Ik, de mens.....
Zelfzorg.
Om goed voor een ander te kunnen zorgen, moet je eerst goed voor jezelf zorgen.
Vragen en opdrachten.
1. Schrijf eens op welke 'zelfzorg' activiteiten jij de laatste 24 uur hebt uitvoerd.
2. Welke van de bovenstaande taken zou je makkelijk uit handen kunnen geven?
3. Met welke taken zou je veel moeite hebben als een zorgverlener ze van jou overneemt?
4. Welke emoties zullen daarbij een rol spelen?
5. Welke taken zou jij van een ander makkelijk overnemen?
6. Met welke taken zou je grote moeite hebben om ze over te nemen?
Praktijkopdracht: Kies en maak een ' gezond ' broodje.
Persoonlijke verzorging.
Een goed uiterlijk begint bij een goede lichaamsverzorging.
Dat is heel eenvoudig het wassen van je huid, haren, verzorgen nagels en het poetsen van je gebit.
Simpel gezegt: je uitwendige verzorging.
Je kunt je lichaam ook inwendig verzorgen. Daarbij denken we aan voldoende slaap, voldoende beweging en verantwoorde voeding.
Door je inwendig en uitwendig goed te verzorgen blijf je gezond en zit je lekker in je vel.
Ook in de omgang met anderen is het prettig als je jezelf goed verzorgd.
Huidverzorging:
Met de term ‘huidflora’ wordt het geheel aan micro-organismen op de lichaamshuid & gezichtshuid bedoeld. Het gaat hierbij om de aanwezigheid van miljarden “normale” bacteriën die permanent aanwezig zijn op het huidoppervlak van een gezond individu… En dus niet om bacteriën die afkomstig zijn uit externe bronnen en bij het reinigen van de huid worden verwijderd.
Een gezonde, onbeschadigde huid vormt een ondoordringbare barrière voor bacteriën en virussen. Een beschadigde huid doet deze barrièrefunctie afnemen, waardoor schadelijke bacteriën, virussen, schimmels en parasieten in de huid kunnen dringen. Kolonisatie door schadelijke micro-organismen leidt meestal tot huidinfecties en/of systemische infecties. Denk maar eens aan ontstoken wondjes of straatvuilvergiftiging.
De huid van een ongeboren baby is steriel. De menselijke huid wordt voor het eerst besmet door de bacteriën in het geboortekanaal van de moeder. Vervolgens zorgt contact met de omgeving (verzorgers, kleding, beddengoed, lucht etc.) voor verdere kolonisatie van bacteriën op de huid. Met de huidflora worden de bacteriën bedoeld die uiteindelijk permanent op het huidoppervlak aanwezig blijven. Dit wordt ook wel de ‘residente huidflora’ genoemd.
De samenstelling van de residente huidflora verschilt per lichaamsdeel. De huidflora van een bepaald stukje huidoppervlak is dan ook niet representatief voor de huidflora als geheel. De residente huidflora vormt uiteindelijk een afweermechanisme tegen indringers. De huidbacteriën beschermen je lichaam onder meer door bij te dragen aan de productie van talg en bacteriocines. De “vriendelijke” huidflora zorgen er bovendien voor dat er simpelweg minder plek is voor schadelijke bacteriën.
De residente huidflora wordt doorgaans niet aangetast door douchen of baden. Residente huidbacteriën hechten zich namelijk met weerhaakjes aan de huid. Antibacteriële middelen zoals handalcohol en desinfecterende handzeep kunnen het microbiële evenwicht van de huidflora echter welverstoren. Deze teloorgang is meestal tijdelijk en de huidflora zullen zich dan ook na verloop van tijd herstellen.
Met transiënte huidflora wordt het geheel aan bacteriën bedoeld die zich tijdelijk op de huid kunnen koloniseren. De transiënte huidflora is doorgaans een afspiegeling van het contact dat de huid heeft gemaakt met de omgeving. De transiënte huidbacteriën kunnen doorgaans gemakkelijk worden verwijderd door het reinigen van het huidoppervlak.
Sommige transiënte huidflora kunnen echter problemen veroorzaken. Zo zijn er schadelijke “opportunisten” die toeslaan bij een verzwakte weerstand of een beschadiging van het huidoppervlak.Hoe beter de weerstand, huidkwaliteit & algehele gezondheid, des te minder kans dat transiënte huidflora infecties veroorzaken. Dit is meteen de reden waarom bepaalde ziekenhuis-patiënten een relatief grote kans hebben om een “ziekenhuisbacterie” op te lopen.
Wat doe jij om de huidflora gezond te houden? Gebruik jij met opzet niet-agressieve huidverzorgingsproducten, cosmetica & reinigingsmiddelen? Of laat jij de huidflora lekker op zijn beloop?
Vragen en opdrachten.
Je heb een collega die elke dag naar zweet ruikt.
Zou je daar iets van zeggen. Leg je antwoord uit.
Zorg voor de voeding.
Artikel over het eerste vaste voedsel van de baby (NRCWeekend 10 juli 2016)
Mening vormen door een krant te lezen.
Geef een ' onderbouwde' menig over het krantenarikel.
Keuken activiteit
Voedingscentrum, De schijf van vijf.
Hoeveel mag jij per dag eten.
Kijk bij de verschillende keuze mogelijkheden die er geboden worden.
Kies een lunchgerecht dat je volgende week kunt maken
Lever de, uitgewerkte, bestelling in bij je docent.
Kook je liever met elkaar? lever dan een groepsbestelling in (max 4 personen).
Zelfstudie
Afhankelijk de studierichting die je volgt, lees je het volgende.
Persoonlijke verzorging MZ: thema 6, Hygienisch, veilig en ergonomisch werken.
Verzorging PW: thema 2, Zorg voor gezondheid.
Zorg voor de omgeving PW: thema 3, Schoon en ordelijk.
Maak de bij de thema(s) behorende opdrachten in je werkboek/ schrift.
Zorg voor de woning.
Vragen en opdrachten.
Lees het document aandachtig door.
Maak er een samenvatting van.
Welke eisen worden er aan je toekomstige werkomgeving gesteld.
Waarom is dat zo belangrijk?
Zorg voor de kleding.
Professionele wasserij
Wasverzorging in het groot.
Mantelzorg.
De website van Humanitas zegt het volgende:
Mantelzorgers verlenen vanuit een persoonlijke relatie langdurige en intensieve zorg aan anderen, gedurende minstens drie maanden en acht uur per week. Dat kan een partner zijn, een ouder of kind, vriend of familielid. Iemand met een chronisch ziekte, een dementerende of iemand met een verslaving. Het zorgen voor een ander gebeurt vaak met liefde en plezier, maar door deze extra zorg loopt een mantelzorger het risico om overbelast te raken. Het Steunpunt Mantelzorg Groningen Stad van Humanitas biedt mantelzorgers ondersteuning.
Ondersteuning
Beroepskrachten en vrijwilligers van het Steunpunt Mantelzorg bieden verschillende vormen van ondersteuning. Ze bieden een luisterend oor en zoeken samen met de mantelzorger naar oplossingen voor problemen. Ook kan een vrijwilliger de mantelzorger vervangen waardoor deze even wat tijd heeft voor zichzelf. Lees meer over welke hulp het steunpunt biedt.
Voor alle mantelzorgers
Het steunpunt is er voor alle mantelzorgers in de stad Groningen en voor mantelzorgers die zorgen voor iemand in de stad Groningen. Voor mannen en vrouwen, voor jonge mantelzorgers. Voor mantelzorgers die werk en mantelzorg combineren, voor mantelzorgers die zorgen voor iemand in een zorginstelling.
Voor jonge mantelzorgers (jonger dan 23 jaar) heeft Humanitas een speciaal project, Jonge Mantelzorgers (JMZ). Lees meer over het project JMZ.
Professionele zorg
Een fraai stuk over zorg en professionaliteit.
Zorg-saamheid (www.michsjol.nl)
december 2008 | door Wout Huizing
Alweer enige tijd geleden was er een reclameleus van een grote zorgverzekeraar die zich profileerde als een organisatie die ont-zorgt. De verzekeraar wil mensen zoveel mogelijk zorgen uit handen nemen. Want wie moet zorgen, heeft een hoop rompslomp. Het stoort. Het leidt je af van wat je wilt doen. Impliciet klinkt in die reclameleus dat zorgen een noodzakelijk kwaad is, waarmee je niet te veel te maken moet krijgen. Het ideaalbeeld wordt neergezet van een mens als zelfstandig individu die zijn eigen boontjes weet te doppen en áls de nood aan de man of vrouw komt, zijn of haar zaakjes goed weet te regelen bij deze verzekeraar, die ‘ont-zorgt'.
Zelf zie ik het anders. Zorg is met het menszijn gegeven. Mensen zijn op elkaar aangewezen en dragen de ene keer zorg voor iemand anders - soms als vader of moeder, als mantelzorger, als vrijwilliger, als professional - of ontvangen op een ander moment zorg. ‘Ben ik mijn broeders hoeder?' luidt één van de eerste vragen van de mens en het antwoord luidt bevestigend. Inderdaad, mensen dienen oog voor elkaar te hebben.
Zorgen
Dit eigen karakter van de zorg is terug te voeren op de grondbetekenis van ons Nederlandse woord ‘zorg'. Allereerst is de betekenis: zich bekommeren. Wie zorgt, bekommert zich om een zo gunstig mogelijke leefsituatie voor de ander. Zorgen is zorg-dragen. Dat impliceert verantwoordelijkheid, toewijding, aandacht hebben voor iemands welzijn.
De tweede betekenis heeft te maken met lijden, ziekte en doodsdreiging. Het zorgelijke en zorgwekkende komt in beeld: het eigen leven dat zorgen baart vanwege het altijd dreigende gevaar en de gebreken die ons bestaan aankleven. Het leven is kwetsbaar. Ziekte en lijden sluipen steeds onverwachts naar binnen. Gevoelens van angst en ongerustheid gaan daarin mee. Zorgen is lijden. Vaak zijn beide perspectieven in onszelf verenigd: we zorgen voor anderen, maar maken ons ook zorgen. Het hoort bij elkaar. Lijden en zorg kennen elkaar. Ze brengen elkaar aan het licht. Leven zonder zorgen is niet mogelijk. En daarin hebben mensen elkaar nodig. Niet als een noodzakelijk kwaad, maar als een fundamenteel gegeven. Wie over zorgen en ‘de zorg' nadenkt, kan niet heen om de vraag wat mensen voor elkaar kunnen betekenen en hoe zij inhoud geven aan hun relatie in een zorgwekkende situatie.
Wat is in het verlengde hiervan de eigen aard van de professionele zorgrelatie? Wanneer is een zorgrelatie professioneel te noemen?
Een bijzondere relatievorm
"Het moet wél van twee kanten komen" hoor je een stel verzuchten dat al enige tijd met elkaar optrekt, maar merkt dat een goede relatie niet vanzelf gaat. Logisch: in een relatie gaat het om twee kanten, om de wisselwerking. Als de één het laat afweten, houdt de ander het niet vol.
Daar ligt direct een opvallend onderscheid als je een professionele zorgrelatie vergelijkt met andere (zorg)relaties. Er is een onderscheid te maken in lots- en keuzerelaties. Sommige relaties kies je zelf: vriendschappen, een partner, met wie je uit wilt gaan, soms wie je als collega wilt. Je kunt terugkomen op deze keuze, eraan twijfelen, je keuze afwegen tegen alternatieven. Als twee mensen deze keuze hebben gemaakt, kun je elkaar eraan herinneren en van beide kanten kan een inspanning worden gevraagd om de relatie goed te maken of te houden.
Maar veel relaties overkomen je. Je familie of je buren kies je niet, noch je schoolklas of de mensen binnen de kerkelijke gemeente. In de zorg lopen die twee type relaties door elkaar. De professional kiest ervoor (betaald) iets voor anderen te doen. Dat is een keuzeelement, maar vervolgens weet je niet wie aan je zorg wordt toevertrouwd. Het kan geweldig klikken, maar ook helemaal niet. Professioneel gezien mag je je niet afkeren van een cliënt die je niet aardig vindt, want je hebt je beschikbaar gesteld voor willekeurig wie er zorg nodig heeft.
Tegelijk is het zo dat degene die zorg behoeft, vrijwel nooit zelf daarvoor kiest. Ziekte, handicap, ongeluk, ouderdom: het komt op je pad en dat brengt je in verbinding met zorgverleners. De suggestie van overheid en zorgverzekeraars dat daarin van alles te kiezen valt - je eigen zorgpakket, het ziekenhuis en de arts door wie je geopereerd wilt worden, welk verpleeghuis het meest aanspreekt - is te optimistisch. We zijn geen‘kritische zorgconsumenten', maar doen noodgedwongen een beroep op zorg en meestal heb je maar te accepteren welke zorgverleners je treft.
Hoe die relatie vorm geven?
Dat is ingewikkelder dan je op het eerste gezicht zou denken. Het lijkt simpel: de één heeft een probleem, is ziek of heeft een ongeluk gehad, en dat vraagt om een oplossing. Taak van de zorgverleners is om het probleem te verhelpen.
Het geloof in het kunnen van de deskundigen is groot. Professioneel zorgverlenen lijkt gericht te zijn op doelgericht te handelen om problemen op te lossen. Menig zorgplan binnen de professionele zorg is zo opgezet: probleemomschrijving - (her)formulering van de zorgvraag in behandelbare termen die past bij de desbetreffende zorgverlener (de verzorgende formuleert andere doelen dan het maatschappelijk werk of de fysiotherapeut), en daaruit volgen concrete zorgdoelen en behandelplannen. Langs vaste procedures en instrumenten verloopt daarna het zorgverleningproces. Als de doelen zijn gerealiseerd, trekt de zorgverlener zich terug en kan - idealiter - de zorgvrager weer helemaal of gedeeltelijk voor zichzelf zorgen.
Maar is dit de kern van zorg? Carlo Leget1 duidt met verwijzing naar Aristoteles op het verschil tussen vormen van handelen die je ‘maken' of ‘produceren' kunt noemen. Voel het verschil in de volgende situaties: je fietsband is lek en moet geplakt. Dat is geslaagd zodra het resultaat is dat de band niet meer leegloopt. Het doel van de handeling ligt hierbij buiten de handeling zelf. Het maakt niet uit wie die band plakt, áls je maar weer kunt fietsen! Het kan óók zijn dat het doel in de handeling zélf ligt (en minder in het resultaat). Een etentje met vrienden is niet geslaagd wanneer het toetje op is. Het etentje is een doel op zichzelf omdat daarin de vriendschap wordt vormgegeven en beleefd. Het eten kan nog zo lekker zijn, maar een etentje met vrienden is niet geslaagd wanneer er ruzie ontstaat.
Zorgen heeft iets van beide vormen van handelen. In sommige opzichten is zorgen te vergelijken met banden plakken en produceren. Zorg vraagt om vaardigheidheden die geoefend moeten worden. En resultaten dóen er toe. Maar omdat zorg niet over fietsen maar over mensen gaat, is er altijd tegelijkertijd ook die andere dimensie: de dimensie van een betrekking die ontstaat. Zorgen is in zichzelf zinvol. Degene die zorgt of voor wie gezorgd wordt, merkt dat er altijd betekenis zit in de zorg zelf.
In de huidige opvattingen van professionaliteit zit veel nadruk op het behalen van resultaten (effectiviteit) op een efficiënte manier. Ooit noemde iemand de moderne Medische Centra (ook al geen ziekenhuizen meer!) een soort ‘kwik-fit' waar zo snel mogelijk gerepareerd wordt. Patiënten worden zo tot object van zorg in plaats van subject. Tot een nummer van het ponsplaatje of de ‘blindedarm' van kamer 20 in plaats van een mens die tobt, pijn heeft en ook zelf ideeën heeft over hoe het verder moet.
Maar ook in de professionele zorg gaat het om de betrekking. De meeste klachten gaan niet over de (medische) fouten die er gemaakt zijn, maar over onzorgvuldige bejegening en missers in de communicatie.
Professionele zorg
Daarom onderschrijf ik van harte de definitie die Annelies van Heijst geeft voor zorg als ‘een manier van doen, in op mensen afgestemde betrekkingen, waarbij de zorgdrager ook afstemt op zichzelf.'2
In een zorgrelatie moet worden gezocht naar wat nodig en goed is. Dat moet van twee kanten tot stand worden gebracht. Dat betekent dat een goede professional niet louter een ‘toepasser' is van technische handelingen die deskundig uitgevoerd moeten worden, maar vooral telkens weer - vanuit de eigen deskundige achtergrond - inschattingen maakt door goed te luisteren en te kijken wat er concreet aan de hand is, en daarop reageert. En er vervolgens nog eens voor zichzelf ook over nadenkt.
In de zorg is de betrekking altijd aan de orde. Jammer dat binnen de professionele zorg de visie op zorg vandaag de dag meer en meer lijkt te versmallen tot het volgen van protocollen, het verrichten van taken volgens de regels en er eigenlijk weinig of geen tijd meer is voor ‘extraatjes' zoals een ‘praatje' of iets samen ondernemen dat búiten de precies omschreven zorgpakketten valt.
Met respect zie ik hoe professionals erin slagen om meer en meer aan te sluiten op de vragen, wensen en behoeften van degene voor wie men zorgt. Een hele kunst om je telkens weer te verplaatsen in die ander. Binnen een kwartier kun je in een verpleeghuis in zeer verschillende situaties komen en is het zaak de goede aansluiting te vinden. De ene bewoonster kun je uitnodigen om mee te gaan naar het eten door joviaal te zeggen ‘kom Miep, we gaan weer eten', en de ander zul je vriendelijk verzoeken ‘zich te begeven naar de eetzaal, waar het diner zal worden geserveerd.' Bij de één moet je niets over geloven of God zeggen, bij de ander zeggen de wandbordjes veel over wat iemand houvast geeft.
In de professionele zorgrelatie gaat het om afstemming. Oprechte nieuwsgierigheid om op een open manier de ander tegemoet te treden, is daarbij de basis.
Zorgethiek
Vervolgens zijn er verschillende elementen te onderscheiden, zoals de Amerikaanse Joan C. Tronto heeft aangeduid:3
Zorgen begint bij de aandacht voor de ander. (caring about). De ánder is bepalend en sturend.
Zorgen moet georganiseerd worden. Iemand moet verantwoordelijkheid nemen om te zorgen en erin geloven dat hij/zij iets kán doen. (taking care of) Zorgen moet op een deskundige, competente manier gebeuren en vindt plaats in hele concrete handelingen en ontmoetingen. (care-giving)
Zorgen betekent: kijken of de zorg adequaat is (geweest) (care receiving). Dit betekent vragen om reactie van (afstemming met) degene die zorg ontvangt.
Professioneel = zich verbinden
Zo krijgt de term ‘professioneel' inhoud in zijn oorspronkelijke betekenis van ‘zich verbinden'4. Het lijkt me van belang die inhoud voor ogen te houden in een tijd waarin ‘professioneel' vaak de klank heeft van ‘afstand kunnen houden', ‘je niet laten raken door de ellende' omdat het in de professionele zorgrelatie toch vooral (alleen?) zou gaan om de deskundigheid. Juist ook in de professionele zorgrelatie gaat het om de verbinding tussen jezelf en de ander, én de verbinding met jezelf om het in dit werk goed vol te kunnen houden.
Wat doet het je dat je (als professional werkend) al dat leed elke dag weer meemaakt? Wat betekent het voor je zelf als je een leeftijdsgenoot verzorgt die is getroffen door een vreselijke ziekte? Hoe ga je ermee om als je vrijwel elke twee dagen iemand ziet overlijden in het verpleeghuis? Als dat ‘normaal' voor je gaat worden, verlies je contact met jezelf. Voor dergelijke vragen dient tijd en ruimte te worden gemaakt voor de professionals via ‘zorg voor zorgenden' en intervisie. Om te benoemen hoe je in relatie staat met degenen voor wie je zorgt, maar ook voor jezelf. Zorg-saamheid begint (je maakt je keuze om in de zorg te werken) en eindigt (reflectie op wat je meemaakt) met jezelf om er werkelijk als professional voor ánderen te kunnen zijn.
Noten
- Carlo Leget, Van levenskunst tot stervenskunst. Over spiritualiteit in de palliatieve zorg, Tielt 2008, pag. 183
- Annelies van Heijst, Menslievende zorg: een ethische kijk op professionaliteit, Kampen 2005
- Uitvoerig toegelicht, besproken en toegepast op de zorgpraktijk in: Inge van Nistelrooy, basisboek zorgethiek. Over menslievende zorg, moreel beraad en de motivatie van verpleegkundigen, Heeswijk 2008
- Vgl. Annelies van Heijst, van professie naar professionaliteit in: Martien Pijnenburg & Paul van Mansum, Voor zorg gekozen: een uitdagende erfenis, pag. 60 - 81
Mening vormen door te discussiëren.
Bij Mantelzorg en Professionele zorg heb je hoe er gedacht wordt over het geven van ' zorg' aan verschillende doelgroepen.
Ga in een klein groepje in discussie en kom met een ' algemene mening' of denk jij er radikaal anders over.
De mens als consument.
Wijzer in geldzaken
Studeren kost geld. Daarom is er voor het MBO de mogelijkheid, als je 18 jaar of ouder bent, om studiefinanciering aan te vragen. Ben je nog geen 18 jaar, dan is het handig om 3 maanden voor je verjaardag studiefinanciering aan de vragen.
Per 1 september 2015 zijn er allerlei veranderingen doorgevoerd in het studieleenstelsel. Voor het MBO is het, gelukkig zo, dat de basisbeurs blijft bestaan. Sommigen kunnen gebruik maken een aanvullende beurs, haal je binnen 10 jaar je diploma dan is dit een gift. Stop je met het MBO zonder een diploma te halen, dan moet je dit terug bestalen.
Nieuw is dat minderjarige MBO studenten per 1 januari 2017 een OV reisproduct krijgen. Daardoor wordt het reizen van en naar stageadressen makkelijker.
Als MBO student kun je ook bij DUO lenen. Deze lening moet je altijd terug betalen, binnen 35 jaar. Als je deze lening afsluit en dus een grote studieschuld opbouwt, kun je bij het afsluiten van een hypotheek om een huis te kopen in de problemen komen.
Hoe de studiefinanciering werkt voor jou, als je die nog niet hebt, kun je zien door de onderstaande link aan te klikken.
Studiefinanciering MBO
Keukenopdracht.
Je krijgt elke € 2,00.
Maak daarvoor een oer-hollandse maaltijd ( aardappelen, groenten, vlees).
Maak je keuze uit het aanbod, let op (!) alles heeft een 'prijs'.
Omgaan met geld.
Zo, we zitten op de opleiding van onze keuze....we hebben onze studiefinanciering geregeld, dus het goede leven kan beginnen.
Denk je misschien.....
Als 18 jarige student ben je, inderdaad, voor een groot deel zelf verantwoordelijk voor je doen en laten. Je ouders blijven echter tot je 21-ste levensjaar verantwoordelijk voor jou, dat noemt men onderhoudsplicht en is bij wet geregeld.
Afhankelijk van je woonsituatie, zal je rekening moeten houden van de afspraken die in jou huishouden gelden. Maar verder kun je gaan en staan waar je wilt.....
Uh, en school dan....?
Om er nu voor te zorgen dat je financiën goed in orde zijn, eerst even dit....
Het geld van je basisbeurs, bijbaan, toeslagen noemen we inkomen.
Geld dat je uitgeeft aan schoolgeld, een abonnement, kostgeld of huur noemen we vaste lasten.
Alles wat je uitgeeft aan voeding, persoonlijke verzorging, snoep en zelfs alcohol en tabak noemen we huishoudgeld.
Reserveringsuitgaven zijn uitgaven die we doen op het gebied van uitgaan, kleding, schoenen en allerlei vrijetijdsbestedingen.
Al deze inkomsten en uitgaven behoren met elkaar in evenwicht te zijn. Is dat niet zo, dan kan het best zo zijn dat je inderdaad aan het eind van je geld een stukje maand overhoudt. Wat je niet wilt, is 'rood' staan bij de bank, dat kost namelijk 14% rente per dag over het negatieve banksaldo.
Om je daarbij te helpen kun je een kasboek bijhouden, zo hou je de inkomsten en uitgaven per maand goed in de gaten.
NIBUD, Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting.
Als je meer wilt weten over het bijhouden van je eigen begroting, meer tips wilt hebben over geld, dan kun je terecht bij het NIBUD ( Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting).
Nibud, studeren.....
Leen je bij DUO?
Leen je bij DUO....
Door allerlei omstandig kan het zijn dat je als student het helemaal zelf moet doen...
Je woont op kamers of huurt een flatje. Je hebt je bijbaan, je studiebeurs en je leent bij. Als je leent bouw je een schuld op die je, als de studie is afgerond, moet gaan terug betalen. Dan betaal je in maximaal 35 jaar per maand 4% van je inkomen aan DUO terug. Veel studenten zijn daar soms helemaal niet mee bezig...echter het heeft wel consequenties voor het inkomen dat je na je studie gaat ontvangen.
Op financieelstudieplan kun je de bedragen uit jou persoonlijke begroting invoeren, je krijgt dan een overzicht hoeveel schuld je hebt opgeboud aan het einde van je studie. Door een eigen account aan te maken, je emailadres in te vullen, krijg je regelmatig een mailtje met de vraag of je inkomsten en uitgavenpatroon eventueel te wijzigen.
Een account aanmaken bij financieelstudieplan kan handig zijn als jij na het afronden van je MBO nog verder wilt gaan studeren in het HBO.
Klik op de link hieronder voor financieelstudieplan.
Financieel studieplan
De huishouding voeren.
Huishouden (uit: www.wikipedia.nl)

Een huishouding, geschilderd doorJan Steen.
Onder een huishouden wordt verstaan (het reilen en zeilen van) een woongemeenschap of huisgezin.
Met "het huishouden doen" worden de activiteiten bedoeld die worden ondernomen om de leefsituatie van één of meer personen in stand te houden. De leefsituatie zelf wordt dan ook vaak aangeduid als een huishouding.
Het ritme van het huishouden wordt gedicteerd door de dagelijkse beslommeringen, de al dan niet gezamenlijk genuttigde maaltijden der gezinsgenoten, de jaarlijks terugkerende feesten en feestjes, schoonmaakwerkzaamheden enzovoort. In de huishoudens worden kinderen geboren, worden deelnemers ziek en weer beter en sterven ze. Een huishouden fungeert dan achtereenvolgens als geboortehuis, ziekenhuis en sterfhuis. Deze gebeurtenissen kunnen ook plaatsvinden in een ziekenhuis of hospitaal. Jongvolwassenen verlaten het huis om elders een huishouden te stichten of zij worden deelgenoot van een ander huishouden.
Huishouden kan zowel betaald als onbetaald worden uitgevoerd. De huishoudster voert de huishouding in opdracht van haar werkgever en wordt hiervoor betaald. Zij heeft eventueel de beschikking over een huishoudelijke hulp, een tuinman en een klusjesman. Het huishouden is een dagelijkse bezigheid. De huishoudster kan gezien worden als de (betaalde) vervangster van de huisvrouw.
Bij diverse onderdelen van de sociale zekerheid in Nederland kan een gezamenlijke huishouding de uitkering verlagen of verhogen.
Herkomst van het woord Huishouden.
Een oikos, meervoud oikoi (Oudgrieks: οἶκος, meervoud: οἶκοι) is het equivalent van onder meer huis, familie, gezin, huishouden. De oikos was de hoeksteen van de samenleving tijdens de Klassieke periode. Deze kleinste eenheid binnen de Griekse gemeenschap van vrije burgers werd gevormd door de wettige verwanten van een man, die bij hem in huis woonden, zijn slaven en zijn concubines. De basis daarvan werd indertijd gevormd door de kleros, een stuk land waarvan de man zowel juridisch als economisch eigenaar was.
Huishoudelijke taken

Kind dat afwast.
Enkele activiteiten binnen het huishouden zijn:
- wassen van kleding
- strijken van kleding
- afstoffen van meubels
- dweilen van vloeren
- stofzuigen
- de boodschappen doen
- eten koken
- afwassen van de vaat
- ramen lappen
Deze taken werden traditioneel meestal door vrouwen gedaan. Huishoudelijke taken die traditioneel door mannen werden gedaan zijn:
- planken ophangen
- meubilair repareren
- tuin verzorgen
- onderhoud apparatuur
- vloeren leggen
- lampen ophangen
De huishoudelijke taken zijn dus vaak op een bepaalde manier verdeeld tussen vrouwen en mannen. Vooral na de industriële revolutie werden de taken van de man voor een deel naar buiten het huis verplaatst. Na (vooral) de tweede feministische golf is die verdeling van de hoeveelheid en de aard van de huishoudelijke taken minder vanzelfsprekend geworden.
Huishoudelijk werk
Kritisch consumeren.
Als consument koop je verschrikkelijk veel spullen.
Waar let je op als je iets koopt?
Alleen op de prijs en of je iets leuk of mooi of lekker vindt?
Of denk je ook aan zaken als milieuvervuiling, duurzaamheid, gezondheid of arbeidsomstandigheden?
Natuurlijk ben je blij als je een product wat jij wil hebben voor weinig geld kan aanschaffen. Maar ben je nog steeds zo blij als je weet dat het product is gemaakt door mensen die worden uitgebuit of dat de productie ervan de leefomgeving van mensen en dieren verwoest?
Of je eigen gezondheid?
Zeker als je niet veel te besteden hebt is het best lastig te kiezen voor verantwoorde producten. Die zijn vaak wel wat duurder.
Maar steeds meer mensen maken zich wel zorgen over het milieu, de klimaatverandering, hun gezondheid en het lot van arbeiders in lage-lonen-landen, waar steeds meer producten worden gemaakt.
Het wordt voor producenten dan ook interessanter om maatschappelijk verantwoord te gaan ondernemen; dat is namelijk heel goed voor het imago van een bedrijf.
Bedrijven in Nederland moeten zich al aan heel veel regels houden.
Regels over hoe ze met hun personeel om moeten gaan (minimumloon, arbeidsomstandigheden, ontslagbescherming, enz.) en regels over het milieu (je mag geen afgewerkte olie in de sloot kieperen, enz.).
Bedrijven die maatschappelijk verantwoord ondernemen houden zich natuurlijk aan deze regels, maar doen daarbovenop ook dingen die niet verplicht zijn, maar wel beter voor mens en milieu, hier en in andere delen van de wereld.
Bij maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) hoor je vaak de termen People, Planet en Profit. Die drie zaken moeten in balans zijn. Alles wat je doet binnen je bedrijf moet goed zijn (of in ieder geval niet slecht) voor de mensen (people) en het milieu (planet), maar het moet niet ten koste gaan van de winst (profit), want als je niks meer verdient is je bedrijf failliet, en daar schiet ook niemand wat mee op.
Veel bedrijven zijn bang dat maatregelen die beter zijn voor mens en milieu veel geld kosten en dat daardoor de winst te laag wordt. Maar bijvoorbeeld bewust omgaan met energie is goed voor het milieu en levert juist geld op.
Ook zie je dat bedrijven adverteren met hun MVO-activiteiten en daardoor meer opdrachten krijgen en dat mensen wel wat meer willen betalen voor hun producten of diensten.
Schoonmaak
Voor en na schoonmaakwerkzaamheden was je goede je handen.
Gebruik daarvoor deze instructiekaart.
Algemene schoonmaak regels.
Algemene regels bij het schoonmaken.
Werk steeds:
- van schoon naar vuil
- van hoog naar laag
- in een logische volgorde
- linksom of rechtsom door de ruimte
Gouden regels:
- stof kun je niet vegen
- laat droog wat je droog kunt verwijderen
- te nat werken geeft fouten, dus extra werk
- kijk, denk en doe dan
- controleer je eigen werk
- zorg dat je voldoende materialen bij je hebt
Ergonomisch handelen
Ergonomisch schoonmaken.
Schoonmaken wordt als 'zwaar' werk gerekend. Schoonmaakwerkzaamheden zijn erg belastend voor het lichaam. Ziekteverzuim door klachten aan het bewegingsapparaat komen dan ook vaak voor. Door je werkzamenheden ergonomisch uit te voeren voorkom je klachten. Je werk gaat makkelijker en sneller, zodat je meer tijd overhoud voor je cliënten.
Ergonomisch werken is een manier van werken waarbij de kans op lichamelijke klachten zo klein mogelijk is.
Zie hiervoor de instructie.
Gebruik van materialen.
Gebruik van werkmaterialen.
Goede werkmaterialen zijn noodzakelijk voor ergonomisch werken. Goede werkmaterialen zorgen er ook voor de je minder snel moe wordt.
Goede materialen voorkomen rugklachten, spierpijn en verrekkingen. In grote instellingen werkt men vaak met professionele materialen. Thuis werkt je vaak met andere materialen en middelen.
In de komende weken leer je werken met professionele materialen en middelen.
Reinigen van sanitair.
Toilet schoonmaken met microvezel
Bekijk de filmpjes op de website. Let op: reklame !
Instructiekaart sanitair reinigen.
Reinigen van een werkruimte, kantoor of verblijfsruimte.
Instructiekaart reinigen van een interieur.
Toets
Toets
De was verzorgen
Werkkaarten Kleding/Linnendienst.
Gebruik Wasmachine
Gebruik Strijkmachine