Thema
Inleiding
1H03 Inleiding .....................................................................................................
Je hebt vast wel eens beelden gezien van overstromingen.
Komt dit nu alleen maar door stormen en veel regen in de herfst of zijn er nog andere oorzaken, zoals het smelten van het poolijs?
Er zijn veel wetenschappers die zich bezig houden met het klimaat. Zij verzamelen gegevens over regen, wind en temperatuur en ze verwerken deze gegevens in tabellen en grafieken.
- Waarom wordt er gewerkt met tabellen en grafieken?
- Kun je aan de hand van tabellen en grafieken iets voorspellen?
Om antwoord te kunnen geven op dit soort vragen, moet je zelf goed grafieken kunnen aflezen en weten hoe je een grafiek kunt tekenen.
En dat ga je nu juist leren in dit thema.
Leerdoelen
1H03 Leerdoelen .........................................................................................................
Aan het eind van dit thema:
- weet je wat een verband is;
- weet je dat je een verband in een grafiek kunt weergegeven;
- kun je grafieken aflezen;
- kun je bij een tabel een grafiek tekenen;
- weet je wat een somgrafiek en een verschilgrafiek is.
- kun je zelf een somgrafiek en een verschilgrafiek tekenen.
Werkbladen
Bij het maken van sommige opgaven heb de werkbladen nodig.
Je krijgt die van je docent maar kunt ze hier ook zelf downloaden en afdrukken.
Eindproduct
1H03 Eindproduct .............................................................................................................
Aan het eind van het thema maak je een collage.
De collage bestaat uit grafieken en tabellen die te maken hebben met het weer of met het klimaat.
In de collage zit minstens één grafiek die je zelf getekend hebt.
Paragrafen
Verband en grafiek
1H03.1 paragraaf link ...................................................................................................
De eerste paragraaf in dit hoofdstuk heet 'Verband en grafiek'.
Klik op de link om de paragraaf te openen:
Verband en grafiek
Bij sommige opgaven heb je de werkbladen nodig.
Grafieken aflezen
1H03.2 paragraaf link ..........................................................................................................................
De tweede paragraaf in dit hoofdstuk heet: grafieken aflezen.
Klik op de link om de paragraaf te openen:
Grafieken aflezen
Bij sommige opgaven heb je de werkbladen nodig.
Grafieken tekenen
1H03.3 paragraaf link ......................................................................................................................................
Paragraaf 3 heet 'Grafieken tekenen'.
Je leert in deze paragraaf hoe je een grafiek bij een tabel kunt tekenen.
Klik op de link om de paragraaf te openen:
Grafieken tekenen
Bij sommige opgaven heb je de werkbladen nodig.
Somgrafiek en verschilgrafiek
1H03.4 paragraaf link ............................................................................................................................
In de vierde paragraaf van dit hoofdstuk ga je aan de slag met somgrafieken en verschilgrafieken.
Klik op de link om de paragraaf te openen:
Somgrafiek en verschilgrafiek
Bij sommige opgaven heb je de werkbladen nodig.
D-toets
D-toets
1H03.D Diagnostische toets ..................................................................................................................
Je sluit het thema Grafieken af met de eindtoets.
De eindtoets bestaat uit vijf opgaven.
Na het beantwoorden van de vragen, kun je de antwoorden inleveren.
Vervolgens krijg je een score en kun je jouw antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Succes!
Extra opgaven
Opgaven
1H03.E opgaven ..................................................................................................................................
Jan gaat in bad. In de grafiek zie je hoe de waterhoogte in het bad verandert.
Omschrijf hoe de waterhoogte verandert.
Gebruik woorden als stijgen, dalen en constant.
Hiernaast zie je een grafiek.
Langs de horizontale as staat de tijd in seconden.
Langs de verticale as staat de hoogte in m.
Wat zou deze grafiek kunnen beschrijven?
Kies uit A, B of C.
A Het opstijgen en landen van een vliegtuig.
B Een vuurpijl die wordt afgestoken.
C Een voetbal die omhoog wordt geschoten.
Drie glazen worden onder een druppelende kraan gezet.
In grafieken wordt de waterhoogte in het glas aangegeven.
Welke grafiek hoort bij welk glas?
Neem over en vul in:
Grafiek 1 hoort bij glas ……
Grafiek 2 hoort bij glas ……
Grafiek 3 hoort bij glas ……
Een voetbal wordt vanaf een muurtje omhoog geschoten.
In de grafiek zie je de hoogte (m) van de voetbal uitgezet tegen de horizontale afstand (m) vanaf het punt waar de bal een schop krijgt.
- Lees de hoogte af als de bal 4 m weg is.
- Schat de hoogte als de bal 6 m weg is.
- Wat is de grootste hoogte die de bal bereikt?
- De bal is twee keer op een hoogte van 4 m.
Bij welke horizontale afstanden is dat?
- Na hoeveel meter komt de bal op de grond?
In de buurt van Gorssel vind je een ooievaarsdorp.
Hoe het aantal ooievaars in het dorp is veranderd, zie je in de volgende tabel:
jaar |
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
2007 |
aantal ooievaars |
12 |
24 |
26 |
30 |
22 |
Teken een assenstelsel.
Zorg voor een goede verdeling langs de assen!
Je mag ook gebruik maken van een kreukellijn op de verticale as.
Teken in je assenstelsel de grafiek die bij deze tabel.
Herman de Regt vindt zichzelf te zwaar. Hij wil graag een aantal kilo afhalen.
In de onderstaande tabel zie of hem dat lukt.
week |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
gewicht (kg) |
94,0 |
93,5 |
93,0 |
93,5 |
93,0 |
92,5 |
91,5 |
92,0 |
- Als je bij de tabel een grafiek wilt tekenen is het verstandig om een scheurlijntje te gebruiken. Leg uit waarom.
- Teken een assenstelsel.
Zorg voor een goede verdeling van de assen!
Mevrouw De Vries reist regelmatig met een taxi van het bedrijf TaxiTours.
Het taxibedrijf laat de ritprijs afhangen van het aantal kilometers dat de rit lang is.
In de tabel hieronder zie je van een aantal ritten van mevrouw De Vries de afstand die is afgelegd en de ritprijs.
ritnummer |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
afstand (km) |
7 |
6 |
4 |
8 |
10 |
6,5 |
11 |
8 |
prijs (€) |
18 |
16 |
12 |
20 |
24 |
17 |
26 |
20 |
- Hoe duur is een rit van 4 km bij dit taxibedrijf?
- Mevrouw De Vries moet € 16,- afrekenen. Hoeveel km was de rit?
- Je gaat een grafiek bij de tabel maken.
Langs de horizontale as komt de afstand (km).
Langs de verticale as de prijs (in euro).Zet de variabelen bij de assen en maak dan een goede assenverdeling.
- Zet nu de ritten uit de tabel in het assenstelsel.
Teken tenslotte een rechte lijn door de punten.
- Lees uit de grafiek af hoe duur is een rit van 9 km is.
- Voor rit nummer 9 moet mevrouw De Vries moet € 14,- afrekenen.
Hoeveel km was de rit? Laat zien hoe je aan je antwoord komt!
8 |
|
Inkomsten |
In de tabel zie je de weekinkomsten in euro’s van Ali.
inkomsten Ali
weeknr |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
baantje |
15 |
10 |
0 |
10 |
15 |
15 |
10 |
0 |
zakgeld |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
oppasgeld |
10 |
10 |
15 |
0 |
15 |
10 |
15 |
0 |
totaal |
|
|
|
|
|
|
|
|
- Teken in één assenstelsel met drie verschillende kleuren de drie grafieken waarmee je kunt aangegeven hoeveel Ali verdient met zijn baantje, hoeveel zakgeld hij krijgt en hoeveel hij verdient met oppassen.
Geef naast de grafiek aan welke kleur wat voorstelt. (Legenda)
- Vul in de tabel de rij ‘totaal’ in.
- Teken in de grafiek ook de somgrafiek. Gebruik een vierde kleur.
- In welke week waren de inkomsten van Ali het hoogst?
Uitwerkingen
1H03.E Uitwerkingen .............................................................................................................................
De eerste 3 minuten neemt de waterhoogte toe. Het bad loopt vol, de grafiek stijgt.
Dan blijft de waterhoogte 11 minuten gelijk. De grafiek loopt constant.
Daarna loopt het bad in 1 minuut leeg. De waterhoogte neemt af. De grafiek daalt.
C Een voetbal die omhoog wordt geschoten.
Grafiek 1 hoort bij glas 2
Grafiek 2 hoort bij glas 1
Grafiek 3 hoort bij glas 3
- De hoogte is dan 4 m
- De hoogte is dan iets minder dan 5 m
- De grootste hoogte die de bal bereikt is 5 m
- Dat is bij 4 m en bij 12 m
- Na 17 meter komt de bal op de grond
- Als je een scheurlijntje gebruikt, zie je verschillen in het gewicht veel beter.
-
- Een rit van 4 km kost € 12,-
- Bij € 16,- hoort een rit van 6 km
-
- Een rit van 9 km kost € 22
- Rit nummer 9 was 5 km
-
-
weeknr |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
baantje |
15 |
10 |
0 |
10 |
15 |
15 |
10 |
0 |
zakgeld |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
5 |
oppasgeld |
10 |
10 |
15 |
0 |
15 |
10 |
15 |
0 |
totaal |
30 |
25 |
20 |
15 |
35 |
30 |
30 |
5 |
-
- De inkomsten van Ali waren het hoogst in week 5
Alle uitleg bij elkaar
Verband en grafiek
1H03 uitleg Verband en grafiek .............................................................................................
Zinnen zoals hieronder kom je vaak tegen:
- “Hoe harder je fietst, hoe eerder je thuis bent.”
- “Hoe langer een kaars brandt, hoe korter de kaars is.”
- “Hoe langer de taxirit, hoe hoger de prijs.”
Als twee dingen iets met elkaar te maken hebben,
is er een verband tussen die dingen.
Bij een verband kun je vaak een 'Hoe ....., hoe .....'-zin maken.
Een verband kun je weergeven in een grafiek.
In de grafiek hiernaast is het verband tussen de brandtijd
en de lengte van een kaars weergegeven.
De brandtijd staat bij de horizontale as.
De lengte staat bij de verticale as.
Je ziet: "Hoe groter de brandtijd, hoe kleiner de lengte
van de kaars."
Janine ligt in het ziekenhuis.
Twee keer per dag wordt haar temperatuur opgenomen.
Je ziet haar 'temperatuur'-grafiek.
De tijd staat bij de horizontale as.
De temperatuur staat bij de verticale as.
Kijk naar het verloop van de grafiek. Je ziet:
- dat de temperatuur eerst stijgt.
- dat de termperatuur dan constant blijft.
- en dat de termperatuur dan daalt.
Grafieken aflezen
1H03 uitleg Grafieken aflezen ..............................................................................................
Je ziet een grafiek van het temperatuurverloop. Wat is de temperatuur om 9 uur?
- Zoek op de horizontale as 9 uur op.
- Ga van 9 uur recht omhoog tot je bij de grafiek bent.
- Ga naar de verticale as en lees daar de temperatuur af.
- Je ziet dat het om 9 uur 13 °C was.
Je ziet nogmaals de grafiek van het temperatuurverloop. Hoe laat was het 16 graden?
- Zoek op de verticale as 16 °C op.
- Ga recht opzij tot je bij de grafiek bent.
- Lees op de horizontale as de tijd af.
- Je ziet dat het 16 °C was om 11.30 uur.
Bekijk het temperatuurverloop op een winterse dag.
- Wat was de temperatuur om 9.00 uur?
In de grafiek zie je dat het om 9.00 uur 's morgens -2 °C was.
- Hoe laat was het toen de temperatuur 1 °C was?
In de grafiek zie je dat het op twee momenten 1 °C was, namelijk om 12.00 uur en iets voor 16.00 uur.
Bekijk het temperatuurverloop op een winterse dag.
Van hoe laat tot hoe laat was de temperatuur boven de 0 °C?
- Om 11.00 uur 's morgens snijdt de grafiek de horizontale as.
Daarna is de temperatuur boven de 0 °C.
- Om 17.00 uur 's middags snijdt de grafiek de horizontale as opnieuw.
Daarna is de temperatuur weer onder de 0 °C.
- Tussen 11.00 uur en 17.00 uur is de temperatuur boven de 0 °C.
1H03 uitleg Grafieken tekenen ..............................................................................................
Bij deze tabel kun je een grafiek tekenen.
tijd (uur) |
8 |
9 |
10 |
11 |
12 |
temperatuur (°C) |
2 |
6 |
8 |
9 |
8 |
- Pak roosterpapier.
- Teken een horizontale en verticale as.
- Zet de variabelen bij de assen.
- Zet de getallen bij de assen.
- Gebruik de tabel om de punten in de grafiek te tekenen.
- Teken door de punten een vloeiende lijn. En klaar is de grafiek.
Om een duidelijke grafiek te krijgen, laat je soms een stukje van de verticale as weg.
Om aan te geven dat je een stukje van de as hebt weggelaten, teken je een scheurlijntje.
week |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
gewicht (kg) |
61 |
60 |
59,5 |
60 |
61 |
61 |
60,5 |
Grafieken tekenen
Thema-opdracht
Vooraf
1H03 Eindopdracht ...............................................................................................................
Lees voor je begint deze werkwijzer en de stappen één keer helemaal door.
Tijd
Voor de afronding van het thema heb je ongeveer 2 lesuren nodig.
Je maakt de collage samen met een klasgenoot of alleen
Benodigheden
- Een vel A3-papier waar de collage op komt.
- (Ruitjes)papier en potlood voor het zelf tekenen van een grafiek.
- (Kleur)potloden, stiften, schaar, lijm, karton, plakband, ... voor het maken van de collage.
OF
- tekstverwerker waarin je kiest voor papierformaat A3
- (Ruitjes)papier en potlood voor het zelf tekenen van een grafiek. Dit kun je later scannen en in je document plakken.
- plaatjes etc. verzameld via internet, voor het maken van een digitale collage (document)
Stap 1
1H03 Eindopdracht, stap 1 ........................................................................................................
Er moet een collage worden gemaakt. De collage gaat over het klimaat en het weer. In de collage spelen grafieken (en tabellen) een belangrijke rol.
In de gereedschapskist van StudioVO vind je informatie over het maken van een collage. Bestudeer die informatie goed. Hoe maak ik een collage?
Voordat je gaat beginnen met het verzamelen van materiaal voor de collage is het belangrijk dat je bedenkt wat je wilt vertellen met je collage. Begin met het bedenken van een goede titel voor je collage.
Stap 2
1H03 Eindopdracht, stap 2 ........................................................................................................
Je kunt nu aan de slag met het verzamelen van zoveel mogelijk knipsels die te maken hebben met het klimaat en met het weer.
In de collage moet minimaal één grafiek komen die je zelf gemaakt hebt. Bepaal zelf wat voor soort grafiek je maakt.
Maak een keuze uit de knipsels die je hebt verzameld. Je kiest natuurlijk vooral knipsels die passen bij de titel van de collage.
Plak de knipsels op een groot vel papier. Schrijf de titel op de collage.
Stap 3
1H03 Eindopdracht, stap 3 ........................................................................................................
Laat de collage zien aan een aantal klasgenoten. Vraag om commentaar. Bekijk zelf ook een of twee collages van klasgenoten en geef goed commentaar.
Gebruik bij het commentaar geven de volgende vragen:
- Staat er een titel op de collage?
- Staan er minstens drie grafieken en twee tabellen op de collage?
- Passen de grafieken en tabellen bij de titel?
- Is de collage origineel?
- Is de collage verzorgd gemaakt?
- Is de collage goed vormgegeven?
Ben je tevreden over je collage?
Ja? Laat de collage dan beoordelen door je docent.