Literatuur - Fictieautobiografie
Intro
Wat was jouw eerste leesboek?
Leerdoel
- Je kunt je ervaringen met fictie beschrijven.
- Je kunt een keurig verzorgd verslag maken.
Eindproduct
Je levert een keurig verzorgde fictieautobiografie in bij je docent.
Alleen of samen?
Deze opdracht doe je alleen.
Tijd
Je kunt twee lesuren gebruiken.
Stap1
Introductie
In deze opdracht ga je een fictieautobiografie maken.
Bekijk nog eens de informatie uit de Kennisbank.
KB: Wat is fictie?
Fictieautobiografie
In een fictieautobiografie beschrijf je jouw ervaringen met allerlei soorten fictie
(boeken, televisieseries, films, toneel, stripverhalen, gedichten en songteksten).
Hieronder vind je een voorbeeld van een fictieautobiografie.
Het verhaal is geschreven door een leerling uit de vierde klas van het vmbo.
Download hier de fictieautobiografie.
In de volgende stappen ga je steeds een stukje van jouw fictieautobiografie schrijven.
Geef bij iedere vraag een uitgebreid antwoord.
In de laatste stap ga je alles samenvoegen tot een mooi verslag.
Stap2
Thuis
In deze en de volgende stappen vind je vragen waar je antwoord op gaat geven.
Soms moet je een stukje schrijven, soms is een kort antwoord genoeg.
Houd alles wat je schrijft goed bij in een Worddocument.
In de laatste stap voeg je alles samen tot een verslag en heb je al je informatie nodig.
Geef je document de naam 'Fictieautobiografie'.
Vergeet niet je naam erboven te zetten.
In deze stap ga je terugdenken aan de periode toen je nog heel jong was, de periode voor de basisschool.
Baby-dreumes-peuter-kleuter
Kijk hieronder voor de vragen die je moet beantwoorden.
-
- Wat is je eerste herinnering aan een boek?
- Werd er vroeger bij jou thuis voorgelezen?
- Werd je voorgelezen in het Nederlands of in een andere taal?
- Zijn er boeken die je je nog herinnert?
- Wat vond je mooi, spannend, interessant, grappig, eng enzovoort?
-
- Welke liedjes hoorde of zong je graag toen je nog klein was?
Werd er vaak voor jou gezongen?
- Zoek als voorbeeld de tekst van één ervan op.
Zorg dat de tekst in je verslag komt.
Schrijf deze over of plak de tekst in je Worddocument.
- Wat voor herinnering roept de tekst bij je op?
-
- Keek je als kleuter (veel) tv?
- Wat waren de televisieprogramma's die je keek?
- Wat was je lievelingsprogramma?
- Had je een lievelingsfilm?
Stap3
Basisschool
In deze stap beschrijf je jouw ervaring met fictie in de leeftijd van 6 - 12 jaar.
-
- Welke verhalen las je meester of juf op de basisschool voor?
- Wat vond je van die verhalen?
-
- Las je zelf wel eens toen je op de basisschool zat? Welke boeken waren dat?
- Noteer de titels in je fictieautobiografie.
- Waarom las je juist die boeken graag?
- Welke eigenschappen in die boeken spraken je aan?
-
- Keken jullie vroeger veel tv?
- Waren er speciale kinderprogramma's die je mocht zien?
- Waar keek je graag naar? Wat vond je er leuk aan? Beschrijf in het kort het programma.
- Waren er ook programma's waar je niet naar mocht kijken en andere kinderen wel?
- Weet je ook waarom je er niet naar mocht kijken?
-
- Luisterden jullie naar de radio? Had je zelf favoriete muziek?
Downloadde je deze, of kocht je ook wel eens een cd?
- Beschrijf het soort muziek en de artiesten die je tijdens je basisschool het leukste vond.
-
- Heb je tijdens de basisschool in een toneelstuk of een musical gespeeld?
- Zo ja, welke rol speelde je?
- Wat vond je er van?
-
- Las je strips?
- Wat was je lievelingsstrip?
Stap4
Voortgezet onderwijs: onderbouw
In deze stap ga je in op de boeken die je las (of juist niet las) in de onderbouw.
-
- Welke boeken las je graag toen je in de onderbouw van het voortgezet onderwijs zat?
- Waar gingen die boeken over en waarom vond je ze mooi,
pannend, interessant enzovoort?
- Welke eigenschappen spraken je aan?
Waren dat andere dan toen je op de basisschool zat?
-
- Welke boeken spraken je minder of helemaal niet aan?
- Waarom niet?
-
- Misschien las je niet graag.
Probeer uit te leggen waarom dat zo was,
bijvoorbeeld omdat je liever aan sport deed, films keek,
computerde, muziek luisterde enzovoort.
-
- Wat is in de onderbouw je favoriete soort fictie
(boeken, televisieseries, films, toneel, stripverhalen, gedichten en songteksten)?
- Is dat altijd je favoriete soort geweest?
Stap5
Voortgezet onderwijs: bovenbouw
Deze stap gaat over je huidige ervaringen met fictie.
Ook beschrijf je hoe je smaak is veranderd in de loop der jaren.
-
- Doordat je ouder bent geworden en verschillende teksten hebt gelezen,
is je smaak in de loop der jaren veranderd.
- Beschrijf in welk(e) opzicht(en) je smaak is veranderd.
-
- Lees je nog steeds?
- Welke boeken lees je nu graag en waarom? Beschrijf je smaak van nu.
- Of lees je nog steeds niet of weinig? Wat weerhoudt je ervan om te lezen?
-
- Wat voor soort boeken trekken je aan en waarom?
- Over welke onderwerpen wil je in de bovenbouw graag lezen?
-
- Wat is jouw favoriete filmacteur of –actrice?
- Wat vind je zo goed aan hem of haar?
-
- Ben je wel eens bij een cabaretvoorstelling geweest?
- Zo ja, van wie? Hoe vond je de voorstelling?
-
- Als je naar muziek luistert, luister je dan alleen naar de tekst of juist meer naar de muziek?
- Waar gaat je lievelingslied over?
-
- Zijn er mensen in je omgeving die je smaak beïnvloed hebben?
- Wie zijn dat? Hoe hebben ze je smaak beïnvloed?
-
- Is je smaak voor fictie door de jaren heen veranderd?
- Zo ja, hoe?
Stap6
Fictieautobiografie afmaken
In deze stap ga je jouw fictieautobiografie compleet maken.
- Voorkant: Maak een voorkant die past bij jouw fictieautobiografie.
Je kunt bijvoorbeeld plaatjes verwerken van boeken die jij leuk vindt.
Op de voorpagina moet minimaal je naam, klas en docent staan.
- Inhoudspagina: Maak een inhoudspagina.
Iedere stap van deze opdracht is een apart hoofdstuk.
- Hoofdstukken: Je hoofdstukken bestaan uit de antwoorden die jij op de vragen hebt gegeven.
- Verhaal: Maak een goedlopend verhaal van de antwoorden op de vragen.
Maak complete zinnen en zorg dat het verhaal een geheel wordt.
(Kijk eventueel nog eens naar het voorbeeld in stap 1.)
Schrijf dus niet alle vragen op in je biografie.
- Volgorde: Per hoofdstuk mag je zelf weten in welke volgorde je je antwoorden op de vragen laat terugkomen.
- Paginanummer: Vergeet niet op elke pagina een paginanummer te vermelden.
- Klaar?: Als je helemaal klaar bent, lever je de fictieautobiografie in bij je docent.
Hij/zij bepaalt op welke manier je werk wordt beoordeeld.