(P) = Praktijk op ponton. -Contengity (veiligheids) plan
-De alarmrol
-Persoonlijke reddingsmiddelen
-Opblaasbaar reddingsvlot.
-Hypothermie (Uitgebreid bij Medische Zorg)
-Overlevingspak: Aantrekken, Wijze van springen, Wat te doen in het water
-Werpen van een reddingsboei of -lijn met ring. (P)
-Oefenen met een helikoptersling. (P)
-Demonstratie vlot opblazen. (P)
-Schip verlaten met een opblaasbaar reddingsvlot.
-In het vlot springen. (P)
-Omgeslagen vlot rechtop zetten. (+P)
-TPA (Thermal Protective Aid) aantrekken bij jezelf of een slachtoffer.
-De werking van zwaartekrachtdavits. (+P)
-Omgaan met Davits, lanceren van de boot. (+P)
-Verschil opblaasbare en strijkbare vlotten.
-Onderdelen MOB kraan. (+P)
-Demonstreren gebruik kraan. (P)
-Sloep en inventaris.
-Haken- en painterrelease.
-Motor en koppeling
-Starten, meren en ontmeren, manoeuvreren met de sloep.(Binnen en buitenbesturing) (P)
-EPIRB, SART, noodsignalen op fluit en bel, pyrotechnische middelen.
-Handelingen op het musterstation
-Soorten MOB boten.
-MOB boot te water laten (+P)
-Werking buitenboordmotor. (P)
-Werking Jason cradle. (P)
-Als extra (bij voldoende tijd) wat kan de zee ons aan eten geven en hoe eten we dat?)
Het belang van de cursus
Op zee zijn we op onszelf en elkaar aangewezen.
Walinstanties zijn tegenwoordig met de moderne hulpmiddelen die ons ter beschikking staan overal ter wereld te bereiken, maar het kan lang duren voordat die bij je zijn.
(Denk aan midden op de oceaan zitten, of juist ergens in de (ant)Arctische streken.
Naar aanleiding van de ramp met de Titanic is er heel veel veranderd.
Alle (nieuwe) regels zijn 1914, twee jaar na de ramp, vastgelegd in het SOLAS (Safety Of Lives At Sea).
Tot die tijd mochten scheepseigenaren naar eigen goeddunken een schip van reddingsmateriaal voorzien.
Introductie
Cursus bestaat uit drie delen:
-Basic Safety "nat" (op zee)
-Basic Safety "heet" (Brand)
-EHBO, Geneeskundige hulp aan boord. (Aparte les)
De cursus is vijf jaar geldig vanaf de datum dat het certificaat is uitgereikt.
Na die datum moet je op refresher (herhalings) cursus.
In principe zijn die kosten voor je werkgever.
Afspraken voor natte en hete gedeelte:
Is eigenlijk een 1 weekse cursus, maar hier verdeeld over het hele schooljaar.
100% aanwezigheid vereist.
Je kan natuurlijk ziek zijn of familieomstandigheden => van tevoren melden per app /
telefoon / mail. Via adminstratie komt het niet gelijk bij mij.
Niet gemeld = afwezig!
Meer dan 6 lessen gemist? => uitsluiting examen.
3 tot 6 lessen gemist? => voor elke les een verslag maken + in het voorjaar een proefexamen.
Tot 3 lessen gemist => voor elke gemiste les een verslag.
Voldoe je aan het bovenstaande dan kan je meedoen aan het examen en krijg je, bij goed resultaat, je certificaat. BESEF: GEEN CERTIFICAAT = GEEN STEMPEL IN MONSTERBOEKJE = NIET STAGEVAREN!
Vanuit de school is er geen mogelijkheid tot herexamen.
Je zal dan via een extern instituut zelf en op eigen kosten een cursus moeten volgen en examen doen om alsnog je certificaat te halen.
Hoe kunnen we diverse reddingsmiddelen nu definieren?
Wat is een goede omschrijving voor een reddingsboot?
En van een reddingsvlot?
Hoe kunnen we een reddingsvest omschrijven?
Waarom is dit geen goedgekeurd reddingsvest?
Een zwemvest is geen reddingsvest.
Waarom niet?
Het SOLAS verdrag
Zoals gezegd mochten scheepseigenaren tot 1914 min of meer zelf weten hoe het schip uitgerust werd met reddingsmiddelen.
Zo had de Titanic slechts 7 reddingsboten aan elke zijde, plus nog een MOB boot en een officierssloep.
Totaal waren er dus 14 sloepen, en twee "werkboten".
En dat waren er nog minder dan op dat moment vereist werd geacht, namelijk 16 stuks in totaal.
GROEN:Reddingboot.
PAARS: Officierssloepje (gemaakt van een opvouwbaar frame met canvas bekleding)
Rood: M.O.B.
Tegenwoordig zou de Titanic er zo uitgezien hebben.
(Dit is de Titanic II die momenteel gebouwd wordt.)
In het SOLAS verdrag werd alles vastgelegd.
HET SOLAS BOEK 2016
(In 1974 is dit verdrag nog eens grondig herzien naar aanleiding van nieuwe scheepsrampen waar weer van geleerd werd.)
Niet alleen over reddingsmiddelen, maar ook over de constructie van het schip, hoe er genavigeerd moet worden, de radiocommunicatie (GMDSS) en recenter het vervoer van gevaarlijke stoffen en security (ISPS code)
Hoofdstuk XI - Speciale maatregelen ter bevordering van de maritieme beveiliging (ISPS)
Hoofdstuk XII - Aanvullende veiligheidsmaatregelen voor bulkcarriers
Voor deze cursus is van belang dat er vastgesteld is wat er allemaal verplicht is op het gebied van natte en hete safety.
Contingencyplan / Alarmrol
Contingency plan.
Het contingency plan.
Contingency = Onvoorzienigheid.
-Is een boek,map, of een file op de computer.
-1 Op de brug, 1in de controlekamer, 1 in een openbare ruimte (messroom).
-Een ieder moet er bij kunnen.
-Opgesteld in een voor elke opvarende begrijpelijke taal.
(Meestal Engels)
-Overzicht van wat er kan gebeuren, wat te doen als dat gebeurt, en wat de taak is van ieder persoon als dat gebeurt.
Opdracht:
-Groepjes maken. -Bedenk wat er zoal kan gebeuren op een schip. ("Risk assessment" )
-Elk groepje neemt een gebeurtenis.
-Wat kan er gebeuren?
-Wat zijn de gevolgen van de gebeurtenis? (impact klasse: minor, significant, major, possible death)
-Wat kan je doen om het te voorkomen?
-Wat moet je doen als de gebeurtenis plaats vindt?
Uiteindelijke resultaat mag een geschreven boek zijn, of een flow chart.
Maakt niet uit als de gang van zaken maar vastgelegd is.
-Goedkeuring door klassebureau.
In het contingencyplan staat ook beschreven welke instanties in welk geval gewaarschuwd moeten worden en wie dat dan doet.
Bijvoorbeeld: "In case of abandoning ship Captain informs nearest coastguard via VHF/MF or telephone"
Ook staat er in wie er op kantoor gewaarschuwd moet worden. (Designated Person Ashore, DPA)
Mogelijke narigheden op een schip:
-Brand
-Zinken
-Black Out
-Aan de grond lopen
-Aanvaring
-Man Over Boord
-etc.
Maar ook kleinere dingen:
-(Snij)wonden.
-Iets in je oog krijgen
-Vallen/struikelen
-Algemene ziekte.
-Etc.
Het veiligheidsplan
Internationaal symbool:
Het veiligheidsplan (Safety plan) is een plattegrond van het schip.
Per dek staat aangegeven waar de nooduitgangen zich bevinden en waar alle safety gerelateerde spullen staan.
-Brandblussers.
-Reddingspakken
-Reddingsvesten -Parachute signalen
-Nood radio's ("Walkie Talkie" )
-Brandkleppen
-Vluchtluiken
-Plaatsen waar brandmelders zitten
-Andere veiligheids- en reddingsmiddelen.
(Zie ook voorbeeld in lokaal)
-De plannen worden gebruikt in geval van nood, bijvoorbeeld brand. -Zeer gedetaillerde informatie (tot aantal treden van een trap en draairichting van een deur aan toe).
-Op voor een ieder bereikbare plaats:
*Brug (verplicht)
*Controlekamer (verplicht)
*Trappenhuis/gang/messroom kortom een plek waar iedereen wel komt. (verplicht)
*In rode kokers aan BB en SB zijde van het schip op goed zichtbare plaats (verplicht)
Deze hangen er voor als de brandweer aan boord komt in geval van brand als je langs de kant ligt.
Uiteraard kan je er zelf ook gebruik van maken.
*Mag op nog meer plaatsen, bijvoorbeeld in de werkplaats op het voorschip.
Het is handig om in deze kokers ook een bemanningslijst te stoppen.
Zo heb je er altijd eentje bij de hand als je moet musteren.
Noot: Dit is niet verplicht, maar als hij er in zit moet hij up to date zijn.
Ook het safety plan moet weer goedgekeurd worden door het klassebureau en de scheepvaartinspectie.
Alarmrol
In het contingencyplan staat al aangegeven bij wie je moet zijn in een noodgeval.
In de alarmrol staat aangegeven wat welke persoon precies moet doen in geval van nood.
Dit kan een een standaar IMO / SOLAS lijst zijn, maar mag ook een zelf gemaakte zijn.
Moet ook weer door klassebureau goedgekeurd worden.
UPON SOUNDING OF ALARM THESE ARE YOUR DUTIES.
RANK
FIRE
ABANDON SHIP
ASIGNED LIFEBOAT
M.O.B.
PIRACY
Captain
Overall control at the bridge
Overall control at the bridge
SB
Overall control at the bridge
Overall control at the bridge
Chief Engineer
Overall control Engine Room
Report to Muster station
PS
Start MOB boat engine
Go to safe room
Chief mate on duty
Roll call musterstation
Roll call musterstation
SB
Navigation at bridge
Press Piracy alarm
Chief mate off duty
Fire suit, team leader
Bring flares+ emerg VHF's
PS
Prepare MOB
Head count Dafe room
Etc
Etc
ALARMS:
ABANDON SHIP: __ __ __ __ __ __ __ _____________________ ON GENERAL ALARM BELL & HORN
FIRE: ________ __ ________ __ _________ __ ON GENERAL ALARM BELL & HORN
+ Nek wordt ondersteund.
+ Meer drijvermogen voor dan achter => bewusteloze wordt op rug gedraaid.
- Gepiel met de touwtjes.
Zijn jarenlang standaard gebleven.
Modern reddingsvest:
+Clip sluiting => ook met koude vingers aan te doen.
+Reflectie strepen
+Toegestaan als standaard reddingsmiddel.
-Groot blok => beperkt bewegingsvrijheid.
Eisen aan een reddingsvest
-Hoofdstuk III SOLAS.
-Opvallende kleur.
-Moet nek ondersteunen
-Moet bewusteloze op rug draaien en hoofd boven water houden.
-Moet voorzien zijn van reflectiestrepen.
-Moet binnenste buiten aangetrokken ook vast te maken zijn en functioneren.
-Drijvend materiaal moet ongevoelig zijn voor chemicalien (Bijv piemschuim lost op in aceton => niet toegestaan) en ongevoelig voor doorboren.
FOUT!
GOED!
Een kanteltijd van 6 seconden of korter hebben.
Een vrijboord hebben die een hoogte van minimaal 8 centimeter heeft (vrijboord is de hoogte
gemeten vanaf het water tot de onderkant van je kin).
Een fluitje bezitten waarin het balletje is weggelaten, dit omdat het balletje (als het in contact
komt met water) zich kan vastkleven aan de binnenzijde.
Aan de voorkant het woord FRONT hebben staan.
Met een duidelijke handleiding.
Van degelijke kwaliteit. (IMO (International Maritime Organization) goedgekeurd en voor schepen onder een vlag van een Europese lidstaat tevens goedgekeurd door het MED, Marine Equipment Directive.)
Duidelijk in zee zichtbaar en herkenbaar. (Oranje of geel)
Goed reflecterend zijn, zodat op afstand goed zichtbaar is waar iemand zich bevindt.
Met een drijvende, voldoende dikke kraag ter ondersteuning van je nek.
Een goed werkende sluiting hebben.
Handvatten / schouderbanden, om de persoon uit het water te kunnen hijsen.
(Kan ook het gedeelte dat over de schouders zit zijn)
Moet voorzien zijn van een lampje dat automatisch gaat branden in contact met (zee)water.
Zijn vele typen van
Komt veel voor.
Zwemvest
Is wat anders dan een reddingsvest!
Zwemvest
-Houdt alleen drijvende.
-Geen nekondersteuning
-Voor en achter drijvermogen => drenkeling wordt niet op rug gedraaid => verdrinking bij bewusteloosheid.
-Niet toegestaan als primair reddingsmiddel
+ Licht
+ Meer bewegingsvrijheid
Opblaasbaar vest
Blaast zichzelf op, kan op twee manieren.
1: Door aan touwtje te trekken. (Handmatig)
+Blaast zich niet zomaar automatisch op bij "natte klussen"
(Zeezeilers, suppliers)
Nadeel:
-Blaast zich niet automatisch op bij bewusteloos te water raken.
2: Automatisch bij te water raken. + Bij bewusteloos te water raken blaast het vest zichzelf op.
- Bij overkomend water bestaat de kans dat hij zich ongewild opblaast.
Werking:
Door aan het touwtje te trekken ontspant een veer die een pen in de CO2 cilinder schiet.
Of er smelt razendsnel een zouttablet waardoor hetzelfde gebeurt.
Bron: Secumar
Filmpje over hoe het vest weer werkzaam te maken maakt dit duidelijk:
Bron: Secumar.
Voordeel:
+ Grote bewegingsvrijheid.
+ Groot drijvermogen
+ Ook met "sprayhood" => geen water in gezicht.
Nadeel:
- Kan ongemerkt niet bedrijfsklaar zijn.
- Kan lek raken. (Tegen iets scherps aan stoten en een klein gaatje prikken in de drijver(s).
Dit heb je dan niet door => vest niet meer veilig zonder dat je het weet.)
- Kan onbedoeld in werking treden en dan weggelegd worden => niet meer te gebruiken.
- Weer bedrijsklaar maken vereist enige oefening. Men denkt al gauw: dat doet hij wel.
Gewichtsklassen:
Ingedeeld in klassen in Newtons
50, 100, 150, 275.
50 Newton:
Alleen geschikt voor zwemvaardigheden. Alleen bij of op beschut water waar snel hulp aanwezig is. Niet veilig bij bewusteloosheid.
Geen REDDINGSVEST! voor personen vanaf 30 kg.
Het 50N drijfhulpmiddel is bij uitstek geschikt in situaties waar veel bewegingsvrijheid vereist is, zoals:
Kanoën & Kayakken
Dinghy - zeilen
water / jetskiën
vissen - jagen
100 Newton
Geschikt bij of op binnenwater en beschut water. Beperkt veilig bij bewusteloosheid en bij het dragen van waterdichte kleding.
Geschikt voor kinderen (al vanaf een paar maanden) en volwassenen bij of op binnenwater en beschut water tijdens normale weerstomstandigheden en het dragen van lichte kleding. Biedt goede bescherming voor niet-zwemmers en zwemmers. De 100N reddingsvesten zijn zo ontworpen dat ze een bewusteloze persoon op de rug draaien, met de luchtwegen vrij van water.
150 Newton
Voor zwemmers en niet-zwemmers. Geschikt bij of op open- en kustwater. Met zware, waterdichte kleding beperkt veilig bij bewusteloosheid. Een reddingsvest dat meer drijfvermogen en geavenceerder is. Voor serieuze jachtvaarders, zwemmers en niet-zwemmers.
Geschikt voor kinderen en volwassenen bij of op open- en kustwater. Voor zware weersomstandigheden en bij het dragen van bijvoorbeeld lichte regenkleding. De 150N reddingsvesten zijn zo ontworpen dat ze een bewusteloze persoon op de rug draaien, met de luchtwegen vrij van water.
275 Newton
Voor op zee en bij extreme zware omstandigheden. Voor dragers van zware, waterdichte kleding. Onder vrijwel alle omstandigheden volkomen veilig bij bewusteloosheid.
Dit alles staat aangegeven op het ingenaaide label.
Cold shock en hypothermie
Gevaarlijkste vijand in het water: kou.
Hypothermie treedt op bij elke temparatuur lager dan 37 graden Celsius maar wordt vanaf 35 graden echt serieus.
Daarboven heb je het gewoon een beetje koud.
Uiteraard geldt: hoe kouder het water, hoe sneller hypothermie.
Als je dik bent heb je nu eindelijk eens een voordeel!
Wat voor temperaturen hebben we te maken op de Noordzee, waar we toch het meeste zullen varen?
Gemiddelde zomertemperaturen
Bron: KNMI
We zien op de Noordzee een gemiddelde temperatuur van 14-15 gr Celsius.
Overlevingstijd ongeveer een uurtje dus.
Als je goed kijkt kunnen we in de Waddenzee (veel ondieper) een gemiddelde zeewater temperatuur zien van maar liefst 23-26 graden.
Overlevingstijd minimaal 3 uur. (Tot wel 12, hier gaat de lichamelijke gesteldheid echt een rol spelen.)
In februari (koudste maand van de winter) is die temperatuur afgenomen naar zo'n 5-6 graden Celsius.
Overlevingstijd 30-60 minuten.
In 2016 is er een onderzoek geweest naar aanleiding van Man Over Boord rapporten met actuele tijden tot een slachtover bewusteloos werd.
De slachtoffers waren allen gekleed in gewone kleding.
Bron: M.A.I.B.
Wat zijn de gebieden van het lichaam die het meest warmte verliezen?
Dat zijn de gebieden met veel (grote) bloedvaten aan de oppervlakte:
-Hoofd. (Veel bloedvaten om hersenen van bloed te voorzien.)
-Nek (slag- en gewone aders)
-Oksels (Komen alle vaten langs)
-Liezen. (Ook zo'n knooppunt waar alle vaten langskomen.)
Juist die gebieden leg je bloot als je gaat zwemmen.
=> Steeds weer in contact met vers koud water, hoofd spettert steeds nat.
=> Blijf zo stil mogelijk in het water hangen: "warm" waterlaagje vormt zich om het lichaam.
Capuchon van overlevingspak altijd op doen.
Verschijnselen/stadia:
-Rillen, blauwe lippen.
-Verwarde spraak, eenvoudige opdrachten worden niet meer goed uitgevoerd.
-Rillen houdt op.
-Verlies van controle over spieren.
-Bewusteloosheid
-
Verder bestaat er ook nog zoiets als Cold Shock
=> Zeer koud water
=> Lichaam schrikt. => spieren, dus ook middenrif, spannen zich aan.
=> Je ademt kort, krachtig en diep in.
Ben je dan met je mond onder water dan adem je dus water in.
Deze reactie is een reflex en dus niet te onderukken!
Om dit te voorkomen is er het overlevingspak.
Overlevingspak
Internationaal symbool:
Overlevingspak / Survival suit / Immersion (onderdompel) suit.
-Voor elke opvarende verplicht aan boord (in de hut), + extra aan dek, op de brug en in de machinekamer.
-Niet zozeer om je drijvend te houden, daar zorgt het reddingsvest voor.
-Moet je droog en warm houden.
-Niet water doorlatend materiaal (neopreen)
"Suf" type:
Deze heb je aan boord.
"Stoer" type:
Offshore, reddingsdiensten.
-Deze houden je meer droog dan warm.
-Heeft een binnenpak en je kan er kleding onder aan doen.
-Zijn er ook met aangehechte laarzen. Nadeel: past alleen de persoon met die maat.
Pak op foto heeft waterdichte "sokken" waar je gewone schoenen of rigboots over kunnen.
Eisen ook weer in Hoofdstuk III SOLAS.
Artikel 7.25. Overlevingspakken
1. Algemene eisen voor overlevingspakken
a. Een overlevingspak is uit waterdicht materiaal vervaardigd en wel zodanig dat:
1°. het binnen 2 minuten zonder hulp van anderen uitgepakt en aangetrokken kan worden, rekening houdend met de gedragen kleding en een reddingsgordel indien het overlevingspak samen met een reddingsgordel wordt gedragen;
2°. het niet blijft branden of doorgaat met smelten indien het niet langer dan 2 seconden volledig in vuur gehuld is geweest;
3°. het, met uitzondering van het gezicht, het hele lichaam bedekt. De handen zijn bedekt, hetzij door handschoenen die een geheel vormen met het pak, hetzij door afzonderlijke handschoenen die permanent aan het pak zijn bevestigd;
4°. er voorzieningen zijn om de hoeveelheid vrije lucht in de pijpen van het pak te verminderen, en
5°. er geen overmatige hoeveelheid water in het pak binnendringt na een sprong vanaf een hoogte van ten minste 4,5 m in het water.
b. Een overlevingspak dat voldoet aan het bepaalde in artikel 7.24 mag als een reddingsgordel beschouwd worden.
c. Een overlevingspak stelt de drager, indien deze tevens een reddingsgordel draagt, in staat om:
1°. een verticaal geplaatste ladder van 5 m lengte op te klimmen en af te dalen;
2°. normale taken tijdens «schip verlaten» uit te voeren;
3°. vanaf een hoogte van ten minste 4,5 m in het water te springen zonder dat het overlevingspak beschadigt of losraakt, of de drager letsel toebrengt, en
4°. een korte afstand door het water te zwemmen en in een groepsreddingsmiddel te klimmen.
d. Een overlevingspak dat drijfvermogen heeft en ontworpen is om zonder reddingsgordel gedragen te worden, is voorzien van een licht dat voldoet aan het bepaalde in artikel 7.24, derde lid, en een signaalfluit als voorgeschreven in artikel 7.24, eerste lid, onder f.
e. Indien het overlevingspak samen met een reddingsgordel moet worden gedragen, wordt de reddingsgordel over het overlevingspak heen gedragen. Iemand die een dergelijk overlevingspak draagt, moet de reddingsgordel zonder hulp kunnen aandoen.
2. Thermische eisen voor overlevingspakken
a. Een overlevingspak dat vervaardigd is van materiaal zonder isolerende werking:
1°. is voorzien van een instructie dat het in combinatie met warme kleding gedragen wordt, en
2°. wordt zo vervaardigd dat het, indien het gedragen wordt in combinatie met warme kleding en een reddingsgordel als het overlevingspak bedoeld is om gedragen te worden in combinatie met een reddingsgordel, de drager voldoende thermische isolatie biedt, zodat de lichaamstemperatuur van de drager niet meer dan 2°C daalt na een sprong vanaf een hoogte van 4,5 m in het water en een daarop aansluitend verblijf van 1 uur in rustig stromend water van 5°C.
b. Een overlevingspak dat vervaardigd is uit isolerend materiaal biedt, indien het gedragen wordt op zichzelf of in combinatie met een reddingsgordel als het ontworpen is om in combinatie met een reddingsgordel gedragen te worden, de drager een zodanige thermische isolatie dat de lichaamstemperatuur van de drager niet meer dan 2°C daalt na een sprong vanaf een hoogte van 4,5 m in het water en een daarop aansluitend verblijf van 6 uur in rustig stromend water met een temperatuur tussen 0°C en 2°C.
c. Het overlevingspak stelt degene die het met de handen bedekt draagt, in staat om een potlood op te pakken en te schrijven na een verblijf van 1 uur in water van 5°C.
3. Eisen voor het drijfvermogen van overlevingspakken Een persoon die in zoet water een overlevingspak draagt dat voldoet aan het bepaalde in de LSA code of een overlevingspak in combinatie met een reddingsgordel moet zich in niet meer dan 5 seconden kunnen keren van de stand met het gezicht naar beneden tot die met het gezicht naar boven.
Al deze, en andere, eisen staan tevens in het IMO boekje, Life Saving Appliances Code. (LSA-code).
Editie 2017.
Juiste manier van pak aantrekken.
Op slingerend schip valt het soms niet mee.
Dan pak neerleggen en zittend aantrekken.
Springen met een overlevingspak
Springen met een overlevingspak aan is niet moeilijk, maar kan heel fout aflopen als je het niet goed doet.
-Voordat je springt: Op de hurken gaan zitten terwijl je aan de kraag trekt => overtollig lucht eruit.
- Ga aan rand staan.
- Een hand op schouder andere over mond en neus (Water tegenhouden) Dit kan ook met kinflap.
- BLIJF RECHT VOORUIT KIJKEN.
Als je naar beneden gaat kijken "volgt" het lichaam en kantel je voorover en klap je met je gezicht op het water, of kantel je bij het landen op het water zelfs voorover.
- Neem een stap vooruit. NIET SPRINGEN.
- Kruis het ander been voor het been waar je mee stapte langs.
Dit is ervoor om te zorgen dat je niet met gespreide benen op het water landt.
=> Ontwrichte knie/heup en veel pijn op die ene plek van je lichaam waar je geen pijn wilt hebben.
- Schrik niet van hoe ver je onder water komt.
Het duurt best even voor je weer boven komt, maar je pak heeft voldoende drijfvermogen om je weer boven te brengen.
Zeker als je er ook nog een reddingsvest bij aan hebt.
Zoek de fouten!
In het vlot springen
Hoewel het niet aan te raden is om een vlot in te springen kan het noodzakelijk zijn.
Men wil tenslotte zoveel mogelijk voorkomen in het water terecht te komen.
(Onderkoeling).
De reden om niet te willen springen ligt in het feit dat er grote kans is op verwondingen aan jezelf of anderen als breuken en (schaaf)wonden.
Als je moet springen:
-Wacht tot het vlot op een golftop is.
Als je springt terwijl het vlot net omhoog komt is de klap veel groter.
-Probeer niet te blijven staan. Je kan daardoor uit het vlot vallen door een
onverwachtse golf.
Zodra je landt ga dan door je knieen en rol weg naar de andere kant van het
vlot.
Eenmaal te water met overlevingspak
Als je in het water ligt: Zoek elkaar op! Ook in het water kun je elkaar warm houden.
Dicht bijelkaar => laagje water tussen lichamen wordt dun => kan zich opwarmen.
Huddle houding.
-Armen om de schouders van persoon naast je.
-Vorm een kring.
-Kring opvullen met personen. -Niet genoeg personen voor een kring of om op te vullen? => sla benen om elkaar heen.
Star position
Als Huddle, maar geen personen in de kring: trappen met benen.
=> Schuim goed te zien vanuit helikopter.
Bijkomend voordeel: met de benen naar elkaar toe kan er een gewonde of kind op de benen liggen.
Nadeel: meer warmteverlies.
Of:
In een kring met ruggen tegen elkaar en trappen.
ben je alleen? => H.E.L.P. houding.
Heat Escape Limiting Position.
-Gehurkte houding.
-Armen om de knieen.
-Lukt dat niet => armen onder de kieen, bovenbenen naar je toe trekken.
-Lukt dat ook niet, gehurkt zitten met benen gekruist.
Water is kouder naarmate het dieper wordt: blijf hoog.
Zwemmen in een overlevingspak
Zwemmen zoals je gewend, op de buik, bent gaat niet of nauwelijks.
Benen en romp hoog op het water, hoofd moeilijk bovenwater te houden.
-Op de rug, "maaien" met de armen.
- In een treintje: Op de rug, voeten onder de oksels van volgende, die ook weer onder de oksels van volgende en laatste man half op de buik met voeten van voorganger onder de oksels.
Deze man houdt uitkijk en stuurt.
Alleen tegelijk roeien met de armen.
Reddingsboei. (Week 4)
Materiaal: Polyethyleen.
Drijvend materiaal: PUR-schuim.
Materiaal grijplijn: Nylon of polypropyleen.
Internationaal symbool:
Eisen:
-Opvallende kleur.
-Grijplijn
-Genoeg gewicht om tegen de wind in te gooien (meestal 4kg, maar minimaal 2,5kg) en om niet gelijk weg te drijven.
-Mag niet lek raken bij stoten. Dus niet opblaasbaar.
-Bestand tegen chemicalien.
-Reflectiestrepen van SOLAS goedgekeurd materiaal (stempel.)
Kan ook met lijn:
Of netter, met lijn in een houder:
Symbool
Kan ook met een drijvend lampje.
Of met lamp en rooksignaal.
Sy
Symbool
Raak je te water en is er geen reddingsboei ter beschikking probeer er dan een te maken van je broek.
Grote reddingsmiddelen
Opblaasbare vlotten
De ramp met de Titanic is een zeer leerzame geweest.
Conclusies:
-Geen enkel schip is onzinkbaar =>voldoende reddingsmiddelen.
-Ook mensen in reddingboot stierven => kou grootste moordenaar => uitvinding overdekt reddingsvlot. (US Navy => Eerst alleen voor marine)
-Klein, licht, overdekt, maar nog niet ideaal.
-Doorontwikkeld naar huidige opblaasbaar vlot.
Twee typen:
-Het werpvlot:
Symbool:
Of een strijkbaar vlot:
Internationaal symbool:
Later gaan we nader in op beide typen en hoe die te gebruiken.
Typen vlotten
Er zijn vele vormen van containers.
Bestaan alle uit twee helften, bijeen gehouden door banden ("straps").
Deze straps NOOIT verwijderen. Dan liggen de schalen los.
De platte: eigenlijk alleen op jachten (past onder de giek door.)
De ronde: op zeeschepen.
Van 4 tot XXX personen (kan oplopen tot 100-en)
Onderdelen benoemen
Indien 100-en: niet meer overkapt.
Echter, dit type vlotten wordt dan alleen gebruikt in gebieden waarin men op korte termijn gered gaat worden.
Denk hierbij aan bijvoorbeeld veerdiensten op de Waddenzee.
Op oceanen is een overkapping uiteraard altijd noodzakelijk omdat het waarschijnlijk is dat men daar langere tijd zal verblijven en dus is bescherming tegen de elementen absoluut een noodzaak.
Er moeten aan elke zijde voldoende vlotten staan voor alle opvarenden.
Opvouwen: aparte kunst => walbedrijf.
Het vlot wordt automatisch opgeblazen door de vanglijn geheel uit te trekken.
De vanglijn zit aan een cilinder vast met daarin CO2.
In de CO2 cilinder zit meer dan er nodig is om het vlot op te blazen.|
Dit om er zeker van te zijn dat het vlot geheel opblaast.
Het teveel wordt afgevoerd via overstortventielen.
Het overboord zetten is simpel: met twee man in zee gooien en aan het touw trekken.
Wel eerst het touw vastmaken aan het schip!
Dan is er nog het vlot van het strijkbare type.
=> Vlot met kraan overboord.
=> Opblazen
=> Vastzetten met vanglijnen
=> Mensen er in.
=> Lijnen los.
Dit type zie je veel op platforms, kraanschepen en cruiseschepen.
(Grotere hoogten => gevaarlijk te springen.)
=> Zakken
Een heel apart vlot, is het Personal MOB Life Raft.
Je draagt het als een soort rugzakje op je rug en bij overboord vallen blaast hij zich op, waarna je er inkruipt alsof je in een slaapzak stapt.
Bron: Cobham Marine.
Een vlot oprichten
Door het gewicht van de CO2 cilinder en het overlevingspakket komt de container in principe goed in het water tercht en zal het vlot zich met de bodem op het water opblazen.
Toch kan het gebeuren dat het vlot op zijn kop op het water ligt.
Dan zal je hem dus moeten omkeren.
=> Zoek naar de indicator op de zijkant met "RIGHT HERE". => Draai het vlot zodanig dat de wind van de andere kant komt.
Jij zit dus in de luwte.
Zodoende helpt de wind je straks bij het omkeren van het vlot. => Klim op de bodem van het vlot.
=> Over de bodem lopen linten vanaf de ene naar de andere kant.
Pak deze in je linker en rechter hand.
=> Ga op de CO2 cilinder staan met een voet links en een voet rechts van de linten.
De linten zitten dus tussen je voeten.
Doe je dit niet dan bestaat de kans dat je voeten verstrikt raken in de linten en zit je
straks gevangen onder het vlot.
=> Ga rechtop staan en hang aan de linten.
=> Het vlot zal omhoog komen, ga nu nog meer aan de linten hangen.
=> LAAT DE LINTEN NOOIT LOS! => Het vlot zal namelijk bovenop jou landen, door jezelf nu aan de linten vooruit te trekken kom je aan de andere kant onder het vlot vandaan.
Als je op dat moment de linten losgelaten hebt heb je niks meer om je aan weg te trekken en raak je bovendien de weg kwijt en zit je gevangen onder het vlot.
Release hooks.
Er bestaan twee soorten haken waar het vlot aan kan hangen.
-OFF LOAD RELEASE
-ON LOAD RELEASE
De OFF load kan alleen open gaan als er geen kracht meer op de haak staat.
De haak is zo gebouwd dat als het vlot in de haak hangt deze omhoog klapt en dus niet open gaat.
Principe off load release hook. (Bron: www.seacatch.com)
Oranje slang bestaat uit segmenten die in elkaar schuiven als je ze omhoog duwt.
Dan wordt het een stang en kun je de beugel optillen waardoor de haak los gaat.
Dit type zit aan rescue boten en strijkbare vlotten.
Voordeel OFF load: boot kan niet halverwege het laten zakken zomaar naar beneden vallen.
Nadeel: Bij veel zeegang is het moeilijker de haak los te maken.
Oplossing: Maak vlak boven het wateroppervlak de beveiliging alvast los, zodra het strijkbare vlot dan het water raakt ontkoppelt de haak.
ON LOAD release.
Hierbij is de haak zo gemaakt dat deze wel omklapt als de borg weggetrokken wordt.
Principe ON LOAD RELEASE
Het scharnierpunt is zo geplaatst dat de haak omklapt als borgin #16/17 omgeklapt wordt.
Tegenwoordig is dit type verplicht aan sloepen en vrije valboten.
Voordeel: Deze haak zal altijd losgaan.
Je kan de dus de boot tot vlak boven het water laten zakken en hem dan releasen. Nadeel:In de paniek kan iemand onderweg al de haken losmaken.
Inhoud vlotten
Het SOLAS vereist een minimale inhoud van het pakket in het vlot:
Basic inhoud
De keuze van het pakket wordt bepaald door het vaargebied.
Er bestaan drie paketten: A B en C
Pakket A is voor schepen die op verre internationale reizen gaan, zeg maar: de oceanen over: of zoals dat heet: "Unlimited area of navigation."
Van deze schepen is het waarschijnlijk dat het langer kan duren dan 24 uur voor er redding komt.
Pakket A 4 Parchutesignalen
6 Hand flares
1 Zaklamp met signaalmogelijkheid. 2 Reserve batterijen voor de lamp.
1 Reservelampje voor de lamp. 1 Fluitje
1 Signaalspiegel
6 Voedsel ratsoenen
6 Drinkwater ratsoenen
3 Veiligheids blikopeners
1 set Visgerei
1 EHBO kit
6 sets Zeeziektepillen
2 Sponzen
1 Boekje met survival instructies
1 Tabel met reddingsseinen
1 Zee-anker met lijn
1 Schaar
2 rooksignalen
6 Kotszakjes
6 PTA
1 (drijvend) mes.
1 Kaart met instructies 1 Set peddels
1 Reparatieset
1 luchtpomp
1 werpring met lijn
1 SART radar transponder.
Als er op de ferry Hoek van Holland - Harwich iets gebeurd is een redding binnen 24 uur zeer waarschijnlijk.
Dit vaargebied heet: passenger ships engaged on short international voyages. Dus passagiersschepen die betrokken zijn in korte internationale reizen.
Het pakket voor deze schepen mag iets minder rijk uitgerust zijn.
Pakket B 1 Zaklamp met signaalmogelijkheid. 2 Reserve batterijen voor de lamp.
1 Reservelampje voor de lamp. 1 Fluitje
1 Signaalspiegel
1 Medicijnkit
6 sets Zeeziektepillen
2 Sponzen
1 Boekje met survival instructies
1 Tabel met reddingsseinen
1 Zee-anker met lijn
6 Kotszakjes
1 (drijvend) mes.
1 Kaart met instructies 1 Set peddels
1 Reparatieset 6 Zakjes water.
1 werpring met lijn
1 SART radar transponder. Bemerk dat zaken als noodvuurwerk en visgerei missen.
Dan bestaat er nog een pakket C.
Voor schepen die echt dicht onder de kust blijven.
Den daarbij aan werkschepen en kleine vissersschepen (garnalen/mossel vissers).
In dit pakket zit echt alleen nog maar de belangrijkste basics voor een redding op (zeer) korte termijn.
Aan de buitenkant van de container moet op de informatiesticker aangegeven zijn welk pakket in het vlot aanwezig is:
De klant mag verder van alles erbij in willen.
Als er ruimte voor is doet de fabrikant het er wel bij.
Thermal Protective Aid (TPA)
Symbool:
In het pakket zitten ook een of meerdere z.g. Protective Thermal Aid's (PTA)
Ze zijn er in diverse soorten.
Type "slaapzak" :
Type slaapzak met mouwen:
Type slaapzak met mouwen en benen:
Type deken:
Allen hebben ze het doel om het lichaam zichzelf op te laten warmen. (De beste methode)
Binnenkant is voorzien van een reflecterende laag die warmte terugkaatst aan het lichaam.
Ezelsbruggetje: Goud naar koud.
Dus: slachtoffer wordt koud van de omgevingstemperatuur, dus de goudkleurige zijde naar buiten.
Materiaal: PET
Dikte +- 32 micron.
(Demo: TPA aantrekken)
Hydrostatic Release
Als het schip zinkt komt het vlot automatisch naar de oppervlakte m.b.v. de hydrostatic release.
De vanglijn zit hieraan vast.
Bron: www.viking-life.com
=> schip zinkt.
=> H.R. snijdt op +- 3 meter diepte de sjorring door.
Bron: www.datrex.com => Vlot gaat drijven.
=> Door het omhoog gaan trekt de vanglijn eruit en blaast het vlot op.
=> Doordat vlot opgeblazen zoveel drijfkracht heeft breekt de weak link
=> Vlot komt opgeblazen aan de oppervlakte.
Als het schip al op de bodem komt voordat de vanglijn aan de CO2 fles heeft getrokken komt de container dus gesloten boven.
Dan zelf nog even aan de lijn trekken.
De vanglijn kan heel gemakkelijk verkeerd aan de H.R. gemonteerd worden.
Hij zit dan aan het schip vast ipv aan de breeklijn.
Dan zal het vlot nooit boven komen.
Juiste manier van monteren:
Bron: Avmar Ltd.
Samenvattende filmpjes vlotten
Bron: Swedish Sea Rescue Society (SSRS)
30 uur in een vlot.
Bron: Viking Liferafts.
Bron: SparkleSource Marine.
Reddingboot.
Er zijn in de loop der jaren vele soorten reddingboten geweest.
Allen waren op dat moment het beste wat er was.
De tijd zorgde aldoor voor verbeteringen.
Reddingboot V.O.C. tijd:
-Alleen voor kapitein en hogere officieren.
De rest had pech. (drijvende houden aan wrakhout o.i.d.)
Later voor meer opvarenden meer sloepen beschikbaar
Aandrijving: Roeiriemen en zeil.
Soms ook met "fietsaandrijving" .
Pas in de jaren '70 / '80 werd de motor gemeengoed..
Als schip origineel met roeisloepen is uitgerust mag dit gewoon nog in gebruik blijven.
Nieuwe schepen: vrije valboot.
Jaren 80
Schat Harding / Mulder en Rijke.
Anno nu:
Vrije val boot:
Symbool:
Ook voor de reddingsboot is er een door de IMO/SOLAS verplichte minimale uitrusting van een reddingsboot.
Er dient aan boord te zijn: (Zie verzicht bij Man Overboord Boot.)
Lanceren "Ouderwetse" reddingsboot.
Onderstaande in combinatie met praktijkles op het ponton:
Op ons ponton hebben we nog een ouderwetse roeireddingboot die op een bepaalde manier te water gelaten moet worden.
Dit type wordt in principe niet meer geplaatst op schepen, maar komt nog wel voor.
Check of de dock pins uit de Davit verwijderd zijn.
Check of de afwateringsgaten afgeplugd zijn.
Verwijder de sjoringen.
Licht de rem op de winch => de boot zal zakken. STOP NIET onderweg. de boot zal hierdoor gaan slingeren.
De winch heeft een centrifugaalrem. Hoe sneller de boot zakt, hoe meer hij remt.
Zo kan de boot nooit te snel zakken.
Stop ter hoogte van het embarkatiedek en vlak voordat de vaste aanhaaltalies pakken.
Persoon in de boot geeft de losse aanhaaltalies aan.
Trek de boot naar het embarkatiedek.
Maak de vaste aanhaaltalies los.
Personen gaan de boot in.
Maak de losse aanhaaltalies los.
Laat de boot IN EEN KEER doorzakken op het water.
Ontkoppel de boot van de sloepsdraden.
Ontkoppel de vanglijn ("painter line"(Vanglijn) ) met de z.g painter-release.
Dit is een wegklapbaar haakje waar de vanglijn met een oogje aan vast zit.
Door binnen in de sloep aan het hendeltje met het zwarte bolltje te trekken trek je de borging van de haak weg en zal deze open klappen.
De overdekte sloep op ons ponton heeft dit systeem.
Er is echter een moderner systeem voor in de plaats gekomen.
Lanceren moderne reddingsboot.
Onderstaande wordt getraind op het safety praktijkdek in Harlingen.
Check of de dock pins verwijderd zijn.
Omdat tegenwoordig de boten allemaal van het gesloten type zijn zal de afwateringsplug zeer waarschijnlijk op zijn plaats zitten, maar toch even checken.
Sjoringen los.
Mensen boarden.
Motor starten.
Pompen met hydrolische pomp.
Boot zakt.
Boot onkoppelen .
Eventueel glijspanten verwijderen
In onderstaand filmpje is het lanceren van een gesloten reddingsboot goed te zien.
Tevens is te zien waarom je NIET moet stoppen tijdens het zakken.
Let op hoe de boot slingert!
Dan word je niet blij als je in de boot zit.
De wet vereist dat er maandelijks een life boat drill gehoeden wordt.
Het is een overweging dit MET of ZONDER bemanning te doen:
Lanceren Vrije Val Boot
Sinds 2004 is de vrije valboot (FFB, Free Fall Boat) standaard voor bulkschepen.
Maar ook de gewone reddingsboot met Davits kan nog voorkomen.
Ze worden tegenwoordig eigenlijk standaard op elk schip gebouwd die daar ruimte voor heeft.
The MSC at its 79th session in December 2004 adopted an amendment to regulation 31 in SOLAS chapter III (Life-saving appliances and arrangements) to make mandatory the carriage of free-fall lifeboats on bulk carriers.
Wat precies wel en geen bulk carrier is, is natuurlijk een vraagteken.
"Bulk" betekent: in grote hoeveelheden en los gestorte vervoerde lading.
Wanneer is een schip dan een bulkcarrier?
DUs vertaald: Een schip dat er voor ontworpen is om onverpakte droge of vloeibare ladingen te vervoeren.
Vrije val boten moeten onder een hoek van ongeveer 35 - 40 graden op het achterschip in het midden, of zo nabij het midden als uitvoerbaar is, geplaatst worden.
Die hoek is belangrijk voor de hoek waarop de boot in het water komt.
Te vlak en hij gaat scheren, te steil en hij flipt over de kop.
Symbool:
De procedure:
-Alle veiligheden als sjorringen en dock pins worden verwijderd.
- de bemanning is gekleed in lange broek, T-shirt/overhemd en draagt goed schoeisel, werkhandschoenen en veiligheidshelm. Men neemt rustig, maar snel, plaats in de boot.
- om het middenpad vrij te houden, neemt men direct plaats op de zitplaatsen aan stuur/bakboord.
- nadat het laatste bemanningslid aan boord is, wordt de waterdichte deur gesloten.
- men snoert zich direct in de veiligheidsriemen (goed strak) en doet ook de hoofdband om.
- de veiligheidshelm en werkhandschoenen worden opgeborgen in een vak naast de zitplaats; de helm mag absoluut niet op het hoofd blijven, omdat men door de klap in het water zijn nek kan breken.
- er is geen ruimte in de boot voor privé eigendommen.
- de 3e Officier controleert of iedereen volgens de veiligheidsvoorschriften heeft gehandeld.
- de 1e Officier heeft tijdens de voorafgaande handelingen plaats genomen in de cockpit en heeft zich ook beveiligd. Hij heeft tevens de voortstuwingsinstallatie paraat gezet.
- de 3e Officier meldt, dat de bemanning gereed is en neemt zijn plaats in en beveiligt zich.
- hierna pompt de 1e Officier hydraulisch de laatste borghaak, welke de reddingboot op de rails vasthoudt, vrij.
- na een kort glijden over de rails volgt de vrije val en de duik in zee.
- in de boot voelt men kort het glijden over de rails, daarna de versnelling van de vrije val en de klap van de boot op het water. Omdat men vastgesnoerd zit, wordt de klap goed opgevangen.
- direct nadat de reddingboot in het water is gekomen, start de 1e Officier de motor en koerst bij het schip vandaan.
- in de tropen bij een buitentemperatuur van bijvoorbeeld 45 graden Celsius neemt de temperatuur in de afgesloten reddingboot snel toe; wanneer de zeegang het toelaat wordt op het water spoedig een luik op de overkapping geopend.
Sinds de uitvinding van de FFB zijn ze uitvoerig getest:
Rescue Boat
Symbool:
Elk schip is verplicht een Rescue Boat (RB) te hebben.
Dit mag ook een sloep zijn, mits die maar voorzien is van alles om een MO snel en effectief uit zee te halen.
-Effectieve wijze van lanceren. -Een motor die krachtig genoeg is om, ook in zeegang, bij de MO te komen.
-Mogelijkheden om drenkeling op effectieve wijze uit zee te halen.
-EHBO met TPA aan boord.
-Na alarm trekt MOB bemanning een droogpak aan.
-Neem waterdichte (GMDSS) radio mee.
-Dekkleed van de boot.
-Sjorring losmaken.
-Bemanning in de boot.
-Luchtgekoelde motor of motor met gesloten koelsysteem nu starten.
-Vanglijn met voldoende lengte vastzetten.
-Snelheid eigen schip minimaliseren.
-Boot iets lichten
-Kraan naar buiten draaien.
-Boot laten zakken.
-Motor starten.
-Vaart van de MOB gelijk maken met die van het eigen schip
Zo snel mogelijk boot uit de haak ontkoppelen ivm gevaar voor omslaan.
Deze handeling is cruciaal voor het veilig lanceren van de MOB boot!
-Vanglijn los en wegvaren.
- Vergeet niet de radarreflector te plaatsen.
De boot is gemaakt van slecht reflecterend materiaal (polyester / rubber) en is ook nog
eens zeer klein.
De bemanning op de brug is je zo uit het oog verloren. Voor het juist plaatsen van een reflector zie aparte hoofdstukje.
En hoe het niet moet! (Misschien nog wel belangrijker filmpje dan de vorige!)
(Bekijk tijdens het filmpje wat men fout doet)
En nog een voorbeeld van hoe het niet moet:|
Wat doet men hier niet goed?
De rescue boat kraan moet in staat zijn om de boot met 6 personen aan boord snel omhoog te hijsen.
De snelheid van hijsen is vaak hoger dan die van een normale davitmotor.
Een z.g. FAST rescue boat (FRB) is verplicht op passagiersschepen en ferries.
Er zijn vele typen RB's
Van een simpele rubberboot via RIB's met BB motor naar Fast Rescue Boats, zoals we die kennen van de off-shore.
Ridged Inflatable Boat (RIB)
Let op: dit is een Marine versie. De boot op onze schepen moet van een opvallende kleur zijn. (Oranje / Geel)
Man Overboord Boot
Fast Rescue Boat (FRB)
Tenslotte:
Oefen regelmatig op een snelle lancering van de RB.
De drenkeling is in no-time heel ver van je verwijderd en daardoor bijna niet meer terug te vinden.
Rescueboot- en vlottenkraan
De rescueboot en het strijkbare vlot worden overboord gezet met een kraan.
De kraan is zo ontworpen dat het kan werken zonder stroomvoorziening.
Dus bij z.g. "dood schip" kan men de kraan gewoon bedienen.
Hetzij met de hand (zwengel), hetzij met een eigen hydraulische powerpack die aangesloten is op de noodstroomvoorziening.
Ook kan er een cilinder op de kraan zitten met daarin olie die genoeg op druk gebracht is om de boot / het vlot naar buiten te kunnen draaien, een z.g. accumulator.
Er zijn meerdere typen kraantjes, wij zullen ons echter concentreren op het meest gangbare type.
Het bekendste type is die van het merk Global-Davit.
Werkwijze:
-Zorg ervoor dat het vlot of de boot in de haak zit.
-Licht met de motor of met de zwengel zover dat vlot/boot vrij is van de
craddle.
-Indien je met de motor licht zal de haak de ring om de kabel lichten waardoor
een breekschakelaar de stroomkring onderbreekt en de motor stopt.
-Zwengel / motor of trek aan de triangel om de boot naar buiten te
zwaaien.
-Trek aan de triangel om de boot te laten zakken.
-Probeer niet te vroeg te stoppen => genoeg slack in kabel om weer in te
kunnen pikken.
Op de winch zit voor het gat van zwengel een blokkeerplaatje.
Dit is om te voorkomen dat de bandrem gelicht kan worden terwijl de zwengel op de as zit.
Motor en koppeling (NOVA)
De rescue boat zal voorzien zijn van een motor.
Dit kan een binnenboordmotor zijn of een buitenboordmotor.
Indien er een binnenboordmotor geplaatst is mag dit niet een benzinemotor zijn, ivm explosiegevaar.
Beide motoren zullen voorzien zijn van een (keer)koppeling die de schroef in zijn vrij kan zetten, vooruit kan laten draaien of achteruit.
De binnenboordmotor
De wat duurdere typen RB's zijn vaak voorzien van een binnenboordmotor.
Dit mag (zoals eerder gezegd) geen benzinemotor zijn, dus een diesel.
Maar natuurlijk kan de motor ook een gewone schroef aandrijven.
Een bootje dat dan veel aan boord gezien wordt is van onderstaand type: Foto: hangyumarine.en
Deze aandrijflijn zal voorzien moeten zijn van een keerkoppeling om de schroef vooruit of achteruit te kunnen laten draaien. Foto: http://www.vanstigt.com
De keerkoppeling is het eerste onderdeel na de motor op de schroefas.
Via een schroefasdoorvoering wordt uiteindelijk de schroef aangedrevn
De buitenboordmotor
Coasters en kleinere schepen zullen hun MOB veelal voorzien van een buitenboordmotor.
Voordelen:
-Geen schroefasdoorvoer nodig.
-Lichter van gewicht.
-Goedkoper.
-Kleiner.
Nadelen:
-Motoren met veel pk's worden erg groot:
Door de overbrenging, vrij gecompliceerde techniek.
Gasgeven en koppelen kan d.m.v. de handles op de motor gebeuren maar ook d.m.v. een zogenaamde "teleflex".
Een bekend merk daarin is "Morse".
Dan wordt er gasgegeven en gekoppeld met een handle bij de stuurman waarbij de bediening met flexibele stalen stangen overgebracht wordt op de motor.
Starten van de buitenboordmotor:
-Sluit de benzineslang aan op de motor.
-Open de bezinekraan of de onluchting op de dop van de tank.
(Geen ontluchting open => vacuum=> motor slaat af) -Trek de choke uit.
-Sluit het doodemanskoord aan.
Het zwarte lipje tilt de rode schakelaar op.
Daarmee wordt een elementaire stroomkring (meestal de kabel naar de bougie) gesloten.
Valt men met de dodemanskoord om de pols over boord, dan trek je het lipje los en wordt de stroomkring verbroken waardoor de motor afslaat.
Zonder dodemanskoord kan er dit gebeuren:
Bron: RNLI, UK
-Knijp in de bal van het benzineslangetje tot je weerstand voelt. De bal wordt dan hard.
-Sommige motoren hebben een special START stand op de gashendel.
Zet de gashendel in die stand. Geen START-stand? => beetje gasgeven.
-Trek aan het startkoord.
-Zodra de motor start en de toeren oplopen, de choke indrukken en nog een beetje gasgeven.
-Voel na een poosje of de koelwaterstraal warm wordt. (Bij erg koud buitenwater kan dit even duren.)
-Zodra de motor goed loopt gas helemaal terug nemen, wachten tot de toeren stabiliseren (stationair toerental) en de koppeling inschakelen.
-Hendeltje naar voren = vooruit, hendeltje naar achter = achteruit, hendeltje in het midden = neutraal. LET OP: De koppeling inschakelen terwijl de motor nog toeren maakt is funest voor de tandwielen van de overbrenging!
-Zet de motor uit door op het rode knopje van de dodemansknop te drukken of door het koord eruit te trekken.
Alarmen en Musterstation
Alarmen
In geval van een noodsituatie zal er op de scheepshoorn en op de scheepsbellen of sirene alarm gegeven worden.
Dit geschiedt uitsluitend op bevel van de gezagvoerder of diens vervanger
Dit alarm is internationaal afgesproken.
Het SOLAS vereist hierbij een "appropriate alarm".
Een passend alarm dus.
Het gaat er dus om dat je een geluid hoort dat zo anders is dan anders dat je alert wordt.
In de praktijk een bel of een sirene.
Algemeen alarm.
Al heel lang worden de volgende alarmen gebruikt.
Tegenwoordig kan je op veel schepen ook een het nieuwe algemeen alarm tegen komen.
Het algemeen alarm bestaat uit 7 korte signalen met daar achteraan 1 lange.
Dus: . . . . . . . ________
Waarbij een kort signaal ongeveer 1 seconde duurt en de lange duidelijk langer duurt dan de korte.
Op schepen die gebouwd zijn na 1 juli 1998 wordt bij het alarm schipverlaten
het algemeen alarm gegeven met over de intercom het gesproken woord "abandon ship" of "Fire" etc.
Vooral op cruise- en passagiersschepen heeft het gesproken woord van de kapitein een groot psygolochisch effect.
De gesproken stem stelt de passagiers gerust: gelukkig de kapitein is er .
Hier is de "code" ook van minder belang. Men wil de passagiers op het musterstation hebben.
Meer niet.
Het doorgeven van wat er aan de hand is, is vooral van belang voor de bemanning, zodat ze weten wat er aan de hand is en wat er dus van ze verwacht wordt.
Bron : MV Freedom of the Seas.
WELK ALARM ZOU JE HIER GEVEN?........
Op het Musterstation
Symbool:
DE MEEST GANGBARE
Op het musterstation (to muster = verzamelen) moet een aantal zaken gedaan worden:
-Alle bemanningsleden + evt passagiers moeten naar deze plaats komen.
Dit om er zeker van te zijn dat er niemand mist.
Op sommige schepen is er afgesproken dat mensen met een taak die enige tijd vergt (bv. brandweerpak aantrekken) zich telefonisch of anderszins melden op de brug en dan gelijk hun taak gaan uitvoeren.
Ook hier is wat voor te zeggen.
-Neem een bemanningslijst mee en lees alle namen op.
Sommige schepen telt men alleen de koppen. Maar als er eentje mist, wie is dat dan?
Als je de namen opleest en "Pietje" reageert niet kan je gelijk iemand naar de hut of de werkplek van Pietje sturen.
-Iedereen aanwezig? => melden aan de brug.
-Hoewel een ieder zijn taken behoort te weten verdeelt degene die de drill leidt de taken.
Probeer voor de gein maar eens bij een oefening te zeggen: "Oke, iedereen moet nu gaan doen wat zijn taak is". => wordt een zooitje.
Op kleinere schepen als coasters zal over het algemeen slechts 1 musterstation zijn.
Op grotere schepen of schepen met veel mensen aan boord (lees: passagiersschepen) zullen meerdere musterstations zijn.
Elk bemanningslid of elke passagier is dan ingedeeld op een bepaalde musterstation.
Op de alarmrol staat aangegeven welk station dat is.
Deze wordt aangeduid met een letter of een cijfer.
Ook kunnen er op de musterstation nog instructies kenbaar gemaakt worden via de sticker:
Bron: alamy.com
Emergency Position Indicating Equipment.
Er bestaat diverse aparatuur om de positie van het schip of het slachtoffer aan te geven.
Te weten:
EPIRB (Emergency Position Indicating Beacon)
SART (Search And Rescue Radar Transponder)
PLB (Personal Locating Beacon).
Seinspiegel
Radarreflector.
Dagseinlamp.
Radarrefelector
De radarreflector is een belangrijk hulpmiddel om kleine objecten of slecht reflecterende objecten goed zichtbaar te maken op de radar.
Ze worden echter heel vaak verkeerd geplaatst.
1 is fout.
2 is goed.
In situatie 1 wordt de straal alle kanten op teruggekaats, behalve de goede ("Diffuus")
Natuurkunde: hoek van inval = hoek van uitval, dus hoek van inval = 90 gr, hoek van uitval = 90 gr. => niet retour naar zender!
In situatie 2 wordt de straal eerst tegen het eerste schotje gekaatst, vervolgens tegen het tweede en daarna terug naar waar het vandaan kwam. (Zender)
Weer Natuurkunde: hoek van inval is hoek van uitval, dus 90 graden in = 90 graden uit (1e schotje) en dan nog eens 90 gr in en 90 graden uit. => 180 graden.
Vreemd genoeg hebben veel fabrikant gaatjes gemaakt in de punten, zodat je haast als vanzelf de radarreflector verkeerd ophangt.
Onthoud:
-De schotjes moeten allen een hoek van 90 graden maken met elkaar. -De beste positie heb je bereikt als de reflector denkbeeldig met een zijkant op een tafel staat.
Extra info:
Deze z.g. Buisreflectoren zijn gemaakt van een PVC pijp met allemaal schotjes erin geplaatst.
De schotjes zijn echter te klein om iets te kunnen betekenen.
Deze reflectoren zijn populair bij jachten omdat ze redelijk klein zijn, onopvallend en goedkoop.
Ze zijn echter nutteloos. => schijnveiligheid => gevaarlijker dan geen reflector => dan besef je tenminste dat je niet goed zichtbaar bent.
Nog een buisreflector.
Ook een kunsstof huis, met daarin een aantal scheef geplaatste "goede" reflectoren.
Deze zijn er in verschillende maten.
De grootsten voldoen redelijk tot goed.
Dan zijn er nog allerlei opvouwbare / opblaasbare reflectoren voor in het reddingspakket van de vlotten:
Van de effectieviteit moet men niet al te veel verwachten.
Tenslotte nog de Trilens-reflector (Tri lens: drie lenzen.)
Hierin zitten geen schotjes maar z.g. Luneburg lenzen.
En omdat er 3 van deze lenzen in de reflector zitten wordt de straal en versterkt en altijd teruggekaatst.
Nadeel: zwaar en vrij prijzig
Dagseinlamp
Elk zeeschip moet verplicht een dagseinlamp aan boord hebben.
Beter bekend als ALDIS lamp.
Op het schip mag die werken op het 24 Volt systeem aan boord, maar er moet ook een batterijkistje bij zitten om hem in een reddingsmiddel te kunnen gebruiken.
EPIRB
Symbool:
De EPIRB geeft niet direct een positie door naar andere schepen.
-Wanneer de EPIRB aangezet wordt berkent deze met behulp van GPS sattelieten zijn positie. Feitelijk zit er gewoon een GPS ontvanger in de
EPIRB, maar dan zonder uitleesvenster.
-De EPIRB zendt de positie uit naar een comunicatiesatellieten.
-Tegelijkertijd zendt de EPIRB een noodsignaal uit naar de communicatiesatteliet.
-De communicatiesatteliet stuurt een alarm met de positie naar een walstation. (MRCC, Maritime Rescue Coordination Center)
-Het walstation zendt een alarm uit naar schepen en reddingsdiensten die in de ruime nabijheid van het schip zijn.
Reddingsdiensten als reddingsboten en -helikopters zijn tevens in staat het EPIRB signaal rechtstreeks te ontvangen via een andere frequentie.
Zo wordt voorkomen dat je op de Noordzee een alarm binnen krijgt van een schip op bijv. de Indische Oceaan.
Er zijn zeer veel modellen.
Gelukkig werken ze allemal min of meer hetzelfde (verplichte IMO standaard)
EN NOG EEN HELE OUDERWETSE (JAREN '80 / 90)
Werking:
Pak de EPIRB uit de houder.
Druk de schuifknop door de verzegeling heen in de "ON" positie.
De EPIRB is nu aan.
Hoewel de EPIRB blijft drijven is het niet verstandig deze in zee te werpen.
Neem hem mee in het vlot of de reddingboot.
Voel je je niet comfortabel ivm de straling, dan kan je hem met het touwtje aan het vlot
binden en hem dan achter het vlot aan laten drijven.
De EPIRB is ook voorzien van een hydrostatic release.
De HR snijdt in dit geval een plastic pennetje door, waarna de container zich opent.
De EPIRB gaat nu automatisch aan.
Dit kan d.m.v. de antenne zijn (zie foto).
De antenne is een soort veer.
Hij wil in principe rechtop staan, maar als de deksel van de container weg is flipt hij rechtop, waarmee een schakelaar geactiveerd wordt.
Nadeel: bij de verplichte maandelijkse test kan men ongewild een alarm uitzenden als de antenne omhoog flipt. WEES HIER VERDACHT OP.
Ook kan het alarm automatisch geactiveerd worden d.m.v. twee metalen contactjes, die ondergedomped in zeewater een stroomkring sluiten.
Nadeel: Als men de test doet in de stromende regen kan je ook een ongewild alarm uitzenden.
Mocht dit gebeuren: geen paniek.
Gewoon melden bij het dichtstbij zijnde MRCC (Maritime Rescue Coordination Centre) die gelijk het alarm zullen cancelen.
Dat hebben ze veel liever dan dat je niks zegt en zij het hele reddingscircus voor niks opstarten.
In het eerste geval krijg je een bedankje in het tweede een rekening en misschien ook een fikse boete.
SART
Symbool:
De werking van een SART (Search And Rescue Radar Transponder) is heel ander.
Hij geeft het signaal wel direct aan een ander schip door.
Hij werkt in principe niet via een walstation, al kan een walstation (bijvoorbeeld een verkeerspost) hem wel ontvangen.
De SART wordt geactiveerd door net als bij de EPIRB de schuifknop door de verzegeling heen te drukken, of deze weg te halen, waarna de SART aan zal schakelen.
Wanneer de SART een radarsignaal ontvangt van een ander schip zal hij een signaal uitzenden dat op het radarscherm zichtbaar is.
Hij zendt dus niet continu uit.
(Transponder: TRANSmit resPOND)
Een SART werkt alleen in de X-band (3 cm).
Niet in de S-Band (10 cm).
Een schip zal, afhankelijk van de hoogte van de antenne van de SART, het signaal op zo'n 7 mijl ontvangen, een helikopter vanaf +/- 30 mijl.
-Eerst een serie stipjes. (12 stuks, 7 mijl)
-Naarmate je dichterbij komt wordt het streepjes. ( +/- 3mijl)
-Ben je heel dichtbij dan worden het cirkels. (+/- 1 mijl)
De SART bevindt zich aan het begin van de stipjes.
Dus bij het centrum van het radarbeeld.
Om de batterijen te sparen verdiend het aanbeveling om de SART pas aan te zetten als het waarschijnlijk is dat er schepen in de buurt zijn.
AIS SART
De nieuwste ontwikkeling is een SART die op AIS werkt.
De R in SART is dus eigenlijk niet meer geheel juist, al wordt het uiteindelijke signaal wel op het radarbeeld weergegeven.
De afkorting betekent hier dan ook Search And Rescue Transponder
Het signaal is alleen zichtbaar op een radar die geschikt is om een AIS SART te ontvangen.
Het IMO symbool is hetzelfde.
De handelingen die verricht moeten worden ook.
Het apparaat en de werking verschillen echter wel.
Wanneer deze SART geactiveerd wordt zendt hij wel continu een signaal uit.
Deze wordt ontvangen door de AIS ontvanger aan boord (of van een walstation als deze in het ontvangstbereik is)
De AIS ontvanger geeft de noodpositie door op de radar.
Niet met stipjes, maar met een symbool.
Voordeel:
-Gelijk info over de koers en snelheid van het baken.
Dus je kan een onderscheppingskoers uitzetten
-Info over het schip waar de SART van is.
-Je kan het alarm "acknowledgen", bevestigen.
Degene die het uitzendt ziet dan dat er hulp onderweg is, of dat de buitenwereld in elk geval weet dat er wat is.
PLB
Personal Locating Beacon
Kan werken op:
VHF (ouderwets)
GPS (feitelijk net als de EPIRB)
Of ook via AIS
Het bereik van een PLB is beperkt en daarom alleen bedoeld om op je werkvest te klemmen, zodat je bij overboord vallen snel gevonden wordt.
Is dus geen vervanger voor de SART!
GMDSS VHF
Symbool
De meeste schepen hebben tenminste 3 GMDSS radio's (VHF) aan boord.
Een groter schip zal er tijdens een noodgeval meer nodig hebben.
Het minimum aantal GMDSS radio's dat verplicht aan boord moet zijn is dan ook afhankelijk van het tonnage van het schip.
Deze moeten voorzien zijn van een batterij die het apparaat minsten 24 uur kan laten ontvangen en 3 uur kan laten zenden.
Het apparaat moet voorzien zijn van 1 reserve batterij. (Neem deze mee in geval van nood!)
Het apparaat verschilt vooral van normale "walkie talkies" doordat het waterdicht is en blijft drijven.
Tevens heeft het een opvallende kleur. (Geel / oranje)
De GMDSS VHF wordt in de praktijk heel veel voor de normale dekwerkzaamheden gebruikt. Dit is verboden!
Het apparaat kan tijdens de werkzaamheden beschadigd raken en dan niet meer gebruiksklaar zijn in geval van nood.
Gebruik voor normale werkzaamheden daarom de radio's die in de volksmond "Walkie Talkies" genoemd worden.
Die van Motorola zijn heel bekend:
Bewusteloos persoon uit het water halen
Om een bewusteloos persoon uit het water te halen gaat men als volgt te werk:
In een vlot:
Twee man klimmen in het vlot.
Ze gaan links en rechts naast de ingang van het vlot zitten.
Het kan handig zijn voor je eigen stabiliteit om 1 been met de hak op de entreeladder aan de buitenkant te zetten.
Zijn er nog meer mensen te water dan zetten zij het slachtoffer ruggelings tegen de rand van het vlot.
Het slachtoffer "kijkt" dus weg van het vlot.
De helpers duwen de benen van het slachtoffer onder water.
Het slachtoffer staat dus als het ware in het water.
De twee man in het vlot duwen de man nu drie keer een stukje naar beneden.
Door op de schouders te duwen en het lichaam onder te dompelen zal het slachtoffer extra drijfvermogen van zijn pak en evt reddingsvest krijgen en schiet als een dobbertje omhoog.
Duw 1, 2, 3 x.
Bij drie pakken de twee in het vlot het slachtoffer onder de oksels terwijl de helpers op het moment dat de onderrug / heupen van het slachtoffer op de rand van het vlot ligt de benen omhoog gooien.
Het slachtoffer zal nu in het vlot vallen.
I.v.m. het vrijboord kan dit nog een hele klus zijn in een reddingsboot.
Het kan dan helpen door zoveel mogelijk mensen aan 1 kant van de boot te sturen, zodat de boot scheef valt en het vrijboord kleiner wordt.
Bovendien heeft men in een reddingsboot nog een laddertje die je overboord kan hangen en waar je als hulpverlener op kan gaan staan en je zodoende wat meer grip hebt op het slachtoffer.
Een heel goede methode is de persoon uit het water halen met een z.g. Jason Cradle.
Zo genoemd naar de meneer die hem heeft uitgevonden.
Helaas is een Jason Cradle nogal prijzig (zo'n E 600,- (2016)) en niet verplicht.
Niet veel reders zullen er dus eentje in de MOB hebben.
Eigenlijk zie je ze alleen in de off-shore en bij reddingsdiensten.
Het grote voordeel is dat de drenkeling horizontaal blijft.
-Evt. koud bloed in de benen/lijf blijft verdeeld.
Rechtopstaand "zakt" bloed naar benen, vormt een "koude klont" en gaat van daar naar hart => kans op hartstilstand.
Vaar MOB boot langs de drenkeling.
Manoeuvreer de drenkeling boven de Jason Cradle, zodanig dat het voorste touw achter de oksels zit.
Armen moeten buiten de cradle zitten. (Kan je de drenkeling evt aan binnentrekken en als hij niet bewusteloos is kan hij zichzelf opvangen bij naar binnen komen.)
Trek aan de touwen en "rol" de drenkeling naar binnen.
Vang de drenkeling op, anders klapt hij met zijn hoofd op de bodem.
In het reddingsmiddel.
Eenmaal in het vlot / de reddingsboot is het zaak een aantal zaken voorelkaar te hebben.
Eerst een aantal punten die standaard gedaan moeten worden, of je nu in een vlot of in een reddingsboot zit.
Stel een leider aan.
Het is heel belangrijk dat men terug kan vallen op iemand die het overzicht heeft en houdt.
Dit hoeft niet perse de kapitein te zijn.
Ieder persoon die krachtig is en inititief durft te nemen is hiervoor geschikt.
Meestal is het tijdens de gebeurtenissen vooraf aan het schip verlaten al wel duidelijk geworden wie dit is.
Houd nogmaals een head count. Nu volstaat het tellen van koppen wel.
Neem met de GMDSS VHF contact op met de eventuele andere reddingsmiddelen om te vragen hoeveel mensen zij hebben.
Het totaal moet kloppen.
Verbind eventuele reddingsmiddelen met elkaar d.m.v. touw, bijvoorbeeld de vanglijn.
Zet een uitkijk op post.
Deze taak moet niet te lang duren ivm de concentratie.
Een uur is zat.
Wissel dus na een uur.
Geef een ieder zeeziektepillen. Iedereen wordt zeeziek!!
Zet de EPIRB aan. De EPIRB moet altijd aangezet worden, ook als er geen schip in de onmiddelijke nabijheid is.
Zet evt de SART aan.
Aan het begin van de ramp is het belangrijk de SART sowieso een paar uur aan te zetten.
Het is best mogelijk dat in de hectiek van het schip verlaten er een nabij schip niet opgemerkt is.
Deze moet jou dan wel kunnen lokaliseren.
Zet daarna de SART uit en vervolgens om het uur even een kwartier aan.
(Dit kan samenvallen met het beschrevene in punt 10)
Verzamel alles wat om je heen drijft.
Plastic vaten, touw, hout, dekkleden,wat al niet meer.
Je weet niet waar je terecht komt, en je weet nooit waar je het voor nodig kan hebben.
I.v.m. de beperkte ruimte in het reddingsmiddel kan het handig zijn om e.e.a. aan elkaar te binden aan een touw en het achter het reddingsmiddel in zee te laten drijven.
Probeer iedereen een taak te geven.
Niets is erger in deze situatie dan je nutteloos voelen.
Een goede "survival spirit" is essentieel voor een goede kans op redding.
Zo'n taak kan van alles zijn: uitkijk houden, een gewonde verzorgen, bange medeslachtoffers bijstaan, de "wacht" hebben over de voorraden, etc.
Heb je teveel mensen en te weinig taken te verdelen, verdeel de taak dan over twee of meer mensen.
Zend een mayday uit op de GMDSS VHF. Krijg je binnen twee minuten geen antwoord, herhaal de mayday dan nog 1 x en als je dan nog geen antwoord krijgt zet de VHF dan uit om batterijen te sparen.
Herhaal dit de eerste twee uur om het halve uur, daarna om het uur.
Krijg je wel contact of zie je een schip / helikopter schietdaneen valschermsignaal af.
Doe dit alleen als het zeker is dat een redder dit zou kunnen zien.
De voorraad is immers beperkt.
In het vlot
Eenmaal in het vlot is er nog een aantal specifieke zaken dat gedaan moet worden:
Vaar/roei/peddel weg van het zinkende schip.
Is het dichtstbij zijnde land echter ver weg blijf dan in de buurt van het zinkende schip op "gepaste" afstand.
Niet omdat men meegezogen zou kunnen worden (dat is een fabeltje) maar omhoog schietend wrakhout zou je boot / vlot kunnen beschadigen.
Blaas de bodem op.
Veel vlotten hebben een bodem die apart opgeblazen moet worden.
Lucht isoleert en de opgeblazen bodem zal met de luchtlaag het koude zeewater isoleren van het vlot.
Het kan ook zijn dat de bodem niet opblaasbaar is.
Dan is de bodem voorzien van een isolatielaag. (Neopreen met aluminiumfolie.)
Maak de bodem droog. Water geleidt temperatuur vele malen beter dan lucht en het is dus zaak het vlot van binnen zo droog mogelijk te houden.
Dit kan met het hoosvat en de sponzen gedaan worden.
Afhankelijk van de weersomstandigheden: Sluit de ingangen.
In de boot
In de reddingsboot verschillen de zaken niet heel veel van wat er in de algemene punten is verteld.
Toch is er wel een aantal zaken te doen.
Vaar/roei/peddel weg van het zinkende schip.
Is het dichtstbij zijnde land echter ver weg blijf dan in de buurt van het zinkende schip op "gepaste" afstand.
Niet omdat men meegezogen zou kunnen worden (dat is een fabeltje) maar omhoog schietend wrakhout zou je boot / vlot kunnen beschadigen
Sluit, afhankelijk van het weer, de waterdichte luiken.
Is de boot voorzien van een sprinklerinstallatie buitenom zet deze dan aan.
Dit in geval van dat je door brand heen moet varen.
In warme gebieden zal het de boot afkoelen.
Beslis of het verstandig is koers te zetten naar land of in de buurt van de noodpositie te blijven.
Besluit je tot het laatste beperk dan het gebruik van de motor en binnenlicht zoveel mogelijk om brandstof en accu te sparen.
Afsteken van noodvuurwerk
In het reddingsmiddel is verplicht een aantal valschermsignalen en handstakellichten aanwezig.
Deze zijn waterdicht verpakt en voorzien van gebruiksaanwijzingen.
Valschermsignaal (Parachute flare)
Symbool
Parchute rockets of valschermsignalen bestaan er in vele soorten en maten.
Dit zijn de bekendste:
COMET
PAINS WESSEX
IKAROS (HANSSON)
Gelukkig werken ze allemaal op min of meer dezelfde manier.
Zorg dat je aan lijzijde van het vlot / de boot bent ivm eventueel vuur en rook.
Verwijder de dop aan het ondereinde.
Dit is meestal een draaidop.
Er komt een touwtje met een ringetje tevoorschijn, strek deze een beetje. (NIET TREKKEN!!)
Houd de flare recht boven je hoofd.
Trek krachtig aan de ring / het touwtje.
De raket zal hierdoor afschieten.
Handstakellicht (hand flare)
Hand flares zijn bedoeld om de aandacht te trekken van een redder die ruim binnen zichtsafstand is maar jou misschien nog niet helemaal precies kan lokaliseren. Bijvoorbeeld een helikopter op enige afstand die jou moet zien te vinden in ruwe zee.
Hij verschilt in vorm vooral van de rocket door het handvat.
Dit kan een geribbeld uiteinde zijn of een uitklaphandvat. De dop aan het andere uiteinde ontbreekt (Chinese produkten daargelaten.)
Ook is de flare in zijn geheel kleiner dan een rocket.
De bediening is verder precies hetzelfde.
Echter is het bij een flare niet noodzakelijk deze loodrecht omhoog te houden.
Punten van aandacht:
De flare wordt zeer heet.
Wees er zeker van dat je het handvat vast hebt.
Het licht is zeer fel. Kijk niet in de vlam.
De vlam is zo heet dat hij niet uitgaat onder water. Laat de flare dus onder geen beding in het vlot vallen, hij is niet meer te doven!
Wees er zeker van dat je het geribbelde handvat uitgetrokken hebt.
Anders zal het smelten en brand je je hand.
Rooksignaal
Symbool
Een derde manier om de aandacht te trekken is het rooksignaal.
Het is niet veel meer dan een blikje met een soort wascokrijt achtig poeder er in.
Door aan de onsteking te trekken ontstaat er een chemische reactie waar een dichte oranje rook bij vrij komt.
Ook hier zij er weer vele van.
Verwijder het rode deksel.
Trek aan het koord.
Werp het blik in het water aan lijzijde van het vlot. Dit blikje geeft minimaal drie minuten rook.
Er is ook een hand held versie die minimaal 1 minuut rook geeft.
Reddingsboei rooksignaal
Tenslotte is er nog een speciaal rooksignaal voor aan de reddingsboei.
Die van comet is de meest gangbare:
-Deze zit gemonteerd in een houder.
Meestal aan de reddingsboei op de brug.
-Het gewicht van de reddingsboei is voldoende om het rooksignaal uit de houder te trekken.
-Doordat het uit de houder getrokken wordt breek aan de bovenkant een dopje af. -Doordat het dopje afbreekt komt het chemische proces op gang dat de rook afgeeft
Het rooksignaal geeft minimaal 15 minuten rook.
Tevens zit er aan weerszijden van het rooksignaal een fel wit (stroboscoop) lampje dat automatisch aan gaat als het rooksignaal rechtop staat.
Dit ter indicatie van de positie in de nacht. (Minimaal 2 uur)
Signaalspiegel
Een zeer goed middel om de aandacht te trekken van een redder is de signaalspiegel.
(Signaling mirror.)
Het is een zuiver glad geplijst RVS plaatje met een zoekerhoutje en daartussen een stukje touw.
Ga min of meer met je gezicht in de zon staan.
Het schip waarvan je de aandacht wil trekken moet ook min of meer in de buurt van de zon zijn.
Kijk door het gaatje in de spiegel.
Strek met je andere arm zover dat het touwtje strak staat.
Kijk door het gaatje van de spiegel en de zoeker naar het schip / helikopter.
Beweeg de spiegel heen en weer.
Indien het touwtje gebroken is of de zoeker weg is kan je ook je andere arm strekken en je wijs-en mideelvinger spreiden.
Zorg dan dat je door het gaatje van de spiegel tussen je vingers door naar het schip kijkt.
Is de spiegel weg?
Gebruik dan een stukje reflectietape van het vlot en plak dat op iets vlaks.
Of misschien heeft iemand wel een CD bij zich.
Eten en drinken in het reddingsmiddel.
In het reddingsmiddel zitten voedsel- en waterpaketten.
In principe zijn 4 plakjes van het voedsel en 4 zakjes water per dag genoeg om een dag op te overleven.
Men kan er dus zeer zuinig mee doen.
De porties verschillen per merk, maar dat staat aangegeven op de verpakking.
Het voedsel bestaat uit calorierijke ingredienten:
-Druivensuiker.
-Vetten
-Tarweproducten.
Een tablet bevat 259 kCa.
Ze zijn zeer lang houdbaar, maar gegarandeerd tot 5 jaar na produktie.
(Er zijn echter pakjes gevonden die in de oorlog gedropt waren en waar 50 jaar na dato nog niets aan mankeerde.)
Het water is niets meer dan gekookt water.
Het is dus geen gedestilleerd water, zoals veel mensen denken.
Gedestilleerd water zitten geen mineralen etc. meer in.
Het lichaam wil die juist hebben => nog meer dorst.
DRINK NOOIT ZEEWATER!
Het zout in het water moet door het lichaam opgenomen, danwel afgevoerd worden.
Hiervoor is water nodig => nog meer dorst.
Wel kan je van zeewater drinkwater maken met een zogenaamde " solar still"
Zet een bakje in het midden van een grotere bak.
Verzwaar het kleine bakje met iets.
Anders bestaat de kans dat het bakje gaat drijven wanneer de grote bak gevuld wordt met water => gevormde zoete water valt weer in het zoute.
Gooi zeewater in de grote bak
Span een stuk (liefst zwart) plastic over de bak) en leg in het midden een steentje o.i.d. zodat het plastic een puntje naar beneden vormt.
Zet het geheel in de volle zon.
Op deze wijze kan tot een theekopje water per dag gevormd worden.
EET EN DRINK DE EERSTE 24 UUR NIETS!
Ten eerste heb je aan boord waarschijnlijk nog vrij recent gegeten en gedronken. Je hebt dus nog reserve.
Ten tweede zul je zeeziek worden en zul je dat waardevolle eten en water gelijk weer uitspugen, terwijl bij de meeste mensen zeeziekte na 24 uur afneemt.
Ten derde kan je lichaam zeker een etmaal zonder water en weken zonder eten.
(Interessant vanaf 12:00)
Redding via een helikopter
De kans is niet gering dat je uiteindelijk gered zult worden met een SAR (Search And Rescue) helikopter.
Deze verschilt van andere helikopters dat ze in opvalende kleuren uitgevoerd zijn (meestal geel), een zijdeur hebben met een hijsinstallatie en dat ze voorzien zijn van een Maritieme VHF installatie.
Je kan dus met je (handheld) marifoon met de bemanning van de helikopter communiceren.
Ook kan er een normale luchtmacht- of marinehelikopter ingezet worden, maar die is dan wel als een SAR helikopter herkenbaar.
Communiceren met een helikopter
Zoals het gezegd is het mogelijk met een helikopter te communiceren via VHF.
Maar er zijn allerlei redenen te bedenken dat dat niet mogelijk is: batterij VHF leeg, teveel lawaai van de rotors, accent van jou of de piloot, dus taalbarriere.
Om dit op te vangen zijn er internationale arm- en handsignalen afgesroken.
De belangrijkste is wel aangeven dat je hulp nodig hebt.
Dat doen we door met de armen gespreid omhoog naar de helikopter te kijken.
Aangeven dat je geen hulp (meer) nodig hebt doe je door een arm schuin omhoog en een arm schuin naar beneden te houden.
Dit kan natuurlijk alleen als je op min of meer stevige ondergrond staat.
Lig je in het water dan zal het anders moeten:
Normaal zit er in de geopende schuifdeur een winchman die aanwijzingen geeft aan de piloot hoe hij moet vliegen om boven het slachtoffer te komen.
Is dat niet zo of als er een andere reden is, kan het zijn dat je zelf de piloot aanwijzingen moet geven.
Ook daarvoor zijn internationaal afgesproken gebaren.
Bij al deze gebaren sta je min of meer voor de helikopter. De piloot moet je uiteraard kunnen zien.
De piloot gaat uit van jouw positie. Als jij dus aangeeft "Draai naar links" zal de helikopter dus naar zijn rechterkant draaien.
Kijk naar het volgende filmpje en kijk of je signalen herkent.
Bron: KNRM.
Reddings procedure.
Laat de helikopter duidelijk je positie zien op de manieren als hiervoor in de cursus uitgelegd zijn.
De helikopter zal boven jouw positie blijven hangen en er zal 9 van de 10 keer een redder aan de kabel mee gaan naar beneden.
De redder zit met zijn billen in de rechter sling met de linker sling op zijn borst.
Daar komt het slachtoffer in te hangen.
-Onder de redder zal je een klein staalkabeltje zien hangen.
Deze is ervoor om contact te maken met het zeewater om eventuele statische elktriciteit af te voeren.
RAAK DIT KABELTJE NIET AAN!
Bij het een redding van het schip af: BIND DIT KABELTJE NIET AAN DE RELING OFZO VAST!
Dan kan de heli geen kant meer op!
-De redder zal je assisteren met het om doen van de sling.
Juiste wijze van sling omdoen:
-Doe de sling onder je oksels. -Onderdruk de neiging de hijskabel vast te pakken.
Hierdoor gaan je schouders omhoog en kan de sling onder je oksels vandaan glijden.
Klem je armen gestrekt langs je lichaam. ZO DUS NIET!
-Blijf rustig hangen.
Als je rondjes begint te draaien probeer je dan niet te verzetten door met je benen te gaan trappelen.
Het opwinchen zal hierdoor moeilijker worden voor de crew.
Eenmaal bijna boven zullen ze je stoppen.
Vind je het allemaal eng, doe dan je ogen gewoon dicht.
Soms is men nog maar net op tijd!
Fatigue
Wat is fatigeu?
Een Engels woord: Grote vermoeidheid.
Volgens het woordenboek: great tiredness (caused especially by hard work or effort) (Bron: mijn woordenboek.nl)
Het is dus wel wat meer dan een nachtje slecht geslapen hebben.
Het is een opeenstapeling van hard / intensief werken en daarna te weinig rust krijgen om het weer uit je lichaam te krijgen.
Fatigue kan ernstige klachten teweeg brengen:
-Al bij het opstaan het gevoel hebben de dag niet aan te kunnen.
Dat is dus wat anders dan het gevoel dat je nog wel een uurtje langer had willen blijven liggen.
- Het vermoeide gevoel gaat na een poosje wakker zijn niet over.
- Dingen niet bewust meemaken terwijl je er direct bij betrokken was.
Voorbeeld: je bent uitgeweken voor een schip en denkt terwijl je naar de kont van het schip aan bakboord kijkt opeens "Verrek, wat doet dat schip daar?"
- Weinig motivatie om iets te doen: Voorbeeld: " Ach, volgens de radar gaat dat schip aan SB 0,2 mijl voor me langs, dat gaat wel goed."
Je weet dat je zou moeten ingrijpen, maar je doet het niet.
Dit heet: apathie.
- Kort lontje hebben, je snel ergeren aan een persoon of een situatie.
- Gaten in je geheugen hebben. Pas wanneer iemand je erop wijst weet je weer dat het plaats gegevonden heeft.
Een van de eerste lichamelijke symptomen kan zijn: een trilspiertje. Bijvoorbeeld in je ooglid.
Maar ook in je benen of biceps zijn bekende plekken.
Dit is al een signaal dat je te weinig slaap gehad hebt over een wat langere periode.
- Bij het opstaan lichte hoofdpijn die erger wordt naarmate je langer wakker bent en wel met een pilletje te onderdrukken is maar vaak terugkomt als het pilletje is uitgewerkt.
-Spierpijn zonder aanwijsbare reden.
-Pijn in de gewrichten.
- Rillerig, koud zijn.
- Verminderde eetlust. Eten kan je echt tegen gaan staan. En na het eten soms buikpijn of misselijkheid.
-De lymfeknopen in bv de oksels kunnen gevoelig worden.
Al met al lijkt het dus veel op griep krijgen.
Maar dan word je na een paar dagen echt ziek, of je komt er overheen en knapt juist op.
Bij fatigue blijf je je zo voelen en je knapt van een nachtje slapen niet echt op.
Hoe fatique voorkomen?
Hoe kunnen we fatique zoveel mogelijk voorkomen?
-Ook een wachtsysteem geeft op een gegeven moment regelmaat aan het lichaam. Probeer zoveel mogelijk wacht door te draaien.
- Moet je overdag slapen, maak je hut dan zo donker mogelijk.
Een verduisterend (rol)gordijn is ideaal, gebruik anders een oogmasker.
Zo houdt je je lichaam voor de gek en zal het Melotonine aan gaan maken.
-Probeer regelmatig te sporten. Een fit lichaam wordt minder snel oververmoeid.
-Af en toe een feestje kan uiteraard geen kwaad, maar probeer alcholgebruik zoveel mogelijk te beperken.
-Overweeg het gebruik van oordopjes. Ben je bang door je wekker te slapen, laat je dan porren.
Oorzaken fatigue
Er zijn een meerdere oorzaken te noemen voor fatique.
-Een hele simpele: meerdere dagen achter elkaar te laat gaan slapen.
-Alcohol.
Van het gebruik van alcohol gaat je inderdaad makkelijker slapen.
Maar de kwaliteit van slaap is een stuk slechter.
De slaap vlakt af.
Hierboven de 5 fasen van normale slaap met bijbehorende hersenactiviteit.
Fase 5 is de Rapid Eye Movement (REM) slaap die zich bevindt tussen wakker en fase 1.
In een tijdschaal afgezet:
PS = Periodieke Slaap = REM Slaap.
Vele onderzoeken hebben plaatsgevonden en het blijkt dat men door alcoholgebruik in een dermate diepe slaap geraakt dat men niet meer of te weinig (afhankelijk van de hoeveelheid slaap) in de REM slaap komt.
In de REM slaap verwerken we indrukken.
Vandaar dat je na een avondje flink doorzakken je soms dingen niet meer kan
herinneren.
Maar onverwerkte indrukken "vreten" ook aan je.
Blijven "in je systeem", hetgeen vermoeidheid veroorzaakt.
(Bron: slaapinfo.nl, Afbeeldingen: Wikipedia) -Geluid.
Als het licht is doe je gordijnen dicht of je doet een slaapmasker op.
Met een goed matras zorg je dat je gevoelszenuwen minder prikkels krijgen.
Maar je oren doen het altijd.
Ze staan nooit uit.
Het geblaas van de ventilatie, gedreun van de motor, gekraak van wanden en meubilair, gepraat op de gang, het zorgt er allemaal voor dat je oren constant wat doen.
En dus je hersenen ook.
Daardoor kan je minder uitgerust wakker worden.
Vele zeelui slapen dan ook met oordopjes.
-Scheepsbeweging en trillingen.
Slingeren stampen en trillingen t.g.v. slecht weer zorgen dat je overdag sowieso al vermoeider raakt door het constant evenwicht houden, maar slapend wordt je evenwichtsorgaan nu ook constant geprikkeld en door het rollen en schuiven op je matras je gevoelszenuwen ook.
De hersenen worden dus ook hier constant geprikkeld.
Tevens kan je zelfs door plotselinge bewegingen van het schip gewoon wakker worden.
-Het wachtssysteem.
Door het wachtsysteem kan je bioklok in de war raken.
(Een bekende bioklok die in de war is, is de jet lag.)
Een normaal gezond persoon volgt min of meer de onderstaande cyclus in een etmaal:
Met wachten draaien ga je dus regelmatig slapen als het slaaphormoon Melatonine net op zijn laagste produktie is of moet je wakker worden als het op zijn hoogst is.
Ook is de kans groot dat je wakker moet worden terwijl je nog midden in een slaapcyclus zit.
Fatigeu en de regels
Rond 2010 drong het fatigueprobleem echt door tot de wetgevers.
Een groot onderzoek (ondermeer onder de leden van de Bond voor Zeevarenden (FNV, Nautilus) bevestigde de vermoedens.
Het eindrapport verscheen september 2015.
Enkele bevindingen:
- 20 % van de deelnemers viel
tussen middernacht en 6 uur s’ochtends tijdens de 6 uur
op/ 6 uur af wacht daadwerkelijk in slaap.
- Een toename van slaperigheid vond plaats gedurende het einde van de 0000-0600 wacht.
Prestatie, zoals gemeten door een reactietijd test, nam af gedurende de wacht en gedurende de week.
- De data ondersteunen eerdere onderzoeken over wachtlopers. Wachtlopers in de maritieme industrie zijn het meest vermoeid gedurende de nachtwacht en tonen voornamelijk tekenen van vermoeidheid in de namiddag.
Gedurende de werkperiode en de vordering van de week werd ook een
toename van vermoeidheid geconstateerd.
- De totale hoeveelheid aan slaap was in een 6 uur op/6 uur af wachtschema minder.
Daarom zijn er nu wettelijke en internationale afspraken gemaakt:
Minimum amount of rest in any 7 day period is increased to
77 hours from 70 hours; Dus minimaal 77 rusturen per week.
•
Seafarers must always have 10 hours rest in any 24 hour
period with no exceptions, except during an emergency;Minimaal 10 rusturen per etmaal, behalve in noodgevallen.
•
It is now mandatory to maintain records of each individual
seafarers’ rest hours, which may be inspected during Port
State Control inspections Verplicht rusturenlijst bij te houden. Deze worden bij inspecties gecheckt.
•
The rest hour limits now apply to most seafarers on board,
including masters, not only watchkeepers Rusturen gelden voor alle opvarenden. DUs ook voor kapiteins. Ze mogen dus niet meer 24 uur per dag op de brug st-by staan.
(Bron: http://www.ics-shipping.org)
Al deze zaken zijn al in 2006 geregeld in de Maritime Labour Convention (MLC).
Het is dus een mondiale wet geworden zodat men zich er niet aan kon onttrekken door een schip uit te vlaggen naar een andere vlaggenstaat.
In Nederland is het geregeld via de ARBO-wet en de zeevaartbemanningswet.
In de praktijk hield men zich niet erg aan de regels.
Mede omdat de cultuur aan boord er ook eentje was (en nog wel is) van: niet zeuren maar poetsen.
Rond 2010 kwam er een omslag.
Echter, ook vandag de dag is het soms een heel geschipper om je aan de arbeids- en rusttijdenwet te kunnen houden.
Bij het vak wetgeving komt dit allemaal uitgebreid aan de orde.
Eten uit zee (Extra)
Mochten de rantsoenen opraken dan is er nog genoeg voedsel om ons heen.
Helaas zwemt dat in zee.
In het noodpakket zit visgerei.
Zeevis is niet nauwkeurig wat betreft aas.
Als het blikkert zal het wel een visje zijn en bijten ze erin.
Soms is het haakje zelf al genoeg.
Eetbare vis:
Over het algemeen geldt: zijn ze niet fel gekleurd en hebben ze geen stekels of grote uitstekende tanden dan kan je ze wel eten.
En als je de vis kent is het meestal ook wel goed: zalm, tonijn, haring, makreel, zwaardvis, kabeljauw.
Maar ook vis waar je misschien zo gauw niet aan zal denken: rog (pas op voor de stekel!), (kleine) haaien.
Squid (kleine inktvisjes) zijn ook rauw prima te eten. (Wel even uit laten "inkten".)
Je vangt ze door 's nachts een felle lamp boven het water te hangen en een blinkertje met een haakje op en neer te halen.
Ook zou je het zeeanker kunnen verzwaren met iets en die onder de zwerm squid laten zakken en dan omhoog halen.
Als licht kan je de zaklamp uit het pakket gebruiken.
In een sloep zit zelfs een fel draagbaar zoeklicht.
Een zeeschildpad is een hele goede vangst => bloed = veel vocht en voedselrijk.
Goed vlees
Schild voor wateropvang.
Eet vooral de ogen op en zuig de ruggengraat leeg => bevat vocht.
Op zich zijn zeeslangen ook eetbaar, maar gevaarlijk om te vangen.
De beet is immers giftig.
(1 van de giftigste ter wereld).
Ook murenes moet je lekker laten zwemmen.
Mocht je aan land verdagen:
Oesters, mosselen en zeewier is allemaal eetbaar, maar neem alleen die welke met eb nog onder water staat.
Anders kan het door afsterving rottingsbacterien bevatten.
Alle zeevogels kun je eten, maar smaken vies (rotte vis-smaak).
Kom je een pas gestorven walvis tegen (ruikt hij nog goed dan is hij nog goed. Tevens is een vers gestorven walvis nog niet aangevreten door haaien etc.) snij daar dan zoveel mogelijk vanaf.
De "blubber" is zeer voedselrijk, evenals het vlees.
Een andere smakelijk en voedingsrijk diertje is de zee-egel.
Pas op voor de stekels.
Ze prikken in je huid, breken af en veroorzaken dan een ontsteking.
Het beste is om ze met een steen o.i.d. een klap te verkopen.
Je eet dan de geslachtsdelen.
Te herkennen aan de oranje kleur.
(De rest is grijzig wit)
Peuter ze eruit met een stokje. (Bron: SAS handbook)
Kleine haaitjes, zoals verpleegstershaaien, zijn ook goed te eten.
Ook rauw.
Het vlees is mals, redelijk smaakvol, en voedzaam.
Verpleegsterhaai. (Foto: abcdiving.be)
Verpleegsterhaaien leven in warme ondiepe wateren tussen rotspartijen /riffen e.d.
Op open zee zul je ze daarom niet aantreffen.
Ze zijn rustig en redelijk vreedzaam.
Ze eten week- en schaaldieren en kleine vissen die ze uit de zandbodem halen.
Daarmee zijn ze onschadelijk voor mensen.
Je kunt ze tegen de schemering vangen.
Dan komen ze uit hun holen om te gaan fourangeren.
Overdag verschuilen ze zich.
Ze zijn te herkennen aan de bruine kleur (De meeste haaien zijn grijzig) de onopvallende ogen en de tweede rugvin die zich vlak achter de grote rugvin bevindt.
(Bij andere haaiensoorten zit die tweede rugvin ongeveer halverwege de grote rugvin en de staart.)
Black tip shark. (Foto: upi.com)
De black-tip haai is meteen te herkennen aan de zwarte vlek aan de grote rugvin en de zwarte rand aan het uiteinde van de staartvin.
Ze zijn van nature erg nieuwsgierig.
Ze zullen daarom op open zee gauw naar het vlot / de reddingboot komen om het te onderzoeken.
Probeer een groot stuk zeewier ergens op te vissen.
Hang deze aan een touwtje bij het vlot.
Kleine visjes zullen zich verschuilen in het zeewier, hetgeen weer haaien zal aantrekken.
Black-tip haaien zijn te vangen met de vishaak uit noodpakket.
Bij gebrek daaraan zijn ze ook te vangen met een stokje: de z.g. doorn-vishaak.
(Foto: crisissurvivor.com)
-Zoek een houtje van ongeveer lucifer-lengte, maar wel wat dikker dan dat.
-Op 1/3 van de lengte bind je een touwtje.
-Op ongeveer 15 cm boven het houtje bind je iets zwaars aan het touwtje zodat het houtje zinkt, maar wel kan bewegen.
- Hang het houtje op enige diepte (1-2 meter) in het water en beweeg het een beetje zodat het lijkt op een zwemmend visje.
-De haai zal het houtje doorslikken en eenmaal in de maag zal het houtje "uitklappen" en dwars voor de slokdarm gaan zitten.
PAS OP: Black-tip haaien zijn zeer fel.
Sla ze gelijk knock-out met iets, nadat je ze gevangen hebt.
Een black tip die je bij de staart vasthoudt zal er geen probleem mee hebben om zich om te krullen en je te bijten.
Zelfs van een kleintje zul je een flinke wond oplopen t.g.v. de letterlijk messcherpe tanden. (Bron: TV programma Marooned. 21-10-2016 (Discovery Channel))
Je kunt overwegen een persoonlijk overlevingspakket samen te stellen.
Daar heb je ten eerste een z.g. seal-bag voor nodig van voldoende grootte.
Daar kan je van alles in stoppen wat jou handig lijkt, maar denk vooral aan:
-Een trui. -Extra, en dus droge, sokken en ondergoed. -Een zonnebril met plastic montuur. (Minder breekbaar).
-Gebruik je medicijnen?
Zorg dan dat je een doosje in de seal bag doet.
Zo heb je een vooraadje.
Tegen de tijd dat ze verlopen gebruik je ze gewoon en vervang je het door nieuwe. -Stop ook een lijstje met de wetenschappelijke namen van je medicijnen en de dosis in de zak. Bij redding kan je dan gelijk geholpen worden.
Dit kan je ook op een excelsheetje zetten op een USB stick of SD kaartje.
- Een "Next of kin" lijstje: de telefoonnumers van mensen die ingelicht moeten worden.
-Lipbalsem.
Je krijgt uitgedroogde lippen en dus pijn aan je lippen. Lipbalsem geeft dan verlichting.
In het openbaar zijn ze verboden, maar je zou een laserpen in je pakket kunnen doen.
Reikt kilometers ver en doet het 's nachts of bij bewolkt weer, wanneer je niets aan een seinspiegel hebt, ook.
Bronnen
Bronnen staan vermeld daar waar nodig.
Veel van de informatie die gegeven wordt is afkomstig van cursussen die ik zelf gevolgd heb en uit mijn 30 jaar ervaring op zee waarvan de laatste 10 jaar als safetyofficer op de bagger.
Waar gebruik gemaakt is van internet wordt dat alszodanig vermeld.
Lijst van veranderingen aan deze Wiki
*14-11-2016: Naar aanleiding van een externe audit dit hoodstuk aangemaakt.
*14-11-2016: Hoodstuk Motor en (Keerkoppeling) aangemaakt.
*16-11-2016: Overlevingsstaatje ingevoerd in hoofdstuk Hypothermie.
*18-11-2016: Typefouten gecorrigeerd.
*29-11-2016: Hoofdstuk Buitenboordmotor bewerkt.(Tekst toegevoegd)
*30-11-2016: Hoofdstuk Buitenboordmotor bewerkt. (Foto's en filmpje toegevoegd)
*06-12-2016: Hoodstuk redding per helikopter toegevoegd.
*-09-12-2016: Temperatuurkaartje Noordzee zomer toegevoegd aan hoofdstuk -Hypothermie.
*10-12-2016: Filmpje toegevoegd aan hoofdstuk helikopter en hoofdstuk fatigue toegevoegd.
*21-12-2016: Geopend om YouTube filmpjes naar eigen computer te downloaden.
*09-01-2017: Voorbeeld musterlist vervangen voor beter exemplaar in hoofdstuk Alarmrol.
*01-02-2017: Naar aanleiding mail IL&T diverse punten uit die mail aangepast.
*03-02-2017: idem.
*24-02-2017: Onderdeel MOB kraantje toegevoegd.
*04-03-2017: Na de audit van DNV de "ouderwetse" alarmen weer toegevoegd aan hoofdstuk Musterstation na de verwijdering op advies IL&T.
*05-03-2017: N.a.v. DNV audit Bunkerprocedure, SOPEP en gescheiden afval
aan hoofdstuk milieu toegevoegd.
: Invloed slecht weer, trillingen toegevoegd aan hoofdstuk fatique.
: Hoofdstuk Communicatie toegevoegd.
: Compressor en spare flessen toegevoegd aan Hoofdstuk BA
fles.
: Voor- en nadelen gebruik life line toegevoegd aan hoofdstuk
Brandweeruitrusting.
: In een vlot springen toegevoegd aan Hoofdstuk Personal Survival
Het arrangement Basic Safety Survival - kopie 1 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Menno Jacobs
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2017-03-08 15:24:47
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.