Je hebt in een van de andere opdrachten al kennis gemaakt met de klimaatindeling van Köppen.
In deze opdracht ga je kijken welke klimaten er in de VS voorkomen.
Bekijk de video.
Tip: Noteer de namen van de klimaten die je in de video ziet.
Je kunt ze gebruiken in de oefening van Stap 1.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
minimaal vier klimaten noemen die voorkomen in de Verenigde Staten;
op de kaart van de VS aangeven waar die klimaten voorkomen;
de vier klimaatfactoren opnoemen die een rol spelen bij het bepalen van de negen klimaten in de Verenigde Staten.
Wat kan ik al?
De Kennisbanken 'Weer en klimaat' en 'Klimaatverschillen' heb je al eerder bestudeerd.
Blader ze nogmaals door om je geheugen op te frissen.
Kijk of je antwoord kunt geven op de volgende twee vragen.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Je krijgt uitleg over de klimaatindeling in de Verenigde Staten volgens Köppen. Je geeft de klimaatindeling op een gekleurde kaart van de VS aan.
Stap 2
Je leest informatie over de klimaatfactoren en geeft aan op welke manier deze factoren invloed hebben op de klimaten in Amerika.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Begrippen
De begrippen gaan over de klimaten in de VS
Eindopdracht
Samen met een klasgenoot stippel je een rondreis door de VS uit.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 lesuren nodig.
Aan de slag
Stap 1: De klimaten van de VS
Het klimaat is het gemiddelde weer op een bepaalde plaats over een lange periode (meestal dertig jaar). Het klimaat wordt weergegeven in een klimaatdiagram. In dat diagram zie je hoeveel neerslag er gemiddeld valt gedurende het jaar en hoe warm of koud het is gedurende het jaar.
De Russische wetenschapper Vladimir Köppen (1846-1940) is de man achter de klimaatindeling. Köppen heeft elk klimaat beschreven en gecodeerd.
tropische klimaten
Af: Tropisch regenwoudklimaat (f -> geen droge periode)
As en Aw: Savanneklimaat met droge periode in de zomer of in de winter (s -> droge zomer, w -> droge winter)
droge klimaten
BS Steppeklimaat, jaarlijkse neerslag tussen 200 en 300 millimeter (S -> steppe)
BW Woestijnklimaat, jaarlijkse neerslag minder dan 200 millimeter (W -> Woestijn)
zeeklimaten
Cs: Mediterraan klimaat met droge zomer (s -> droge zomer)
Cw: Chinaklimaat met droge winter (w -> droge winter)
Cf: Zeeklimaat met neerslag in alle jaargetijden (f -> geen droge periode)
landklimaten
Df: Continentaal klimaat met neerslag in alle jaargetijden (f -> geen droge periode)
Dw: Continentaal klimaat met droge winter (w -> droge winter)
poolklimaten
ET: Toendraklimaat met in de warmste maand van het jaar een temperatuur tussen 0 en 10 °C (T -> Toendra)
EF en EH: Sneeuw- of hooggebergteklimaat met een temperatuur die het hele jaar door beneden 0 °C ligt (F -> IJskap, H -> Hooggebergte)
Van al deze klimaten komen de volgende in de Verenigde Staten voor:
Aw: Savanneklimaat
BS: Steppeklimaat
BW: Woestijnklimaat met jaarlijkse neerslag minder dan 200 millimeter
Cfa: Zeeklimaat (warm zeeklimaat)
Cfb: Zeeklimaat (gematigd zeeklimaat)
Csa Mediterraan klimaat
Dfa: Continentaal klimaat (warm landklimaat)
Dfb: Continentaal klimaat (gematigd landklimaat)
ET/H Toendraklimaat/Hooggebergteklimaat
Stap 2: Klimaatfactoren
Het is niet verwonderlijk dat in de Verenigde Staten meerdere klimaten voorkomen. De volgende vier klimaatfactoren spelen daarbij een belangrijke rol:
Breedteligging
Reliëf
Nabijheid grote wateroppervlakten
Zeestromen en wind
Breedteligging
In het algemeen is het kouder naarmate je verder van de evenaar af bent en dichter bij de Noord- of Zuidpool.
Reliëf
Reliëf is de verdeling van hoog- en laaggelegen gebieden in een land of streek.
Het heeft op twee manieren invloed op het klimaat:
Hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt. In de Rocky Mountains reiken de hoogste toppen tot boven de 4000 meter en in Alaska zijn er bergtoppen tot boven de 6000 meter. Op die plekken heerst een hooggebergteklimaat.
Als de wind bijna altijd uit één richting over een gebergte waait, valt er aan de loefzijde ervan veel regen, omdat de lucht tegen de berghellingen opbotst en opstijgt (zie afbeelding) en aan de lijzijde valt er weinig regen. Dit is te zien boven en aan weerszijden van de Cascade Range in het noordwesten van de Verenigde Staten. De wind waait er bijna altijd uit het westen. Aan de westkant van dit gebergte is het nat, aan de andere kant een stuk droger.
Het Great Basin ligt aan de lijzijde van de Sierra Nevada. Daardoor kan wind van de Stille Oceaan geen vochtige lucht naar dit gebied voeren. Daardoor heeft het Great Basin een woestijnklimaat.
Nabijheid van grote wateroppervlakken
Aan de westkust vanaf de Canadese grens tot Californië en in het zuiden van Alaska zorgt de nabijheid van de Stille Oceaan ervoor dat de winters niet al te koud zijn en de zomers niet al te heet.
Zeestromen en wind
In het noordoosten van de Verenigde Staten zorgt een wind die vaak aflandig is ervoor dat de nabijheid van de Atlantische Oceaan weinig invloed heeft op de temperatuur in winter en zomer. Daardoor kan het ’s winters erg koud zijn en ’s zomers erg warm. Bovendien loopt er langs de kust van dit deel van de VS een koude zeestroom.
In het zuidoosten voert de wind vanaf de Golf van Mexico vochtige lucht aan en in het noordwesten en aan de zuidkust van Alaska voert wind vanaf de Stille Oceaan eveneens vochtige lucht aan. Daardoor hebben deze drie gebieden een nat klimaat.
Bekijk het kaartje met de klimaten in de Verenigde Staten nog eens. De vragen in de oefening gaan over deze klimaatkaart.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Breedteligging
De afstand van de evenaar tot een bepaald punt.
Hoogteligging
De afstand van een punt tot het gemiddelde zeeniveau (NAP).
Ligging ten opzichte van zee/oceaan
De afstand van een gebied tot de zee of de oceaan.
Reliëf
Hoogteverschillen in het landschap.
Aanlandige wind
Zeewinden. Het gaat hier om winden die van zee komen en dan het land over gaan.
Aflandige wind
Landwinden. Het gaat hier om winden die van land komen en dan de zee over gaan.
Loefzijde
De kant van een gebergte die aan de windkant ligt.
Lijzijde
De kant van een gebergte die uit de windkant ligt. Ook wel de regenschaduw genoemd.
Zeestroom/Oceaanstroom
Continue stromingen van het zeewater aangedreven door de energie van de zon en de overheersende windrichting.
Klimaat
De gemiddelde toestand van de atmosfeer op een bepaald moment op een bepaalde plaats gemeten over dertig jaren.
Savanneklimaat
Behoort tot de warme klimaten. Het savanneklimaat is vergelijkbaar met het tropisch regenwoudklimaat, maar heeft een droog seizoen. Dit is meestal in de winter.
Tropische regenwoudklimaat
Behoort tot de warme klimaten. In het tropisch regenwoud komt de gemiddelde maandtemperatuur het hele jaar door boven de 18 °C en is er het hele jaar door veel neerslag (meer dan 2.000 mm gemiddeld per jaar).
Droge klimaten
Klimaten met weinig neerslag.
Steppeklimaat
Behoort tot de klimaten met weinig neerslag. Het steppeklimaat is een droog klimaat (ca. 250-500 mm neerslag per jaar).
Woestijnklimaat
Behoort tot de klimaten met weinig neerslag. Het woestijnklimaat is een zeer droog klimaat (ca. minder dan 250 mm neerslag per jaar).
Gematigde klimaten
Een gematigd klimaat of warm gematigd klimaat (bijvoorbeeld het Middellandse Zeeklimaat) is een vochtig klimaat. Een ander kenmerk zijn de relatief gematigde temperaturen. Gematigde klimaten hebben duidelijke seizoenen en de verschillen in temperatuur tussen de winter en de zomer zijn niet groot.
Poolklimaten
De koude klimaten.
Toendraklimaat
Behoort tot de koude klimaten. In een toendraklimaat komt de gemiddelde temperatuur in de koudste maand niet boven de -3 °C en in de warmste maand blijft deze tussen de 0 °C en 10 °C.
Sneeuwklimaat
Behoort tot de koude klimaten. In een sneeuwklimaat blijft de gemiddelde maandtemperatuur in de koudste maand beneden de -3 °C. De warmste maand heeft een gemiddelde maandtemperatuur lager dan 0 °C.
Hooggebergteklimaat
Behoort tot de koude klimaten. Het hooggebergteklimaat komt voor in bijvoorbeeld de Alpen en Himalaya. De temperatuur in deze hooggelegen gebieden komt alleen in de zomermaanden boven de 0 °C.
Eindopdracht: Rondreis Amerika
Een land als de Verenigde Staten leent zich natuurlijk uitstekend voor allerlei soorten vakanties. Of je nu van avontuur, sport, relaxen, strand, cultuur, steden of natuur houdt... de Verenigde Staten heeft het allemaal te bieden!
Veel vakantiegangers kiezen voor een rondreis. Je kunt een rondreis boeken bij verschillende reisorganisaties, maar je kunt natuurlijk ook zelf een rondreis uitstippelen.
In deze eindopdracht ga je een rondreis samenstellen. Je doet dat samen met een klasgenoot. Stippel een rondreis uit van twaalf dagen door de Verenigde Staten.
Maak gebruik van de Grote Bosatlas of een kaart op internet om jullie route te bepalen.
Hoe gaan jullie te werk?
Begin in Los Angeles en eindig in New York. Je mag tussendoor 2 x vliegen.
Bezoek in ieder geval de Grand Canyon, Las Vegas en de Nigara Waterfalls.
Vertel iets over jullie overnachtingen.
Vertel iets over bezienswaardigheden die jullie willen bezoeken.
Geef praktische tips (ook over de benodigde kleding).
Geef een indruk van het weer van de plekken die jullie gaan bezoeken.
Jullie moeten dus iets vertellen over de verschillende klimaten in de VS en duidelijk maken in hoeverre klimaatfactoren een rol spelen in een bepaald gebied.
Klaar?
Vergelijk jullie rondreis met de rondreis van twee klasgenoten. Maken zij weer een heel andere rondreis? Bezoeken zij weer andere bezienswaardigheden?
Bespreek samen de verschillen.
Terugkijken
Intro
Neem de intro nog eens door.
Kreeg je bij het bekijken van de video al een indruk over de verschillende klimaten in de Verenigde Staten?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je enkele klimaten noemen in de Verenigde Staten? Kun je op een kaart ook aangeven waar ze voorkomen?
Hoe ging het?
Inhoud
In Stap 1 staat de klimaatindeling van Köppen. Herkende je de indeling nog uit een van de vorige opdrachten?
De klimaatfactoren zijn ook al eerder besproken. Kwamen ze je nog bekend voor?
Eindopdracht
Vond je het leuk om een rondreis uit te stippelen? Waren je klasgenoot en jij het eens over de bestemmingen?
Was het nuttig daarbij gelijk te kijken naar het weer en klimaat op jullie vakantiedoelen?
Het arrangement Opdracht: VS: Klimaten - vmbo-kgt34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Weer en klimaat: VS', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo-kgt leerjaar 3 en 4. Binnen deze opdracht ga je verder verdiepen in klimaten, met de focus op de Verenigde Staten. Zo ga je in op de negen verschillende klimaten die voorkomen binnen de VS. Je leert hierbij meer over de klimaatfactoren, waarmee je uiteindelijk weet te identificeren over welk klimaat er spraken is. Met deze klimaatfactoren krijg je inzicht over het voorkomen van klimaten, en leer je uiteindelijke deze te kunnen aangeven op de kaart van de VS.
Veel plezier met het maken van de opdracht!
Deze opdracht hoort bij het thema 'Weer en klimaat: VS', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Aardrijkskunde voor vmbo-kgt leerjaar 3 en 4. Binnen deze opdracht ga je verder verdiepen in klimaten, met de focus op de Verenigde Staten. Zo ga je in op de negen verschillende klimaten die voorkomen binnen de VS. Je leert hierbij meer over de klimaatfactoren, waarmee je uiteindelijk weet te identificeren over welk klimaat er spraken is. Met deze klimaatfactoren krijg je inzicht over het voorkomen van klimaten, en leer je uiteindelijke deze te kunnen aangeven op de kaart van de VS.
Veel plezier met het maken van de opdracht!
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Klimaten VS
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.