01-03 - GG - Godsdienst en Steden-Nieuw

01-03 - GG - Godsdienst en Steden-Nieuw

1. Christendom en Islam

1.1 Verval Romeinse Rijk

In 476 werd de laatste West Romeinse keizer afgezet. Het West Romeinse Rijk bestond nu niet meer. Het Oost Romeinse Rijk (gebied van Turkije tot in het Midden Oosten) bleef bestaan tot ongeveer 1500.

 

Waarom verviel het West Romeinse Rijk?

Het Romeinse Rijk was immens groot! Zo groot, dat het niet mogelijk was voor het leger om alle grenzen te beschermen. Dus alle volkeren rondom de grenzen zagen hun kans! Zij wilden graag binnen dat Rijk wonen. Hier was handel, het was veilig.

 

Wat gebeurde er toen?

Al die volkeren die samenkwamen in het Romeinse Rijk groeiden. Er kwamen koningen van die volken. Zij gingen met elkaar strijden om meer grondgebied. Hierdoor kon vooral één volk, de Franken, enorm groeien!

1.1. Verspreiding van het Christendom

Bij de vorige WikiWijs heb je al heel wat geleerd over het Christendom. We hebben het nog niet gehad over de verspreiding van het Christendom zelf.

 

In 313 na Chr. maakte keizer Constantijn van het Romeinse Rijk een einde aan het geweld tegen de Christenen. Hij dacht namelijk dat hij vele oorlogen won door de God van de Christenen. Er werden nu ook kerken gebouwd in het Romeinse Rijk.

 

In 394 na Chr. riep keizer Theodosius het Christendom uit tot staatsgodsdienst. Iedereen in het Romeinse Rijk was nu Christen. Andere geloven waren nu verboden. Het Romeinse Rijk zou nu een eenheid worden. Weet je nog hoe groot het Romeinse Rijk was? Al die mensen die hierin woonden, waren nu Christenen. Zo verspreidde het geloof zich enorm snel!

1.1 Clovis

Clovis (466 tot 511 na Chr.) was de eerste koning van de Franken in Galicië (in Frankrijk). Hij was de koning die alle Franken samenbracht als één volk. Rond 500 bekeerde hij zich tot het Christendom. Nadat Clovis tot de Christelijke God had gebeden, zou hij alle vijanden met gemak kunnen verslaan.

 

De kerk kon nu vertrouwen op een sterke bondgenoot: de Franken. Clovis werd gesteund door de kerk bij zijn veroveringen. Hierdoor kon het Christendom zich nog verder verspreiden.

1.1 Karel de Grote

Karel de Grote (747 tot 814 na Chr.) zorgde voor de grootste groei van het Frankische rijk. Zijn hele koningschap vocht hij tegen de andere (niet christelijke) volken die een bedreiging waren voor de Franken.

 

In 800 werd Karel door de paus bekroond tot keizer van het West-Romeinse Rijk. Dat was wel een beetje vreemd. Het Oost-Romeinse Rijk bestond namelijk nog gewoon. De keizer van het Oost-Romeinse Rijk was eigenlijk ook keizer van het West-Romeinse Rijk.

Karel werd bekroond als keizer omdat hij de paus had geholpen om Rome veilig te houden.

1.1 Kloosters

Het Christendom was in het grootste deel van Europa de belangrijkste godsdienst. Daarom werden er nu kloosters gebouwd. Kloosters zijn plekken waar monniken samenwonen en leven zoals Jezus. Wat deden monniken daar?

  • Bidden
  • Lezen van boeken
  • Boeken overschrijven
  • Voedsel verbouwen
  • Wegen aanleggen

Boeren ging rondom de kloosters wonen. De kloosters zorgen namelijk voor werk. En ook werden de boeren zo beschermd tegen rovers.

 

Een andere taak voor monniken, was het bekeren van mensen. Er leefden nog veel volken volgens hun eigen geloof. Zij werden heidenen genoemd. Een Missionaris probeert mensen te bekeren tot zijn geloof.

1.2 Willibrord

Willibrord was een missionaris. Hij probeerde heidenen (mensen die niet in het Christendom geloven) te bekeren tot het Christendom. In 690 kwam hij vanuit Engeland aan bij een gedeelte van de Rijn waar nu Katwijk ligt. Hij wilde, samen met zijn collega's, het Christendom verspreiden onder de Friezen. Voorgangers van Willibrord hadden al laten weten dat dat niet makkelijk was bij de Friezen!

Bekijk onderstaande video en maak daarna de vragen.

Het Klokhuis - Willibrord

1.3 Islam

Bij de vorige WikiWijs heb je al kennisgemaakt met de Islam. Even een herhaling van de vorige WikiWijs:

Volgens de Islamitische traditie is Mohammed de laatste profeet. Hij zou in de laatste 20 jaar van zijn leven openbaringen hebben gekregen van God. De bedoeling was het geloof van Adam en Abraham opnieuw te introduceren. De boodschappen in deze openbaringen werden opgeschreven in de Koran.

Mohammed drong er op aan in Mekka, om te stoppen met het polytheïsme en slechts één God te aanbidden.

Tijdens het leven van Mohammed is al een groot deel van het Arabisch schiereiland (een gebied ten oosten van Afrika) veroverd. Vanuit hier werd de Islam snel verspreid richting het Midden Oosten en Afrika. In 711 na Christus staken de moslims bij Gibraltar de zee over naar Spanje.

Mohammed stelde ook de Oemma in. Dit is een wereldwijde gemeenschap van moslims. Leden van de Oemma waren verplicht elkaar te helpen bij aanvallen van buitenaf. Hiermee zou ook een einde komen aan onderlinge stammenoorlogen.

1. Eindopdracht Christendom en Islam

Voor de vorige WikiWijs heb je al een tijdlijn gemaakt over het Christendom. Vul deze aan met de volgende gebeurtenissen:

  • Clovis wordt de eerste christelijke Frankische koning
  • Karel de Grote wordt tot keizer gekroond
  • Willibrord probeert de Friezen te bekeren

 

Je gaat nu ook een tijdlijn maken van de Islam. Gebruik hiervoor ook de informatie van de vorige WikiWijs (de link staat hieronder). Zorg ervoor dat je tijdlijn net zoveel informatie heeft als de anderen. Op internet kun je nog veel goede informatie vinden.

WikiWijs Oude Culturen

2. Hofstelsel en Horigheid

De boeren had een goed leven in het Romeinse Rijk: ze werden beschermd en er waren genoeg mensen die hun voedsel konden betalen. Dat was nu wel anders! De boeren waren niet meer beschermd. Verschillende volken konden ze altijd overvallen. En ook rovers lagen overal op de loer. Ook was het Romeinse geld niets meer waard. De boeren hadden daardoor grote geldproblemen.

De boeren verlieten hun land en vroegen hulp aan landheren. Dit waren mensen die grote stukken land leenden van de koning. Landheren werden daarom leenheren genoemd.

De leenheer woonde in het midden van zijn land. Zijn huis was de hoofdhoeve. Eromheen waren werkplaatsen. Het centrum heette het vroonhof. Dat land bleef van de leenheer. De rest van het land werd geleend aan boeren die om hulp vroegen. Dat heette het hoevenland.

Op het hoevenland werkten vrijen en horigen. De vrijen waren vrije boeren met eigen land. Maar soms pachtten (huurden) ze het land waarop zij werkten. De pacht was meestal een deel van de oogst, maar ook het verrichten van diensten op het vroonland. Ook hadden zij dienstplicht.

 

Horigen hadden geen dienstplicht. Zij kregen in ruil van hun dienst en oogst bescherming van de leenheer. Maar ze waren verplicht om op het land te blijven wonen en werken. Ook hun kinderen hadden deze plicht.

3. Kasteel

Je gaat een filmpje bekijken over een middeleeuwse stad. Daarna maak je een werkblad over het kasteel. Plekken in de middeleeuwen waar je als bewoner veilig kon zijn.

http://www.schooltv.nl/video/histoclips-stad-in-de-middeleeuwen/

Maak nu de vragen van het werkblad. Klik op de onderstaande afbeelding.

4. Ontstaan steden en handel

4.1 Ontstaan van steden

Aan het begin van de middeleeuwen waren er nog weinig steden. Mensen woonden nog niet zo bij elkaar zoals nu. Maar rond 1000 kwam daar verandering in.

 

Kijk onderstaand filmpje en beantwoord daarna de vragen.

Ontstaan van Middeleeuwse steden

Toets: Vragen Ontstaan steden

Start

4.2 De Hanze

Van de 12e tot de 16e eeuw waren Zutphen, Deventer, Tiel, Kampen, Zwolle en nog meer steden belangrijke handelssteden. Zij waren lid van het Hanzeverbond. Een Hanze was oorspronkelijk een samenwerking tussen kooplieden in verschillende steden, die dezelfde producten verkochten.

 

Bekijk onderstaande film over de Hanze en maak de vragen.

Het Klokhuis - de Hanze

5. Standen

5.1 Standenmaatschappij

Een standenmaatschappij is een samenleving waarin de bevolking in verschillende groepen of standen is opgedeeld. Elke groep heeft zijn eigen rechten en plichten. Al in de middeleeuwen werd uitgegaan van een driestandenschema.

 

Standenmaatschappij
Standenmaatschappij

6. Begrippen

  • Adel - De rijkste en machtigste mensen in de Middeleuwen die het land besturen
  • Boer - Mensen die vee houden en gewassen (graan, mais enz.) kweken
  • Burger - Inwoner van een stad, bijvoorbeeld handelaren of ambachtslieden.
  • Christendom - Godsdienst, geloof in God en Jezus Christus
  • Geestelijke - Mensen van de kerk, zoals bisschoppen en priesters
  • Gilde - Historische vereniging van vakgenoten
  • Horige - Een boer die op een stuk land woont en werkt, maar niet de eigenaar is van het land
  • Islam - Godsdienst, geloof in Allah
  • Kasteel - Een gebouw met sterke muren en poorten waardoor de inwoners beschermd worden
  • Klooster - Gebouw waar geestelijken zoals monniken wonen
  • Kruistocht - Heilige tocht van christelijke mensen om Jeruzalem te veroveren op de moslims
  • Leenheer - Een heer die een leen (grondgebied) in gebruik (leen) geeft aan een leenman
  • Lijfeigene - Persoon van wie het lichaam het eigendom was van de heer
  • Moslim - Iemand die in de islamitische godsdienst gelooft
  • Standen - Verdeling van verschillende groepen in de maatschappij in de Middeleeuwen.
    Er zijn drie standen: geestelijkheid, adel en boeren en burgers