Het arrangement Geschiedenis Tijdvak 06 01 - Handelskapitalisme en wereldeconomie is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
- Auteur
- Laatst gewijzigd
- 2025-08-21 12:59:40
- Licentie
-
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
- het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
- het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
- voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
- Toelichting
- De Kennisbanken bevatten de theorie bij de opdrachten.
- Leerinhoud en doelen
- Geschiedenis;
- Eindgebruiker
- leerling/student
- Moeilijkheidsgraad
- gemiddeld
- Trefwoorden
- kennisbank, leerlijn, rearrangeerbare, rearrangeerbare leerlijn

Specerijen zoals nootmuskaat, foelie en kruidnagel waren in de 16e eeuw goud waard. Deze producten werden in Azië geteeld en verhandeld door Portugese kooplieden.
Cornelius de Houtman 1565-1599
Petrus Plancius 1552-1622
Matroos


De expedities van Nederlandse schepen naar Indië hadden bewezen dat het mogelijk was om naar Indië te varen. In 1602 werd de VOC opgericht die een einde moest maken aan de onderlinge concurrentie van allerlei kleine maatschappijtjes die elkaar tegenwerkten. De VOC kreeg het alleenrecht (monopolie) om handel te drijven.
In de tijd van de VOC waren er verschillende munteenheden in omloop. Omgerekend naar euro's kostte het bouwen van één schip in die tijd ongeveer 50.000 euro. Als je dat bedrag met 50 vermenigvuldigt weet je wat zo'n schip zou kosten als het nu gebouwd zou worden.
De West-Indische Compagnie (WIC) werd in 1621 opgericht toen de wapenstilstand met de Spanjaarden afliep (Twaalfjarig Bestand ). De maatschappij was op dezelfde manier opgezet als de VOC, maar had minder macht. Het belangrijkste doel was om zoveel mogelijk rijkdom te vergaren ten koste van de vijand: Spanje en Portugal. De WIC stond veel meer dan de VOC in het teken van de oorlog tegen Spanje.
De kaapvaart was een lucratieve en legale bezigheid. In oorlogstijd deelde de overheid kaperbrieven uit, waarmee kapers toestemming kregen om schepen van landen waarmee ze in oorlog waren aan te vallen. De kapers stonden een deel van de buit af aan de overheid.
Zo slaagde admiraal Piet Heyn er in 1627 in om met een WIC-vloot van 31 schepen een Spaanse zilvervloot te overmeesteren.
De VOC bestond uit zes Kamers: die van Amsterdam, Hoorn, Enkhuizen, Delft, Rotterdam en de kamer Zeeland (Middelburg). Deze Kamers vormden de organisatorische basis van de VOC-reizen. In deze steden bevonden zich de pakhuizen waar de schepen werden uitgerust.
De VOC-schepen werden gebouwd op scheepswerven rond Amsterdam, Rotterdam en in de Zaanstreek.
Afbeelding boven: Dit gebouw is het voormalige stadhuis uit 1770 in Batavia (huidige Jakarta) in Indonesië. Het was de hoofdstad van de VOC-gebieden in Oost-Indië (nu: Indonesië).
Afbeelding boven: De handel met Indië bracht een hele nieuwe economie voort. Hier zie je de koopmansbeurs in Amsterdam waar ongeveer 400 verschillende soorten goederen (onder andere specerijen, porselein, koffie, tabak, zijde) uit alle windstreken werden verhandeld. Handelaren uit de hele wereld kwam je hier tegen.
Op de afbeelding zie je het haringkaken, het schoonmaken van vis aan boord en het pekelen daarvan, een uitvinding met behoorlijke gevolgen. Vanaf ongeveer 1400 werd deze methode toegepast. Door het haringkaken werd de haringvisserij een winstgevende bezigheid. Er kwamen veel meer vissers die nu weken van huis konden blijven. Een 'simpele' uitvinding als het haringkaken betekende zo een economische impuls voor vissersstadjes. Ook de handel in zout werd een belangrijke economische activiteit.