Thema: Werkloosheid - vmbo-kgt34

Thema: Werkloosheid - vmbo-kgt34

Werkloosheid

Inleiding

Als het aantal mensen dat wil werken groter is dan het aantal banen, dan is er werkloosheid. Werkloosheid kan ontstaan omdat we met zijn allen minder producten kopen of bijvoorbeeld omdat bedrijven failliet gaan. Om de werkloosheid te bestrijden neemt de overheid verschillende maatregelen. Werkloos zijn is niet leuk. Dat geldt niet alleen voor de werkloze zelf, maar ook voor de overheid. 

Bekijk een stukje van deze video.


Eindopdracht
De eindopdracht van dit thema is het houden van een interview met iemand die zonder werk zit.
Je probeert erachter te komen waarom de geïnterviewde werkloos is. Wat hij/zij heeft gedaan om werk te vinden. En wat de gevolgen zijn van het werkloos zijn.

Naast de eindopdracht vind je bij de afsluiting ook een overzicht van alle Kennisbankitems van dit thema plus een begrippenlijst, een diagnostische toets, examenvragen en enkele vragen die je helpen bij het terugkijken op het thema.

Genoeg te doen. Aan de slag!

Wat kan ik straks?

Aan het eind van het thema kan ik:

  • de begrippen werkgelegenheid, werkloosheid, geregistreerde werklozen en verborgen werklozen omschrijven.
  • omschrijven wat de gevolgen kunnen zijn als ik werkloos word.
  • omschrijven wat bedoeld wordt met conjuncturele werkloosheid.
  • vier verschillende 'partijen' noemen die zorgen voor de vraag naar producten.
  • drie voorbeelden noemen van maatregelen die de overheid kan nemen om de conjuncturele werkloosheid te bestrijden.
  • het begrip structurele werkloosheid omschrijven.
  • minimaal drie oorzaken noemen waardoor structurele werkloosheid kan ontstaan.
  • het begrip arbeidstijdverkorting omschrijven en kan ik een voorbeeld van arbeidstijdverkorting noemen.
  • uitleggen hoe ik met arbeidstijdverkorting structurele werkloosheid kan bestrijden.
  • de begrippen seizoenswerkloosheid, frictiewerkloosheid en kwalitatieve structurele werkloosheid omschrijven.
  • aangeven waarom omscholing en bijscholing kunnen helpen bij het bestrijden van kwalitatieve structurele werkloosheid.
  • uitleggen waarom loonmatiging een goed middel is ter bestrijding van de structurele werkloosheid.

Wat ga ik doen?

Het thema Werkloosheid bestaat uit de volgende onderdelen:

Voor je aan de slag gaat met de afsluiting maak je vier of vijf opdrachten.
In de tabel staat per activiteit hoeveel lessen je ongeveer nodig hebt.

Activiteit

Aantal lessen

Inleiding

0,5

Wat kan ik straks?

 

Wat ga ik doen?

 

Opdracht: Wat is werkloosheid?

2

Opdracht: Conjuncturele werkloosheid

2

Opdracht: Structurele werkloosheid

2

Opdracht: Nog meer werkloosheid

2

Opdracht: Kees is werkloos*

2

Afsluiting

 

Samenvattend

0,5

Eindopdracht

2

D-toets

0,5

Examenvragen

1

Terugkijken

0,5

Totaal:

15

 

*Extra opdracht

Opdrachten

Wat is werkloosheid?

Wat is werkloosheid?

Intro

In de tabel zie je de gegevens over de vraag naar arbeid en het aanbod van arbeid in Nederland in 2016.

Totale bevolking in 2016

16.979.120

Aantal personen van 15-75 jaar

  8.965.000

Aantal personen met een baan

  8.478.000

Aantal vacatures

     171.200

Aantal werkzoekenden zonder baan

     487.000

CBS: december 2016

Wat denk jij?

Is er voor iedereen die wil werken een baan?
Hoe kan het, denk je, dat er tegelijk werkzoekenden zonder baan en vacatures zijn?

Bespreek je antwoord met een klasgenoot.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • de begrippen werkgelegenheid, werkloosheid, geregistreerde werklozen en verborgen werklozen omschrijven.
  • omschrijven wat de gevolgen kunnen zijn als ik werkloos word.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Leervragen

Stap 1

Wat wordt bedoeld met werkgelegenheid en beroepsbevolking?

Stap 2

Wanneer behoort iemand tot de geregistreerde werklozen?

Stap 3

Hoe bereken ik het percentage werklozen?

Stap 4

Waarom willen werklozen vaak direct weer aan de slag?

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 3 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Werkgelegenheid/beroepsbevolking

Bestudeer uit de Kennisbank de bladzijden 1 en 2 van het volgende onderdeel:

Werkgelegenheid en beroepsbevolking


Doe de oefeningen.

Stap 2: Werkloosheid

Bestudeer uit de Kennisbank de bladzijde 'Geregistreerde verborgen werkloosheid'.
Bekijk ook de video op de tweede pagina.

Geregistreerde en verborgen werkloosheid


Doe de oefeningen.

Stap 3: Werkloosheid per regio

Werkloosheid kan in bepaalde regio's hoger zijn dan gemiddeld in het land.
Er kunnen verschillende redenen zijn waarom de werkloosheid per regio verschilt.

Doe de oefening.

Stap 4: Gevolgen werkloosheid

Doe de onderstaande opdracht. 

Afronding

Samenvattend

Wat heb je geleerd?

Terugkijken

Intro

  • Bekijk de intro opnieuw. Past de intro goed bij de opdracht?
    Waarom wel/niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Zorg dat je alle genoemde begrippen kunt omschrijven.
    Kun je ook omschrijven wat de gevolgen kunnen zijn als je werkloos wordt.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Hoelang ben je met de opdracht bezig geweest?
  • Inhoud
    Ken je iemand die werkloos is? Heeft hij/zij zich ingeschreven bij het UWV?
    Wat doet hij/zij om aan een baan te komen?
  • Afronding - Samenvattingsopdracht
    Was het fijn om de theorie nog even op een rijtje te kunnen zetten?

Conjucturele werkloosheid

Conjuncturele werkloosheid

Intro

Vraag naar stenen
In een steenfabriek werken 25 mensen. 
Iedere werknemer werkt 8 uur per dag en maakt gemiddeld 100 stenen per uur.

  1. Hoeveel stenen kunnen er per dag in de steenfabriek worden gemaakt?

De vraag naar de stenen die worden gemaakt in de steenfabriek is de laatste tijd afgenomen.
De steenfabriek kan per dag maar 16.000 stenen verkopen.

  1. Met hoeveel mensen kan het bedrijf 16.000 stenen per dag maken?
  2. Wat zal er gebeuren als het bedrijf niet meer dan 16.000 stenen per dag kan verkopen?

Bespreek de antwoorden met je buurvrouw/buurman.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • omschrijven wat bedoeld wordt met conjuncturele werkloosheid.
  • vier verschillende 'partijen' noemen die zorgen voor de vraag naar producten.
  • drie voorbeelden noemen van maatregelen die de overheid kan nemen om de conjuncturele werkloosheid te bestrijden.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Leervragen

Stap 1

Wat is conjuncturele werkloosheid?

Stap 2

Wie zijn de vragers van producten?
Waarom leidt een afname van de vraag naar producten tot een stijging van de werkloosheid?

Stap 3

Wat is de relatie tussen het consumentenvertrouwen en de koopbereidheid?

Stap 4

Hoe kan de overheid de conjuncturele werkloosheid bestrijden?

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Eindopdracht

Beantwoord de vragen over (het bevorderen) van vrijhandel.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Conjuncturele werkloosheid

Er zijn verschillende oorzaken van werkloosheid.
Je spreekt van conjuncturele werkloosheid als er te weinig vraag is naar (Nederlandse) producten.

Bestudeer uit de Kennisbank alleen de eerste bladzijde van het volgende onderdeel:

Conjuncturele werkloosheid


Doe de oefening.

Stap 2: Vraag naar producten

De vraag naar producten wordt uitgeoefend door:

  • gezinnen: gezinnen consumeren
  • bedrijven: bedrijven investeren
  • overheid: overheid doet overheidsbestedingen
  • buitenland: bedrijven exporteren naar het buitenland

Doe de oefeningen.

Stap 3: Consumentenvertrouwen/koopbereidheid

Het consumentenvertrouwen is een getal dat informatie geeft over het vertrouwen en de verwachtingen van consumenten over de ontwikkelingen van de Nederlandse economie. Als het consumentenvertrouwen hoog is, denken de consumenten gunstig over de economie. Is het consumentenvertrouwen laag, dan denken consumenten negatief over het economische klimaat.

Stap 4: Bestrijding werkloosheid

Bestudeer uit de Kennisbank alleen pagina 1 van het volgende onderdeel:

Werkloosheid bestrijden

 

Doe de drie oefeningen

Afronding

Eindopdracht: Vrijhandel

Doe samen met een klasgenoot de onderstaande opdracht. 

Terugkijken

Intro

  • Bekijk de intro opnieuw. Past de intro goed bij de opdracht?
    Waarom wel/niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Zorg dat je alle genoemde begrippen kunt omschrijven.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Hoelang ben je met de opdracht bezig geweest?
    Welke stap heeft het meeste tijd gekost?
  • Inhoud
    Wist je al van het bestaan van een cao? Schrijf op wat nieuw voor je was.
  • Afronding - Samenvattingsopdracht
    Was het fijn om de theorie nog even op een rijtje te kunnen zetten?

Structurele werkloosheid

Structurele werkloosheid

Intro

Mensen worden vervangen door machines
In 2017 werkten er in een steenfabriek 25 mensen. 
Iedere werknemer werkte 8 uur per dag en produceerde 100 stenen per uur.

  1. Hoe stenen werden er in 2017 per dag gemaakt in de fabriek?

In 2018 nam het bedrijf een nieuwe machine in gebruik.
Iedere werknemer kan nu per uur 125 stenen produceren.
Het bedrijf blijft per dag evenveel stenen maken.

  1. Met hoeveel mensen kan het bedrijf na het ingebruiknemen van de machine 20.000 stenen maken?
  2. Wat zal er gebeuren als het bedrijf per dag niet meer dan 20.000 stenen kan verkopen?

Heb je dezelfde antwoorden als je buurman/buurvrouw?

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • het begrip structurele werkloosheid omschrijven.
  • minimaal drie oorzaken noemen waardoor structurele werkloosheid kan ontstaan.
  • het begrip arbeidstijdverkorting omschrijven en kan ik een voorbeeld van arbeidstijdverkorting noemen.
  • uitleggen hoe ik met arbeidstijdverkorting structurele werkloosheid kan bestrijden.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Leervragen

Stap 1

Wat is structurele werkloosheid? Waardoor ontstaat structurele werkloosheid?

Stap 2

Weet je het verschil tussen structurele en conjuncturele werkloosheid?

Stap 3

Wat is arbeidstijdverkorting? Hoe kan arbeidstijdverkorting bijdragen aan het terugdringen van de werkloosheid?

Stap 4

Hoe kan de overheid de werkloosheid bestrijden?

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Samenvattend

Maak de samenvattingsopdracht.

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Structurele werkloosheid

Bestudeer nu in de Kennisbank de tweede bladzijde van het onderdeel:

Oorzaken werkloosheid

Bekijk de video.

Doe ook de volgende oefening.

Stap 2: Structureel of conjunctureel?

Doe de volgende oefeningen.

Stap 3: Arbeidstijdverkorting

Bestudeer nu in de Kennisbank de informatie over:

Arbeidstijdverkorting


Doe de volgende drie oefeningen.

Stap 4: Bestrijding werkloosheid

De overheid kan maatregelen nemen om de structurele werkloosheid te bestrijden.

Doe de oefeningen.

Afronding

Samenvattend

Wat heb je geleerd?

Terugkijken

Intro

  • Bekijk de intro opnieuw. Past de intro goed bij de opdracht?
    Waarom wel/niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Maak bij ieder leerdoel een vraag en geef antwoord op die vraag.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Heb je alle stappen in 2 uur kunnen zetten?
    Welke stap heeft het meeste tijd gekost?
  • Inhoud
    Is arbeidstijdverkorting altijd een goede manier om de werkloosheid te bestrijden?
    Wanneer wel en wanneer niet?
  • Afronding - Samenvattingsopdracht
    Was het fijn om de theorie nog even op een rijtje te kunnen zetten?

Nog meer werkloosheid

Nog meer werkloosheid

Intro

In de horeca is de werkgelegenheid niet altijd even groot.

Bekijk de video. 

Wat denk jij?

In welke seizoenen is er het meeste werk in de horeca?

Bespreek je antwoord met een klasgenoot.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:

  • de begrippen seizoenswerkloosheid, frictiewerkloosheid en kwalitatieve structurele werkloosheid omschrijven.
  • aangeven waarom omscholing en bijscholing kunnen helpen bij het bestrijden van kwalitatieve structurele werkloosheid.
  • uitleggen waarom loonmatiging een goed middel is ter bestrijding van de structurele werkloosheid.

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap

Leervragen

Stap 1

In welke sectoren komt seizoenswerkloosheid voor?

Stap 2

Wat is frictiewerkloosheid en wat is kwalitatieve structurele werkloosheid?

Stap 3

Wat is bijscholing en wat is omscholing? Waarom werkt loonmatiging bij de bestrijding van werkloosheid.

Stap 4

Waarom verschilt de werkloosheid tussen bevolkingsgroepen?

Afronding

Onderdeel

Activiteit

Terugkijken

Terugkijken op de opdracht.

 

Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 uur nodig.

Aan de slag

Stap 1: Seizoenswerkloosheid

Bestudeer uit de Kennisbank ook de pagina over Seizoenswerkloosheid.

Seizoenswerkloosheid

 

Doe de oefeningen.

Stap 2: Nog meer werkloosheid

Bestudeer in de Kennisbank de informatie over frictiewerkloosheid en kwalitatieve structurele werkloosheid.

Nog meer werkloosheid


Doe de oefeningen.

Lees het onderstaande krantenartikel.

Enorm tekort aan technisch personeel: 63.000 vacatures
Grote technische bedrijven als ASML en Philips gaan actief in het buitenland personeel werven om de enorme tekorten aan technisch personeel in Nederland op te vangen. Dat schrijft NRC Handelsblad vandaag. Met name de hightechindustrie in Brabant wil een gezamenlijke strategie ontwikkelen om de internationale arbeidsmarkt te bewerken.

Het tekort aan technisch personeel op de Nederlandse arbeidsmarkt loopt volgend jaar op tot 63.000. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Maastricht in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken. Voor elk procent dat de economie groeit, komen daar nog eens jaarlijks 13.000 vacatures bij. Het Nederlandse bedrijfsleven loopt nu al voor miljoenen euro’s aan opdrachten mis omdat er te weinig personeel is om die uit te voeren.

"Voorlopig moeten we het hebben van het buitenland. Want er gaat een decennium overheen, voordat Nederlandse studenten de bèta-opleidingen in de elektrotechniek, de fysica of de software interessant genoeg vinden."

Bron: www.nrc.nl - 5 januari 2013

 

Maak nu met behulp van het krantenartikel de volgende oefening.  

Stap 3: Bestrijding werkloosheid

Bestudeer nu in de Kennisbank de informatie over bijscholing en omscholing en de informatie over loonmatiging.

Bijscholing en omscholing

Doe de oefeningen.

Stap 4: Soorten werkloosheid

Doe de oefeningen.

Afronding

Terugkijken

Intro

  • Bekijk de intro opnieuw.
    Past de video goed bij de opdracht? Waarom wel/niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Zorg dat je alle genoemde begrippen kunt omschrijven.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Heb je alle vier de stappen in 2 uur kunnen zetten?
  • Inhoud
    Waarom is het voor veel scholieren/studenten niet zo erg dat de werkgelegenheid in de zomer hoger is dan in de winter?

Kees is werkloos

Kees is werkloos

Intro

Kees is 26 jaar en is werkloos geworden. Kees werkte als beveiliger bij een warenhuis. Kees heeft een mbo-diploma en is op zoek naar ander werk. 

Denk, samen met een klasgenoot, eens na over de volgende vragen.

  • Komt Kees in aanmerking voor een WW-uitkering?
  • Waardoor kan Kees werkloos geworden zijn?
  • Wat gaan bedrijven doen als er veel werkloosheid is?
  • Wat kan Kees zelf doen om weer aan het werk te komen?
  • Wat kan de overheid doen om Kees aan het werk te helpen?

Over de oorzaken en gevolgen van werkloosheid ga je straks een aantal vragen beantwoorden.

Kennisbank Economie

Voor je aan de slag gaat met het beantwoorden van de vragen die horen bij deze opdracht, bestudeer je de theorie in het volgende items in de Kennisbank Economie.


Bekijk ook de video.

Zorg dat je antwoord kunt geven op de volgende vragen:

  1. Is een bedrijf een vrager of een aanbieder op de arbeidsmarkt?
  2. Een winkel kan failliet gaan omdat niemand meer spullen bij dat bedrijf koopt.
    Hoe noem je de werkloosheid die dan kan ontstaan?
  3. Hoe noem je werkloosheid die ontstaat als een bedrijf mensen vervangt door machines?
  4. Wanneer kan iemand die werkloos is een uitkering krijgen?
  5. Wat wordt bedoeld met arbeidstijdverkorting?
  6. Wat is het verschil tussen bijscholing en omscholing?

Bespreek de vragen en antwoorden op de vragen met een klasgenoot.

Vragen Kees is werkloos

Beantwoord de vragen.

Afsluiting

Samenvattend

Hier vind je de Kennisbankitems die horen bij dit thema.

werkloosheid
de vraag naar arbeid is kleiner dan de het aanbod van arbeid.

geregistreerde werkloosheid
Je behoort tot de geregistreerde werklozen als je:

  • tussen de 15 en 67 bent.

  • geen werk hebt en wilt werken.

  • staat ingeschreven bij het UWV.

  • direct beschikbaar bent.

verborgen werkloosheid
werklozen die niet voldoen aan één van de vier eisen van de geregistreerde werklozen.

frictiewerkloosheid
werkloosheid die het gevolg is van het verwisselen van baan.

seizoenswerkloosheid
werkloosheid die ontstaat doordat er in bepaalde maanden van het jaar minder werk is.

werkgelegenheid in personen
het totale aantal arbeidsplaatsen.

beroepsbevolking
alle werkenden en werkzoekenden tussen de 15 en 67 jaar die minimaal 12 uur per week willen en kunnen werken.

conjuncturele werkloosheid
werkloosheid die het gevolg is van een kleinere vraag naar producten.

structurele werkloosheid
werkloosheid die ontstaat als er arbeidsplaatsen verdwijnen.

arbeidstijdverkorting
werknemers gaan korter werken:

  • minder uren per dag/week;

  • minder dagen per jaar;

  • minder jaren per arbeidsleven

omscholen
werknemers volgen een opleiding om een nieuw beroep te leren.

loonmatiging
het niet of nauwelijks laten stijgen van de lonen.

kwalitatieve structurele werkloosheid
werkloosheid die ontstaat doordat de scholing van werknemers niet aansluit bij de vraag van bedrijven.

bijscholen
werknemers volgens cursussen om de kennis op hun eigen vakgebied op peil te houden.

Eindopdracht

Werkloos
Lees een stukje van de weblog die op 25 september 2013 op de site van de NRC stond.

"Niek ligt werkloos en alleen thuis op de bank chips te eten - help hem"
Door Pilippus Zandstra

114 dagen and still counting: zo lang is grafisch vormgever Niek Gooren werkloos. Hij spendeert zijn dagen op de bank, met een zak chips en een gameconsole. Alleen. En dus zonder werk. Hij maakte er een site over die sinds vandaag een hit op internet is. “Ik moet alle reacties nog lezen.”

Niek Gooren heeft er acht mooie jaren op zitten als multi-mediavormgever. In juli krijgt hij echter te horen dat zijn baas geen gebruik meer gaat maken van zijn diensten. En dus komt Niek in de WW terecht.

“Eerst ga je bij je vrienden kijken of die wat weten. Maar overal krijg je hetzelfde verhaal: het gaat slecht in de mediabranche.
Ik ging me vervolgens inschrijven bij uitzendbureaus, maar die hadden geen passende vacatures. Of het was productiewerk,
achter de lopende band. Heb ik geen moeite mee. Ik kreeg echter te horen dat ik te hoog opgeleid was.”

GRAUWE WERKELIJKHEID Zo verstrijken de dagen. Niek blijft thuis zitten, verstuurt talloze sollicitatiebrieven maar wordt nooit op gesprek uitgenodigd. Laat staan dat hij überhaupt een reactie op zijn brieven krijgt. Het moet dus anders.

“Ik zie veel collega’s met standaard portfolio’s, met alle projecten waar ze aan hebben gewerkt. Dat werkt ook niet.
Ik besloot daarom om de grauwe werkelijkheid te schetsen en mijn eigen situatie als uitgangspunt te nemen.”

Het resultaat daarvan is dus www.helpniekuitdeww.nl.
Een speelse, visueel aantrekkelijke site waarin een kijkje wordt gegeven in het leven van Niek.

Bron: nrc.nl


Ken jij zelf iemand die werkloos is? Lijkt zijn/haar verhaal op het verhaal van Niek of is zijn/haar verhaal heel anders. Niek heeft ondertussen gelukkig werk gevonden. Helaas geldt dat niet voor iedereen die werkloos is.....

Eindproduct
Het eindproduct dat je maakt ter afsluiting van dit thema is een interview met iemand die werkloos is of enige tijd werkloos is geweest.
Je probeert erachter te komen waarom de geïnterviewde werkloos is geworden. Wat hij/zij heeft gedaan (of doet) om werk te vinden.
En wat de gevolgen zijn van het werkloos zijn.

Vragen maken
Bedenk samen welke vragen jullie willen stellen tijdens het interview. Maak een goede mix van open en gesloten vragen.
Bekijk eventueel het volgende document: Open vragen en gesloten vragen .

Afspraak maken
Vragen klaar? Dan zijn jullie nu klaar voor het interview.
Natuurlijk moet je eerst nog wel een afspraak maken met de geïnterviewde. Tijd en plaats kun je snel genoeg afspreken, maar ook kan het handig zijn om een aantal vragen van tevoren door te geven.
De geïnterviewde kan zich dan voorbereiden. Je hebt dan meer zekerheid dat je bruikbare antwoorden krijgt!

Het gesprek zelf
Het is handig om het interview ook op te nemen met behulp van een recorder of ander opnameapparaat.
Je kunt dan altijd terugluisteren wat er precies is gezegd.
Hebben jullie het gevoel dat je niet echt antwoord krijgt... of dat de geïnterviewde het antwoord ontwijkt? Ga dan niet verder met de volgende vraag, maar stel de vraag nogmaals. Maar natuurlijk probeer je het wel gezellig te houden.

Uitwerken interview
Als het gesprek is afgelopen, begint het laatste onderdeel van je interview: het uitwerken van het interview.
Jullie kunnen kiezen uit twee vormen:

  • Directe vorm: Jullie schrijven de vragen op en de antwoorden ertussen.
    De antwoorden hoeven jullie niet letterlijk over te nemen; jullie vatten de antwoorden samen.
  • Indirecte vorm: Jullie maken van de vragen en antwoorden een aaneengesloten verhaal.
    Hierbij kunnen jullie zelf meer keuzes maken en het verhaal sturen in de richting van jullie doel van het interview.
    Jullie kunnen overslaan wat niet belangrijk is, of niet interessant genoeg.

Welke vorm jullie ook kiezen, zorg dat jullie antwoord geven op de vragen in de inleiding.

Klaar?
Vergeet niet, je interview te laten lezen aan degene die je geïnterviewd hebt.
Wacht zijn/haar reacties af voordat je het interview laat beoordelen door je docent.
Kijk voor de beoordelingscriteria in de gereedschapskist.

Interview afnemen

Je bevraagt een ander over een bepaald onderwerp.

 

Diagnostische toets

Test je kennis. Maak de diagnostische toets.

Examentraining

Je hebt de thema's die te maken hebben met Arbeid en productie afgerond.

Hier vind je de examentraining Arbeid en productie. In deze examentraining staat de examenstof nogmaals kort uitgelegd, kun je oefenopgaven maken en ga je aan de slag met opdrachten uit eerdere examens.

Overleg met de docent wanneer je de examentraining gaat doen.

Examentraining Arbeid en productie vmbo-kgt

 

Wil je meer oefenen en met recentere examens?
Ga dan naar ExamenKracht.

Terugkijken

Intro

  • Bekijk de intropagina nog eens.
    Wat vond je van de video? Past de video bij het thema?
    Waarom wel of waarom niet?

Kan ik wat ik moet kunnen?

  • Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
    Zorg dat je alle vetgedrukte begrippen kunt omschrijven.

Hoe ging het?

  • Tijd
    Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 15 uur met dit thema bezig zou zijn.
    Klopte dat ongeveer? Heb je in die tijd ook de extra opdracht kunnen doen?
  • Inhoud
    Het thema bestaat uit vier gewone opdrachten en één extra opdracht.
    Welke opdracht bevatte bijna geen nieuwe stof?
    Welke opdracht bevatte juist wel nieuwe stof?
    Schrijf twee nieuwe dingen op die je geleerd hebt.
  • Eindopdracht
    Heb je de eindopdracht gemaakt? Wat vond je van de opdracht?
    Past de opdracht goed bij het thema?
  • D-toets
    Wat was je score voor de D-toets? Ben je tevreden met die score?
    Heb je geleerd van de fouten die je hebt gemaakt?
  • Examenvragen
    Veel examenvragen bij dit thema. Heb je alle examenvragen gemaakt?
    Ging het goed?
    Wil je meer oefenen en met recentere examens?
    Ga dan naar ExamenKracht.
  • Het arrangement Thema: Werkloosheid - vmbo-kgt34 is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.

    Auteur
    VO-content
    Laatst gewijzigd
    2025-11-18 08:47:25
    Licentie

    Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:

    • het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
    • het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
    • voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

    Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

    Het thema 'Werkloosheid' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.

    Fair Use
    In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Meer informatie: Fair use

    Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content.

    Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

    Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

    Toelichting
    Dit thema valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollecties voor economie voor vmbo-kgt34. In dit thema gaat het over werkloosheid. Dit thema begint met een inleiding, vervolgens komen de leerdoelen, en daarna wat je gaat doen in dit thema. Dan kom je bij de opdrachten die horen bij dit thema, dit zijn: Wat is werkloosheid?, Conjuncturele werkloosheid, Structurele werkloosheid, Nog meer werkloosheid en Kees is werkloos. Begrippen die hier belangrijk zijn: werkloosheid, werkgelegenheid, arbeidstijdverkorting en structurele werkloosheid. De eindopdracht van dit thema is een interview afnemen met iemand die werkloos is. Na de eindopdracht komt een D-toets, hier worden 11 meerkeuzevragen gesteld over het thema: Werkloosheid. Vervolgens worden er nog verschillende examenvragen weergegeven die horen bij dit thema. Dit thema eindigt met het terugkijken op dit thema, dus hoe ging het? en kan ik wat ik moet kunnen?
    Leerniveau
    VMBO gemengde leerweg, 3; VMBO theoretische leerweg, 4; VMBO theoretische leerweg, 3; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO gemengde leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3;
    Leerinhoud en doelen
    Arbeid, productie en bedrijfsleven; Economie;
    Eindgebruiker
    leerling/student
    Moeilijkheidsgraad
    gemiddeld
    Studiebelasting
    15 uur 0 minuten
    Trefwoorden
    arbeidstijdverkorting, arrangeerbaar, conjuncturele werkloosheid, economie, loonmatiging, stercollectie, structurele werkloosheid, vmbokgt34, werkgelegenheid, werkloosheid

    Gebruikte Wikiwijs Arrangementen

    VO-content Economie. (2020).

    Opdracht (extra): Werkloosheid -vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/73816/Opdracht__extra___Werkloosheid__vmbo_kgt34

    VO-content Economie. (2020).

    Opdracht: Conjuncturele werkloosheid - vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/73813/Opdracht__Conjuncturele_werkloosheid___vmbo_kgt34

    VO-content Economie. (2020).

    Opdracht: Nog meer werkloosheid - vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/73815/Opdracht__Nog_meer_werkloosheid___vmbo_kgt34

    VO-content Economie. (2020).

    Opdracht: Structurele werkloosheid - vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/73814/Opdracht__Structurele_werkloosheid___vmbo_kgt34

    VO-content Economie. (2020).

    Opdracht: Wat is werkloosheid? - vmbo-kgt34

    https://maken.wikiwijs.nl/73812/Opdracht__Wat_is_werkloosheid____vmbo_kgt34

  • Downloaden

    Het volledige arrangement is in de onderstaande formaten te downloaden.

    Metadata

    LTI

    Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI koppeling aan te gaan.

    Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.

    Arrangement

    Oefeningen en toetsen

    Werkloosheid

    IMSCC package

    Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.

    QTI

    Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat alle informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen punten, etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.

    Versie 2.1 (NL)

    Versie 3.0 bèta

    Voor developers

    Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op onze Developers Wiki.