, geld geven is onze plicht.
  • De derde wereld moet minder afhankelijk worden.
  • Je kunt mensen in de derde wereld beter leren zelf te vissen dan hen een vis te geven.
  • Noodhulp moet!

Bedenk argumenten voor en tegen iedere stelling.
Wat kun je gebruiken in een debat?
Wat zal de tegenstander aanvoeren en hoe kun je daarop reageren?
Je goed voorbereiden op een debat is belangrijk en vooral: je goed inleven in de argumenten van de tegenpartij.

Je bent nu inhoudelijk goed voorbereid voor het debat.
Lees nu ook de tips voor het houden van een goed debat goed door.

Stap 3

Het grote debat

Voor het debat wordt de klas in drie groepen verdeeld: voorstanders van ontwikkelingssamenwerking, tegenstanders en een publiek dat nog geen keuze heeft gemaakt.
Dat publiek moet worden overtuigd door de debatterende partijen.

Van je docent hoor je wanneer jullie het 'echte' debat gaan voeren.

Als alle argumenten aan bod zijn geweest wordt het tijd om te kijken wie de meerderheid van het publiek heeft weten te overtuigen. Wie stemt er voor de stelling 'Ontwikkelingshulp is weggegooid geld', wie tegen?

Klaar?
Dan is het tijd voor de docent om het debat en de peiling te evalueren.

Begrippenlijst

Ontwikkelingssamenwerking
De samenwerking tussen de rijke westerse landen en de ontwikkelingslanden. Het doel van de samenwerking is de leefsituatie van de bevolking in ontwikkelingslanden verbeteren.
Noodhulp/Incidentele ontwikkelingssamenwerking
Samenwerking die tot doel heeft het helpen overleven van een noodsituatie.
 
Structurele ontwikkelingssamenwerking
Samenwerking die tot doel heeft het ontwikkelingsland economisch zelfstandig te maken.
Gebonden hulp
Het land dat geld geeft stelt eisen aan de besteding van het geld.
 
Ongebonden hulp
Het land dat geld ontvangt mag dit vrij besteden.
Bilaterale hulp
Hulp van land tot land.
Multilaterale hulp
Hulp via een internationale ontwikkelingsorganisatie, zoals de Verenigde Naties of de Wereldbank.
Overheidsorganisatie/gouvernementele organisatie
Een organisatie die namens de overheid taken uitvoert.
 
Niet-overheidsorganisatie/non-gouvernementele organisatie
Een organisatie die zich onafhankelijk van de overheid inzet voor een maatschappelijk belang, zoals ontwikkelingssamenwerking.

Afsluiting thema

Burgerschap

Je hebt de opdrachten van het thema gemaakt, het is tijd voor de afsluiting.
Je sluit dit thema af met het zoeken van zes afbeeldingen die het thema burgerschap illustreren. Je zoekt twee afbeeldingen bij 'Leefbaarheid', twee afbeeldingen bij 'Multiculturele samenleving' en twee afbeeldingen bij 'Wereldburgerschap'. Je kunt eventueel de afbeeldingen gebruiken die je aan het begin van het thema hebt gevonden.

Bij elk tweetal afbeeldingen geef je kort (max. 150 woorden) aan waarom de afbeeldingen volgens jou goed bij het onderwerp passen.

Beoordeling
De afbeeldingen en de toelichting worden beoordeeld door je docent.
Jouw docent let op:

Inhoud:

  • Passen de afbeeldingen goed bij de begrippen?
  • Passen de omschrijvingen bij de afbeeldingen?
  • Dekken de afbeeldingen en de omschrijvingen de leerdoelen (zie bij Leerdoelen)?

Creativiteit:

  • Zijn de afbeeldingen/omschrijvingen origineel?

Netheid:

  • Is er aandacht besteed aan de netheid?

Taal:

  • Bevatten de omschrijvingen niet te veel taalfouten?

Verderkijker

Burgerschap

Aan het eind van dit thema vind je de 'verderkijker'.
De Verderkijker biedt een selectie bij het thema passende videofragmenten.

TELEBLIK
Aan het eind van dit thema vind je de 'verderkijker'. De verderkijker biedt een selectie bij het thema passende digitale fragmenten uit het archief van Beeld en Geluid.
Voor het thema 'Grenzen en identiteit' zijn tien fragmenten bij zes verschillende onderwerpen geselecteerd.
Om de Teleblikfragmenten te kunnen bekijken moet je ingelogd zijn op Teleblik.

1. Leefbaarheid

  • Een betere buurt (Teleblik)
    Deurbel tegen anonimiteit in de tarwewijk.
  • Spookdorpen (Teleblik)
    Minister Eberhard van der Laan is bang voor ontstaan van spookdorpen door de daling van het aantal inwoners platteland.
  • Groenvoorziening (Teleblik)
    Gemeenten bezuinigen op groenvoorziening.
  • Geitenkamp in Arnhem (Teleblik)
    Agent vertelt over de wijk waar hij opgroeide en nu agent is. Van arbeiderswijk naar een wijk met veel werklozen.

2. Multiculturele samenleving en Als huizen konden praten

  • Prinses Maxima (Teleblik)
    Prinses Maxima bij presentatie WRR-rapport over nationale identiteit. "De Nederlander bestaat niet".
  • Akbarstraat (Teleblik)
    Gesprek met bewoners van de Akbarstraat  in de Kolenkitbuurt Amsterdam.

3. Wereldplaats en Wereldburger

  • Derde wereld (Teleblik)
    De derde wereld is afhankelijk van ons, maar wij ook van de derde wereld. We hebben elkaar nodig, elke dag.
  • Fair trade kleding (Teleblik)
    Drie jongeren van het internaat krijgen de volgende opdracht: zij mogen een week lang alleen fair trade kleding dragen.
  • Bloemen (Teleblik)
    "Dat verdient een bloemetje", dacht de Keuringsdienst.
    De supermarkt die eerder doodgewone bloemen verkocht, verkoopt tegenwoordig ook bosjes met het label 'Fair Trade'. Maar wat is er dan eigenlijk mis met al die andere?
  • Hagelslag (Teleblik)
    Test door Froukje Jansen die drie soorten hagelslag  proeft: de Venz, de Fair Trade Original en de Chocoreale, een biologische hagelslag.


LEERLINGEN VOOR LEERLINGEN
Hieronder vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt en die goed passen bij dit thema.

1. Leefbaarheid


2. Multicultureel



  • Het arrangement Thema: Burgerschap hv123 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    Bram de Kruijff Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
    Laatst gewijzigd
    2025-01-06 13:27:45
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    In dit thema staat burgerschap centraal. Het thema gaat over de volgende onderwerpen: Leefbaarheid Het beoordelen van leefbaarheid van gebieden aan de hand van vastgestelde criteria. Multiculturele samenleving De gevolgen kunnen omschrijven van de aanwezigheid van verschillende bevolkingsgroepen in een samenleving. Wereldburgerschap Het kunnen laten zien dat ieder individu verbonden is met de (internationale) samenleving.
    Leerniveau
    VWO 2; HAVO 1; VWO 1; HAVO 2;
    Leerinhoud en doelen
    Multiculturele samenleving; Wereldburgerschap; Burgerschap; Aardrijkskunde; Leefbaarheid;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    leerlijn, rearrangeerbare

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Aardrijkskunde. (2019).

    Thema: Burgerschap - hv123

    https://maken.wikiwijs.nl/52447/Thema__Burgerschap___hv123

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Multicultureel

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Meer informatie voor ontwikkelaars

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.