Je leesonderzoek is nu bijna klaar. Je gaat deze opdracht afronden met het maken van een leesportret in de vorm van een (digitale) poster.
Overleg met je docent of je de poster digitaal maakt of op papier.
Enkele tips voor een goed resultaat:
Denk goed na over de achtergrond, de kleuren, de letters en de lay-out.
De kleuren moeten de sfeer weergeven die bij jou past. Hoe voel je je als je leest? Hetzelfde geldt voor de letterstijl.
De lay-out gaat over de verdeling van alle onderdelen over je poster. Print de teksten, tijdlijn en foto's uit die je wilt gebruiken, als je de poster niet digitaal maakt.
Maak eerst een schets van je leesportret. Bij de verdeling zorg je dat jijzelf in het middelpunt staat. Zorg voor een overzichtelijke en niet te drukke indeling.
Een goed verzorgd en afgewerkt portret maakt indruk.
Vergeet niet je naam erop te vermelden.
Klaar?
Bekijk je leesportret nog eens kritisch. Heb je al je informatie erin verwerkt?
Lever het daarna in bij je docent.
Beoordeling
Je docent beoordeelt je leesportret met behulp van de volgende vragen:
Is duidelijk dat het leesportret over jou gaat?
Geef je een duidelijk overzicht van je lievelingsboeken en -schrijvers?
Maak je duidelijk welke genres je het liefst leest?
Maak je duidelijk hoe en waar jij het liefst leest?
Heb je ook kleuren en beeldmateriaal goed gebruikt om je portret te maken?
Ben je creatief en origineel geweest bij het samenstellen van je portret?
Op een informatieve poster kun je laten zien wat de belangrijkste delen van de lesstof zijn. Ook kun je weergeven hoe bepaalde delen zich tot elkaar verhouden.