Totaal 3&4M leerjaar 4 Mavo

Totaal 3&4M leerjaar 4 Mavo

Leerjaar 3

In leerjaar 3 hebben we de volgende hoofdstukken al behandeld:

1. Rekenen deel 1

2. Situaties en verbanden

3. Rekenen deel 2

4. Vlakke figuren

5. Lineair verband

6. Informatie verwerking

7. Ruimtelijke figuren

8. Kwadratisch verband.

In leerjaar 4:

We behandelen deze hoofdstukken dit jaar en kunnen bovenstaande hoofdstukken dit jaar nog eens herhalen.

9.  Goniometrie

10. Exponentieel verband

11. Statistiek en kans

12. Andere verbanden

13. Examentraining

 

NIEUW:

 

TECHMAVO/HAVO  VOORBEREIDING

 

HIERONDER  EEN AANTAL LINKJES OM DE LEERSTOF VOOR DE HAVO/MBO LEERLINGEN TE OEFENEN
VIA DE ALGEMENE SITE

 

ONDERDEEL  BREUKEN   VIA MATH4ALL  ALLES OPTELLEN=VERMENIGVULDIGEN=DELEN= ENZ

ONDERDEEL LETTERREKENEN VIA MATH4ALL

ONDERDEEL VERGELIJKINGEN VIA MATH4ALL    BALANS METHODE LINEAIR  EN KWADRATISCHE VERBANDEN

ONDERDEEL REKENEN MET WORTELS VIA MATH4ALL 

HIERVAN OPDRACHTEN IN OVERLEG...MAKEN  IN APART SCHRIFT

1 Rekenen-1

Thema: Rekenen -1

Rekenen en wiskunde zijn niet hetzelfde, maar hebben wel veel met elkaar te maken. In dit eerste thema leer je in de pragrafen de volgende vaardigheden:

  • 1.1 Afronden
  • 1.2 Schatten
  • 1.3 Rekenregels
  • 1.4 Verhoudingen
  • 1.5 Verhoudingstabel
  • 1.6 Vergelijken
  • 1.7 Op schaal
  • 1.8 Rekenen
  • 1.9 Erbij/eraf
  • 1.10 Groeifactor
  • Extra - 24 spel
  • Procenten in Excel

1.1 - Afronden

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

Filmpje

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Toets:Afronden

1.2 - Schatten

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje

 

 

Opdrachten:

 

 

Toets:Schatten

1.3 - Rekenregels

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

Opdracht 1

Type hier de opdracht.

 

 

 

Filmpje

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

Toets:Rekenregels

1.4 - Verhoudingen

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

 

Opdrachten:

 

Toets:Verhoudingen

1.5 - Verhoudingstabel

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:Verhoudingstabel

1.6 - Vergelijken

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:Vergelijken

1.7 - Op schaal

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:Op schaal

1.8 - Rekenen

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

 

Opdrachten:

Toets:Procenten

1.9 - Erbij/eraf

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje .
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje:

 

 

Opdrachten:

 

Toets:Erbij/eraf

1.10 - Groeifactor

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje .
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje:

 

 

 

Opdrachten:

 

Toets:Groeifactor

Samenvatting

Een overzicht van alle kennisbanken van hoofdstuk 1

 

Diagnostische toets

Het thema 'Rekenen 1' sluit je af met het maken van twee diagnostische toets.

De toetsen bestaan ieder uit 12 vragen.

Aan het eind van iedere toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Rekenen 1 - A

Toets:Rekenen 1 - B

Extra

Ken je het 24-spel? Dit spel is geschikt om goed te leren hoofdrekenen.
Je krijgt een speelkaart met 4 getallen. Met deze 4 getallen moet het getal 24 
gemaakt worden door optellen, aftrekken, delen en vermenigvuldigen.
Alle 4 getallen moeten precies één keer gebruikt worden.

Hiernaast zie je een speelkaart.
Lukt het je om de oplossing te vinden?

Er is ook een digitale versie van het 24-spel.

 

  • Ga naar de website met het 24-spel
  • Zoek uit hoe het spel werkt.
  • Probeer vervolgens een aantal series op te lossen.
    Het spel is soms lastiger dan je misschien denkt.

Procenten in Excel


Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook rekenen met procenten.

Download het practicum Procenten in Excel.
Download ook het bijbehorende Excelbestand Procenten.xlsx.
Sla de bestanden op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.

Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.

Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.

HERHALINGSOPGAVEN

EXTRA OPDRACHTEN
EXTRA OPDRACHTEN HOOFDSTUK 1 EN 3

Je hebt de herhalingsopgaven gemaakt.

Vergelijk jouw antwoorden met die van het antwoordmodel.

Zijn er verschillen dan overleg je met een ander wat de aanpak moet zijn.

Neem de tijd om dat ook echt te vertellen...
Maak een aantekening ( achter in je schrift)  
Bekijk deze aantekeningen nog eens voordat je het grote  PTA krijgt.

 

Dan hier de antwoorden..... HERHALINGSOPGAVEN MET ANTWOORDEN

EXAMENTRAINING 4 MAVO REKENEN OP ONDERWERP

HIERONDER EEN FLINKE HOEVEELHEID OPGAVEN OP ONDERWERP.

 

  • BEKIJK DE SERIE OPGAVEN .
  • MAAK ER EEN GROOT AANTAL VAN IN TWEETALLEN
  • BESPREEK STEEDS MET ELKAAR DE AANPAK ...
  • VRAAG EXTRA HULP
  • LAAT HET OP TIJD NAKIJKEN....

 

4 MAVO ONDERDEEL SCHATTEN EN SCHAAL    Antwoorden

4 MAVO ONDERDEEL PROCENTEN    Antwoorden

4 MAVO ONDERDEEL VERHOUDINGEN   Antwoorden

4 MAVO ONDERDEEL EXPONENTIELE GROEI EN GROEIFACTOR  Antwoorden

4 MAVO ONDERDEEL TIJDREKENEN EN SNELHEID  ( Antwoorden staan er al onder)

Alles gemaakt en nagekeken?....

Maak een lijstje van vragen over de stof die je nog uitgelegd wil hebben!

 

LEERDOELEN VOOR HET ONDERDEEL  REKENEN

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook
wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2009-1 Vraag 8
VMBO KGT 2009-1 Vraag 9
VMBO KGT 2009-1 Vraag 10
VMBO KGT 2009-1 Vraag 11

2 Situaties en verbanden

Thema: Situaties en verbanden

Het thema 'Situaties en verbanden' bestaat uit drie paragrafen:

  • 2.1 Tabel
  • 2.2 Grafiek
  • 2.3 Formule
  • 2.4 Lettervariabelen
  • 2.5 Rekenen met lettervariabelen
  • 2.6 Rekenschema
  • 2.7 Rekenschema en lettervariabelen

 

2.1 - Tabel

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Verband in een tabel

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Tabel

2.2 - Grafiek

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Verband in een grafiek

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Grafiek

2.3 - Formule

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Verband in een formule

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Formule

2.4 - Lettervariabelen

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Lettervariabelen

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Lettervariabelen

2.5 - Rekenen met lettervariabelen

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Rekenen met lettervariabelen

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Rekenen met lettervariabelen

2.6 - Rekenschema

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de twee pagina's van het onderdeel:

KB: Rekenschema's      en deze info

Rekenschema Rekenschema en Inklemtabel   (voorbeeld hoe op te schrijven)

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Rekenschema

2.7 - Rekenschema en lettervariabelen

Rekenschema's en lettervariabelen

 

Je hebt geoefend met het maken van rekenschema's bij formules met woordvariabelen. Ook bij formules met lettervariabelen kun je rekenschema's maken.

Maak nu ook de volgende opgaven.

Toets:Rekenschema en lettervariabelen

Diagnostische toets

Het thema 'Situaties en verbanden' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit 16 vragen.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Situaties en verbanden

TGF in Excel

Tabellen, grafieken en formules in Excel
Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook werken met tabellen, grafieken en formules.

Download het practicum Tabellen, grafieken en formules in Excel.
Download ook het bijbehorende Excelbestand TGF.xlsx.
Sla de bestanden op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.

Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.

Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.

3 Rekenen-2

Thema: Rekenen-2

In dit derde thema ga je opnieuw veel rekenen.
Het thema herhaalt een aantal zaken die je in de eerste twee jaar ook wel bent tegengekomen, maar je leert ook nieuwe dingen.
Het thema bestaat uit de volgende paragrafen:

  • 3.1 Lengtematen
  • 3.2 Oppervlaktematen
  • 3.3 Inhoudsmaten
  • 3.4 Tijd / snelheid
  • 3.5 Massa / dichtheid
  • 3.6 Machten
  • 3.7 Grote getallen
  • 3.8 Kleine getallen
  • 3.9 Wortels

 

3.1 - Lengtematen

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

 

Opdrachten:

 

Toets:Lengtematen

3.2 - Oppervlaktematen

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:Oppervlaktematen

3.3 - Inhoudsmaten

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:Inhoudsmaten

3.4 - Tijd / snelheid

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

Filmpje:

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

 

Toets:Tijd en snelheid

3.5 - Massa / dichtheid

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

Filmpje alleen voor MAVO

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

Toets:Massa en dichtheid

3.6 - Machten

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

 

Toets:Machten

3.7 - Grote getallen

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

Toets:Grote getallen

3.8 - Kleine getallen

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

 

Toets:Kleine getallen

3.9 - Wortels

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

Toets:Wortels

Diagnostische toets

Het thema 'Rekenen 2' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit een 18 vragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Bij een score van meer dan 80% heb je een voldoende.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.


Toets:Rekenen 2

HERHALINGSOPDRACHTEN

EXTRA OPDRACHTEN 1 + 3
EXTRA OPDRACHTEN HOOFDSTUK REKENEN

Examentraining

Je hebt de twee thema's Rekenen afgerond.

Hier vind je de examentraining Rekenen. In deze examentraining staat de examenstof nogmaals kort uitgelegd, kun je oefenopgaven maken en ga je aan de slag met opdrachten uit eerdere examens.

Overleg met de docent wanneer je de examentraining gaat doen.

Examentraining Rekenen vmbo-kgt

4 Vlakke figuren

Thema: Vlakke figuren

Driehoeken, vierhoeken en cirkels zijn voorbeelden van vlakke figuren die je in dit thema regelmatig zult tegenkomen. Je kijkt naar de eigenschappen van deze figuren, je rekent met hoeken en je kijkt wat er gebeurt als je de figuren vergroot of verkleind. 
Een aantal onderwerpen die in dit thema behandeld worden, ben je ook in de onderbouw al tegengekomen. Maar er komen ook enkele zaken aan de orde die waarschijnlijk nieuw voor je zijn. 
Het thema bestaat uit de volgende paragrafen:

  • 4.1 Driehoeken
  • 4.2 Pythagoras
  • 4.3 Oppervlakte driehoek
  • 4.4 Vergroten
  • 4.5 Vierhoeken
  • 4.6 Oppervlakte vierhoeken
  • 4.7 F- en Z-hoeken
  • 4.8 Omtrek cirkel
  • 4.9 Oppervlakte Cirkel
  • 4.10 Gebieden

4.1 - Driehoeken

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

 

Opdrachten:

 

 

 

 

Toets:Driehoeken

4.2 - Pythagoras

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

Filmpje Pythagoras

Toets:Pythagoras

4.3 - Oppervlakte driehoek

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

 

Toets:Oppervlakte driehoek

4.4 - Vergroten

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

Opdrachten:

 

 

 

 

 

Toets:Vergroten/verkleinen

4.5 - Vierhoeken

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

 

Filmpje:

Opdrachten:

Toets:Vierhoeken

4.6 - Oppervlakte vierhoeken

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:Oppervlakte vierhoek

4.7 - F- en Z-hoeken

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Toets:F- en Z-hoeken

4.8 - Omtrek cirkel

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

Toets:Omtrek cirkel

4.9 - Oppervlakte cirkel

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.
Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.
Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

 

Filmpje:

Opdrachten:

 

 

 

 

 

 

Toets:Oppervlakte cirkel

4.10 - Gebieden

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.

Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

Opdrachten

 

 

 

 

 

 

Toets:Afstanden en gebieden

Diagnostische toets

Het thema 'Vlakke figuren' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit 13 vragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Je moet minimaal 80% van de punten halen voor een voldoende.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Vlakke figuren

4 Mavo Herhalingen Meetkunde vlakke figuren

Goed oefenen

 

Plan van aanpak

  • Tekeningetje en gevens invullen die je weet
  • Formule
  • Invullen
  • Antwoord

    OPDRACHTEN  VLAKKE FIGUREN DEEL 1

      OPDRACHTEN  VLAKKE FIGUREN DEEL 2

     

 

4 MAVO MEETKUNDE TRAINEN

De volgende serie opdrachten maak je in tweetallen
Bespreek steeds je plan van aanpak.
Bekijk daarna  het antwoord model....

 

Maak een keuze.

  • Welke opgaven werk je uit op papier?

  • Welke bespreek je mondeling?

 

4 M Meetkunde  deel 1  Antw deel 1

4 M Meetkunde  deel 2  Antw deel 2

4 M Meetkunde  deel 3  Antw deel 3

4 M Meetkunde  Plan van Aanpak  Examen                                     
                           Antw deel Examen

 

 

Hieronder een serie opgaven  met Antw

 

4M H 4 N5   Meetkunde met denkstap  (zevenhoek)    Antw

4M H 4 N4   Meetkunde met denkstap (vergroten)      Antw

4M H 4 N3   Meetkunde met Opp en Pyth Ruimte        Antw

 

 

Alles geoefend dan hier alvast de link naar hoofdstuk  Ruimtelijke figuren
HOOFDSTUK 7  COMPLEET  UITLEG

4 MAVO LOSSE OPGAVEN

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook
wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2009-1 Vraag 16
VMBO KGT 2010-1 Vraag 15
VMBO KGT 2010-1 Vraag 16
VMBO KGT 2010-1 Vraag 17

5 Lineair verband

Thema: Lineair verband

In het thema 'Situatie en verbanden' ben je al heel wat verbanden tegengekomen. In dit thema ga je aan de slag met één soort verbanden, namelijk lineaire verbanden. 

Het thema bestaat uit de pragrafen:

  • 5.1 Grafiek, Tabel, Formule
  • 5.2 Formule maken
  • 5.3 In Excel
  • 5.4 Vergelijking
  • 5.5 Oplossen
  • 5.6 Rekenschema's
  • 5.7 Balansmethode

 

5.1 - G-T-F

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Lineair verband

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Lineair verband

5.2 - Formule maken

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Formule maken

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

uitleg formule maken (5min)

Toets:Formule maken

5.3 - In Excel

Rechte lijnen in Excel
Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook grafieken maken, onder andere bij een lineair verband.

Download het Excelbestand Rechte lijnen in Excel.
Open het bestand in Excel.

In het bestand zie je in rij 3 de algemene vorm van een lineair verband.
Hoe de grafiek bij dit verband loopt, hangt af van de getallen die je voor a (= hellingsgetal) en b (= startgetal) invult.

In dit bestand kun je de waarde van het hellingsgetal a en het startgetal b veranderen met behulp van de twee schuifbalkjes.
- Gebruik de schuifbalkjes en kijk steeds hoe de formule verandert.
- Kijk ook hoe de grafiek verandert.
- Gebruik voor a en b zowel positieve als negatieve getallen.
- Wanneer loopt de grafiek horizontaal?

5.4 - Vergelijking

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Vergelijking en oplossing

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Vergelijking en oplossing

5.5 - Oplossen

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Oplossen met grafieken

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Oplossen met grafieken

5.6 - Rekenschema's

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Oplossen met rekenschema's

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Oplossen met rekenschema's

5.7 - Balansmethode

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Balansmethode

Maak de volgende opgaven.

 

Toets:Balansmethode

Diagnostische toets

Het thema 'Lineaire verbanden' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit een 10 vragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Bij een score van meer dan 80% heb je een voldoende.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Lineaire verbanden

4M Herhalingsvragen Examentraining Lineaire verbanden

Maak de opdrachten van de volgende serie opgaven

 

Lineaireverbanden algemene Herhaling

 

In de link hiernaast  Opgaven met de Antwoorden 

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook
wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2011-1 Vraag 5
VMBO KGT 2011-1 Vraag 6
VMBO KGT 2011-1 Vraag 7
VMBO KGT 2011-1 Vraag 8

6 Informatie verwerking

Thema: Informatie verwerking

Dit thema bestaat uit de volgende de paragrafen:

  • 6.1 In beeld
  • 6.2 Cirkeldiagram
  • 6.3 Steel-bladiagram
  • 6.4 Grafen
  • 6.5 'Afstand'tabel
  • 6.6 Infofiguren
  • 6.7 Gemiddelde
  • 6.8 Klassen
  • 6.9 Modus/mediaan
  • Extra Excel

6.1 - In beeld

Tabel, beelddiagram en staafdiagram

 

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KBGegevens in beeld

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Gegevens in beeld

6.2 - Cirkeldiagram

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KBCirkeldiagram

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Cirkeldiagrammen

6.3 - Steel-bladdiagram

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KBSteel-bladdiagram

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Steel-bladdiagram

Extra Excel

Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook diagrammen maken.

Download het practicum Diagrammen in Excel.
Download ook het bijbehorende Excelbestand Diagrammen.xlsx.
Sla de bestanden op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.

Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.

Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.

Je weet nu hoe je een cirkeldiagram in Excel maakt.
Je gaat nu ook een bevolkings'piramide' in Excel maken.

Download de opdracht Bevolkings'piramide' in Excel.
Download ook het bijbehorende Excelbestand Bevolking.xlsx.
Sla de bestanden op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.

Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.

Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.

6.4 - Grafen

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

Grafen

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

6.5 - 'Afstand'tabel

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

'Afstand'tabel

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:'Afstand'tabel

6.6 - Infofiguren

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

Informatieve figuren

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Infofiguren

6.7 - Gemiddelde

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de twee pagina's van het onderdeel:

KB: Gemiddelde en gewogen gemiddelde

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Gemiddelde

6.8 - Klassen

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Frequentieverdeling en klassen

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Frequentietabel

6.9 - Modus/mediaan

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Modus en mediaan

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Modus/mediaan

Diagnostische toets

Het thema 'Informatie verwerking' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit 11 vragen.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Informatie verwerking

7 Ruimtelijke figuren

Thema: Ruimtelijke figuren

Een kubus, balk, bol, piramide, prisma, allemaal voorbeelden van ruimtelijke figuren. In dit thema staan deze ruimtelijke figuren centraal.

Je bekijkt onder andere hoe ze er uit zien, hoe je ze kunt tekenen, welke doorsneden je van deze figuren kunt maken en hoe je de inhoud van deze ruimtelijke figuren kunt berekenen. Je leert ook ook werken met ruimtecoördinaten en je leert de Stelling van Pythagoras in de ruimte toe te passen.

Het thema ruimtelijke figuren bestaat uit de volgende paragrafen:

  • 7.1 Figuren
  • 7.2 Uitslag - Aanzicht
  • 7.3 Doorsnede
  • 7.4 Inhoud balk, cilinder, prisma
  • 7.5 Inhoud piramide, kegel, bol
  • 7.6 Vergroten
  • 7.7 Coördinaten
  • 7.8 Pythagoras

VERZAMELDOCUMENT   MET ALLE STOF  IN DEELTJES   
MET  UITLEG FILMPJES ONDERAAN

 

EXTRA OPDRACHTEN ALLERLEI

 

DAARNA  EXAMENS OEFENEN

 

7.1 - Figuren

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de pagina's van het onderdeel:

Ruimtemeetkunde: Figuren


Maak de volgende opgaven.

7.2 - Uitslag-Aanzicht

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

Ruimtemeetkunde: Uitslag - aanzicht


Maak de volgende opgaven.

Toets:Uitslagen en aanzichten

Toets:Grafen

7.3 - Doorsnede

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de eerste pagina van het onderdeel:

Doorsnede


Maak de volgende opgaven.

Toets:Doorsnede

7.4 - Inhoud balk, cilinder, prisma

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de twee pagina's van het onderdeel:

Inhoud: balk, prisma en cilinder


Maak de volgende opgaven.

Toets:Inhoud

7.5 - Inhoud piramide, kegel, bol

Bestudeer nu uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

Inhoud: piramde en bol


Maak de volgende opgaven.

Toets:Inhoud2

7.6 - Vergroten

Bestudeer nu uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

Inhoud: vergroten en verkleinen


Maak de volgende opgaven.

Toets:Vergroten/verkleinen

7.7 - Coördinaten

Bestudeer nu uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

Ruimtecoördinaten


Maak de volgende opgaven.

Toets:Ruimtecoördinaten

7.8 - Pythagoras

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de drie pagina's van het onderdeel:

Pythagoras in de ruimte


Maak de volgende opgaven.

Diagnostische toets

Het thema 'Ruimtelijke figuren' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit een 9 vragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Bij een score van meer dan 80% heb je een voldoende.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Ruimtelijke figuren

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook
wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2009-1 Vraag 1
VMBO KGT 2009-1 Vraag 2
VMBO KGT 2009-1 Vraag 3
VMBO KGT 2009-1 Vraag 12
VMBO KGT 2009-1 Vraag 13
VMBO KGT 2009-1 Vraag 14
VMBO KGT 2009-1 Vraag 15

8 Kwadratisch verband

Thema: Kwadratisch verband

In het thema 'Situaties en verbanden' ben je al heel wat verbanden tegengekomen. In dit thema ga je aan de slag met één soort verbanden, namelijk kwadratische verbanden. 

Het thema kwadratisch verband bestaat uit de volgende pragrafen:

  • 8.1 Formule-grafiek
  • 8.2 Parabool
  • 8.3 Oplossing
  • 8.4 Twee oplossingen

 

8.1 - Formule-grafiek

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de vier pagina's van het onderdeel:

KBKwadratisch verband

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Formule/grafiek

8.2 - Parabool

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de vijf pagina's van het onderdeel:

KBParabool

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

Toets:Parabool

8.3 - Oplossing

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Oplossing zoeken

Maak de volgende opgaven.

 

Oefening:Oplossing zoeken

8.4 - Twee oplossingen

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Twee oplossingen

Maak de volgende opgaven.

 

Oefening:Twee oplossingen

Diagnostische toets

Het thema 'Kwadratische verbanden' sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit een 10 vragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Bij een score van meer dan 80% heb je een voldoende.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Toets:Kwadratische verbanden

Extra Excel

Kwadratische verbanden in Excel
Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook parabolen tekenen. Hoe dat gaat? Probeer maar eens.

Download het practicum Parabool in Excel.
Download ook het bijbehorende Excelbestand Parbool.xlsx.
Sla de bestanden op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.

Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.

Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook
wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2009-1 Vraag 17
VMBO KGT 2009-1 Vraag 18
VMBO KGT 2009-1 Vraag 19
VMBO KGT 2010-1 Vraag 11
VMBO KGT 2010-1 Vraag 12
VMBO KGT 2010-1 Vraag 13

Leerjaar 4

9 Exponentieel verband

Het thema Exponentiele verbanden bestaat uit een inleiding, vier paragrafen met opgaven en een diagnostische toets.

Ook zijn er een paar video filmpjes toegevoegd..
Bekijk deze voor je aan de opdrachten begint.



 

Leerdoelen
Aan het eind van dit hoofdstuk

  • kun je een tabel bij een exponentieel verband maken.
  • kun je een grafiek bij een exponentieel verband maken.
  • weet je wat de groeifactor is en wat de groeifactor met procenten te maken heeft.
  • kun je een exponentieel verband herkennen aan de formule.
  • kun je berekenen wanneer een bepaalde uitkomst bereikt wordt.


 

9.1 Exponentieel verband

In deze paragraaf ga je leren:

- Wat is een exponentieel verband

- Hoe teken je een exponentieel verband

- Hoe vul je een tabel in van een exponentieel verband

- Hoe bereken je de groeifactor uit een exponentieel verband

 

9.1 opgave 1

 

kennisbank

 

 

9.1 opgave 2

 

9.1 opgave 3

 

9.1 opgave 4

 

kennisbank

 

9.1 opgave 5

 

kennisbank

 

9.1 opgave 6

 

bekijk het filmpje

 

9.1 opgave 7

 

kennisbank

 

9.1 opgave 8

 

9.1 opgave 9

 

 

9.1 opgave 10

 

De antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

9.2 Groeifactor

In deze paragraaf ga je leren:

- Wat is een exponentieel verband

- Hoe teken je een exponentieel verband

- Hoe vul je een tabel in van een exponentieel verband

- Hoe bereken je de groeifactor uit een exponentieel verband

 

9.2 opgave 1

 

9.2 opgave 2

 

9.2 opgave 3

 

kennisbank

 

9.2 opgave 4

 

9.2 opgave 5

 

9.2 opgave 6

 

bekijk het filmpje

 

9.2 opgave 7

 

9.2 opgave 8

 

9.2 opgave 9

 

9.2 opgave 10

 

9.2 opgave 11

 

9.2 opgave 12

 

De antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

 

9.3 Formule

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe maak je een formule bij een exponentieel verband

- Hoe bereken je het aantal met behulp van de formule

 

9.3 opgave 1

 

kennisbank

 

9.3 opgave 2

 

9.3 opgave 3

 

9.3 opgave 4

 

9.3 opgave 5

 

bekijk het filmpje

 

9.3 opgave 6

 

9.3 opgave 7

 

9.3 opgave 8

 

9.3 opgave 9

 

9.3 opgave 10

 

9.3 opgave 11

 

De antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

9.4 Oplossingen zoeken

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe los je een exponentiele vergelijking op

- Hoe maak je de juiste berekening als je de vergelijking wil oplossen

 

9.4 opgave 1

kennisbank

 

9.4 opgave 2

 

9.4 opgave 3

 

9.4 opgave 4

 

bekijk het filmpje

 

9.4 opgave 5

 

9.4 opgave 6

 

bekijk het filmpje

9.4 opgave 7

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

Oefentoets

opgave 1

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

opgave 9

 

opgave 10

Extra opdrachten

Uitleg Exponentiële groei

In de link hieronder staan de moeilijkere opgaven

Neem deze door in tweetallen

Vraag ook het antwoordenblad ( controleer nadat je de opgave gemaakt hebt)

 

FILMPJE FIETSBAND

Examen opgaven Exponentieel verband

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren.
De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook
wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.
 

10 Goniometrie

Thema:  Goniometrie

Je hebt de knopjes 'cos', 'sin' en 'tan' vast al eens op je rekenmachine zien staan. Deze knopjes heb je soms nodig als je de hoek van een driehoek of de lengte van een zijde van een driehoek wilt berekenen.
Het berekenen van hoeken of zijden met behulp van cos(inus), sin(us) en tan(gens) wordt ook wel goniometrie genoemd; de naam van dit thema.

In de filmpjes hieronder wordt  uitgelegd hoe je een en ander kunt berekenen voor de tangens
het zijn filmpjes van de wiskunde academie  

 
 
 

10.1 Hellingshoek

In deze paragraaf ga je leren:

- Herhaling van stelling van Pythagoras (lange zijde berekenen)

- Herhaling van stelling van Pythagoras (korte zijde berekenen)

- Wat is een hellingshoek?

- Hellingshoek is hetzelfde als tangens!

- Hoe bereken ik het hellingsgetal?

 

 

opgave 1

kennisbank

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

kennisbank

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

bekijk het filmpje

 

opgave 9

 

opgave 10

 

opgave 11

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

10.2 Tangens

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe je de knop tangens gebruikt op je rekenmachine

- Hoe je in een rechthoekige driehoek een hoek uit kan rekenen met behulp van tangens

 

 

opgave 1

kennisbank

 

opgave 2

 

opgave 3

 

kennisbank

 

opgave 4

 

bekijk het filmpje

 

opgave 5

 

opgave 6

 

kennisbank

 

opgave 7

 

opgave 8

 

bekijk het filmpje

 

opgave 9

 

opgave 10

 

opgave 11

 

opgave 12

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

10.3 Sinus en Cosinus

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe je de knop 'sin' en 'cos' gebruikt op je rekenmachine

- Hoe je in een rechthoekige driehoek een hoek uit kan rekenen met behulp van sinus

- Hoe je in een rechthoekige driehoek een hoek uit kan rekenen met behulp van cosinus

 

 

opgave 1

kennisbank

 

opgave 2

 

opgave 3

 

kennisbank

 

opgave 4

 

kennisbank

 

opgave 5

 

bekijk het filmpje

 

opgave 6

 

opgave 7

 

kennisbank

 

opgave 8

 

bekijk het filmpje

 

opgave 9

 

opgave 10

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

10.4 Zijden berekenen

In deze paragraaf ga je leren:

- Weten wanneer je met sinus, cosinus of tangens gaat rekenen

- De lengte van een zijde berekenen in een rechthoekige driehoek met sinus

- De lengte van een zijde berekenen in een rechthoekige driehoek met tangens

- De lengte van een zijde berekenen in een rechthoekige driehoek met cosinus

 

 

opgave 1

kennisbank

 

opgave 2

bekijk het filmpje

 

opgave 3

 

kennisbank

 

 

opgave 4

 

bekijk het filmpje

 

opgave 5

 

kennisbank

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

10.5 Gonio in praktijk

In deze paragraaf ga je leren:

- In welke soorten situaties komen vragen voor waarin je moet rekenen met sin, cos of tan.

- Hoe los je problemen op met behulp van sin, cos of tan.

 

opgave 1

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

opgave 9

 

opgave 10

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

10.6 Gonio in de ruimte

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe je een hoek beschrijft in driehoek

- Hoe je goniometrie toepast in ruimtelijke figuren

- Hoe je de grootte van een hoek kan berekenen in een ruimtelijk figuur

 

opgave 1

kennisbank

 

opgave 2

 

kennisbank

 

opgave 3

 

bekijk het filmpje

 

opgave 4

 

kennisbank

 

opgave 5

 

opgave 6

 

Nog moeite met goniometrie in de ruimte? In het filmpje hieronder wordt het nog eens stapje voor stapje voorgedaan. Kijk de video vanaf 02:30

 

opgave 7

 

opgave 8

 

opgave 9

10.7 Hellingspercentage

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe je een hellingspercentage berekent

- Hoe je een hellingshoek omrekent naar een hellingspercentage

- Hoe je een hellingspercentage omrekent naar een hellingshoek

 

opgave 1

 

kennisbank

 

opgave 2

kennisbank

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

Oefentoets

Maak de oefentoets in je schrift.

Vraag het werkblad aan je docent.

De oefentoets is een goede voorbereiding op je proefwerk.

Kijk de oefentoets, nadat je hem gemaakt hebt, goed na!

 

oefentoets opgave 1

 

oefentoets opgave 2

 

oefentoets opgave 3

 

oefentoets opgave 4

 

oefentoets opgave 5

 

oefentoets opgave 6

 

oefentoets opgave 7

 

oefentoets opgave 8

 

oefentoets opgave 9

 

oefentoets opgave 10

 

Antwoorden komen in de leertaak.

H10 Goniometrie overhoring

antwoordenblad opdrachten overhoring H10

Het thema Goniometrie sluit je af met een diagnostische toets.

De toets bestaat uit 7 vragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Bij een score van meer dan 80% heb je een voldoende.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Extra opgaven H10

 

opgave 1

opgave 2

opgave 3

opgave 4

opgave 5

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

Bekijk onderstaande link. 

Totaal materiaal............GEOGABRA 

Maak je de extra opdrachten op een apart blaadje.

 

Extra opgaven H10

Extra opdrachten deel 2

Als je klaar bent met de opdrachten, haal je het antwoordenblad bij de docent.
Je kunt ook in het document hierna de antwoorden bekijken t.m opgave 3

Antwoorden Extra opdrachten H10

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2010-1 Vraag 10
VMBO KGT 2010-1 Vraag 22
VMBO KGT 2010-1 Vraag 23
VMBO KGT 2010-1 Vraag 24

11 Statistiek en kans

Thema: Statistiek en kans

Dit thema bestaat uit de volgende paragrafen

11.1 Boomdiagram
11.2 Tabel maken en lezen
11.3 Wegendiagram lezen en maken
11.4 Kansberekening
11.5 Verwachting

Leerdoelen
Aan het eind van dit hoofdstuk weet je

  • wat een boomdiagram is en hoe je mogelijkheden overzichtelijk kunt weergeven in een boomdiagram.
  • dat in sommige gevallen een tabel een handig hulpmiddel is om de mogelijkheden van een telprobleem weer te geven.
  • wat een wegendiagram is en weet je hoe je het aantal combinaties die in een wegendiagram
    zijn weergegeven kunt berekenen.
  • wat iemand bedoelt als hij zegt dat de kans op een gebeurtenis 70% is.
  • dat het maken van een boom- of wegendiagram kan helpen bij het berekenen van de kans
    op een bepaalde gebeurtenis.
  • dat je met de verwachting kunt aangeven hoe vaak een bepaalde gebeurtenis waarschijnlijk voorkomt.

 

11.1 Boomdiagram

Wat je in deze paragraaf gaat leren:

- Hoe kun je gegevens in een boomdiagram tekenen

- Hoe kun je de verschillende mogelijkheden berekenen met een
  boomdiagram

 

opgave 1

 

kennisbank

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

bekijk het filmpje

 

opgave 5

 

opgave 6

\

 

Antwoorden en uitwerkingen worden beschikbaar via meneer Emmerzaal of meneer Vriends.

Bekijk de leertaak om te zien waar je antwoorden aan moeten voldoen.

11.2 Tabel

Wat je in deze paragraaf gaat leren:

- Hoe kun je gegevens makkelijk rangschikken in een tabel

- Hoe kun je het aantal mogelijkheden snel berekenen met behulp van
  
een tabel

 

opgave 1

 

kennisbank

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

bekijk het fimpje

 

opgave 5

 

opgave 6

 

EXTRA opgave 7

 

Antwoorden en uitwerkingen kun je krijgen via meneer Emmerzaal of meneer Vriends.

Kijk in je leertaak waar je antwoorden en uitwerkingen aan moeten voldoen.

 

11.3 Wegendiagram

Wat je in deze paragraaf gaat leren:

- Hoe kun je gegevens in een wegendiagram tekenen

- Hoe kun je de verschillende mogelijkheden berekenen met een
  wegendiagram

 

opgave 1

 

kennisbank

 

opgave 2

 

opgave 3

 

bekijk het fimpje

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

bekijk het filmpje

 

opgave 7

 

opgave 8

 

Antwoorden en uitwerkingen kun je krijgen van meneer Emmerzaal of meneer Vriends.

Via de leertaak kun je zien waar je antwoorden aan moeten voldoen.

 

11.4 Kans

Wat je in deze paragraaf gaat leren:

- Hoe kun een kans berekenen bij een situatie

- Hoe kun je de verschillende kansen berekenen

 

opgave 1

 

kennisbank

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

bekijk het filmpje

 

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

bekijk het filmpje

 

opgave 9

 

Antwoorden en uitweringen zijn te verkrijgen via meneer Emmerzaal of meneer Vriends

In de leertaak kun je zien waar de antwoorden aan moeten voldoen.

 

11.5 Verwachting

Wat je in deze paragraaf gaat leren:

- Hoe kun je een verwachting berekenen bij een bepaalde situatie

- Hoe kun je de verschillende verwachtingen berekenen bij een tabel of diagram

 

opgave 1

 

kennisbank

opgave 2

 

 

kennisbank

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

Antwoorden en uitwerkingen kun je krijgen via mevrouw Emmerzaal of meneer Vriends.

In de leertaak staat waar de opdrachten aan moeten voldoen.

 

Samenvatting

 

 

 

 

 

Diagnostische toets

Als je deze toets gaat maken, zorg ervoor dat je alle overige opdrachten gemaakt hebt.

Deze toets is een goede voorbereiding op de vragen over hoofdstuk 11 in het PTA.

Succes!

 

Lees de vragen goed.

Schrijf je berekening erbij of geef een uitleg hoe je aan je antwoord komt.

Teken met potlood en geodriehoek.

 

opgave 1

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

opgave 9

 

opgave 10

 

opgave 11

 

opgave 12

 

Als je deze vragen gemaakt hebt, kun je aan de docent een antwoordmodel vragen.

 

Hieronder vind je nog een aantal invulvragen en meerkeuzevragen.
Aan de eind van de toets zie je je score.
Zorg dat je ongeveer 80% van het te behalen aantal punten haalt.

Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was.

Succes.

Extra oefening

opgave 1

 

opgave 2

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

12 Andere verbanden

Thema: Andere verbanden

Dit thema bestaat uit de volgende paragrafen

12.1 Wortelverbanden
12.2 Machtsverbanden
12.3 Hyperbolische verbanden
12.4 Periodieke verbanden
12.5 Verbanden met meer dan twee variabelen

 

Aan het eind van dit hoofdstuk  weet je

  • hoe je wortelverband aan de formule kunt herkennen.
  • hoe je een formule van een wortelverband een tabel en een grafiek maakt.
  • hoe je machtsverband aan de formule kunt herkennen.
  • hoe je een formule van een machtsverband een tabel en een grafiek maakt.
  • hoe je een hyperbolisch verband aan de formule kunt herkennen.
  • hoe je een formule van een hyperbolisch verband een tabel en een grafiek maakt.
  • hoe je een periodiek verband aan de grafiek kunt herkennen.
  • hoe je uit de grafiek van een periodiek verband de periode en de uitwijking (amplitude) afleest.
  • hoe je een verband met meer dan twee variabelen aan de formule kunt herkennen.
  • hoe je in een verband met drie variabelen door twee variabelen in te vullen de derde variabele
    kunt uitrekenen.

 

Je sluit het thema af met een diagnostische toets.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.
Probeer een zo hoog mogelijke score te halen.

Het thema sluit je af met een aantal examenvragen.
Deze vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema.

12.1 Kwadratisch verband

In deze paragraaf ga je leren:

- Wat is een kwadratisch verband

- Hoe vul je een tabel in van een kwadratisch verband

- Hoe teken je een grafiek van een kwadratisch verband

- Hoe bereken je het beginpunt met een kwadratisch verband

- Hoe bereken je het hoogste punt met een kwadratisch verband

 

12.1 opgave 1

 

12.1 opgave 2

 

kennisbank

 

12.1 opgave 3

bekijk het filmpje

 

12.1  opgave 4

 

kennisbank

12.1 opgave 5

 

kennisbank

 

12.1 opgave 6

 

12.1 opgave 7

 

bekijk het fimpje

 

12.1 opgave 8

 

12.1 opgave 9

 

kennisbank

 

12.1 opgave 10

 

12.1 opgave 11

 

12.1 opgave 12

 

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

12.2 Wortelverband

In deze paragraaf ga je leren:

- Wat is en wortelverband

- Hoe reken je met een worelverband

- Hoe maak je een tabel bij een wortelverband

- Hoe teken je een grafiek bij een wortelverband

 

12.2 opgave 1

 

kennisbank

 

12.2 opgave 2

 

12.2 opgave 3

 

12.2 opgave 4

 

bekijk het filmpje:

 

12.2 opgave 5

 

12.2 opgave 6

 

12.2 opgave 7

 

12.2 opgave 8

 

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

12.3 Machtsverbanden

In deze paragraaf ga je leren:

- Wat is een machtsverband

- Hoe vul je een tabel in bij een machtsverband

- Hoe teken je een grafiek van een machtsverband

 

12.3 opgave 1

 

12.3 opgave 2

 

kennisbank

 

12.3 opgave 3 

 

kennisbank

 

12.3 opgave 4

 

bekijk het filmpje

 

12.3 opgave 5

 

12.3 opgave 6

 

12.3 opgave 7

 

12.3 opgave 8

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

12.4 Hyperbolisch verband

In deze paragraaf ga je leren:

- Dat een hyperboilsch verband ook wel omgekeerd evenredig verband wordt genoemd

- Wat is een hyperbolisch verband.

- Hoe vul je de tabel in van een hyperbolisch verband.

- Hoe teken je de grafiek van een hyperbolisch verband.

 

12.4 opgave 1

 

kennisbank

 

12.4 opgave 2

 

12.4 opgave 3

 

kennisbank

 

12.4 opgave 4

 

bekijk het filmpje:

 

12.4 opgave 5

 

12.4 opgave 6

 

12.4 opgave 7

 

12.4 opgave 8

 

12.4 opgave 9 EXTRA UITDAGING

 

Opdrachten en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

12.5 Periodiek verband

In deze paragraaf ga je leren:

- Wat is een periodiek verband

- Hoe bepaal ik hoe lang een periode duurt

- Wat is een amplitude

- Hoe bereken ik de frequentie bij een periodiek verband

 

12.5 opgave 1

 

kennisbank

 

12.5 opgave 2

 

bekijk het filmpje:

 

12.5 opgave 3

 

12.5 opgave 4

 

kennisbank

 

12.5 opgave 5

 

12.5 opgave 6

 

bekijk het filmpje

 

12.5 opgave 7

 

12.5 opgave 8

 

 

Opdrachten en uitwerkingen komen in de leertaak.

12.6 Meer dan 2 oplossingen

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe je twee uitkomsten van een kwadratisch verband schrijft in een vergelijking

- Hoe je twee uitkomsten van een kwadratisch verband berekent.

 

 

12.6 opgave 1

 

12.6 opgave 2

 

kennisbank

 

12.6 opgave 3

 

12.6 opgave 4

 

bekijk het filmpje:

 

12.6 opgave 5

 

12.6 opgave 6

 

12.6 opgave 7

 

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

 

 

12.7 Meerdere variabelen

In deze paragraaf ga je leren:

- Hoe je berkeningen uitvoert als er meer dan 2 variabelen in een formule staan

 

kennisbank

 

12.7 opgave 1

 

bekijk het filmpje:

 

12.7 opgave 2

 

12.7 opgave 3

 

kennisbank

 

12.7 opgave 4

 

12.7 opgave 5

 

Uitwerkingen en antwoorden komen in de leertaak.

Oefentoets

 

Oefentoets - opgave 1

 

oefentoets - opgave 2 (werkblad: 12.1-opgave 14)

Oefentoets - opgave 3 (uit 12.2)

 

Oefentoets - opgave 4 (uit 12.2)

 

Oefentoets - opgave 5

 

Oefentoets - opgave 6

 

Oefentoets - opgave 7

Overzicht verschillende verbanden

overzicht verbanden
theorie verbanden

Extra oefenen

Examenvragen

Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand.

VMBO KGT 2009-1 Vraag 4
VMBO KGT 2009-1 Vraag 5
VMBO KGT 2009-1 Vraag 6
VMBO KGT 2009-1 Vraag 7

PTA H9+H10

Maak de oefenPTA in je schrift.

De oefenPTA is een goede voorbereiding op je PTA.

Kijk de oefenPTA, nadat je hem gemaakt hebt, goed na!

 

oefenPTA opgave 1

 

oefenPTA opgave 2

 

oefenPTA opgave 3

 

 

oefenPTA opgave 4

 

oefenPTA opgave 5

 

oefenPTA opgave 6

 

oefenPTA opgave 6

 

oefenPTA opgave 7

 

 

oefenPTA opgave 8

 

oefenPTA opgave 9

 

oefenPTA opgave 10

 

 

oefenPTA opgave 11

oefenPTA opgave 12

 

oefenPTA opgave 13

 

oefenPTA opgave 14

Antwoorden komen in de leertaak.

PTA H11+12

Als je de volgende opgaven maakt, heb je een goede voorbereiding op je PTA.

 

opgave 1

 

opgave 2

 

opgave 3

 

opgave 4

 

opgave 5

 

opgave 6

 

opgave 7

 

opgave 8

 

opgave 9

 

opgave 10

 

opgave 11

 

opgave 12

 

opgave 13

PTA 1: H1, 2, 3 en 5

Om jullie goed voor te bereiden voor het eindexamen gaan we verschillende hoofdstukken herhalen.

We gaan nu H1, 2, 3 en 5 herhalen en daar krijgen jullie een PTA over.

Er zijn niet zo heel veel weken meer voor jullie gaan starten met de examens.

Het is niet slim als je de vragen die je nu hebt op het examen nog hebt dus zorg dat je dit tijdens de lessen te weten komt.

Het is heel erg belangrijk dat je in de lessen vragen stelt!!

 

Hoe gaan we deze hoofdstukken herhalen?

- maak de oefenopdrachten per onderwerp. Hiertussen staan ook de belangrijkste kennisbanken die je moet weten.

- maak examenopdrachten

Stel regelmatig (veel) vragen.

 

Samenvattingspowerpoints

Van hoofdstuk 3 en 5 zijn powerpoints beschikbaar.

Je kan ook in deze powerpoint kijken, deze gaat over hoofdstuk 3.   POWERPOINT

Je kan ook in deze powerpoint kijken, deze gaat over hoofdstuk 5.   POWERPOINT (bekijk tot en met paragraaf 5.5)

 

Hoofdstuk 1 - oefenopdrachten

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 1

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 2

 

PTA 1.1: opgave 3

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 4

 

PTA 1.1: opgave 5

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 6

 

PTA 1.1: opgave 7

 

PTA 1.1: opgave 8

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 9

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 10

 

PTA 1.1: opgave 11

 

Mocht je van bovenstaande opdachten over procenten nog veel fouten gemaakt hebben, oefen dan extra met de opgaven 4 MAVO ONDERDEEL PROCENTEN                             Antwoorden

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 12

 

PTA 1.1: opgave 13

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 14

 

PTA 1.1: opgave 15

 

Mocht je van bovenstaande opdachten over verhoudingen nog veel fouten gemaakt hebben, oefen dan extra met de opgaven 4 MAVO ONDERDEEL VERHOUDINGEN          Antwoorden

 

kennisbank

 

PTA 1.1: opgave 16

 

PTA 1.1: opgave 17

 

Mocht je van bovenstaande opdachten over schaalverdeling nog veel fouten gemaakt hebben, oefen dan extra met de opgaven 4 MAVO ONDERDEEL SCHATTEN EN SCHAAL                  Antwoorden

 

PTA 1.1: opgave 18

 

 

Hoofdstuk 3 - oefenopdrachten

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 1

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 2

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 3

 

PTA 1.3 - opgave 4

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 5

 

PTA 1.3 - opgave 6

 

 

PTA 1.3 - opgave 7

 

PTA 1.3 - opgave 8

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 9

 

PTA 1.3 - opgave 10

 

PTA 1.3 - opgave 11

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 12

 

PTA 1.3 - opgave 13

 

Als je extra wil oefenen met vragen over snelheid, klik dan hier.

Klik hier voor de antwoorden.

 

kennisbank

 

PTA 1.3 - opgave 14

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

Hoofdstuk 1 + 3 - Examenopdrachten

PTA 1.1-3: Examenopgave 1

 

PTA 1.1-3: Examenopgave 2

 

 

PTA 1.1-3: Examenopgave 3

 

PTA 1.1-3: Examenopgave 4

 

PTA 1.1-3: Examenopgave 5

 

PTA 1.1-3: Examenopgave 6

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

Hoofdstuk 2 + 5 - Oefenopdrachten

kennisbank

 

PTA 1.5 - opgave 1

 

kennisbank

 

PTA 1.5 - opgave 2

 

PTA 1.5 - opgave 3

 

kennisbank

 

PTA 1.5 - opgave 4

 

kennisbank

 

PTA 1.5 - opgave 5

 

PTA 1.5 - opgave 6

 

 

 

kennisbank

 

 

 

PTA 1.5 - opgave 7

 

PTA 1.5 - opgave 8

 

PTA 1.5 - opgave 9

 

PTA 1.5 - opgave 10

 

 

Hoofdstuk 2 + 5 - Examenopdrachten

oefenexamenopgave 5.1

 

oefenexamenopgave 5.2

 

oefenexamenopgave 5.3

 

oefenexamenopgave 5.4

 

oefenexamenopgave 5.5

 

oefenexamenopgave 5.6

 

Antwoorden komen in de leertaak.

OefenPTA H1, 2, 3, 5

OefenPTA 1 opgave 1

OefenPTA 1 opgave 2

 

OefenPTA 1 opgave 3

 

OefenPTA 1 opgave 5

 

OefenPTA 1 opgave 6

 

OefenPTA 1 opgave 7

 

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

PTA 2: H4+7

Hoofdstuk 4 - Oefenopdrachten

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 1

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 2

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 3

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 4

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 5

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 6

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 7

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 8

 

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 9

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 10

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 11

 

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 12

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 13

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 14

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 15

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 16

 

PTA 2 - oefenen H4 - opgave 17

 

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak

Hoofdstuk 7 - Oefenopdrachten

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 1

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 2

 

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 3

 

 

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 4

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 5

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 6

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 7

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 8

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 9

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 10

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 11

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 12

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 13

 

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 14

 

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 15

 

kennisbank

 

PTA 2 - oefenen H7 , opgave 16

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

Extra opdrachten hoofdstuk 4 + 7

Examentraining H 4-7, opgave 1

 

Examentraining H 4-7, opgave 2

 

Examentraining H 4-7, opgave 3

 

Examentraining H 4-7, opgave 4

 

Examentraining H 4-7, opgave 5

 

Examentraining H 4-7, opgave 6

Hoofdstuk 4 + 7 - Examenopdrachten

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 1

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 2

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 3

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 4

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 5

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 6

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 7

 

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 8

oefenexamenopgaven H4-7 - opgave 9

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

 

OefenPTA

oefenPTA H4-7 - opgave 1

 

oefenPTA H4-7 - opgave 2

 

oefenPTA H4-7 - opgave 3

 

oefenPTA H4-7 - opgave 4

 

oefenPTA H4-7 - opgave 5

 

oefenPTA H4-7 - opgave 6

 

Antwoorden en uitwerkingen komen in de leertaak.

EindPTA

Goniometrie herhaling

 

Goniometrie kennisbank

 

Goniometrie oefenopgave 1

Bekijk eerst  het uitlegfilmpje over zijden benoemen

 

Goniometrie oefenopgave 2

 

 

Goniometrie kennisbank

 

Goniometrie oefenopgave 3

Uitlegfilmpje Bereken van een hoek met SOS/CAS/TOA

 

Goniometrie oefenopgave 4

 

 

Mocht je tot hier toe nog steeds niet weten hoe dit werkt,
herhaal hoofdstuk 10, paragraaf 2 en paragraaf 3.

 

Goniometrie kennisbank

 

Goniometrie oefenopgave 5

Bekijk het filmpje over zijden berekenen met SOS/CAS/TOA

 

 

Goniometrie oefenopgave 6

Bekijk het filmpje over  zijden berekenen met SOS/CAS/TOA

 

Goniometrie kennisbank

 

Goniometrie oefenopgave 7

Bekijk het filmpje over werken met hellingspercentages

 

Goniometrie oefenopgave 8

 

Goniometrie oefenopgave 9

 

Goniometrie oefenopgave 10

 

Goniometrie oefenopgave 11

 

Antwoorden kun je controleren in de les bij de docent.

Goniometrie Examenopdrachten

Goniometrie examenopgave 1

                 

 

 

Goniometrie examenopgave 2

 

Goniometrie examenopgave 3

 

Goniometrie examenopgave 4 (alleen opgave c)

 

Goniometrie examenopgave 5

 

Goniometrie examenopgave 6

 

Antwoorden worden in de les besproken.

Meten en meetkunde

Meten en meetkunde opdracht 1

Uitleg filmpje over het berekenen van inhoud

Hieronder zie je een tekening van balk ABCD EFGH in een assenstelsel.
De maten in cm staan erbij.

De balk wordt helemaal gevuld met bollen van gelijke grootte. Je ziet het bovenaanzicht van de balk.

Bereken hoeveel cm3 ruimte er in de balk overblijft. Laat zien hoe je aan je antwoord komt.

 

.

Meten en meetkunde opdracht 2

Uitlegfilmpje over Pythagoras

In kubus ABCD EFGH met zijden van 5 cm is driehoek ACF getekend.

Punt S is het snijpunt van de diagonalen AC en BD.

Teken driehoek ACF op ware grootte.

.

 

Meten en meetkunde opdracht 3

Uitlegfilmpje coördinaten in de ruimte

In het assenstelsel is een prisma getekend. De maten in cm staan erbij.

Er geldt dat AB = CD en AE = DE.

De coördinaten van punt A zijn (90, 0, 0).

Noteer de coördinaten van punt H.

.

Meten en meetkunde opdracht 4

Hieronder zie je een bouwwerk van kubussen met ribben van 2 cm lang. Het bouwwerk is in een assenstelsel getekend.

Het punt P heeft coördinaten (6, 0, 2) en het punt Q (0, 4, 0). Verder is het punt R aangegeven.

  1. Schrijf de coördinaten van punt R op
  2. Bereken de afstand van P tot Q in hele millimeters. Schrijf je berekening op.

 

Meten en meetkunde opdracht 5

UItlegfilmpje uitslag tekenen

Een fabrikant wil sandwiches op een mooie manier verpakken. Hiernaast zie je drie sandwichverpakkingen die hij als voorbeeld heeft gebruikt. De zijvlakken van de verpakkingen zijn rechthoeken en driehoeken.

Hieronder staat een tekening van zo’n verpakking.

De afmetingen van de verpakking zijn: AE = 20 cm, AB = 18 cm, EF = 7 cm, hoek A = 40° en hoek B = 78°.

Op de uitwerkbijlage is een begin gemaakt met de uitslag van de verpakking op schaal 1 : 4.

Maak de uitslag verder af. Zet de letters erbij.

Meten en meetkunde opdracht 6

Verfblikken zijn er in allerlei maten. Zie de foto hieronder. In deze opgave gaan we steeds uit van een wiskundig model van een verfblik: een cilinder met een cirkel als bodem en een cirkel als deksel. We houden geen rekening met de dikte van het blik.

Een verfblik heeft een hoogte van 14 cm en een straal van 8 cm.

Teken op schaal 1:4 de uitslag van dit verfblik. Schrijf op hoe je de maten van je tekening gevonden hebt.

.

Meten en meetkunde opdracht 7

Uitlegfilmpje over kijklijnen tekenen

Hieronder een schets van een bouwkavel met een huis. De familie zoekt nog een plek voor de afvalcontainers. Deze willen ze zó op het terras plaatsen dat ze niet zichtbaar zijn vanuit de woonkamer.

Kleur op de uitwerkbijlage het hele gebied van het terras dat niet zichtbaar is vanuit de woonkamer. Laat zien hoe je aan je antwoord komt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

.

Meten en meetkunde opdracht 8

bekijk het uitlegfilmpje over koers en kaarten

Paaseiland is een eiland in de Grote Oceaan.

Op de uitwerkbijlage staat een kaart van de Grote Oceaan. Op deze kaart ligt Paaseiland op een afstand van 3,2 cm van de Galapagoseilanden, op 1,5 cm van het eiland Pitcairn en op 4,8 cm van het eiland Kiribati.

Geef op de uitwerkbijlage met punt P aan waar Paaseiland ligt. Laat duidelijk zien hoe je aan je antwoord gekomen bent.

 

 

Meten en meetkunde opdracht 9

In een pretpark staat een zweefmolen die Vertical Swing wordt genoemd. In de tekening zie je een gedeelte van de zweefmolen met twee armen en aan één arm een kabel en een stoeltje. De kabel KS heeft een lengte van 8 meter. Als de zweefmolen op een bepaalde snelheid is, maakt de kabel met de arm een hoek van 132°.

 

Als de zweefmolen op topsnelheid is , is de afstand van het midden van de zweefmolen (M) tot het stoeltje (S) 12,6 meter. Als de zweefmolen één keer ronddraait, legt het stoeltje een bepaalde afstand af.

Bereken hoeveel meter deze afgelegde afstand is. Schrijf je berekening op.

 

Meten en meetkunde opdracht 10

In kubus ABCD EFGH met zijden van 5 cm is driehoek ACF getekend. Punt S is het snijpunt van de diagonalen AC en BD.

Muriël snijdt van deze kubus de piramide met grondvlak ABC en top Faf.

Bereken hoeveel cm3 de inhoud van de figuur is, die overblijft. Schrijf je berekening op.

.

Meten en meetkunde opdracht 11

Bekijk het uitlegfilmpje over inhoud van een prisma
In het assenstelsel is een prisma getekend. De maten in cm staan erbij.

Er geldt dat AB = CD en AE = DE.

Bereken hoeveel liter de inhoud van het prisma is. Schrijf je berekening op.

.

Meten en meetkunde opdracht 12

Laurens wil een poort metselen voor in zijn tuin.

Er komen stenen langs de boog EF, zie de schets links.

Boog EF is een deel van een cirkel met middelpunt M en een straal van 1,13 meter. Hoek M in driehoek EMF is 154°.

De stenen zijn 7 cm breed. Zie de schets rechts.

Bereken hoeveel hele stenen langs cirkelboog EF komen. Schrijf je berekening op.

 

.

Meten en meetkunde opdracht 13

In een pretpark staat een zweefmolen die Vertical Swing wordt genoemd.
De zweefmolen heeft 12 armen op gelijke afstand van elkaar, waaraan kabels met stoeltjes hangen.

In het bovenaanzicht zie je de armen A en B aangegeven.

Bereken hoeveel graden de hoek tussen arm A en arm B is. Schrijf je berekening op.

.

Meten en meetkunde opdracht 14

Op de foto zie je een kunstwerk, dat IJslandse kinderen samen met de Engelse wiskundige en kunstenaar Edmund Harriss hebben gebouwd.

Hiervoor werden 20 dezelfde puzzelstukken gebruikt.

In de afbeeldingen hieronder zie je hoe zo’n puzzelstuk gemaakt wordt.

  1. Op elke zijde van een gelijkzijdige driehoek worden vier cirkels getekend.
  2. Het puzzelstuk wordt uitgezaagd volgens cirkelvormige lijnen.

  1. De puzzelstukken passen in elkaar zoals afgebeeld.

 

Afbeelding a staat ook op de uitwerkbijlage.

Teken de cirkelvormige lijn waarlangs gezaagd moet worden, zodat een puzzelstuk ontstaat.

.

Meten en meetkunde opdracht 15

De puzzelstukken passen in elkaar zoals afgebeeld.

Het zwarte puzzelstuk uit afbeelding c staat ook op de uitwerkbijlage. Onder de afbeelding staat een tabel, waarin je gegevens over de symmetrie van het puzzelstuk kunt invullen.

Vul de tabel op de uitwerkbijlage in.

Meten en meetkunde opdracht 16
Bekijk het uitlegfilmpje Pythagoras in ruimtefiguren.

In het assenstelsel is een prisma getekend. De maten in cm staan erbij.

Er geldt dat AB = CD en AE = DE.

Bereken hoeveel cm EH is. Schrijf je berekening op. Rond je antwoord af op een geheel getal.

 

 

Meten en meetkunde opdracht 17

Gegeven is de gelijkzijdige driehoek ABC met zijden van 35 cm. In de driehoek zijn de hoogtelijnen getekend. Deze hoogtelijnen snijden elkaar in punt S.

 

Bereken hoeveel cm2 de oppervlakte van driehoek ABC is.
Schrijf je berekening op.

 

Omgaan met verbanden


Omgaan met verbanden opdracht 1
uitlegfilmpje Regelmaat bij tabel

 

Op de foto zie je een leerling in Kenia in zijn schoolbank zitten.

Het tafelblad is voor deze leerling te hoog. De school wil daarom banken in verschillende maten gaan maken die goed passen bij de leerlingen. In de tabel hieronder zie je welke maat schoolbank bij welke leerling past.

Deze tabel kan zo voortgezet worden.

Welke maat schoolbank heeft een leerling met een lengte van 1,90 m nodig? Leg je antwoord uit.

 


Omgaan met verbanden opdracht 2

Kijk nog eens naar de foto bij vraag 1.

Bij elke maat schoolbank hoort een bepaalde zithoogte. Hieronder zie je een tabel, waarin de maat van de schoolbank en de bijbehorende zithoogte in cm staat.

Leg met een berekening uit waarom er geen schoolbanken met maat 30 gemaakt zullen worden.

 

Omgaan met verbanden opdracht 3
We bekijken de groei van een maisplant.

Op 1 mei wordt een zaadje in de grond gestopt. Na 12 dagen komt er een blad boven de grond. Neem aan dat er daarna om de 6 dagen een nieuw blad bijkomt.
Onderstaande foto’s zijn om de 6 dagen genomen.

Op de derde foto kun je zien dat het vijfde blad erbij is gekomen.

Bepaal met de gegevens op welke datum deze foto gemaakt is.
Leg uit hoe je aan je antwoord komt.

 


Omgaan met verbanden opdracht 4

In figuur 1 zie je een vierkant. Dit vierkant wordt in tweeën gedeeld, dan ontstaat figuur 2. Daarna wordt een helft weer in tweeën gedeeld (figuur 3) enzovoort. Dit kan eindeloos zo doorgaan. Eén driehoek wordt steeds grijsgekleurd.

Het vierkant heeft een zijde van 32 cm.

Er is een verband tussen de oppervlakte van de grijze driehoek O en het figuurnummer f.

Neem de tabel over en vul hem verder in.

 


Omgaan met verbanden opdracht 5

Uitlegfilmpje Hoe maak je een formule bij een tabel

 

Bij elke maat schoolbank hoort een bepaalde zithoogte. Hieronder zie je een tabel, waarin de maat van de schoolbank en de bijbehorende zithoogte in cm staat.

Er is een lineair verband tussen de zithoogte en de maat van de schoolbank.

Geef een woordformule die bij dit verband hoort.

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 6

In Duitsland kostte een huis op 1 januari 1996 gemiddeld 190 000 euro.

Op 1 januari 2008 was deze prijs gedaald tot 160 000 euro.

Ga ervan uit dat de daling van de huizenprijs in Duitsland lineair was en in de jaren na 2008 op dezelfde manier doorgaat.

Hoeveel euro zou een huis in Duitsland dan gemiddeld kosten op 1 januari 2020?

Laat zien hoe je aan je antwoord komt.

 

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 7
Uitlegfilmpje  Formule bij een grafiek maken

De landen waarin olie geproduceerd wordt, gebruiken een deel van de olie zelf. In de grafiek zie je het eigen gebruik van olie van één van deze landen in de afgelopen jaren. Bij deze grafiek hoort een lineair verband.

Geef een formule die hoort bij de grafiek.

Neem voor het aantal jaren na 2000 de letter t en voor het eigen gebruik in duizend tonnen de letter G.

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 8
Uitlegfilmje Oplossen met inklemmen

De prijs van een taxirit wordt bepaald door een instaptarief en een kilometertarief. Een rit tot twee kilometer kost alleen het instaptarief. Is de rit langer dan twee kilometer, dan komt er nog een bedrag bij voor elke extra kilometer.

Het taxibedrijf heeft een dagtarief en een nachttarief.
In de tabel hieronder staan deze tarieven voor personentaxi’s.

Hieronder is de grafiek voor het nachttarief getekend.

Bepaal vanaf hoeveel hele kilometers een taxirit volgens het nachttarief bij Pentax meer dan € 25,00 kost.

Laat zien hoe je aan je antwoord komt. Je mag de grafiek gebruiken.

 

Omgaan met verbanden opdracht 9

Bekijk eerst de twee uitlegfilmpjes over werken met exponentiële verbanden

Formule bij een exponentiële tabel

Formule bij een exponentiële context (verhaaltjes opgave)

 

In 2014 waren er in Nederland 8 miljoen auto's. Afbeeldingsresultaat voor aantal personenauto'sDe verwachting is dat dit aantal auto's de komende jaren blijft groeien.

Jens denkt dat er per jaar 200 000 auto's per jaar bij zullen komen.

Manou denkt dat het aantal auto's met 2,5% per jaar zal groeien.

Volgens wie zal het aantal auto's dan het eerst de grens van 12 miljoen bereiken? Laat met een berekening zien hoe je aan je antwoord komt.

 

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 10

Onderzoekers voorspelden dat de gemiddelde huizenprijs met 5% per jaar zou dalen.Op 1 januari 2008 was de gemiddelde huizenprijs in Nederland afgerond 250 000 euro. Vanaf dat moment begonnen de huizenprijzen te dalen.

Bereken in welk jaar de gemiddelde huizenprijs op 1 januari voor het eerst lager is dan 200 000 euro. Laat zien hoe je aan je antwoord komt.

 

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 11

Uitleg over het werken met een  wortel verband

De snelheid van het geluid is lager als de temperatuur van de lucht lager is.

Voor de snelheid van het geluid in lucht kan de volgende formule gebruikt worden

\(v= 20 \cdot \sqrt{273 +T}\)

Hierin is v de snelheid van het geluid in m/s en t de luchttemperatuur in °C.

Hieronder is de grafiek die hoort bij bovenstaande formule getekend.

 

De grafiek lijkt op een rechte lijn.

Leg aan de hand van de formule uit waarom de grafiek geen rechte lijn kan zijn.

Omgaan met verbanden opdracht 12

Nynke staat op een uitkijktoren.

Afbeeldingsresultaat voor uitkijktoren

Het kijkbereik is de afstand die je bij helder weer kunt kijken. Het kijkbereik hangt af van de hoogte waarop je staat. De formule die bij benadering het verband aangeeft tussen de hoogte waarop je staat en het kijkbereik is.

\(K= 2 \times \sqrt{\pi \times H}\)

Hierin is k het kijkbereik in kilometer en H de hoogte waarop je staat in meter.

Nynke denkt dat als de hoogte waarop je staat tweemaal zo groot is, het kijkbereik dan ook tweemaal zo groot is.

Heeft Nynke gelijk? Laat zien hoe je aan je antwoord komt. (noteer berekeningen)

.

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 13

Voordat je aan opdracht 13 t/m 15 gaat werken kijk je eerst het uitlegfilmpje over kwadratische verbanden

 

Om te oefenen met gewichtloosheid maken astronauten paraboolvluchten.

Het vliegtuig vliegt op een hoogte van 6100 meter. Op een zeker moment zet de piloot de motoren op vol vermogen en gaat het vliegtuig steil omhoog. Op een bepaalde hoogte zet de piloot de motoren uit (in de tekening bij t = 0). Het vliegtuig volgt vanaf dat moment een baan in de vorm van een bergparabool. We noemen dat de parabolische baan. In die parabolische baan heerst er in het vliegtuig gewichtloosheid.

Na 22 seconden verlaat het vliegtuig die parabolische baan en daalt dan weer naar 6100 meter.

De hoogte van het vliegtuig tijdens de parabolische baan kan worden berekend met de volgende formule:

\(Hoogte = - 4,91 \times (t - 11)^2 +8500\)

Hierin is de hoogte in meters en t de tijd in seconden.
Bij t = 0 begint de parabool en bij t = 22 eindigt de parabool.

Bereken hoeveel meter de maximale hoogte van het vliegtuig is tijdens het vliegen van de parabolische baan. Schrijf je berekening op.

 

.

 

Omgaan met verbanden opdracht 14
Na de 68 seconden van de eerste paraboolvlucht vliegt het vliegtuig 15 seconden verder op een hoogte van 6100 meter en dan begint de tweede paraboolvlucht. In de uitwerkbijlage is de grafiek getekend van de hoogte van het vliegtuig in meters tijdens de eerste paraboolvlucht en de 15 seconden erna.

Teken in deze figuur op de uitwerkbijlage de grafiek van de tweede paraboolvlucht erbij. Geef duidelijk het beginpunt, toppunt en eindpunt van de paraboolvlucht aan.

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 15

.James wil een kippenren aanleggen in de vorm van een rechthoek. Hij gebruikt 15 meter gaas om de kippenren rondom af te zetten. De oppervlakte van de kippenren kan James berekenen met de formule:

Verblijf voor kippen van hout CHABO, 6 kippen, houten kippenren

\(Oppervlakte = 7,5 \times lengte - lengte^2\)

Hierin is lengte in meter en oppervlakte in m2.

 

De grafiek die bij de formule hoort is een parabool. James denkt dat bij de top van de parabool de lengte precies gelijk is aan 4.

Laat met een berekening of James gelijk heeft.

 

.

Omgaan met verbanden opdracht 16

Voordat je deze opdracht gaat maken, kijk je eerst de twee uitlegfilmpje over:


In de grafiek hier onder is bij benadering af te lezen hoe groot de zonnehoek gedurende het jaar in Nederland is.

Op 21 juni staat de zon het hoogst en is de zonnehoek 61,5°.
Op 21 december staat de zon het laagst en is de zonnehoek 14,5°.

Bereken van de grafiek de amplitude. Schrijf je berekening op.

 

Omgaan met verbanden opdracht 17

Geluiden zijn trillingen in de lucht. Een geluid verplaatst zich door de lucht. We spreken dan over geluidsgolven.

Geluid kan zichtbaar worden gemaakt met een apparaat dat een geluidstrilling omzet in een elektrische trilling.

 

Hierboven zie je wat het apparaat weergeeft bij twee verschillende geluiden. Elk van deze plaatjes geeft een aantal trillingen weer in een bepaalde tijd (bijvoorbeeld 1 milliseconde).

Het aantal trillingen per seconde noemen we de frequentie van het geluid.

Bij welke figuur hoort een hogere frequentie? Leg uit hoe je aan je antwoord komt

 

Omgaan met verbanden opdracht 18
Van een geluid duurt één trilling 0,8 milliseconde.Geluiden zijn trillingen in de lucht. Een geluid verplaatst zich door de lucht. We spreken dan over geluidsgolven.

1 seconde = 1000 milliseconden.

Hoeveel trillingen zijn dat in 1 minuut? Schrijf je berekening op.

 

Omgaan met verbanden opdracht 19

Geluiden zijn trillingen in de lucht. Een geluid verplaatst zich door de lucht. We spreken dan over geluidsgolven.

Hieronder staat de grafiek van een geluidsgolf, f.

 

Geluidsgolf h heeft dezelfde amplitude als geluidsgolf f. De periode van geluidsgolf h is de helft van de periode van geluidsgolf f.

Teken in de figuur op je uitwerkbijlage één periode van geluidsgolf h.

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 20

In de periode 1995 - 2002 is het aantal telecomwinkels in Nederland bij benadering exponentieel gestegen volgens de formule:

\(A=115\times1,27^t\)

Hierin is A het aantal telecomwinkels in Nederland en t het aantal jaren na 1995. In 1995 waren er 115 telecomwinkels.

Vanaf 2001 groeide het aantal telecomwinkels minder snel. Economen denken dat de groei ongeveer zou plaatsvinden zoals op onderstaande grafiek staat.

In welk jaar zou volgens de grafiek het aantal telecomwinkels in Nederland voor het eerst meer dan tien keer zo groot zijn als in 1995?

Laat in de grafiek zien hoe je aan je antwoord komt.

 


Omgaan met verbanden opdracht 21

Er is een verband tussen het benodigde vermogen van een houtkachel en de inhoud van de te verwarmen ruimte. Ook hangt het benodigde vermogen af van de isolatie van de ruimte.Het vermogen van een houtkachel is de hoeveelheid warmte die de kachel kan produceren. Dit vermogen wordt aangegeven in kilowatt (kW).

Hieronder zijn in een assenstelsel drie grafieken getekend die dit verband weegeven.

De familie Van Dam heeft een redelijk geïsoleerd huis. Hun woonkamer heeft een inhoud van 60 m3. Zij hebben een houtkachel waarvan het vermogen goed bij de inhoud van de kamer past.

Lees uit de grafiek af hoeveel kW vermogen deze houtkachel heeft. Laat in de grafiek zien hoe je aan je antwoord komt.

 

Omgaan met verbanden opdracht 22

In een niet geïsoleerde kamer met een inhoud van 80 m3 staat een houtkachel die, wat betreft vermogen, goed bij deze kamer past. Deze kamer wil men groter maken en daarna goed isoleren. Men wil dezelfde houtkachel behouden.

Met hoeveel m3 kan de inhoud van de kamer maximaal worden vergroot zonder dat het vermogen van de houtkachel hoeft te veranderen? Gebruik de grafieken en laat zien hoe je aan je antwoord komt.

 


Omgaan met verbanden opdracht 23

Werken met een machtsverband

Een ijsberg die naar het zuiden drijft, wordt kleiner doordat hij langzaam smelt. Onderzoekers hebben het gewicht van zo’n ijsberg geschat, zie de tabel.IJsbergen ontstaan doordat grote stukken ijs afbreken van een gletsjer en dan de zee in drijven.

T (maanden) 0 2 4 6 8 10
G (tonnen) 80 000 70 000 62 000 55 000 48 000 41000

 

In de tabel is t de tijd in maanden na het afbreken van de ijsberg en G het geschatte gewicht van de ijsberg in ton.

De onderzoekers hebben een formule gemaakt die goed bij de tabel past:

\(G=80 000 - 4900 \times t + 113 \times t^2 - t^3\)

Op de uitwerkbijlage staat een assenstelsel getekend.

Teken in het assenstelsel de grafiek die bij de formule hoort. Gebruik hierbij de tabel. Maak zelf een juiste verdeling bij de verticale as.

 

Omgaan met verbanden opdracht 24

Windkracht wordt uitgedrukt in Beaufort (Bft).

Een windkracht van 6 Bft wordt een krachtige wind genoemd.

De windkracht is afhankelijk van de gemiddelde windsnelheid. Bij benadering kun je de gemiddelde windsnelheid berekenen met de formule

\(S=k\times(1+0,14\times k)\)

Hierin is s de gemiddelde windsnelheid in m/s en k de windkracht in Bft.

Teken in het assenstelsel op de uitwerkbijlage de grafiek die bij de formule hoort. Vul eerst de tabel op de uitwerkbijlage in.

 


Omgaan met verbanden opdracht 25

Hieronder zie je een grafiek van het verloop van de gemiddelde huizenprijs in Duitsland tussen 1996 en 2008.

In Duitsland kostte een huis op 1 januari 1996 gemiddeld 190 000 euro.

Op 1 januari 2008 was deze prijs gedaald tot 160 000 euro.

De huizenprijzen in Nederland zijn in de periode van 1996 tot 2008 juist gestegen.

Op 1 januari 1996 was de gemiddelde huizenprijs afgerond 100 000 euro. Bij benadering steeg de gemiddelde huizenprijs in Nederland in deze periode elk jaar met 12 500 euro.

In welk jaar was de gemiddelde huizenprijs in Nederland op 1 januari voor het eerst hoger dan in Duitsland?

Gebruik de grafiek op de uitwerkbijlage om je antwoord uit te leggen.

 

Omgaan met verbanden opdracht 26

Het kijkbereik is de afstand die je bij helder weer kunt kijken. Het kijkbereik hangt af van de hoogte waarop je staat. De formule die bij benadering het verband aangeeft tussen de hoogte waarop je staat en het kijkbereik is:Nynke staat op een uitkijktoren.

\(k = 2\times \sqrt{\pi \times H}\)

Hierin is k het kijkbereik in kilometer en h de hoogte waarop je staat in meter.

Op de uitwerkbijlage staat een assenstelsel. Teken de grafiek die bij de formule hoort. Vul hiervoor eerst de tabel in.

 

 

Omgaan met verbanden opdracht 27

De landen waarin die geproduceerd wordt gebruiken een deel van de olie zelf. In de grafiek zie je de hoeveelheid olie die het land geproduceerd heeft en het eigen verbruik. Bij beide grafieken hoort een lineair verband.

De geproduceerde olie die overbleef na eigen gebruik werd door dit land verkocht aan het buitenland.

Teken op de uitwerkbijlage de grafiek van de hoeveelheid olie die tussen 2000 en 2008 aan het buitenland verkocht werd.

 

Omgaan met verbanden opdracht 28

In 1900 waren er in Nederland 200 auto’s. In 1938 waren er al 80 000 auto’s. De groei was in deze jaren exponentieel volgens de formule

\(A=200 \times 1,17^t\)

Hierbij is A het aantal auto’s in Nederland en t het aantal jaren na 1900.

Klopte deze formule voor het aantal auto’s in 2014? Laat zien hoe je aan je antwoord komt. (berekening)

 

Omgaan met verbanden opdracht 29

Jsbergen ontstaan doordat grote stukken ijs afbreken van een gletsjer en dan de zee in drijven.

Een ijsberg die naar het zuiden drijft, wordt kleiner doordat hij langzaam smelt. Onderzoekers hebben het gewicht van zo’n ijsberg geschat, zie de tabel.

In de tabel is t de tijd in maanden na het afbreken van de ijsberg en G het geschatte gewicht van de ijsberg in ton.

De onderzoekers hebben een formule gemaakt die goed bij de tabel past:

\(G=80 000 - 4900 \times t +113 \times t^2 - t^3\)

Laat met een berekening zien dat in de twintigste maand volgens de formule ongeveer 1600 ton ijs gesmolten is.

 

Omgaan met verbanden opdracht 30

Het KNMI in De Bilt laat elke dag een weerballon op. Zo’n ballon is gevuld met heliumgas. Er hangt een zender aan de ballon, die gegevens over het weer doorgeeft.

De hoogte van de stijgende ballon wordt gegeven door de formule

\(Hoogte = 0,003 \times tijd^2 + 0,07 \times tijd\)

Hierin is de hoogte in km en de tijd het aantal minuten nadat de ballon is losgelaten.

Bereken hoeveel km de ballon tijdens het tweede half uur is gestegen. Schrijf je berekening op.

 

Omgaan met verbanden opdracht 31

Windkracht wordt uitgedrukt in Beaufort (Bft).

Een windkracht van 6 Bft wordt een krachtige wind genoemd.

De windkracht is afhankelijk van de gemiddelde windsnelheid. Bij benadering kun je de gemiddelde windsnelheid berekenen met de formule

s = k × (1 + 0,14 × k)

Hierin is s de gemiddelde windsnelheid in m/s en k de windkracht in Bft.

De gevoelstemperatuur is afhankelijk van de windsnelheid en de luchttemperatuur. De gevoelstemperatuur kun je berekenen met de formule

g = 1,41 – 1,162 × s + 0,98 × l + 0,0124 × s2 + 0,0185 × s × l

Hierin is g de gevoelstemperatuur in graden Celsius, s de windsnelheid in m/s en l de luchttemperatuur in graden Celsius.

Op een bepaald moment is de luchttemperatuur 3 graden Celsius en is er een windkracht van 5 Bft.

Bereken hoeveel graden Celsius de gevoelstemperatuur op dat moment is. Schrijf je berekening op.

 

Omgaan met verbanden opdracht 32

IJsbergen ontstaan doordat grote stukken ijs afbreken van een gletsjer en dan de zee in drijven.

Een ijsberg die naar het zuiden drijft, wordt kleiner doordat hij langzaam smelt. Onderzoekers hebben het gewicht van zo’n ijsberg geschat, zie de tabel.

In de tabel is t de tijd in maanden na het afbreken van de ijsberg en G het geschatte gewicht van de ijsberg in ton.

De onderzoekers hebben een formule gemaakt die goed bij de tabel past:

G = 80 000 – 4900 x t + 113 x t2 - t3

Bereken in de hoeveelste maand na het afbreken van de ijsberg het laatste stukje van de ijsberg volgens de formule gesmolten moet zijn. Schrijf je berekening op.

Examentraining

Thema: Examentraining

In deze examentraining ga je aan de slag met een heel examen. 
Een wiskunde-examen bestaat gemiddeld uit zo'n 24 vragen verdeeld over een aantal opgaven. Je krijgt in onderdeel B per pagina de vragen van één opgave aangeboden. Voor je de vragen gaat maken, kun je de bijbehorende theorie uit de Kennisbank bestuderen. 

Kennisbank

In de thema´s/opdrachten van de Stercollecties wiskunde wordt regelmatig verwezen naar de Kennisbank wiskunde. In de Kennisbank vind je de theorie die je nodig hebt voor het beantwoorden van de vragen en het maken van de opdrachten. 

De Kennisbank is te vinden via de volgende link:

Kennisbank wiskunde vmbo-kgt bovenbouw 

1 Examen 2013-1

Paraboolvlucht

Bestudeer eerst het volgende Kennisbankitem:

KB: Parabool

VMBO KGT 2013-1 Vraag 1
VMBO KGT 2013-1 Vraag 2
VMBO KGT 2013-1 Vraag 3

Zwembadoverkapping

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KB: Cirkels
KBPythagoras

VMBO KGT 2013-1 Vraag 4
VMBO KGT 2013-1 Vraag 5
VMBO KGT 2013-1 Vraag 6

Euromunten

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KB: Afronden
KBProcenten

VMBO KGT 2013-1 Vraag 7
VMBO KGT 2013-1 Vraag 8
VMBO KGT 2013-1 Vraag 9

Piramide kantelen

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KB: Driehoeken
KB: Piramide

VMBO KGT 2013-1 Vraag 17
VMBO KGT 2013-1 Vraag 18
VMBO KGT 2013-1 Vraag 19

Dromedarissen in Australië

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KB: Exponentieel verband
KB: Procenten

VMBO KGT 2013-1 Vraag 20
VMBO KGT 2013-1 Vraag 21
VMBO KGT 2013-1 Vraag 22
VMBO KGT 2013-1 Vraag 23

1 Examen 2014-1

Piramides in Egypte

Bestudeer eerst het volgende Kennisbankitem:

KBInhoud piramide

VMBO KGT 2014-1 Vraag 1
VMBO KGT 2014-1 Vraag 2
VMBO KGT 2014-1 Vraag 3

Zonnehoek

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankenitems:

KBPeriodiek verband 
KBSinus en cosinus

VMBO KGT 2014-1 Vraag 16
VMBO KGT 2014-1 Vraag 17
VMBO KGT 2014-1 Vraag 18

Brug over de Rijn

Bestudeer eerst het volgende Kennisbankenitem:

KBParabool

VMBO KGT 2014-1 Vraag 19
VMBO KGT 2014-1 Vraag 20

2 Examen 2014-2

Reiskostenvergoeding

Bestudeer eerst het volgende Kennisbankitem:

KB: Lineair verband

VMBO KGT 2014-2 Vraag 1
VMBO KGT 2014-2 Vraag 2
VMBO KGT 2014-2 Vraag 3

bekijk ook het filmpje met de hele uitleg 

 

 

 

https://www.youtube.com/embed/YlAz_QtWYBw?rel=0

Piramide

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KB: Pythagoras
KBSinus en cosinus

VMBO KGT 2014-2 Vraag 12
VMBO KGT 2014-2 Vraag 13
VMBO KGT 2014-2 Vraag 14

1 Examen 2015-1

Snelheid van het geluid

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KBTabel, grafiek, formule
KBWortelverbanden

VMBO KGT 2015-1 Vraag 1
VMBO KGT 2015-1 Vraag 2
VMBO KGT 2015-1 Vraag 3
VMBO KGT 2015-1 Vraag 4

 

Poort

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankenitems:

KBDriehoeken
KBCirkels

VMBO KGT 2015-1 Vraag 18
VMBO KGT 2015-1 Vraag 19
VMBO KGT 2015-1 Vraag 20

Bouwkavel

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankenitems:

KBProcenten
KBOppervlakte

VMBO KGT 2015-1 Vraag 21
VMBO KGT 2015-1 Vraag 22
VMBO KGT 2015-1 Vraag 23

2 Examen 2015-2

Dakgoten

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KBCirkel
KBInhoud

VMBO KGT 2015-2 Vraag 5
VMBO KGT 2015-2 Vraag 6
VMBO KGT 2015-2 Vraag 7

Benzine tanken

Bestudeer eerst de volgende Kennisbankitems:

KBProcenten
KBGemiddelde

VMBO KGT 2015-2 Vraag 8
VMBO KGT 2015-2 Vraag 9
VMBO KGT 2015-2 Vraag 10

Dennenhout

Bestudeer eerst het volgende Kennisbankitem:

KBInhoud cilinder
KBProcenten

VMBO KGT 2015-2 Vraag 15
VMBO KGT 2015-2 Vraag 16
VMBO KGT 2015-2 Vraag 17

Hangmat

Bestudeer eerst het volgende Kennisbankitem:

KBDriehoeken
KBTangens
KBSinus en cosinus

VMBO KGT 2015-2 Vraag 18
VMBO KGT 2015-2 Vraag 19
VMBO KGT 2015-2 Vraag 20

Extra

Exponentieel verband in Excel

Exponentiële verbanden in Excel
Je hebt vast al wel eens eerder met het programma Excel gewerkt.
In dit rekenprogramma kun je ook de grafiek bij een exponentieel verband tekenen. Probeer maar eens.

Download het practicum Exponentieel verband in Excel.
Download ook het bijbehorende Excelbestand ExponentieelVerband.xlsx.
Sla de bestanden op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.

Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.

Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.

Colofon

9. Exponentieel

Exponentiele groei... groeifactor bij een tabel

Exponentiele groei afname en formule

formule bij een exponentieel verband bv steeds 10% erbij

10. Goniometrie

 

Wees gerust  NIET ALLE FILMPJES HOEVEN BEKEKEN TE WORDEN....
 

 

de helling van een hoek en hellingspercentage

Hellingsgetal en Tangens

de tangens van een hoek

uitleg sinus in de ruimte

de zijde berekenen als de hoek gegeven is

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.

Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.

Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

Het berekenen van de hoeken en/of zijden in een rechthoeikge driehoek.

een aantal filmpjes met uitleg   ALGEMENE UITLEG MET HANDIGE BEREKENING

In de volgende uitleg               ALLES VAN SINUS COSINUS EN TANGENS

                                            FILMPJE UITLEG  HOE SCHRIJF IK HET OP

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.

Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.

Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

 

 

 

 

herhaling omzetten tan en (arc)tan (shift)tan of (inv) tan

 

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.

Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.

Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

 

 

 

Filmpje:

 

 

Opdrachten:

 

 

 

 


 

sinus en cosinus

Ezelsbruggetjes om alles te onthouden

toepassen formules

Bestudeer eerst de kennisbank hieronder, daar staat de uitleg in.

Als je nog wat meer uitleg wil kun je het filmpje bekijken.

Maak daarna de opdrachten, schrijf deze in je schrift en kijk ze na.

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

Opdrachten:

 

de zijde berekenen met goniometrie

Goniometrie in de ruimte

 

Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:

KB: Tangens, sinus en consinus in de ruimte

Maak de volgende opgaven.

 

 

 

 

 

in de ruimte zijde en hoeken berekenen

11. Statistiek

 

 

 

 

 

https://www.youtube.com/embed/Z1wpwfV6iwc?rel=0" frameborder="0

Toets:Boomdiagram

https://www.youtube.com/embed/jHOHLk2d_rQ?rel=0

Toets:Tabel

https://www.youtube.com/embed/ktO6v81Etm0?rel=0

Toets:Wegendiagram

hoe bereken je de kans op iets?

Toets:Kans

Hoe groot is de kans met twee kleuren schijven

Toets:Verwachting

vernieuwde versie diagnostische toets

12. Andere verbanden

Oude kennisbank: Wortelverband
 

Kennisbank:

 

 

 

 

 

 

Filmpje:

 

Bij onderstaand filmpje hoef je het gedeelte van herleiden niet te bekijken.

 

Oude Kennisbank: Machtsverband

 

 

Kennisbank:

 

 

 

Filmpje:

Inhoud van een bol = Machtsverband formule - tabel - grafiek

Onderstaand filmpje: bekijk vanaf minuut 7: Symmetrie-as.

 

Oude Kennisbank: Hyperbolisch verband
 

 

Kennisbank:

 

 

Filmpje:

 

 

 

 

Alle basisstof gehad.

Nu verder met wat oefenopdrachten op onderdelen.

Als eerste  OEFENSTOF INKLEMMEN

In het document  met de link OEFENSTOF INKLEMMEN  maak je steeds een uitgebreide inklemtabel.
Bereken de waarde zo nauwkeurig mogelijk  soms wel 2 decimalen....

Schrijf het antwoord apart op   met de juiste eenheid.  bv Graden of cm

     in te vullen

getal

formule uitkomst
     
     
     
     

 

Heb je de opdrachten van de vorige oefening door genomen met elkaar en/of de docent dan ga je aan de slag met de opdrachten hieronder.

( de antwoorden zijn steedes te vinden in de link bij het tabblad antwoorden)

 

1.In de link hieronder staan extra opgaven over Hyperbolische verbanden.

Hyperbolisch verband

We noemen dit verband ook wel Omgekeerd evenrdig... (leg dat maar eens uit) Bestudeer eerst even de uitleg en maak daarna opgave V1   V2   en opgave 1-2-3  van de uitleg

 

2 In de link hieronder staan extra opgaven over Periodieke verbanden
Periodieke verbanden

Lees de uitleg in het begin en maak de opgaven VI  en opgave 3 en 4 en 5

 

3 In de link hieronder staan extra opgaven over Machtsverbanden
Machtsverbanden

Lees de uitleg en maak met de formule uit d euitleg  opgave 5