Het Nederlandse verloskundig systeem is uniek.
Zwangere vrouwen worden begeleid door verloskundigen, ook tijdens de bevalling.
In de video hieronder krijg je uitleg over het werk van een verloskundige. Kijk de video en lees daarna de rest van de intro.
Je kunt zelf ervoor kiezen of je thuis of in het ziekenhuis bevalt. Mits er geen medische noodzaak is om in het ziekenhuis te bevallen.
Er is een actieve samenwerking tussen gynaecologen en verloskundigen,
zodat bij complicaties specialistische zorg in het ziekenhuis kan worden geboden.
Alleen vrouwen met een medische indicatie, staan onder controle van een gynaecoloog. Zo'n medische complicatie kan bijvoorbeeld een stuitligging zijn, een hoge bloeddruk of een eerdere moeilijke bevalling.
In de andere westerse landen wordt het zwanger zijn zelf al gezien als gezondheidsrisico.
Zwangere vrouwen worden in deze landen begeleid door gynaecologen en bevallen in het ziekenhuis.
In de volgende video kun je een voorlichtingsvideo zien van het bevallen in het Beatrixziekenhuis.
En soms gaat het niet zoals gebruikelijk...dat zie je in de volgende video:
Eindproduct
Je rondt de module af met het maken van een (digitale) poster over de werkzaamheden van een verloskundige of een verloskundig gynaecoloog in één van de trimesters van de zwangerschap.
Wat ga ik leren?
Leerdoelen
Aan het eind van deze module kun je:
het verloop van de menstruatiecyclus beschrijven voor en na bevruchting
aangeven wanneer een vrouw (on)vruchtbaar is in menstruatiecyclus
beschrijven wat er tijdens geslachtsgemeenschap gebeurt
beschrijven hoe de bevruchting in de eileider en innesteling in de baarmoeder van plaatsvindt
de werking van hormonen direct na de bevruchting en innesteling toelichten
de ontwikkeling van het embryo in de baarmoeder beschrijven
de manieren waarop een tweeling kan ontstaan uitleggen
de werking van hormonen vlak voor en direct na de bevalling toelichten
de veranderingen van het zuurstoftransport van pasgeboren baby’s toelichten
uitleggen wat een apgar-test inhoudt
de voor- en nadelen van moedermelk uiteenzetten
de werkzaamheden en bevoegdheden van verloskundige en verloskundig gynaecoloog toelichten
Zaad- en eicellen
De mannelijke geslachtscellen (zaadcellen) verschillen van de vrouwelijke (eicellen), maar er bestaan ook overeenkomsten. Maak een schema, met eventueel afbeeldingen, waarin je de geslachtscellen vergelijkt.
Vergelijk in ieder geval:
de grootte;
de manier van voortbewegen;
de hoeveelheid voedingsstoffen;
waar en wanneer de productie plaatsvindt;
wanneer een geslachtscel vrijkomt;
waar een geslachtscel vrijkomt;
welke hormonen invloed hebben op de productie;
aantal chromosomen.
Gebruik de volgende drie video's als bronnen. Vergelijk jouw schema na het maken met die van een klasgenoot.
Bronnen:
Maak nu de volgende oefening:
Stap 2: Menstruatiecyclus
Bestudeer nogmaals de theorie in de Kennisbank Geslachtsorganen over de follikels.
Het rijpen van een eicel en de eisprong (ovulatie) is een deel van de menstruatiecyclus.
Bestudeer de menstruatiecyclus, gebruik hierbij de Kennisbank Hormonale regeling van de voortplanting menstruatiecyclus zonder bevruchting.
Ovulatie
Bekijk de volgende video. Maak tijdens de video aantekeningen.
Bespreek na het kijken in de klas de woorden die je nog niet begrijpt en noteer de uitleg.
Stap 3: Vormen van seksualiteit
Bestudeer uit de Kennisbank het volgende onderwerp.
Liefde is niet zo zwart/wit als dat het op papier staat. Een gevoel is tenslotte niet goed te beschrijven. Maar het is wel belangrijk om te laten zien wat je voelt. Op die manier heb je de kans om jezelf te kunnen zijn, ongeacht je geaardheid.
Ga voor jezelf na of jij je veilig voelt je klas, of thuis, of waar dan ook. Heb jij iemand om mee te praten over je gevoelens? Zo niet, ga op zoek. Neem je docent of de vertrouwenspersoon op school in vertrouwen. Zij kunnen je helpen.
Onthoud één ding heel goed: Er is geen goed of fout bij geaardheid!
Stap 4: Bevruchting en innesteling
Bestudeer uit de Kennisbank de volgende twee onderwerpen:
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Grafieken en tabellen
Ga naar de menstruatiegrafiek in Binas.
Kopieer of scan het figuur en teken het vervolg voor een maand na een succesvolle bevruchting!
Gebruik zo nodig Grafieken en tabellen.
Controleer je antwoord met een medeleerling. Bespreek de grafiek in met de docent.
Zwangerschap
Vandaag komt een zwangere vrouw bij de verloskundige.
De verloskundige vraagt of ze:
een zwangerschapstest heeft gedaan
weet wanneer haar laatste menstruatie was (36 dagen geleden)
Ga na hoe een zwangerschapstest werkt.
Bereken vervolgens samen met een klasgenoot de uitgerekende datum van de vrouw.
Je kunt dit doen door uit te gaan van een regelmatige cyclus van 28 dagen.
Of bereken de datum digitaal.
Bevruchting
Bekijk in Binas welke figuren je kunt gebruiken over de bevruchting en innesteling. Kies twee afbeeldingen uit en leg aan een klasgenoot het figuur stap voor stap uit. Bedenk samen een proefwerkvraag voor de overige leerlingen met behulp van dit figuur. Noteer ze in een document dat je kunt delen met je docent.
Denk eraan: ook zij mogen Binas er straks bijhouden! Doe dit ook voor de tweede figuur. Lever de vragen met antwoorden in bij je docent.
Het doen voor de wetenschap
Een tijd geleden haalde een ‘wetenschappelijke’ foto de landelijke dagbladen en is nu dus ook te vinden via YouTube. Onderzoekers in Groningen hebben voor het eerst de geslachtsgemeenschap van een stel in een MRI-scan gefotografeerd.
Bekijk de video. Maak daarna het werkblad.
Werk deze oefening in tweetallen.
Per land verschillen de gebruiken bij de geboorte van een kind.
Zoek op internet naar de betekenis van verschillende geboorterituelen van minimaal 5 landen uit verschillende werelddelen.
Zoek de voor jullie opmerkelijkste geboorterituelen en verzamel hierover informatie, afbeeldingen en/of filmpjes.
Presenteer dit aan de rest van de klas.
Overleg met je docent op welke manier jullie dit presenteren en wat de daarbij horende beoordelingseisen zijn.
Kijk daarna de video. De informatie die je hoort gebruik je in deze stap.
Je hebt in stap 2 en 3 veel begrippen gehoord en gezien.
Maak van de begrippen digitale flitskaarten of maak papieren kaartjes. Kijk voor tips eventueel in de gereedschapskist.
Schrijf de volgende begrippen op de kaartjes: navelstreng, placenta, vruchtwater en binnenste- en buitenste vruchtvlies, foetus, hechtsteel, embryoblast of embryonaalknop, klievingsdeling, blastocyste of blastula en zygote, embryo.
Noteer op de achterkant de kenmerken en functies op van de begrippen.
Flashcards zijn eigenlijk geheugenkaartjes, die gebruikt kunnen worden bij het ophalen van kennis.
Elipsomtrekken
Maak op een A3- vel met elipsomtrekken op ware grootte de groei van het embryo duidelijk.
Doe dit per week voor de eerste maand en daarna per maand.
Teken een ♥ als het hartje klopt en een ★ als de vingers gevormd worden.
Gebruik informatie uit de films om je tekening aan te vullen of te verbeteren.
Overleg met je docent of je de elipsomtrekken in moet leveren of dat deze gepresenteerd moeten worden. Je hoort van je docent dan ook de beoordelingseisen.
Bronnen:
Tweelingen
Bestudeer nu de theorie van de Kennisbank:
En dan is het na 9 maanden zover: de bevalling kondigt zich aan.
Eigenlijk is het bij de mens geen 9 maanden, maar is de zwangerschapsduur 40 weken.
De uitgerekende datum is in het algemeen 40 weken na de eerste dag van de laatste menstruatie. Dus niet berekend vanaf de bevruchting!
In de volgende video's zie je twee bevallingsanimaties. In de eerste video krijg je een duidelijk uitleg over de verschillende fases van de bevalling. De tweede video laat de uitdrijvingsfase zien.
Na het kijken beantwoord je de vragen in de oefening. Een deel van de antwoorden kun je vinden in de beide video's.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Geboorte
Direct na de geboorte vindt er bij de baby een geweldige verandering plaats in het hele zuurstoftransport. Voor de geboorte krijgt de baby alles via de navelstreng en placenta.
Bij de eerste schreeuwen, worden de longen, die opgevouwen hebben gezeten, ontplooid.
Nu gaat de zuurstofopname alleen nog via de longen.
Bestudeer de informatie over de longen, het hart en de bloedsomloop van de foetus.
Het wel of niet geven van borstvoeding heeft invloed hebben op de hormoonhuishouding van een vrouw. Kijk naar de volgende video over het geven van borstvoeding.
Verloskundige of gynaecoloog?
Nederland staat bekend om de vele thuisbevallingen. In de intro heb je al kunnen lezen dat Nederland uniek is om tijdens de bevalling te worden begeleid door een verloskundige. Uit een wetenschappelijk onderzoek van het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMCU) blijkt dat vrouwen die thuis bevallen en alsnog naar het ziekenhuis moeten, bijna vier keer meer kans hebben dat hun baby overlijdt dan vrouwen die direct in het ziekenhuis onder toezicht van een gynaecoloog bevallen.
De verloskundigen zijn hiermee onder vuur komen te liggen.
Bekijk het filmpje:
De gynaecoloog of verloskundige
Je gaat beginnen aan de eindopdracht van deze module.
Werk in tweetallen.
Kies of je deze opdracht gaat uitvoeren om meer te weten over verloskundige of verloskundig gynaecoloog.
De verloskundige of verloskundig gynaecoloog begeleidt de zwangere vrouw.
De zwangerschapsperiode wordt vaak onderverdeeld in trimesters:
Trimester 1 betreft week 1 tot en met 13.
Trimester 2 betreft week 14 tot en met week 27.
Trimester 3 betreft week 28 tot de bevalling.
Kies één van de trimesters. Zorg dat alle trimesters worden bekeken. Waaruit bestaan de werkzaamheden van een verloskundig gynaecoloog in deze periode van de zwangerschap? Zet de werkzaamheden op een rijtje en geef daarbij een korte uitleg en verzamel afbeeldingen.
Besteed in ieder geval aandacht aan
Het onderzoek (zoals echografie, bloedtesten, vormen van prenatale diagnostiek).
De voorlichting (do’s en don’ts in zwangerschap, borstvoeding) die wordt gegeven.
De behandelingen (zoals strippen, inleiden van bevalling, bevalling).
Geef verder antwoord op de volgende vragen:
Welke opleiding is nodig om verloskundige of verloskundig gynaecoloog te worden?
Hoe ziet de opleiding eruit (lengte, vooropleiding, selectiecriteria).
Waar kun je deze opleiding volgen?
Welk wetenschappelijk onderzoek wordt er door de ‘specialist’ gedaan?
Gebruik hierbij verschillende bronnen en/of neem een interview af met een verloskundige of gynaecoloog.
Is één van de genoemde opleidingen en beroepen iets voor jou? Leg uit waarom wel of juist niet.
Maak met de gevonden informatie een (digitale) poster, bijvoorbeeld met Glogster of een presentatie.
Deel de poster met je klasgenoten en zorg ervoor dat je van alle trimester een goede poster bewaard.
Geef ten slotte antwoord op de vraag: Is het unieke verloskundige systeem in Nederland oorzaak van de hoge babysterfte in Nederland?
Maak hiervan voor jezelf een betoog van maximaal twee A4’tjes. Dit betoog is jouw leidraad in het debat dat aan de hand van de stelling in de klas wordt gehouden.
Beoordeling
Je docent beoordeelt de poster niet alleen op zijn aantrekkelijkheid/verzorging, maar vooral aan de hand van de gegeven antwoorden over:
het onderzoek (dat (kan) worden uitgevoerd.
de voorlichting die wordt gegeven.
de behandelingen die kunnen worden uitgevoerd.
mogelijke onderzoeken.
de opleiding die nodig is.
details over de opleiding.
of en welk wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan.
het wel of niet aangetrokken voelen toe één van de beroepen.
is het unieke verloskundige systeem in Nederland oorzaak van de hoge babysterfte in Nederland?
Je docent beoordeelt jouw deelname aan het debat als volgt:
er is een actieve bijdrage in het debat.
de reacties die worden gegeven hebben biologisch goed onderbouwde argumenten.
uit de bijdrage blijkt dat je vooraf hebt nagedacht over het antwoord op de vraag.
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je wat je moet kunnen?
Hoe ging het?
Tijd
Ben je ongeveer 6 SLU met deze opdracht bezig geweest.
Heb je in die tijd alle stappen helemaal kunnen doorlopen?
Inhoud
Verloskunde is iets wat nu misschien nog een 'ver-van-je-bed-show' is. Maar als je niet oppast, zou je er zomaar al mee te maken kunnen krijgen. Voor meisjes zou het ook zomaar zo kunnen zijn dat ze al eens een bezoek aan de gynaecoloog hebben gemaakt.
Sprak het onderwerp je aan? Waarom wel of waarom niet?
Examenopgaven
Is het gelukt om alle antwoorden en onderwerpen op de poster te laten zien?
Hoe vond je je eigen bijdrage aan het debat? Hoe zie jij je eigen rol in dit geheel? Ben jij juist passief of actief?
Het arrangement Module: Gynaecoloog of verloskundige? - v456 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vwo leerjaar 4/5/6. Dit is thema ’Seksualiteit en voortplanting'. Het onderwerp van deze les is: gynaecoloog of verloskundige.
Aan het eind van deze module kun je:
het verloop van de menstruatiecyclus beschrijven voor en na bevruchting
aangeven wanneer een vrouw (on)vruchtbaar is in menstruatiecyclus
beschrijven wat er tijdens geslachtsgemeenschap gebeurt
beschrijven hoe de bevruchting in de eileider en innesteling in de baarmoeder van plaatsvindt
de werking van hormonen direct na de bevruchting en innesteling toelichten
de ontwikkeling van het embryo in de baarmoeder beschrijven
de manieren waarop een tweeling kan ontstaan uitleggen
de werking van hormonen vlak voor en direct na de bevalling toelichten
de veranderingen van het zuurstoftransport van pasgeboren baby’s toelichten
uitleggen wat een apgar-test inhoudt
de voor- en nadelen van moedermelk uiteenzetten
de werkzaamheden en bevoegdheden van verloskundige en verloskundig gynaecoloog toelichten
beschikbare informatie in Binas gebruiken
Leerniveau
VWO 6;
VWO 4;
VWO 5;
Leerinhoud en doelen
Biologie;
Bevruchting bij de mens;
Reproductie;
Levenscyclus;
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor vwo leerjaar 4/5/6. Dit is thema ’Seksualiteit en voortplanting'. Het onderwerp van deze les is: gynaecoloog of verloskundige.
Aan het eind van deze module kun je:
het verloop van de menstruatiecyclus beschrijven voor en na bevruchting
aangeven wanneer een vrouw (on)vruchtbaar is in menstruatiecyclus
beschrijven wat er tijdens geslachtsgemeenschap gebeurt
beschrijven hoe de bevruchting in de eileider en innesteling in de baarmoeder van plaatsvindt
de werking van hormonen direct na de bevruchting en innesteling toelichten
de ontwikkeling van het embryo in de baarmoeder beschrijven
de manieren waarop een tweeling kan ontstaan uitleggen
de werking van hormonen vlak voor en direct na de bevalling toelichten
de veranderingen van het zuurstoftransport van pasgeboren baby’s toelichten
uitleggen wat een apgar-test inhoudt
de voor- en nadelen van moedermelk uiteenzetten
de werkzaamheden en bevoegdheden van verloskundige en verloskundig gynaecoloog toelichten
beschikbare informatie in Binas gebruiken
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Cyclusgrafiek
Bevalling
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.