Geschiedenis Tijdvak 07 02 - Democratische revolutie

Inleiding - Democratische revolutie

De 18e eeuw was een periode met veel oorlog en revoluties. Er was verzet tegen de macht van de absolute vorsten en de kerk. Rijke burgers wilden politieke inspraak. Verlichtingsfilosofen leverden nieuwe ideeën over de staat en de verdeling van de macht. Steeds meer mensen waren het hiermee eens.
De gevestigde orde was niet van plan zich zomaar gewonnen te geven. Niet alleen Europa kreeg te maken met democratische revoluties, ook in Noord-Amerika werd gevochten voor zelfstandigheid en democratie.

Democratische revolutie

In de 18e eeuw was de Grondwet nog een onbekend fenomeen. De vorst had immers alle macht en bepaalde hoe het land werd bestuurd. Bovendien leek de indeling van de maatschappij in de drie standen en de daarbij horende rechten onveranderlijk.

Dat alles veranderde met de democratische revoluties. Na het omverwerpen van de bestaande macht was het nodig om te bedenken hoe het verder moest. Daarom werd het belangrijk om de politieke machtsverdeling en de rechten van iedere burger vast te leggen.

Juist een democratie, gebaseerd op vrijheid en gelijkheid, was gebaat bij het vastleggen van regels en afspraken. Rechten en plichten van elk individu en de manier waarop een land werd bestuurd, werd vastgelegd in een Grondwet.

Voorgeschiedenis Noord-Amerika

In de 17e en 18e eeuw kwam er een migrantenstroom op gang van Europa naar Amerika. De overtocht was vol risico’s en veel mensen kwamen om door ondervoeding, ziekte, of omdat hun schip verging.

De nieuwe bewoners troffen een prachtig land aan met een grote rijkdom aan natuur en grondstoffen. De nieuwe bewoners van de ‘Nieuwe Wereld’ vonden in eerste instantie een bestaan in de landbouw.

Aan de oostkust werden Engelse koloniën gesticht. Handel met Europa was belangrijk voor de invoer van producten die in Amerika nog niet werden gemaakt.
Moederland Engeland maakte met deze handel veel winst. Daarom voerde Engeland een protectionistische politiek. In de Britse koloniën mochten alleen Engelse producten verhandeld worden.

Belastingen

Koning George III van Engeland was in vele oorlogen verwikkeld die hem zeer veel geld kostten. In Noord-Amerika vochten zijn legers tegen Franse troepen die daar gebieden probeerden te veroveren. 

Om de dure oorlogen te kunnen betalen verhoogde de Engelse koning de belastingen. De 13 Engelse koloniën in Noord-Amerika kregen te maken met extra hoge accijnzen op producten als suiker, thee en papier. De inwoners van de koloniën waren woedend over de accijnzen. 

De koloniën waren woedend dat ze wel belasting betaalden maar geen enkele politieke inspraak kregen in het Britse parlement. De kiem voor een opstand tegen het moederland was daarmee gelegd.

Samen sterk

Vertegenwoordigers van de 13 koloniën in de volksvertegenwoordiging, het Congres, gingen niet akkoord met de Britse belastingen die tussen 1764 en 1774 werden ingevoerd.

Een belangrijke gebeurtenis was de Boston Tea Party waarbij ladingen thee van Britse schepen werden vernietigd. De gebeurtenis was aanleiding voor de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1774-1783). Groot-Brittannië stuurde een leger van 20.000 Duitse huurlingen (beroepssoldaten) om de opstandige koloniën tot de orde te roepen.

De koloniën formeerden een groot beroepsleger, het Continentale Leger. Opperbevelhebber van dit leger was George Washington. De kolonisten hielden ondanks een zwakke organisatie stand tegen de Britten.

4 juli 1776: Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring

Door de slechte verhouding met moederland Engeland groeide de eensgezindheid onder de 13 koloniën. Het werd een gezamenlijk doel om samen zelfstandig verder te gaan.

Thomas Jefferson, een aanhanger van de Verlichting en afkomstig uit Virginia, schreef de tekst voor de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring.

Het was de eerste keer dat Verlichtingsideeën concreet in een staatsdocument werden opgenomen. Het document werd een inspiratiebron voor revolutionairen in andere landen van de wereld.

Definitieve onafhankelijkheid

In 1782 startte Engeland de vredesonderhandelingen met de 13 voormalige koloniën.
De Britse troepen trokken zich terug. Kort daarop was de stichting van de
Verenigde Staten van Amerika als onafhankelijke republikeinse federatie een feit.
Het land werd al snel door de meeste Europese landen erkend als zelfstandige natie.

Thomas Jefferson (1743-1826)
Ik was opsteller van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring.
Ik was een aanhanger van de ideeën van de Verlichting.
De situatie in Amerika was uniek, want daar werd het uitgangspunt dat alle mensen gelijk zijn eigenlijk al toegepast. We waren al gewend om besluiten democratisch te nemen. Vrijheid is voor mensen een ‘natuurlijk’ recht zei de Engelse filosoof John Locke.
Daar kon ik mij helemaal in vinden. Dat idee was een belangrijk uitgangspunt voor de Onafhankelijkheidsverklaring van de Verenigde Staten.


George Washington (1732-1799)
Ik heb de eer gehad om als eerste president van de Verenigde Staten de geschiedenis in te gaan. Na carrière gemaakt te hebben in het leger tijdens de oorlogen tegen de Fransen ging ik de politiek in. Ik werd lid van de volksvertegenwoordiging in de staat Virginia en later lid van het Congres.
In 1775 werd ik opperbevelhebber van de koloniale strijdmacht in de oorlog tegen Engeland. Daarna trok ik mij terug op mijn landgoed.
Ik had helemaal geen behoefte om president te worden.
Toen ik door de staten unaniem werd gekozen als president van de Verenigde Staten kon ik echter niet weigeren. Velen vinden mij de beste president die de VS ooit hebben gehad.

De Amerikaanse Grondwet van 1787

Na de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring werd er aan een Grondwet gewerkt. Vast kwam te staan dat de Verenigde Staten van Amerika een federatie van staten was, waarbij elke staat een eigen bestuur had. Er was echter ook een centraal bestuur dat zaken moest regelen die het landsbelang aangingen, zoals de oorlog en vrede. Ook werd de Trias politica van Verlichtingsfilosoof Montesquieu in praktijk gebracht. De Amerikaanse Grondwet werd een lichtend voorbeeld voor democraten in Europa.

Franse Revolutie

De ontevredenheid in Frankrijk in de tweede helft van de 18e eeuw was groot. De derde stand, waartoe ook de burgerij hoorde, betaalde belasting, maar had geen politieke invloed. De Franse koning Lodewijk XVI had door de enorme uitgaven van zijn voorgangers te kampen met een lege schatkist.

Om de problemen het hoofd te bieden besloot hij in 1789 om de Staten-Generaal bij elkaar te roepen.
Dat was voor het eerst sinds 1614!
Zijn beslissing had grote gevolgen.

Staten-Generaal - 1

In de Staten-Generaal zaten 1200 afgevaardigden van de drie standen.

De derde stand gebruikte de bijeenkomst vooral om haar onvrede te uiten tegenover de koning.

Bovendien kregen burgers ruzie met de andere standen: de adel en de geestelijkheid.

 

Staten-Generaal - 2

Na de chaotische zitting van de Staten-Generaal werd deze ontbonden door de koning.

Verzoeningspogingen tussen de standen mislukten. De derde stand riep daarop zichzelf uit tot Nationale Vergadering en gaf daarmee in feite het startsein van de revolutie.

Pogingen van Lodewijk om met het leger de orde te herstellen mislukten. Het legeroptreden dreef bovendien het gewone volk in de handen van de revolutionairen. De macht van de adel en van de koning werd gebroken.

Staten-Generaal - 3

Eed op de Kaatsbaan

Eed op de Kaatsbaan
Nadat koning Lodewijk XVI de Staten-Generaal na veel rumoer had gesloten namen vertegenwoordigers van de derde stand hun intrek in een soort sporthal. Daar legden zij een eed af waarmee ze zwoeren een grondwet te maken.

Vorming Nationale Garde
De Nationale Garde was een leger van vrijwilligers dat werd geformeerd tijdens de Franse Revolutie. De Nationale Garde moest de orde bewaken en het land verdedigen.

Hervormingen:
- Afschaffen heerlijke rechten adel
- Verbeurd verklaren kerkelijke bezittingen
- Godsdienstvrijheid
- Democratische Grondwet
- Positie koning: alleen uitvoerend en niet wetgevend.

Staten-Generaal - 4

Door onderlinge tegenstellingen binnen de derde stand radicaliseerde de revolutie.
Aan de ene kant stonden de Girondijnen, aan de andere kant stonden de Jacobijnen.

Girondijnen kwamen vooral voort uit de gegoede burgerij. De belangen van de middenklasse en een rationele wetgeving stonden bij de Girondijnen voorop. Zij waren tevreden met een in macht beperkte koning, kiesrecht en afschaffing van de standenmaatschappij.

De Jacobijnen vormden een radicalere groep en wilden vooral de belangen van het gewone volk behartigen. Zij waren voor verdeling van bezit en macht en wilden een verbod op het christendom.

Staten-Generaal - 5

De tegenstelling binnen de derde stand leidde tot een machtsgreep van de Jacobijnen. Onder leiding van de advocaat Robespierre volgde een periode van terreur.

Iedereen die verdacht werd van verraad aan de revolutie werd gevangen gezet en onthoofd.

Onder de Jacobijnse regering vonden vele Fransen (ca. 40.000) de dood.

Ook werd de revolutie geëxporteerd naar het buitenland. Jacobijnen verklaarden alle absolute vorsten van Europa de oorlog.

Belangrijke personen

Napoleon Bonaparte (1769-1821)
Ik ben wellicht een van de beroemdste mensen uit de wereldgeschiedenis. Als jongen speelde ik al graag soldaatje. Toen ik vijftien was, ging ik naar de militaire academie in Parijs en een jaar later was ik al tweede luitenant. Na het schrikbewind van Robespierre werd ik bij toeval opperbevelhebber van het Franse revolutionaire leger dat een opstand van aanhangers van de koning moest neerslaan. Mijn status als held was daarmee gevestigd. Ik heb Europa doorkruist op zoek naar buit en macht. Mijn eerste grote triomf was de veldtocht tegen Italië. Dronken van macht en van het succes trok ik op tegen de volgende vijand.
Om een lang verhaal kort te maken: mijn politieke tegenstanders wist ik handig tegen elkaar uit te spelen. Vanaf het moment dat ik de macht greep en dictator werd, was de Franse Revolutie voorbij. De macht lag niet meer bij het volk maar bij mij. Op 2 december 1802 kroonde ik mijzelf tot keizer. Na een eindeloze reeks oorlogen delfde ik uiteindelijk toch het onderspit en werden mijn legers in 1815 bij Waterloo verslagen.

Lodewijk XVI (1754-1793)
Ik werd in 1774 koning na de dood van Lodewijk XV, die op zijn beurt de Lodewijk XIV was opgevolgd. Ik was koning in de pruikentijd: Alle machtige en rijke mensen droegen niet alleen een hoed, maar ook een pruik. Deze gewoonte was ontstaan aan het hof van Lodewijk XIV, die wilde verbergen dat hij kaal werd. Omdat de koning een pruik droeg, aapten alle edelen dat na.
Als koning van Frankrijk had ik de absolute macht. Ik had echter te maken met de erfenis van het rampzalige beleid van mijn voorgangers. Al het geld dat in de schatkist kwam, werd door hen opgemaakt voor de dure hofhouding en de vele oorlogen. Een land besturen zonder geld is onmogelijk. Daarom trok ik de stoute schoenen aan en liet voor het eerst sinds lange tijd de Staten-Generaal bij elkaar roepen. Ik hoopte op begrip en financiële steun maar ik kreeg te maken met agressieve volksvertegenwoordigers van de derde stand. Ik ontbond de Staten-Generaal maar dat was eigenlijk zinloos. De geest was al uit de fles en de revolutie begon. Toen het me te heet werd onder de voeten probeerde ik te vluchten. Ik werd al snel ontdekt en gevangen gezet. Mijn koninklijke status werd me afgenomen en ik werd als burger, genaamd Hugo Capet, ter dood veroordeeld. Met mijn dood kwam er een einde aan het Ancien Regime.

Robespierre
Als jongeman was ik advocaat. Ik kwam in strafzaken graag op voor de gewone mensen tegen de gevestigde orde. In 1789 had ik als parlementslid zitting in de Staten-Generaal die de koning bijeen had geroepen. Toen de revolutie eenmaal op gang was gekomen wilde ik het volk dienen. Onze vijanden moesten hard aangepakt worden. De vijand was overal, ook in onze eigen gelederen. Ik was bezeten van mijn taak als hoofd van politie en had overal mijn spionnen zitten. Ongeveer 40.000 mensen vonden door mijn toedoen de dood door de guillotine. Maar het was allemaal voor het goede doel: de revolutie die een eind moest maken aan de macht van de oude machthebbers. In 1794 was ik zelf aan de beurt en eindigde mijn leven door de guillotine.

  • Het arrangement Geschiedenis Tijdvak 07 02 - Democratische revolutie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2019-02-28 12:07:21
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
    Leerinhoud en doelen
    Geschiedenis;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Trefwoorden
    kennisbank, leerlijn, rearrangeerbare, rearrangeerbare leerlijn