De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Bij honden is de reuk het meest ontwikkelde zintuig.
Honden gebruiken de neus bij het volgen van een spoor of het opsporen van bepaalde voorwerpen.
Dit filmpje gaat over het werk van speurhonden van de politie.
Bekijk de video en beantwoord daarna de vragen. Lees eventueel de vragen alvast door voor je de video kijkt.
Stap 3: Hoe goed kun jij proeven
Deze stap werk je in tweetallen.
De zintuigcellen in de smaakknopjes kunnen vijf soorten smaakstoffen waarnemen:
zoet, zuur, zout, bitter en umami.
Als je eet en drinkt lossen de smaakstoffen gedeeltelijk op in het speeksel. Ze komen in contact met de smaakknopjes. Via de zenuwen gaan er impulsen van de zintuigcellen naar de hersenen en zo wordt het mogelijk om een smaak te proeven.
Suiker is een zoete smaak die je waarneemt met de smaakzintuigen die in je tong zitten.
Je maakt zelf een zes oplossingen met suiker, waarbij je steeds minder suiker gebruikt.
Je onderzoekt bij welke hoeveelheid suiker, je geen suiker meer proeft.
Onderzoek: Hoe goed kun je proeven?
Download de onderzoeksopzet Hoe goed kun je proeven?. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Lees de onderzoeksopzet een keer helemaal door.
Zoek de benodigdheden bij elkaar.
Maak gebruik van de informatie in de Gereedschapskist.
Voer het onderzoek uit zoals beschreven onder de werkwijze.
Maak het onderzoeksverslag.
Beoordeel eerst samen het onderzoeksverslag.
Laat het verslag vervolgens beoordelen door jullie docent.
Schrijf je een verslag van een onderzoek voor biologie of NaSk, dan wordt dit een natuurwetenschappelijk verslag genoemd. Het is hierbij vooral belangrijk dat het doel van je onderzoek en de manier waarop je het uitvoert zo duidelijk mogelijk wordt weergegeven. Het schrijven van zo’n verslag gebeurt in verschillende stappen.
Stap 4: Je smaakzintuig werkt niet alleen
Smaak neem je waar met je smaakzintuigen in je tong zitten. Toch is niet helemaal waar.
Welke rol spelen andere zintuigen bij het waarnemen van smaak?
Kijk eerst eens of je antwoord kunt geven op deze drie vragen.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Je onderzoekt wat de invloed van andere zintuigen is op de smaak.
Practicum Smaak
Download de onderzoeksopzet Smaak. Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...)
of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Lees de onderzoeksopzet een keer helemaal door.
Zoek de benodigdheden bij elkaar.
Maak gebruik van de informatie in de Gereedschapskist.
Voer het onderzoek uit zoals beschreven onder de werkwijze.
Maak het onderzoeksverslag.
Beoordeel eerst samen het onderzoeksverslag.
Laat het verslag vervolgens beoordelen door jullie docent.
Schrijf je een verslag van een onderzoek voor biologie of NaSk, dan wordt dit een natuurwetenschappelijk verslag genoemd. Het is hierbij vooral belangrijk dat het doel van je onderzoek en de manier waarop je het uitvoert zo duidelijk mogelijk wordt weergegeven. Het schrijven van zo’n verslag gebeurt in verschillende stappen.
Afronding
Begrippenlijst
Hier vind je de begrippenlijst die hoort bij deze opdracht.
Reukzintuig
Een zintuig; orgaan met reukzintuigcellen die geuren kunnen waarnemen, waardoor je kunt ruiken'.
Neusholte
Onderdeel van het ademhalingsstelsel.
Neusslijmvlies
Laagje slijm dat de neusholte bedekt en waarin de geurstoffen oplossen die via het neusgat de holte binnenkomen.
Smaakzintuig
Een zintuig; orgaan met smaakzintuigcellen die smaken kunnen waarnemen, waardoor je kunt proeven.
Proeven
Het waarnemen van smaken met een tong (smaakzintuig).
Smaakstoffen
Er zijn vijf soorten smaakstoffen; zoet, zuur, zout, bitter en umami.
Speeksel
Verteringssap, aangemaakt in speekselklieren; bestaat uit water, slijm en enzymen voor de vertering.
Ruiken
Het waarnemen van geur met een neus (reukzintuig).
Reukharen
Kleine, dunne haartjes in de neus. Reukharen kunnen geurstoffen waarnemen die zijn opgelost in het reukslijmvlies.
Groef
Ruimte op de tong waarin de opgeloste vloeistof stroomt.
Smaakknopje
Kan prikkels omzetten in impulsen. De impulsen gaan via zenuwen naar het centrale zenuwstelsel.
Zenuw
Geeft impulsen door naar de hersenen.
Zintuigcel
Kan prikkels omzetten in impulsen. De impulsen gaan via zenuwen naar het centrale zenuwstelsel.
Examenopgaven
Je hebt in deze module veel theorie bestudeerd en veel opdrachten gemaakt.
In de afsluiting ga je aan de slag met examenvragen over dit onderwerp. Lees eerst de tips.
Het arrangement Ruiken en proeven vmbo-b34 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Toelichting
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor basisberoepsgerichte leerweg, leerjaar 3 en 4. Dit is thema 'verkouden'. Het onderwerp van deze les is: Ruiken en proeven. Deze les bespreekt welke organen een rol spelen bij het proeven (tong en reukzintuig). Er wordt besproken wat de onderdelen van het reukzintuig in zijn en wat de functies van deze onderdelen zijn (neusholten, neusslijmvlies, reukharen, zintuigcel en zenuw). De werking van de neus wordt besproken. Daarnaast worden ook de onderdelen van het smaakzintuig besproken en wat de functies van de onderdelen zijn (tong, zenuw, groef, smaakknopje, zintuigcel en zenuw). Als laatst komt de werking van het smaakzintuig aan bod en welke smaken de tong kan waarnemen (zoet, zout, zuur, bitter en umami).
Deze les valt onder de arrangeerbare leerlijn van de Stercollectie voor biologie voor basisberoepsgerichte leerweg, leerjaar 3 en 4. Dit is thema 'verkouden'. Het onderwerp van deze les is: Ruiken en proeven. Deze les bespreekt welke organen een rol spelen bij het proeven (tong en reukzintuig). Er wordt besproken wat de onderdelen van het reukzintuig in zijn en wat de functies van deze onderdelen zijn (neusholten, neusslijmvlies, reukharen, zintuigcel en zenuw). De werking van de neus wordt besproken. Daarnaast worden ook de onderdelen van het smaakzintuig besproken en wat de functies van de onderdelen zijn (tong, zenuw, groef, smaakknopje, zintuigcel en zenuw). Als laatst komt de werking van het smaakzintuig aan bod en welke smaken de tong kan waarnemen (zoet, zout, zuur, bitter en umami).
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Ruiken en proeven
Je smaaktzintuig werkt niet alleen
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.