Een plant bestaat uit verschillende organen.
Zo hebben de zaadplanten drie hoofdorganen: wortel, stengel en blad.
Wanneer ze zich geslachtelijk voortplanten hebben ze één of meerdere bloemen.
Deze opdracht gaat over de bouw en de voortplanting van planten.
Succes.
Vooraf
Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht:
Ken je de onderdelen van een (zaad)plant.
Kun je uitleggen welke functie de verschillende onderdelen van een zaadplant hebben.
Eindproduct-Beoordeling
Eindproduct
Je rondt deze opdracht af met:
een tabel over de eigenschappen van stengels.
een tekening van een wortel met wortelharen.
deel 2 en deel 3 van je eigen onderzoek.
Beoordeling
De tekening van de dwarsdoorsnede van een stengel en de tekening van een wortel moeten voldoen
aan de eisen van een biologische tekening.
Werkwijze
Activiteiten
Stap
Groepsgrootte
Activiteit
Stap 1
Alleen
Informatie lezen, toepassingen bekijken en vragen beantwoorden over bladeren.
Stap 2
Alleen
Oefening over het determineren van bladeren maken.
Stap 3
Samen
Verder met het onderzoek naar een inheemse plant - deel 2 van het werkblad eigen onderzoek doen.
Stap 4
Alleen
Informatie lezen en vragen beantwoorden over stengels en transportweefsel.
Stap 5
Alleen + samen
Practicum 'Stengel' uitvoeren en bespreken met klasgenoot.
Stap 6
Samen
Verder met het onderzoek naar een inheemse plant - deel 3 van het werkblad eigen onderzoek doen.
Stap 7
Alleen
Informatie lezen en vragen beantwoorden over wortels.
Stap 8
Alleen + samen
Practicum 'Wortelharen van dichtbij' uitvoeren en bespreken met klasgenoot.
Wat wordt in de afbeelding aangegeven met de letters A en B?
A = zijnerf en B = bladmoes
A = hoofdnerf en B = bladschijf
Bekijk de bladeren van de brandnetel. Wat kun je zeggen over de bladrand?
bladrand is gezaagd
bladrand is gegolfd
Bekijk blad 3. Wat kun je zeggen over de bladrand?
bladrand is getand
bladrand is glad
Bekijk de bladeren van afbeelding 4. Wat klopt?
bladvorm is handvormig samengesteld
bladvorm veervormig samengesteld
Bekijk de bladeren van afbeelding 5. Wat klopt?
bladvorm is handvormig samengesteld
bladvorm veervormig samengesteld
Stap 2
Bladeren
Er zijn verschillende websites waar je kunt oefenen met het determineren van bladeren.
Ga naar www.bomen-determineren.com en determineer de volgende drie bladeren.
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Maak een foto of tekening van de bladeren en beantwoord de vragen.
Verzamel alle gegevens in een digitale map.
In stap 6 gaan jullie verder met het onderzoek.
Succes.
Stap 4
Stengel en transportweefsel
Bestuur nu uit de kennisbank biologie uit het onderdeel Zaadplanten de pagina's over stengels en uit het onderdeel Plantenweefsel het deel over transportweefsel:
Gebruik de info uit de Kennisbank om de volgende vragen te beantwoorden.
Een deel van de vragen kom je in toets in Stap 9 opnieuw tegen.
De vaatbundels vervoeren stoffen door de plant.
In welke richting?
Alleen van boven naar beneden.
Alleen van beneden naar boven.
Zowel van boven naar beneden als van beneden naar boven.
Waar of niet waar?
De stam van een boom is een stengel.
waar
niet waar
Welke vaten vervoeren water en mineralen van de wortel naar de stengel, bladeren en bloemen?
Alleen de bastvaten.
Alleen de houtvaten.
Zowel de bastvaten als de houtvaten.
Welke vaten vervoeren water met glucose van de bladeren naar de wortel?
Alleen de bastvaten.
Alleen de houtvaten.
Zowel de bastvaten als de houtvaten.
Waar of niet waar?
Bastvaten bestaan uit dode cellen.
waar
niet waar
Waar of niet waar?
Houtvaten bestaan uit dode cellen.
waar
niet waar
Komen vaatbundels alleen in de stengels voor?
Ja, alleen in de stengel.
Nee, in de stengel én in de bloemen.
Nee, in de stengel én in de wortels en bladeren.
Stap 5
Practicum Stengel
Je gaat onderzoeken wat de invloed van water op de stevigheid van planten is. Je onderzoekt zowel kruidachtige en houtachtige planten. De resultaten presenteer je in een tabel en je beantwoord een aantal vragen.
Klaar?
Vergelijk je tabel en de antwoorden op de vragen met een klasgenoot.
Hebben jullie dezelfde antwoorden in de tabel? Bespreek eventuele verschillen.
Stap 6
Eigen onderzoek - deel 3
Jullie gaan verder met jullie onderzoek aan de inheemse plant. Jullie gaan nu aan de slag met deel 3: De stengel.
Wat neemt een plant met wortelharen op uit de grond?
Alleen water.
Alleen voedingsstoffen.
Zowel water als voedingsstoffen.
Water wordt opgenomen door de wortelharen en wordt vervoerd naar de bladeren. Wat is de juiste volgorde?
Wortelharen - vulcellen - houtvaten - bladeren.
Wortelharen - houtvaten - vulcellen - bladeren.
Bekijk de afbeeldingen van de peen en de prei. Wat klopt?
Een peen en prei hebben beide geen zijwortels.
Een peen heeft geen zijwortels, een prei heeft wel zijwortels.
Een peen en prei hebben beide zijwortels.
Welke functie van wortels helpt sommige planten overleven in de winter?
Vastzetten in de grond.
Transporteren van water.
Opslag van reservevoedsel.
Waar of niet waar?
Een woestijnplant heeft een diep en breed wortelstelsel.
Waar of niet waar?
Voedsel wordt in de wortel opgeslagen in de vorm van zetmeel.
Stap 8
Practicum Wortelharen van dichtbij
Je gaat een natuurgetrouwe tekening maken van de wortel met de wortelharen en je benoemt de onderdelen van de wortel.
Klaar?
Vergelijk je tekening met de tekening van een klasgenoot.
Vraag je klasgenoot om commentaar op je tekening. Geef op een goede manier commentaar op de
tekening van je klasgenoot.
Laat de tekening vervolgens beoordelen door je docent.
Stap 9
Toets Bouw van planten
Je sluit deze opdracht af met het maken van een toets 'Bouw van planten'.
De toets bestaat uit een aantal gesloten vragen.
Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.
Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.
Om de toets te maken heb je inloggegevens van Quayn nodig.
Klik op de volgende link om te beginnen:
De onderstaande antwoorden moet je zelf nakijken; vergelijk jouw antwoorden met de goede
antwoorden, en geef aan in welke mate jouw antwoorden correct zijn.
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Begrippenlijst
Bouw van planten - deel 1
Vaten
Kleine buisjes die zorgen voor het transport van stoffen in planten.
Zaadplanten
Planten die zich voortplanten met behulp van zaden. Zaadplanten hebben wortels, stengels, vaatbundels en bladeren.
Zaad
Bij (bloem)planten: bevruchte en gerijpte eicel, waaruit een nieuwe plant kan groeien. Ontwikkelt zich in het zaadbeginsel.
Naaktzadige planten
Zaadplanten waarbij de zaden onbedekt op de schub van een kegel liggen; bijvoorbeeld naaldbomen zoals een den (de dennenappel is een kegelvrucht).
Bedektzadige planten
Zaadplanten waarbij de zaden zich bedekt in een vrucht ontwikkelen, bijvoorbeeld appelbomen (de appel is een vrucht).
Wortel
Ondergronds deel van een plant met als functies om water en mineralen uit de bodem op te nemen, reservestoffen op te slaan en de plant vast te zetten in de grond. Bij kieming van een zaad groeit eerst het worteltje.
Wortelharen
Uitgegroeide opperhuidcellen, die water en mineralen opnemen uit de bodem.
Zetmeel
Zetmeel, een koolhydraat, is de vorm waarin glucose wordt opgeslagen in bladeren.
Knopvorming
Planten vormen knoppen (eindknoppen, zijknoppen, bladknoppen en bloemknoppen) die als ze uitlopen nieuwe bloemen en/of scheuten (= nieuwe stengel met bladeren of met bladeren en bloemen) geven.
Opperhuid
De opperhuid is de buitenste laag cellen van een plant.
Huidmondjes
Opening in bladeren waardoor gassen (zuurstof, koolstofdioxide, waterdamp) in en uit de plant kunnen gaan.
Stempel
Bovenste deel van de stamper; hierop komen stuifmeelkorrels terecht bij bestuiving.
Stamper
Vrouwelijk geslachtsorgaan in een bloem, bestaande uit een stempel, stijl en vruchtbeginsel.
Stijl
Stuk van de stamper tussen de stempel en het vruchtbeginsel.
Vruchtbeginsel
Onderste deel van de stamper dat eicellen (vrouwelijke geslachtscellen van de plant) bevat. Uit het vruchtbeginsel kan na bevruchting een vrucht ontstaan.
Zaadbeginsel
Deel van het vruchtbeginsel, waarin zich een eicel bevindt die kan worden bevrucht. Uit het zaadbeginsel kan na bevruchting een zaad ontstaan.
Meeldraad
Mannelijk geslachtsorgaan in een bloem dat stuifmeelkorrels (mannelijke geslachtscellen van de plant) bevat.
Bouw van planten - deel 2
Bastvaten
Transportkanalen in de stengel; vervoeren geproduceerde suikers van de bladeren richting de wortels. In het vroege voorjaar (wanneer de plant nog geen bladeren heeft) worden suikers vervoerd van de wortels naar de bladeren voor snelle groei.
Vaatbundels
In vaatbundels komen de bast- en houtvaten samen.
Helmknop
De helmknop is onderdeel van de meeldraad en bestaat uit enkele helmhokjes.
Helmdraad
De helmdraad is onderdeel van de meeldraad en draagt een helmknop.
Stuifmeelkorrels
Mannelijke voortplantingscellen van zaadplanten.
Vaatplant
Landplanten met vaatbundels (houtvaten en bastvaten).
Bladgroen
Groene kleurstof in bladgroenkorrels (in planten), hebben functie bij fotosynthese.
Voortplanting
Het proces waarbij organismen zorgen voor nakomelingen.
Voortpantingscellen
Geslachtscellen. Bij planten: stuifmeelkorrels (man) en eicellen (vrouw); Bij dieren en mensen: spermacellen/zaadcellen (man) en eicellen (vrouw).
Houtvaten
Transportkanalen in de stengel; vervoeren water en mineralen van de wortels richting de bladeren en bloemen.
Vulweefsel
Het weefsel dat wordt gevormd door de cellen onder het dekweefsel.
Steunweefsel
Steunweefsel zorgt voor stevigheid in het skelet of tussen organen. Er zijn drie typen; bindweefsel, kraakbeenweefsel en beenweefsel.
Palissade weefsel
Bladgroen bevattende langwerpige cellen aan de bovenkant van het blad.
Bladvorm
De bouw van een blad is aangepast (adaptatie) aan en geeft informatie over de leefomgeving van een plant. Bijvoorbeeld: in het regenwoud (veel neerslag) staan vaak planten met heel grote bladeren, die veel water kunnen verdampen en cactussen (in droge omgeving) hebben vaak doornvormige bladeren en verdampen juist weinig water.
Sponsweefsel
Bladgroen bevattende langwerpige cellen aan de onderkant van het blad met veel intercellulaire holtes.
Sluitcellen
Regelen het open- en dichtgaan van de huidmondjes.
Het arrangement Bouw van planten - hv12 is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
Oefeningen en toetsen
Sorteren bladeren
Bouw van planten
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Oefeningen en toetsen van dit arrangement kun je ook downloaden als QTI. Dit bestaat uit een ZIP bestand dat
alle
informatie bevat over de specifieke oefening of toets; volgorde van de vragen, afbeeldingen, te behalen
punten,
etc. Omgevingen met een QTI player kunnen QTI afspelen.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.