"Op vrijdag 5 juni jl. vond de tweede bijeenkomst plaats van de expertgroep Waterbeheer. Onderwerp van gesprek was de inrichting van een (nieuw) keuzedeel voor de mbo-opleiding Waterbeheer.
Bij het vormgeven van dit keuzedeel wordt gekeken naar de toepassingsmogelijkheden voor zowel het bedrijfsleven als voor het reguliere mbo. Hiermee zijn al eerder goede ervaringen opgedaan tijdens de inrichting van het keuzedeel procesoperator techniek voor de drinkwatersector, dat samen met Vitens is ontwikkeld.
Dinsdag 25 augustus as. vindt een nieuwe bijeenkomst van de expertgroep Waterbeheer plaats".
Ter voorbereiding op deze bijeenkomst van 25 augustus heb ik in deze Wikiwijs een eerste invulling van het bestaande keuzedeel Watermanagement gemaakt. Ik heb daarvoor gebruik gemaakt van het document "Keuzedeel Watermanagement" zoals dat ontwikkeld is door de stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB).
NB: Het nieuwe keuzedeel Water moet natuurlijk anders worden dan het bestaande keuzedeel Watermanagement, zoals dat in deze Wikiwijs is vorm gegeven. Voor keuzedelen is het namelijk niet toegestaan dat de keuzedeeleisen overlappen met de kwalificatie-eisen van de kwalificatie(s) waaraan het keuzedeel gekoppeld is. Het keuzedeel moet immers een verrijking zijn van de gekoppelde kwalificatie.
De modules in het nieuwe keuzedeel Water gaan bijvoorbeeld over digitaal schouwen, data-analyse, gegevensbeheer, flexibel peilbeheer en inzet van drones.
Bij de inrichting van het keuzedeel Water zullen we nadrukkelijk kijken naar de situatie in 2020: hoe ziet het werk van de vakman waterbeheer er over 5 of 10 jaar uit?
Hieronder vind u de link naar de eerste opzet van dat nieuwe keuzedeel:
Bij het samenstellen van de modules van dit keuzedeel volgen we in grote lijnen de leerdoelen zoals geformuleerd door SBB.
Waarschijnlijk zullen we enkele van de modules in latere instantie samen gaan voegen. Zo zijn er twee leerdoelen geformuleerd over onderzoek (7 en 8) die waarschijnlijk in één module gaan passen. Hetzelfde geldt voor onderhoud en beheer van watergangen, waterkeringen, oevers en kunstwerken (9 en 10). Ook is het misschien handig om waterkwaliteit en watervervuiling (2 en 6) samen te voegen.
Vakkennis en vaardigheden
De beginnend beroepsbeoefenaar:
heeft kennis over watertechnologie / de waterketen
heeft kennis van waterkwaliteit (o.a. schadelijke stoffen en organismen, temperatuur, voedingsstoffen, planten en dieren)
heeft kennis van grondwater (o.a. kwaliteit, samenstelling, waterpeil)
heeft basale kennis van visstandsbeheer / vismigratie
heeft kennis van waterbeheer en calamiteiten (o.a. inspectie dijken, rivier waterstanden, hoogwaterbestrijding)
heeft kennis van watervervuiling
heeft kennis van de chronologie van onderzoeken, onderzoeksmethoden en -technieken
heeft kennis van materialen, instrumenten, middelen ten behoeve van onderzoek
heeft kennis van beheer en onderhoud van waterkeringen en oevers
heeft kennis van beheer en onderhoud van watergangen en kunstwerken
Waterketen - Van afval naar grondstof; Waterschap HHNK
Waterketen: Opleiding en educatie HHNK
Waterketen - Samenwerken HHNK
Sebastiaan Schep 22 (Witteveen + Bos) | Het Volg- en Stuursysteem & de waterketen
Waterketen in Friesland
Waterkwaliteit
Waterkwaliteit (o.a. schadelijke stoffen en organismen, temperatuur, voedingsstoffen, planten en dieren).
De deelnemer heeft kennis van:
De verschillende begrippen om de kwaliteit van het oppervlaktewater te beoordelen.
De verschillende methodes om de waterkwaliteit te meten.
De verschillende maatregelen die er mogelijk zijn om de kwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren en de effectiviteit van de verschillende maatregelen.
De kaderrichtlijn water; geschiedenis, belang, opstellen van stroomgebiedsbeheersplannen.
NB: hierboven staan een paar kennisdoelen; welke vaardigheidsdoelen kunnen we daar nog aan toevoegen? Is het van belang dat de deelnemer ook zelf metingen uit kan voeren?
(Overigens gaat de module Flexibel peilbeheer bij Watermanagement 2 ook over een verbetering van de waterkwaliteit).
Innovatieve oplossingen van Deltares voor het verbeteren van de waterkwaliteit.
Proeftuin Kaderrichtlijn Water Dreischor
WTR - aflevering 3 - Waterkwaliteit Hoogheemraadschap van Delfland
Marvin Hofstede Boeren voor natuur aan de Hagmolenbeek
Tijdelijke Droogval. Hoe kan dit de waterkwaliteit verbeteren? STOWA heeft op vier locaties proeven gehouden. In deze film zien we wat het resultaat is.
15 mrt. 2015 - Het uitvoeren van Actief Biologisch Beheer om ecologische doelen te bereiken wordt door Sportvisserij Nederland afgewezen. Dergelijke ...
Vijftien jaar geleden is Actief Biologisch Beheer toegepast door het toenmalige .... Een terugblik op de resultaten van ABB experimenten in Nederland geeft een ...
Vanaf eind jaren 80 zijn wij betrokken bij actief biologisch beheer (A.B.B.) ... het RIZA en OVB ontwikkelde handleiding “Actief Biologisch Beheer” was hierbij.
banknummer 426271 t.n.v. het RIZA onder vermelding van “Handleiding ABB”. De procedure voor beoordeling van de kan- sen van Actief Biologisch Beheer is ...
Actief Biologisch Beheer (ABB), Nee! 0 1293 05 maart 2010. 05 mrt. Sportvisserij Zuidwest Nederland vindt het een onwenselijke situatie dat waterschappen ...
water en oevers. Het uitvoeren van Actief Biologisch. Beheer (het grootschalig verwijderen van brasem) ... Beheer (ABB; het eenmalig grootschalig verwijderen.
Actief visstandbeheer kan een interessante aanvullende beheersmaatregel zijn om op korte ... actief biologisch beheer (ABB), waarbij zowel de planktivore ...
Er dient onderscheid te worden gemaakt tussen verschillende vormen van actief visstandbeheer: - 'klassiek' actief biologisch beheer (ABB). Bij deze vorm van ...
Beheer en onderhoud van watergangen en kunstwerken
Duurzaamheid
Duurzaamheid in het waterbeheer
Natuurvriendelijke oevers
"De kern van het concept natuurvriendelijke oever is dat er - in tegenstelling tot een civieltechnische harde oever - ruimte wordt gegeven aan de oever, zodat oeverplanten (en dieren) zich kunnen vestigen en de oever vastleggen. Om ervoor te zorgen dat zich waardevolle flora en fauna ontwikkelt, is kennis nodig over vegetatieontwikkeling in relatie tot waterkwaliteit, bodem en hydrologie, ofwel: kennis over de standplaats van de oever". (STOWA, 2011)
Onderwerpen die bij deze module aan bod komen:
standplaatsbenadering
taludverhoudingen
plasdrasoevers
rietoevers
...................... (aanvullen)
Leerdoelen:
De deelnemer heeft kennis van:
De verschillende oeverzones (7)
De verschillende soorten NVO
De standplaatsbenadering
de kosten en baten van aanleg en onderhoud van NVO
De algemene principes van het beheer en onderhoud van NVO.
De leerling kan:
De vier stappen in het ontwerpproces van NVO benoemen en toepassen;
Streefbeelden voor NVO opstellen;
Oeverplannen maken
De zes stappen voor het opstellen van een monitoringsplan benoemen en toepassen.
Lesmateriaal:
Deze module wordt verder uitgewerkt in een aparte Wikiwijs:
Waterschap maakt oevers natuurvriendelijker - RTV Noord
Deze film laat zien hoe de oevers van de Maas er momenteel uitzien en hoe de oevers opnieuw worden ingericht.
Film over verbeterd oeverbeheer van landbouwgrond in Noord-Nederland
Informatiebronnen
Het CUR (Civieltechnisch Centrum Uitvoering Research en Regelgeving; tegenwoordig SBRCURnet) heeft een grote hoeveelheid informatie over NVO uitgebracht. Deze publicaties zijn voor iedereen toegankelijk op internet.
De verschillende oeverzones van een natuurvriendelijke oever
1 Bloemrijk grasland;
2 Vegetatie van vochthoudende grond;
3 Vegetatie van natte ruigtes (plas-dras);
4 Moerasplanten die in ondiep water staan;
5 Moerasplanten die in dieper water staan;
6 Drijfbladplanten;
7 Ondergedoken waterplanten.
Verschillende soorten natuurvriendelijke oevers
• Flauwe oevers: dit komt overeen met de natuurlijke situatie;
• Plas- of drasbermen: waar te weinig ruimte is voor een flauwe oever of stimulans nodig is voor specifieke soortgroepen, wordt een plas- of drasberm toegepast;
• Onderwaterbak: een vorm van plasberm, die zeer beperkt van omvang is.
De Waterwet regelt in hoofdzaak het beheer van watersystemen, waaronder waterkeringen, oppervlaktewater- en grondwaterlichamen. De wet is gericht op het voorkomen dan wel beperken van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste, de bescherming en verbetering van kwaliteit van watersystemen en de vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen. Niet in de laatste plaats levert de Waterwet een belangrijke bijdrage aan kabinetsdoelstellingen zoals: vermindering van regels, vereenvoudiging van vergunningstelsels en vermindering van administratieve lasten.
Wet milieubeheer
In beginsel vallen alle milieu-aspecten onder de Wet milieubeheer (Wm). De Wm treedt echter terug als een andere wet bepaalde milieu-aspecten regelt, zoals bijvoorbeeld het geval is met de Waterwet, die het overgrote deel van de watergerelateerde milieuaspecten regelt. De Waterwet ziet met name toe op het watersysteem terwijl de betreffende regels uit de Wm zien op de waterketen. Lozingen in rioolstelsels vallen bijvoorbeeld onder de Wm, alsmede de gemeentelijke zorgplicht voor de inzameling van stedelijk afvalwater en de daaraan gekoppelde verplichting tot het opstellen van een gemeentelijk rioleringsplan (GRP).
Met de vernieuwing van de afvalwaterregelgeving (sinds 2008) zijn de uitvoeringsbesluiten (AMvB's) geordend naar de doelgroep en niet meer naar compartiment waar de lozing plaatsvindt. Omdat elk van de besluiten regels stelt aan de verschillende lozingsroutes (riolering, bodem en oppervlaktewater), is ieder besluit ‘opgehangen' aan de verschillende beheerwetten: de Wet milieubeheer (Wm), de Waterwet, de Wet bodembescherming (Wbb) en (voor indirecte lozingen) de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).
Waterschapswet
De Waterschapswet regelt de opheffing en instelling van waterschappen en geeft regels omtrent de taken en inrichting van de waterschappen en de samenstelling van hun besturen.
Wabo
De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) regelt de omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning is de geïntegreerde vergunning voor bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu. De Wabo regelt de procedures voor onder andere de Wm-vergunningverlening. U vindt hier de informatie over deze procedures. Inhoudelijk regelt de Wabo ondermeer de vergunningplicht voor indirecte lozingen met daaraan gekoppeld een adviesrecht voor de waterbeheerder.
Regelgeving grondwaterbeheer
Binnen het grondwaterbeheer zijn alle overheidsinstanties actief. Zowel Rijk, waterschappen, provincies als gemeenten bedienen 'knoppen' ter uitvoering van de aan hen opgedragen grondwatertaken.
Wet bodembescherming
De Wet bodembescherming (Wbb) stelt regels om de bodem te beschermen. De Wbb maakt duidelijk dat grondwater een onderdeel van de bodem is. Daarnaast worden de sanering van verontreinigde bodem en grondwater door middel van de Wbb geregeld. Ook lozingen in of op de bodem kunnen op grond van de Wbb worden gereguleerd. De waterbodemregelgeving die voorheen was opgenomen in de Wet bodembescherming (Wbb) is overgegaan naar de Waterwet.
Een goede waterkwaliteit vinden we belangrijk in Nederland. Omdat water zich weinig aantrekt van landsgrenzen, zijn internationale afspraken nodig. Sinds eind 2000 is daarom de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. Deze moet ervoor zorgen dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 op orde is.
Om dit te bereiken moeten de landen van de Europese Unie een groot aantal maatregelen nemen. Enerzijds om de kwaliteit van de ‘eigen’ wateren op peil te brengen, anderzijds om ervoor te zorgen dat andere landen geen last meer hebben van de verontreinigingen die hun buurlanden veroorzaken.
Waterkwaliteit in Nederland
De uitvoering van de KRW schept de nodige verplichtingen en biedt tegelijkertijd voor Nederland ook veel mogelijkheden. Nederland ligt immers benedenstrooms en is voor zijn waterkwaliteit voor een belangrijk deel afhankelijk van het buitenland. Door de invoering van de richtlijn kunnen landen niet langer problemen van hun bord schuiven.Aan Nederland de opgave om de richtlijn goed en doelmatig uit te voeren.
De Kaderrichtlijn Water in het kort
beschermt alle wateren – rivieren, meren, kustwateren en grondwateren
stelt ambitieuze doelen om ervoor te zorgen dat alle wateren in het jaar 2015 de ‘goede toestand’ hebben bereikt
vereist dat er per stroomgebied een beheersysteem wordt opgezet, waarin er rekening mee wordt gehouden dat watersystemen niet stoppen bij politieke grenzen
vereist grensoverschrijdende samenwerking tussen landen en tussen alle betrokken partijen
zorgt ervoor dat alle belanghebbenden, met inbegrip van maatschappelijke organisaties en lokale gemeenschappen, actief deelnemen aan waterbeheer
zorgt voor de vermindering en beperking van verontreiniging, ongeacht de bron (landbouw, industriële activiteiten, stedelijke gebieden, enz.)
vereist het voeren van een waterprijsbeleid en zorgt ervoor dat de vervuiler betaalt
houdt de milieubelangen en de belangen van zij die afhankelijk zijn van het milieu in evenwicht
Het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Water (CIV Water) wil de ontwikkeling van watergerelateerde technologieën en innovatief vakmanschap bij zowel jongeren als werkenden stimuleren. Wij doen dat met een hoogwaardig en gekwalificeerd kennis- en onderwijscentrum. Het doel van CIV Water is de watersector in Nederland te voorzien van excellente mbo-vakmensen. De betrokken opleidingen zijn gericht op mbo-functies in de waterbranche. Denk aan: drinkwaterbedrijven, waterschappen, laboratoria, de toeleverende industrie (zoals de maakindustrie en installateurbedrijven) en de afnemende industrie (food, tuinbouw, etc.). Het gaat hierbij om analisten, laboranten, beheerders, operators en (proces)technici.
Informatie over CIV Water vindt u op de website www.civwater.nl/.
Expertgroep
CIV Water is gelieerd aan MBO Life Sciences (samenwerking tussen Friesland College en Nordwin College). De ontwikkeling van onderwijs vindt plaats in zgn. expertgroepen. De expertgroepen worden gevormd door docenten van de diverse opleidingen, samen met de inhoudsdeskundigen. De kennis die wordt ontwikkeld in de expertgroepen geeft voeding aan het reguliere mbo- onderwijs. Bovendien kunnen studenten deelnemen aan zgn. minoren. Deze geven studenten van techniek, MBO Life Sciences en de groene mbo-opleidingen een “plus”. Behalve het reguliere mbo-onderwijs vormt ook de doorlopende leerlijn een belangrijk speerpunt voor CIV Water. Het optimaliseren van de doorstroming mbo-hbo-wo staat daarbij centraal.
Het keuzedeel Waterbeheer en ICT wordt ontwikkeld door de Expertgroep Waterbeheer. (Dat is dus een ander keuzedeel dan in deze Wikiwijs beschreven staat).
Weillicht kan de expertgroep in de toekomst wel verder een bijdrage leveren aan het keuzedeel Water voor Milieu en de Groene Ruimte.
Toevoegen aan deze lijst: R. Groot (Nordwin)
ICT en Waterbeheer in 2020
Bij de inrichting van het nieuwe keuzedeel Watermanagement 2 zullen we nadrukkelijk kijken naar de situatie in 2020: hoe ziet het vak waterbeheerder er over 5 of 10 jaar uit?
Sheet uit het fotoverslag over 5 juni 2015
Specifieke leerdoelen
Eerste poging om specifieke leerdoelen voor de verschillende modules van het keuzedeel te formuleren.
Bijvoorbeeld voor de module Natuurvriendelijke oevers.
De deelnemer heeft kennis van:
De verschillende oeverzones (7)
De verschillende soorten NVO
De standplaatsbenadering
De kosten en baten van aanleg en onderhoud van NVO
De algemene principes van het beheer en onderhoud van NVO.
De leerling kan:
De vier stappen in het ontwerpproces van NVO benoemen en toepassen;
Streefbeelden voor NVO opstellen;
Oeverplannen maken
De zes stappen voor het opstellen van een monitoringsplan benoemen en toepassen.
Bijvoorbeeld voor de module Waterkwaliteit.
De deelnemer heeft kennis van:
De verschillende begrippen om de kwaliteit van het oppervlaktewater te beoordelen.
De verschillende methodes om de waterkwaliteit te meten.
De verschillende maatregelen die er mogelijk zijn om de kwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren en de effectiviteit van de verschillende maatregelen.
De kaderrichtlijn water; geschiedenis, belang, opstellen van stroomgebiedsbeheersplannen.
NB: hierboven staan een paar kennisdoelen; welke vaardigheidsdoelen kunnen we daar nog aan toevoegen? Is het van belang dat de deelnemer ook zelf metingen uit kan voeren?
Eerste poging om opdrachten voor de verschillende modules van het keuzedeel te formuleren.
Bijvoorbeeld voor de module Natuurvriendelijke oevers.
Bestudeer het document van STOWA over NVO’s en omschrijf kort de verschillende soorten NVO’s die daar onderscheiden worden. Geef aan of die verschillende soorten wel of niet voorkomen bij jouw stagebedrijf. Kies een NVO in jouw werkgebied en beschrijf hoe de 7 verschillende oeverzones er uit zien en welke planten daar voorkomen.
Vraag aan je stagebegeleider welke “harde” oever op termijn natuurvriendelijk ingericht moet worden. Doorloop voor deze oever de vier stappen in het ontwerpproces. Omschrijf het (mogelijke) streefbeeld voor deze oever. Stel een oeverplan op. Stel een monitoringsplan op.
Mij lijkt opdracht 1 geschikt voor watermanagement 1, eventueel aangevuld met een beschrijving van de omvorming van harde oever naar NVO en de effecten op de waterkwaliteit. Opdracht 2 lijkt mij meer geschikt voor het keuzedeel watermanagement 2.
Discussie
Discussiepunten voor de expertgroep.
1. In het verslag van de bijeenkomst van vrijdag 5 juni jl. staat dat de scholen en bedrijvenpartners van CIV Water werken aan "de concrete vormgeving van een keuzedeel Water voor de mbo-opleiding Waterbeheer". De huidige keuzedelen water zijn echter gericht op de opleiding Groene Ruimte en de opleiding Milieu.
Het nieuwe keuzedeel Waterbeheer moet een andere inhoud krijgen. Hoe doen we dat? Gaat het dan om een keuzedeel "watermanagement voor gevorderden"?
NB: er zijn "verbredende" en "verdiepende" keuzedelen; het reeds goedgekeurde keuzedeel watermanagement is duidelijk verbredend bedoeld; de expertgroep civ-water wil een verdiepend keuzedeel gaan opstellen. Zie "factsheet Keuzedelen" onderaan deze pagina.
2. Er zijn momenteel twee keuzedelen over waterbeheer. Het betreft het keuzedeel Watermetingen, opgesteld voor het dossier Groene Ruimte, bestemd voor niveau 3 en het keuzedeel Watermanagement, opgesteld voor het dossier Milieu-inspecteur, bestemd voor niveau 4.
Waarom Watermetingen voor niveau 3 en Watermanagement voor niveau 4, terwijl de inhoud vrijwel hetzelfde is?
3. Het is verwarrend dat hetzelfde keuzedeel bij Milieu: Watermanagement heet en bij Groene Ruimte: Watermetingen. Bij de vakkennis en vaardigheden van Watermetingen gaan maar 2 items over metingen; de andere 11 gaan over watermanagement.
4. In de eerste opzet van dit keuzedeel maken we voor het lesmateriaal veel gebruik van de documenten van STOWA. Waarschijnlijk is dat nogal hoog gegrepen voor het MBO.
5. Het is mogelijk om ons als expertgroep van CIV-water eerst te richten op het keuzedeel Watermanagement (ook wel Watermetingen genoemd). Misschien is hier wel sprake van "laaghangend fruit", waarmee we onszelf als expertgroep op een snelle manier op de kaart kunnen zetten.
6. Hoe ziet de invulling van het keuzedeel er uit in de praktijk?
Ik verwacht dat het keuzedeel voor een groot deel ingevuld zal worden in de vorm van een stage bij een waterschap. Tijdens die stage zal de deelnemer bepaald lesmateriaal (uit deze Wikiwijs) doornemen en aan de hand daarvan opdrachten en werkstukken maken. Het gaat over 480 uur. Dat betekent 3 maanden stage; 12 weken. Bij 8 modules dus ongeveer 1,5 week per module. Bij een stage "oude stijl" zou je er voor kiezen om je de volle periode te richten op één onderwerp, bijvoorbeeld vismigratie. Nu we gaan werken met keuzedelen, besteed je aan elke module ongeveer een week. Als het goed is, houd je dan ruimte over om één van de onderwerpen wat verder uit te werken.
7. Wat moet een student doen om het keuzedeel te behalen? Gaat het om de beantwoording van een aantal examenvragen? Bijvoorbeeld:
Beschrijf tenminste 3 begrippen om de kwaliteit van het oppervlaktewater te beoordelen.
Beschrijf 3 methodes om de waterkwaliteit te meten.
Beschrijf de verschillende maatregelen die er mogelijk zijn om de kwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren en geef aan hoe groot de effectiviteit van de verschillende maatregelen kan zijn.
Als dit zo zou zijn, dan kunnen we wat betreft de invulling van het keuzedeel volstaan met het opstellen van de examenvragen en eventueel het samenstellen van een soort reader.
Gaat het alleen om kennisdoelen of moeten er ook vaardigheden afgetoetst worden?
Een invulling van het keuzedeel slechts gebaseerd op het opstellen van de examenvragen lijkt mij nogal beperkt. Er zou zeker ook een soort werkstuk bij moeten zitten waarin de leerling bijvoorbeeld beschrijft hoe de waterkwaliteit bij zijn eigen stagebedrijf gemeten wordt, welke maatregelen er genomen worden om de kwaliteit te verbeteren en wat de resultaten daarvan zijn.
8. Hoeveel sbu kennen we toe aan het nieuwe keuzedeel water? Het bestaande keuzedeel is 480 uur. Het ligt voor de hand om het nieuwe keuzedeel ook op 480 sbu te zetten.
Het arrangement Keuzedeel watermanagement is gemaakt met
Wikiwijs van
Kennisnet. Wikiwijs is hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt,
maakt en deelt.
Auteur
Dick van der Neut
Je moet eerst inloggen om feedback aan de auteur te kunnen geven.
Laatst gewijzigd
2015-08-17 12:24:48
Licentie
Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Tijdelijke Droogval. Hoe kan dit de waterkwaliteit verbeteren? STOWA heeft op vier locaties proeven gehouden. In deze film zien we wat het resultaat is.
https://youtu.be/FtTT7_eyjXE
Leeromgevingen die gebruik maken van LTI kunnen Wikiwijs arrangementen en toetsen afspelen en resultaten
terugkoppelen. Hiervoor moet de leeromgeving wel bij Wikiwijs aangemeld zijn. Wil je gebruik maken van de LTI
koppeling? Meld je aan via info@wikiwijs.nl met het verzoek om een LTI
koppeling aan te gaan.
Maak je al gebruik van LTI? Gebruik dan de onderstaande Launch URL’s.
Arrangement
IMSCC package
Wil je de Launch URL’s niet los kopiëren, maar in één keer downloaden? Download dan de IMSCC package.
Wikiwijs lesmateriaal kan worden gebruikt in een externe leeromgeving. Er kunnen koppelingen worden gemaakt en
het lesmateriaal kan op verschillende manieren worden geëxporteerd. Meer informatie hierover kun je vinden op
onze Developers Wiki.