Opdracht: Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-b34
Opdracht: Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-b34
Moeilijke woorden in de krant
Intro
Moeilijk is niet altijd beter. Ben je slimmer als je veel moeilijke woorden gebruikt in een gesprek?
Bekijk de video.
Wat kan ik straks?
Aan het eind van de opdracht kun je:
de betekenis van moeilijke woorden opzoeken, om een tekst beter te kunnen begrijpen;
een tekst proberen te begrijpen zonder dat je alle woorden kent.
Wat ga ik doen?
Activiteiten
Aan de slag
Stap
Activiteit
Stap 1
Zoek een (kranten)artikel met moeilijke woorden. Maak een woordenlijst en zoek de betekenis op. Wissel met je klasgenoot. Maak zinnen met deze moeilijke woorden.
Stap 2
Maak 'gaten'-zinnen en laat ze door een klasgenoot invullen.
Afronding
Onderdeel
Activiteit
Eindopdracht
Lees een tekst en omschrijf hoe je omgaat met moeilijke woorden. Bekijk de video en voeg de tips toe aan je antwoord.
Terugkijken
Terugkijken op de opdracht.
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer twee lesuren nodig.
Aan de slag
Stap 1: Woordenlijst
In een krantenartikel staan vaak moeilijke woorden. Soms begrijp je niet meteen de betekenis.
Als je de betekenis van een woord niet weet, kan het moeilijk zijn om een tekst te begrijpen.
Je kan leren een tekst te begrijpen zonder alle woorden te kennen.
Tijdens deze opdracht ga je dat oefenen.
Opdracht 1
Ga op zoek naar een artikel uit de krant.
Je mag zelf kiezen of je een artikel van internet haalt of een papieren versie zoekt.
Lees het artikel op je gemak.
Onderstreep of markeer alle woorden die je niet kent.
Opdracht 2
Ga verder met het artikel dat je gelezen hebt.
Schrijf alle woorden die je niet kent onder elkaar op (minimaal vijf).
Je kunt dat op papier doen of in een (Google-) document op je pc.
Laat onder ieder woord twee regels wit.
Lees de tekst die voor en achter het moeilijke woord staat.
Schrijf op de eerste witregel wat jij denkt dat de betekenis is.
Zoek de betekenis van het woord in het woordenboek of op internet.
Noteer dit op de tweede regel.
Maak eerst de oefening helemaal af.
Wissel daarna je woordenlijst met een klasgenoot.
Kies minstens drie woorden die je klasgenoot heeft opgeschreven.
Noteer de uitleg die je klasgenoot heeft gevonden.
Maak nu je eigen woordenlijst compleet.
Schrijf je woorden en de woorden van je klasgenoot onder elkaar.
Schrijf achter ieder woord de betekenis zoals die in het woordenboek of op internet staat.
Opdracht 3
Maak van ieder woord dat in je woordenlijst staat een zin.
Uit die zin moet de betekenis van het woord blijken.
Voorbeelden
Pionier: Iemand die als eerste een gebied verkent.
De eerste bewoners van de Noordoostpolder waren echte pioniers, want er was nog geen school, geen winkel en geen dokter.
Accuraat: zorgvuldig, nauwkeurig
Als je bij de bibliotheek wilt werken moet je accuraat zijn, want de boeken moeten altijd op de goede plek teruggezet worden.
Ten slotte lees je het artikel wat je had uitgekozen nog een keer. Je weet nu wat de moeilijke woorden betekenen.
Snap je de inhoud van het artikel nu beter?
Stap 2: Gatenzinnen
In deze opdracht ga je zinnen maken voor een klasgenoot.
Schrijf alle zinnen op die je in Stap 1 hebt verzonnen.
Laat steeds het moeilijke woord weg.
Op de plaats van het moeilijke woord zet je een aantal puntjes.
Op deze puntjes moet iets ingevuld worden.
Je hebt nu een oefening met gatenzinnen gemaakt.
Wissel je gatenzinnen met een klasgenoot.
Maak de oefening van je medeleerling.
Vul daarbij het woord, waarvan je denkt dat het daar hoort,
op de lege plek in.
Zijn jullie klaar met de oefeningen? Wissel ze dan weer uit.
Kijk de oefening, die je klasgenoot heeft gemaakt, na.
Bespreek de foutjes die je tegenkomt.
Probeer dit in zo kort mogelijke tijd te doen.
Kende je klasgenoot het moeilijke woord niet?
Of heb jij misschien geen goede zin gemaakt?
Het is allebei mogelijk. Van fouten maken leer je!
Afronding
Eindopdracht
Wat te doen bij een moeilijk woord?
In deze opdracht heb je geleerd wat je moet doen, wanneer je moeilijke woorden in een tekst tegenkomt.
Misschien kom je in je examen volgend jaar woorden tegen, waarvan je de betekenis niet direct weet.
Lees het volgende artikel.
Voor de meeste middelbare scholieren die eindexamen hebben gedaan, is de vakantie begonnen.
Bij het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS) zijn tot nu toe 107.489 klachten gemeld.
Moeilijke woorden
Het LAKS vindt het vooral opmerkelijk dat veel scholieren op alle niveaus, klaagden over het gebruik van moeilijke woorden. Zo struikelden zo'n 400 vmbo-leerlingen over het woord kanttekening.
De vmbo-ers die het probeerden op te zoeken in het woordenboek, zochten op kantekening.
Ook intermediair, melancholisch en beurskrach leverden veel boze telefoontjes op.
Worden er meer moeilijke woorden gebruikt? Of neemt de woordenschat van de leerlingen af?
Niet alleen vmbo-scholieren klaagden over moeilijke woorden, ook in vwo-examens kwamen ze voor. "Waarom gebruiken ze in plaats van partieel niet gewoon gedeeltelijk", verzuchtte een scholier.
Het arrangement Opdracht: Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-b34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze opdracht hoort bij het thema 'Als ik groot ben', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor vmbo-b34. In deze opdracht staan moeilijke woorden in de krant centraal. In de subopdrachten wordt geoefend met het opzoeken van moeilijke woorden op internet of in een woordenboek. Ook ga je met de moeilijke woorden zinnen maken, die vervolgens gatenzinnen vormen die door een klasgenoot ingevuld kunnen worden. Om de opdracht af te sluiten ga je een tactiek bedenken voor wanneer je tijdens het examen lastige woorden tegenkomt. Veel succes!
Lezen van zakelijke teksten (Nederlands);
Nederlands;
Schrijfvaardigheid;
Begrippenlijst en taalverzorging;
Lezen van fictionele teksten en literaire teksten (Nederlands);
Leesvaardigheid;
Eindgebruiker
leerling/student
Moeilijkheidsgraad
gemiddeld
Studiebelasting
2 uur en 0 minuten
Trefwoorden
als ik groot ben, arrangeerbaar, lezen- moeilijke woorden in de krant, moeilijke woorden, nederlands, stercollectie, vmbo-b34, woorden opzoeken, woordenboek, zinnen vormen
Opdracht: Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-b34
nl
VO-content
2020-06-30 14:29:03
Deze opdracht hoort bij het thema 'Als ik groot ben', en is onderdeel van de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor Nederlands voor vmbo-b34. In deze opdracht staan moeilijke woorden in de krant centraal. In de subopdrachten wordt geoefend met het opzoeken van moeilijke woorden op internet of in een woordenboek. Ook ga je met de moeilijke woorden zinnen maken, die vervolgens gatenzinnen vormen die door een klasgenoot ingevuld kunnen worden. Om de opdracht af te sluiten ga je een tactiek bedenken voor wanneer je tijdens het examen lastige woorden tegenkomt. Veel succes!
als ik groot ben, arrangeerbaar, lezen- moeilijke woorden in de krant, moeilijke woorden, nederlands, stercollectie, vmbo-b34, woorden opzoeken, woordenboek, zinnen vormen
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.